-
1 responsabilité
responsabilité [respõsaabielietee]〈v.〉♦voorbeelden:1 rejeter sur qn. la responsabilité de qc. • iemand de verantwoordelijkheid voor iets op de nek schuiven→ sociétéf -
2 contracter
contracter [kõtraaktee]1 〈 schuld, verplichting, verbintenis, verbond〉 aangaan ⇒ 〈 verplichting, verantwoordelijkheid〉 op zich nemen ⇒ 〈 verzekering〉 afsluiten ⇒ 〈 lening, huwelijk〉 sluiten♦voorbeelden:4 être contracté • nerveus, gespannen zijn1. v1) (af)sluiten [contract]2) aangaan [verplichting]3) op zich nemen [verantwoordelijkheid]4) oplopen [ziekte]5) aannemen [gewoonte]6) (doen) samentrekken [spieren]7) spannen [spieren]2. se contracterv2) verstarren [gezicht] -
3 dégager
dégager [deegaazĵee]3 opruimen♦voorbeelden:〈 informeel〉 dégage! • donder op!♦voorbeelden:1. v3) opruimen4) vrijlaten [hals, rug]5) verspreiden [gas, geur]6) vrijmaken [geld]7) inlossen [pand]8) afwijzen [verantwoordelijkheid]9) terugnemen [woord]10) trekken (uit) [lering]2. se dégagerv1) opklaren [lucht]2) leegstromen [straat]4) vrijkomen [geur, rook] -
4 endosser
-
5 relever
relever [rəlvee]1 vallen (onder) (de bevoegdheid van, de verantwoordelijkheid van) ⇒ behoren (bij), deel uitmaken (van)♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 overeind, rechtop zetten ⇒ overeind helpen, weer optrekken 〈 van muur〉2 weer tot bloei brengen ⇒ er weer bovenop helpen, weer doen opleven3 doen opmerken ⇒ de aandacht vestigen op, ingaan op5 noteren ⇒ opnemen, opmeten8 (beter) doen uitkomen ⇒ verhogen, verlevendigen9 aflossen10 〈+ de〉ontslaan (van, uit) ⇒ ontzetten (uit), ontheffen (van)♦voorbeelden:relever le compteur • de meter opnemenrelever un terrain • een stuk land opmeten♦voorbeelden:v2) herstellen, genezen6) omhoog doen7) noteren8) verhogen9) pikant maken11) aflossen12) ontslaan (van), ontheffen (van) -
6 aigu
〈bijvoeglijk naamwoord; ook m.〉1 scherp ⇒ spits, puntig2 hoog ⇒ schel, snijdend3 hevig ⇒ intens, doordringend♦voorbeelden:il a un sens aigu des responsabilités • hij is zich duidelijk bewust van zijn verantwoordelijkheid= aigüe; adj1) scherp, puntig2) hoog, schel [geluid]3) fel, kort en hevig4) slim5) plots, acuut -
7 assurer
assurer [aasuuree]3 waarborgen ⇒ veilig, zeker stellen, zorgen voor4 belast zijn met ⇒ de verantwoordelijkheid hebben voor, waarnemen♦voorbeelden:4 assurer une permanence • dag en nacht open zijn, de dienst waarnemenassurer son service • dienst doen, hebbenassurer une rente à qn. • iemand een jaargeld toekennen♦voorbeelden:s'assurer (de) qc. • zich van iets verzekeren, zich iets verschaffen1. v1) verzekeren (van, tegen)2) waarborgen, veilig/zeker stellen2. s'assurerv -
8 balle
balle [baal]〈v.〉1 bal2 kogel3 baal6 kaf♦voorbeelden:1 balle de break, de set, de match • break-, set-, matchpointballe au panier • korfbalballe coupée • kapbalballe croisée • crossbalballe let • netbalfaire quelques balles • een paar balletjes slaanjouer à la balle • met de bal spelen, kaatsenne pas toucher une balle • geen bal rakentirer à balles • met scherp schietenf1) bal2) kogel3) baal4) smoel5) kaf [van koren] -
9 charge
