-
61 zitten
1 [gezeten zijn] sit2 [zich met een doel ergens bevinden] sit3 [een functie bekleden] be4 [geruime tijd ergens vertoeven; verblijven] be5 [wonen] live6 [zich bevinden in de genoemde toestand] be7 [met betrekking tot een volharden in, gelaten worden op een plaats, in een toestand] 〈 zie voorbeelden〉8 [met betrekking tot zaken, zich bevinden, bevestigd zijn] be9 [met betrekking tot kleding] fit10 [gevuld, bedekt zijn met] be12 [met onbepaalde wijs] [bezig zijn met] be (… -ing), sit (… -ing)♦voorbeelden:1 blijf zitten • stay sitting (down), remain seatedgaan zitten • sit down, take a seat〈 figuurlijk〉 er eens voor gaan zitten • 〈 ter hand nemen〉 get (right) down to something/business; 〈 omstandig gaan vertellen〉 launch into one's storyzit je goed/lekker? • are you comfortable?aan de koffie zitten • be having coffeebij welke groep zit jij? • which group are you in?Jones zit in een vergadering • Jones is at a meeting3 in het bestuur zitten • be/serve on the boardop een kantoor zitten • be/work in an officewaar zit hij toch? • where can he be?nog in de kleine kinderen zitten • still have young children (on one's hands)hij zit in de amusementswereld/olie-industrie • he is in entertainment/oilwij zitten nog midden in de examens • we are still in the middle of the examsmet een gebroken been zitten • have a broken legop zware lasten zitten • have heavy expenseszonder werk/benzine zitten • be out of work/petrol(bijna) zonder geld zitten • have run short of moneyhij zit erover in dat hij zijn auto moet verkopen • he's upset about having to sell his car7 〈 figuurlijk〉 die weduwe bleef met twee kinderen zitten • that widow was left with two children (on her hands)op school blijven zitten • stay down a classer is iets tussen mijn tanden blijven zitten • something has (got) stuck between my teeth〈 figuurlijk〉 hij liet het er niet bij zitten • 〈 niet over zijn kant laten gaan〉 he didn't take it lying down; 〈 erover blijven zeuren〉 he wouldn't leave it alonedaar zitten we dan! • now we're in a messmet een probleem zitten • have a problemhoe zit het (dan) met …? • what about … (then)?het blijft niet zitten • it won't stay putlaat maar zitten • keep the changedat zit • that will holdhoe zit dat in elkaar? • how does it (all) fit together?; 〈 figuurlijk ook〉 how does that work?〈 figuurlijk〉 hem hebben zitten • 〈 uit zijn humeur zijn〉 be in a bad mood; 〈 dronken zijn〉 have had (a drop) too much〈 figuurlijk〉 daar zit het 'm in • that makes all the difference; 〈 daar gaat het juist om〉 that's the whole point〈 figuurlijk〉 er zit iets achter • 〈 ook〉 there's more to it (than meets the eye); 〈 verborgen moeilijkheid〉 there must be a catch to it〈 figuurlijk〉 er zat niets anders op dan toe te geven • there was nothing (else) for it but to give in〈 figuurlijk〉 wat zit er anders op? • what else is there to do?het zit los/scheef • it is loose/crooked〈 figuurlijk〉 alles zit hem mee/tegen • everything is going his way/against himzit het goed vast? • is it well secured?〈 figuurlijk〉 waar zit het hem in? • 〈 wat is de moeilijkheid〉 what's the problem?; 〈 oorzaak〉 what caused/what's causing it?in sla zit vitamine C • lettuce contains vitamin Cer zit onweer in de lucht • a thunderstorm is brewingheb jij geld in zijn zaak zitten? • have you got money in his business?er zit een vlek op je jurk • there is a stain on your dress〈 figuurlijk〉 〈 met een gebaar naar de keel〉 het zit me tot hier • I'm fed up (to the back teeth) with it〈 figuurlijk〉 hoe zit dat? gaan we of blijven we thuis? • what about it now? are we going or are we staying at home?die roman/film zit uitstekend in elkaar • that novel/film is beautifully constructed〈 figuurlijk〉 weet jij, hoe de zaak precies in elkaar zit? • do you know all the ins and outs of the matter?ergens vol mee zitten • be full of somethingonder de modder/luizen/schulden zitten • be covered with mud/lice, be (up to one's ears) in debt12 we zitten te eten • we are having dinner/lunchze zit daar maar te piekeren • she just sits there broodinghij zit te springen om naar huis te gaan • he can't wait to go homein zijn eentje zitten zingen/drinken • sit singing to oneself, be a lone drinkerzitten te zitten • hang/sit aroundhet zit er aan te komen • it's on its wayop tekenles zitten • be taking drawing lessonsop water en brood zitten • be (kept) on bread and waterwegens diefstal zitten • do time for thefthij zit overal aan • he cannot leave anything aloneachter de meisjes aan zitten • chase ((around) after) girlsdaar zit een vrouw achter • there is a woman involvedde zomer zit er weer op • the summer's over againmijn taak zit er weer op • that's my job out of the wayhet zit erop • that's that (done)wie heeft er aan mijn recorder gezeten? • who has been at/ 〈 ernstiger〉tampering with my cassette-player?