charge [sĵaarzĵ]〈v.〉1 last ⇒ vracht, lading2 lading ⇒ (het) laden, (het) vullen4 opdracht ⇒ last, taak6 aanklacht ⇒ beschuldiging, bezwarende feiten8 charge ⇒ aanval, bestorming♦voorbeelden:charge utile d'un véhicule • nuttig laadvermogen van een voertuigrompre charge • een vracht lossencharge de travail • werkdrukcharge foncière • grondbelastingcharges sociales • sociale lastenavoir charge d'âmes • verantwoordelijk zijn voor het zielenheil van (enkele) personenavoir la charge de qn. • de verantwoordelijkheid voor iemand dragenêtre à charge à qn. • iemand tot last zijnêtre à la charge de qn. • van iemand afhankelijk zijnà la charge de la collectivité • ten laste van de gemeenschapavoir qn. à charge • voor iemand moeten zorgenles frais sont à sa charge • de kosten zijn voor zijn rekeningprendre qn. en charge • de zorg voor iemand op zich nemenrevenir à la charge • hernieuwde pogingen ondernemenf1) last, lading2) last, verplichting3) opdracht4) ambt5) aanklacht6) aanval, bestorming7) overdrijving9) doping -
10 chargé
charge [sĵaarzĵ]〈v.〉1 last ⇒ vracht, lading2 lading ⇒ (het) laden, (het) vullen4 opdracht ⇒ last, taak6 aanklacht ⇒ beschuldiging, bezwarende feiten8 charge ⇒ aanval, bestorming♦voorbeelden:charge utile d'un véhicule • nuttig laadvermogen van een voertuigrompre charge • een vracht lossencharge de travail • werkdrukcharge foncière • grondbelastingcharges sociales • sociale lastenavoir charge d'âmes • verantwoordelijk zijn voor het zielenheil van (enkele) personenavoir la charge de qn. • de verantwoordelijkheid voor iemand dragenêtre à charge à qn. • iemand tot last zijnêtre à la charge de qn. • van iemand afhankelijk zijnà la charge de la collectivité • ten laste van de gemeenschapavoir qn. à charge • voor iemand moeten zorgenles frais sont à sa charge • de kosten zijn voor zijn rekeningprendre qn. en charge • de zorg voor iemand op zich nemenrevenir à la charge • hernieuwde pogingen ondernemenadj1) belast, beladen2) overladen, vol (met)3) aangetekend [brief] -
11 décliner
décliner [deeklienee]2 achteruitgaan ⇒ verzwakken, afnemenII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:v1) ondergaan [zon]2) achteruitgaan, afnemen3) afwijken [magneet]4) afslaan, afwijzen5) verbuigen [woord] -
12 engager
engager [ãgaazĵee]II 〈 overgankelijk werkwoord〉3 bewegen (tot) ⇒ aansporen, uitnodigen5 beginnen ⇒ openen, aanknopen6 betrekken (in) ⇒ verwikkelen (in), op het spel zetten♦voorbeelden:engager des poursuites • een vervolging instellenengager sa responsabilité • verantwoordelijkheid op zich nemen3 binnengaan ⇒ inrijden, inslaan4 beginnen♦voorbeelden:1. v1) de wedstrijd beginnen, aftrappen2) in dienst nemen, inhuren3) verplichten4) aansporen, uitnodigen5) insteken6) beginnen2. s'engagerv1) zich verplichten, beloven3) binnengaan4) beginnen -
13 fuir
fuir [fŵier]2 〈 van zaken〉 zich snel verwijderen ⇒ snel voorbijgaan ⇒ 〈 formeel〉 voorbijvliegen 〈 van tijd〉 ⇒ wijken 〈 van voorhoofd, beelden; vooral in de perspectiefleer〉♦voorbeelden:laid à faire fuir • vreselijk lelijkfuir de chez ses parents • zijn ouderlijk huis ontvluchtenfuir devant un danger • voor een gevaar vluchtenfuir devant ses responsabilités • zich aan zijn verantwoordelijkheid onttrekkenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 uit de weg gaan ⇒ (ver)mijden, schuwen♦voorbeelden:v3) voorbijvliegen [tijd]4) weglopen (uit) [vloeistof]5) lekken6) vermijden7) ontvluchten -
14 prétendre
prétendre [preetãdr]1 aanspraak maken (op) ⇒ dingen (naar), opeisen♦voorbeelden:prétendre à une responsabilité • een verantwoordelijkheid opeisenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 beweren ⇒ verzekeren, staande houden2 willen ⇒ voornemens zijn, vastbesloten zijn♦voorbeelden:en prétendant que • onder het voorwendsel dat♦voorbeelden:v1) opeisen2) beweren3) willen -
15 rejeter
rejeter [rəzĵtee]1 terugwerpen ⇒ (terug)gooien, terugdrijven2 uitstoten ⇒ uitbraken, uitspugen, uitwerpen4 verleggen ⇒ werpen, verplaatsen5 verwerpen ⇒ afslaan, afwijzen6 verwijderen ⇒ verstoten, terzijde schuiven♦voorbeelden:rejeter la faute sur qn. • de schuld op een ander gooien1 zijn toevlucht nemen (tot) ⇒ zich tevredenstellen (met), voor lief nemen♦voorbeelden:v1) terugwerpen2) uitbraken3) afstoten [medisch]4) verleggen, verplaatsen5) verwerpen, afwijzen6) verwijderen -
16 retomber
retomber [rətõbee]〈 werkwoord〉♦voorbeelden:l'intérêt retombe • de aandacht verflauwtles frais retombèrent sur lui • de kosten kwamen voor zijn rekeningla responsabilité retombe sur moi • de verantwoordelijkheid rust weer op mijv1) weer vallen2) terugvallen3) neerhangen4) terechtkomen -
17 avoir la charge de qn.
avoir la charge de qn. -
18 engager sa responsabilité
engager sa responsabilitéDictionnaire français-néerlandais > engager sa responsabilité
-
19 fuir devant ses responsabilités
fuir devant ses responsabilitésDictionnaire français-néerlandais > fuir devant ses responsabilités
-
20 il a un sens aigu des responsabilités
il a un sens aigu des responsabilitésDictionnaire français-néerlandais > il a un sens aigu des responsabilités
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Xbox 360 technical problems — The Xbox 360 video game console is subject to a number of technical problems that can render it unusable. Some, but not all, of these problems are identified as general hardware failures, and are indicated by three flashing red lights around the… … Wikipedia
Remonstrants — Part of a series on Arminianism … Wikipedia
Roel Kuiper — Roelof (Roel) Kuiper (born 5 April 1962, Mariënberg) is a Dutch historian, filosopher, ideologue, politician and university professor. He is a member of the Dutch First Chamber of parliament or Senate, and is professor of Reformational philosophy … Wikipedia
Max Blokzijl — in jungen Jahren (1907) Marius Hugh Louis Wilhelm (Max) Blokzijl (* 20. Dezember 1884 in Leeuwarden; † 16. März 1946 in Den Haag) war ein niederländischer Journalist und Autor. Blokzijl wurde zunächst durch seine Report … Deutsch Wikipedia
Niederlande — Nederland (nld.) Niederlande … Deutsch Wikipedia
Remonstranten — Die Remonstranten (von lat. remonstrare „zurückweisen“), auch Arminianer genannt, sind eine protestantische Religionsgemeinschaft in den Niederlanden und in Schleswig Holstein. Der offizielle niederländische Name der Remonstranten lautet… … Deutsch Wikipedia
Rutte cabinet — Netherlands This article is part of the series: Politics and government of the Netherlands … Wikipedia
Gerrit Jan van Heuven Goedhart — (* 19. März 1901 in Bussum, Nordholland, Niederlande; † 8. Juli 1956 in Genf, Schweiz) war ein niederländischer Journalist, Politiker und Diplomat, der am 1. Januar 1951 erster Hoher Flüchtlingskommissar in der Geschichte der Vereinten Nationen… … Deutsch Wikipedia
Тиндеманс, Лео — Лео Тиндеманс Leonard Clemence Tindemans … Википедия