〈 figuurlijk〉 achter iemand/iets aan zitten • pursue someone/something; 〈 proberen relatie aan te knopen〉 be after someone; 〈 volgen〉 follow someoneer zit een actrice in haar • she has the makings of an actress (in her)ze zit goed in de kleren • she is well off for clothesdeze auto zit al gauw op 120 km • this car does 120 km fairly easily -
62 (bijna) zonder geld zitten
(bijna) zonder geld zittenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > (bijna) zonder geld zitten
-
63 knapp
I Adj.3. (kärglich) meag|re (Am. -er); (beschränkt) limited; Ware: scarce; Gelder: auch tight; knapp bei Kasse short of cash: umg. hard up; knapp sein Lebensmittel etc.: be in short supply, be scarce; knapp werden auch run short5. (gerade noch erreicht) Vorsprung, Sieg, Niederlage: narrow; Ergebnis, Ausgang: close; knappe Mehrheit slim ( oder narrow) majority; mit knapper Not only just, Am. just barely; er ist mit knapper Not entkommen auch umg. it was a close shaveII Adv.1. bei Kleidung: knapp / zu knapp sitzen be a tight fit / be too tight; knapp sitzend tight-fitting; der Rock fällt etwas knapp aus the skirt is rather (Am. pretty) skimpy2. formulieren etc.: concisely, succinctly; antworten: tersely; kurz und knapp gesagt put briefly, in a few choice words3. (kärglich) etw. knapp bemessen give short measure of s.th.; (Dosis, Ration etc.) be stingy with s.th.; das ist knapp bemessen oder berechnet that’s a bit on the short ( oder low) side; meine Zeit ist knapp bemessen I’m short of ( oder pushed for) time; etw. knapp halten (Ware) keep s.th. in short supply, create a scarcity of s.th.; jemanden knapp halten keep s.o. short ( mit of)4. mit Zeit- und Zahlenangaben: er starb knapp 65-jährig he died when he was barely 65; in / vor knapp vier Wochen in barely ( oder just under) four weeks / barely ( oder just under) four weeks ago; es dauerte knapp zwei Stunden it took just under ( oder not quite) two hours; der Computer kostet knapp 1500 Euro the computer costs just on 1500 euros5. (gerade eben) only just; gewinnen, verlieren: narrowly; der Schuss ging knapp vorbei the shot only just (Am. just barely) missed; knapp vorbei ist auch daneben a miss is as good as a mile6. am Wochenende haben wir gefeiert etc. und nicht zu knapp! umg...., and how!* * *scanty; scrimpy; skimpy; brief; meager; narrow; in short supply; summary; tight; scarce; concise; short; meagre; scant; curt; terse* * *knạpp [knap]1. adj1) (= nicht ausreichend vorhanden) Vorräte, Arbeitsstellen scarce, in short supply; Geld tight, scarce; Taschengeld meagre (Brit), meager (US); Gehalt low, meagre (Brit), meager (US)mein Geld ist knapp — I'm short of money
mein Geld wird knapp — I am running short of or out of money
das Essen wird knapp — we/they etc are running short of or out of food
knapp mit ( dem) Geld sein (inf) — to be short of money
See:→ Kasse2) (= gerade noch ausreichend) Zeit, Geld, Miete just or barely sufficient, just or barely enough; Mehrheit narrow, small, bare; Sieg narrow; Kleidungsstück etc (= eng) tight; (= kurz) short; Bikini scanty3) (= nicht ganz) almost5) (= gerade so eben) justmit knapper Not — only just, by the skin of one's teeth
2. adv1) (= nicht reichlich) rechnen, kalkulieren conservatively; bemessen too closelymein Geld/meine Zeit ist knapp bemessen — I am short of money/time
er hat ihr das Taschengeld knapp bemessen — he was mean (Brit) or stingy (inf) with her pocket money
2)(= haarscharf)
wir haben knapp verloren/gewonnen — we only just lost/wones war knapp daneben — it was a near miss
knapp vorbei ist auch daneben (inf) — a miss is as good as a mile (prov)
ich verprügele dich, aber nicht zu knapp — I'll give you a thrashing, and how!
3) (= nicht ganz) not quite* * *1) (having a narrow difference between winner and loser: a close contest; The result was close.) close2) (only just managed: a narrow escape.) narrow3) (not many or enough in number: Paintings by this artist are very scarce; Food is scarce because of the drought.) scarce4) ((with of) not having enough (money etc): Most of us are short of money these days.) short5) (not available in sufficient quantity: Fresh vegetables are in short supply.) in short supply6) (too small; inadequate: a skimpy dress.) skimpy7) skimpily* * *[knap]I. adj\knappe Vorräte meagre [or scarce] supplies\knappe Stellen scarce jobs\knappes Geld tight money▪ \knapp sein/werden to be scarce [or in short supply]/to become scarce2. (eng) tight[-fitting]▪ jdm zu \knapp sein to be too tight for sb3. (noch genügend) just enougheine \knappe Mehrheit a narrow [or bare] [or very small] majorityein \knapper Sieg a narrow victoryein \knappes Ergebnis a close result4. (nicht ganz) almostin einer \knappen Stunde in just under an hour▪ [jdm] zu \knapp sein to be too tight [for sb]5. (gerafft) concise, succinctin wenigen \knappen Worten in a few brief wordser gab ihr nur eine \knappe Antwort he replied terselyII. adv1. (mäßig) sparingly\knapp bemessen sein to be not very generousseine Zeit ist \knapp bemessen his time is limited [or restricted], he only has a limited amount of time2. (nicht ganz) almost\knapp eine Stunde almost [or just under] [or not quite] an hour3. (haarscharf) narrowlydie Wahl ist denkbar \knapp ausgefallen the election turned out to be extremely close\knapp gewinnen/verlieren to win/lose narrowly [or by a narrow margin]wir haben [nur] \knapp verloren we [only] just lost* * *1.1) meagre, low < pension, wage, salary>; meagre < pocket money>knapp sein — be scarce or in short supply
knapp werden — < supplies> run short; < money> get tight
..., und nicht zu knapp! —... and how!
jemanden [mit Geld] knapp halten — (ugs.) keep somebody short [of money]
3)2.zu knapp sein — < garment> be too tight
1)knapp bemessen sein — be meagre; < time> be limited
knapp gerechnet — at the lowest estimate
2)knapp gewinnen — win narrowly or by a narrow margin
eine Prüfung knapp bestehen — just pass an examination
3) (sehr nahe) just4) (nicht ganz) just under5) (eng)knapp sitzen — fit tightly
* * *A. adj2. Stil: concise, terse;mit knappen Worten in a few words, brieflyknapp bei Kasse short of cash: umg hard up;knapp sein Lebensmittel etc: be in short supply, be scarce;knapp werden auch run short4. nicht ganz: just under;vor einer knappen Stunde barely an hour agoknappe Mehrheit slim ( oder narrow) majority;mit knapper Not only just, US just barely;er ist mit knapper Not entkommen auch umg it was a close shaveB. adv1. bei Kleidung:knapp/zu knapp sitzen be a tight fit/be too tight;knapp sitzend tight-fitting;der Rock fällt etwas knapp aus the skirt is rather (US pretty) skimpykurz und knapp gesagt put briefly, in a few choice words3. (kärglich)etwas knapp bemessen give short measure of sth; (Dosis, Ration etc) be stingy with sth;meine Zeit ist knapp bemessen I’m short of ( oder pushed for) timeer starb knapp 65-jährig he died when he was barely 65;in/vor knapp vier Wochen in barely ( oder just under) four weeks/barely ( oder just under) four weeks ago;es dauerte knapp zwei Stunden it took just under ( oder not quite) two hours;der Computer kostet knapp 1500 Euro the computer costs just on 1500 eurosder Schuss ging knapp vorbei the shot only just (US just barely) missed;knapp vorbei ist auch daneben a miss is as good as a mile6. am Wochenende haben wir gefeiert etcund nicht zu knapp! umg …, and how!* * *1.1) meagre, low <pension, wage, salary>; meagre < pocket money>knapp sein — be scarce or in short supply
knapp werden — < supplies> run short; < money> get tight
..., und nicht zu knapp! —... and how!
jemanden [mit Geld] knapp halten — (ugs.) keep somebody short [of money]
3)2.zu knapp sein — < garment> be too tight
1)knapp bemessen sein — be meagre; < time> be limited
2)knapp gewinnen — win narrowly or by a narrow margin
3) (sehr nahe) just4) (nicht ganz) just under5) (eng)* * *adj.bare adj.concise adj.curt adj.lean adj.narrow adj.scant adj.scanty adj.scarce adj.scrimpy adj.skimpy adj.terse adj. adv.barely adv.concisely adv.curtly adv.scantily adv.scantly adv.scarcely adv.skimpily adv.tersely adv. -
64 sich
abkühlen, sich
(Konjunktur) to cool off.
abmelden, sich
to notify one’s departure.
absprechen, sich
to come to an arrangement, to agree;
• sich mit seinen Mitarbeitern absprechen to consult with one’s fellow workers;
• Schadenersatz absprechen to disallow damages.
abwechseln, sich
to take turns, to alternate;
• jährlich abwechseln (Vorsitz) to rotate every year;
• in Schichten abwechseln to rotate shifts.
aneignen, sich
to acquire, to appropriate, to adopt;
• sich Geld aneignen to embezzle funds, to misappropriate (convert) money;
• sich einen Namen aneignen to adopt a name.
auspendeln, sich
(Zinssätze) to stabilize at a certain level.
auswirken, sich
to bear upon, to take effect;
• sich auf das Betriebsergebnis auswirken to come through into the results;
• sich kostenmäßig auswirken to make a showing on costs;
• sich in einer Preiserhöhung auswirken to result in a price increase;
• sich schnell auswirken (Investitionen) to pick up quickly;
• sich ungünstig auswirken to have an unfavo(u)rable effect;
• sich voll auswirken to be in full swing;
• sich als Vorteil auswirken to turn out to be an advantage.
behaupten, sich
to stand one’s ground, (Kurse) to hold their ground, to keep its head, to keep (remain) steady, to remain firm;
• sich gut behaupten (Wechselkurs) to hold fairly steady;
• weiterhin hohe Kurse behaupten to continue to rule high;
• seine Rechte behaupten to safeguard one’s rights;
• sich am Schluss behaupten oder leicht abschwächen (Börse) to close steady to slightly lower;
• sich in seiner Stellung behaupten to hold one’s position;
• seine Stellung im technologischen Wettbewerb behaupten to keep up in the technology race.
behauptend, sich
(Preis) steady.
behelfen, sich
to make shift, to manage, to resort to expedients;
• sich ohne Sekretärin behelfen to do without the services of a secretary.
belaufen, sich
to come (mount up, run) to, to reach, to rise, to run into, to make;
• sich auf 10.000 Euro belaufen to foot up (figure out) to euro 10,000 debts;
• sich auf das Doppelte des Voranschlags belaufen to come to double the estimate;
• insgesamt belaufen to aggregate, to total;
• sich ungefähr belaufen to come near to.
bereichern, sich
to line one’s pockets, to make one’s pile;
• sich an Kinderarbeit bereichern to exploit child labo(u)r;
• sich öffentlich bereichern to enrich o. s. from public office.
beruhigen, sich
(Börse) to settle down, (politische Lage) to become stable, to ease;
• Gläubiger mit einer Ratenzahlung beruhigen to put off a dun with an instal(l)ment.
bewegen, sich
(Preise) to range (vary) from... to...;
• sich abwärts bewegen to be on the downgrade (skids, US);
• sich fast einheitlich um die 20% bewegen to cluster around the 20 per cent mark;
• sich entsprechend der Preisindexziffern bewegen to move in sympathy with the index figures of prices.
bewerben, sich
to apply for, to stand as a candidate for (Br.), to run, to [run as a] candidate, to seek, to go up (Br.), (um Lieferungen) to make a bid for, to tender, (um einen Preis) to compete for;
• sich um ein Amt bewerben to run (stand) for an office (US);
• sich um einen Auftrag bewerben to make a tender;
• sich persönlich bewerben to make a personal application;
• sich um eine Stelle (Stellung) bewerben to apply (run) for a position, to put in for a post (job, fam.), to compete for a job.
bewähren, sich
(Artikel) to stand the strain (test);
• sich nicht bewähren to prove a failure.
drehen, sich
(Börse) to turn;
• sich um ein Thema drehen to run on a subject.
durchschlagen, sich
to shift for a living;
• kostenmäßig durchschlagen to make a showing on cost;
• auf die Ladenverkaufspreise durchschlagen to work through to prices in the shops;
• direkt auf die Preise durchschlagen to feed straight through into the prices.
eignen, sich
to qualify, to be suitable (qualified);
• sich als Kapitalanlage eignen to be suitable for investment.
einbürgern, sich
to become established;
• teilweise einbürgern to denizen;
• wieder einbürgern to repatriate.
einigen, sich
to agree, to come to terms, to settle an issue (Br.);
• sich über die Bedingungen einigen to agree upon the terms;
• sich mit seinen Gläubigern einigen to compound with one’s creditors;
• sich auf die Gründung einer Gesellschaft einigen to agree to form a company;
• sich gütlich einigen to settle a matter amicably, to come to an amicable arrangement;
• sich auf einen bestimmten Preis einigen to agree on a certain price;
• sich vergleichsweise einigen to reach a settlement.
einmischen, sich
to intervene, to interfere, to meddle, to barge in (fam.);
• sich in die Angelegenheiten eines Nachbarlandes einmischen to intervene in the affairs of a neighbo(u)ring country;
• sich unaufgefordert (ungefragt) einmischen to meddle.
einpendeln, sich
(Kurse) to even out, to settle down.
einschiffen, sich
to embark, to get (go) aboard, to join one’s ship, to go on board, to [take] ship.
einwählen, sich
(Computer) to plug into.
emporarbeiten, sich
to work one’s way up, to win one’s way from poverty.
entschließen, sich
to determine, to decide, to make up one’s mind, to resolve;
• sich zu einem Kauf entschließen to decide on buying.
ereignen, sich
to occur, to happen, to take place.
erholen, sich
to recreate, to convalesce, to recuperate, to pick up, (Industrie) to be reviving, (Kurse) to look (pick, prick) up, to recover, to revive, to rally, to rise, to improve, (Markt) to improve, (sich schadlos halten) to make up for one’s losses, to repay (reimburse, recoup) o. s.;
• sich bei jem. erholen to draw (reimburse o. s.) upon s. o.;
• sich von einem geschäftlichen Fehlschlag erholen to recover from a business setback;
• sich beim Giranten erholen to have recourse to the endorser of a note;
• sich von den Nachwirkungen des Krieges erholen to recover from the effects of the war;
• sich bei den Schlusskursen erholen to be improving at the close;
• sich schnell erholen (Kurse) to brisk up;
• sich wieder erholen (Kurse) to be picking up again, to experience a recovery;
• sich finanziell wieder erholen to recover financially (one’s strength), to recuperate;
• sich für eine Zahlung erholen to cover o. s.
etablieren, sich
to establish o. s., to set up shop for o. s., to start a business.
festigen, sich
to consolidate, (Börse, Kurse, Preise) to [become] firm, to steady, to stiffen, to strengthen, to harden, to stabilize;
• Dollarkurs festigen to strengthen the dollar price;
• seine Stellung festigen to strengthen one’s position, to solidify one’s place;
• Währung festigen to stabilize the currency;
• sich erneut im Vergleich mit anderen harten Währungen festigen to strengthen again against other major currencies;
• Wechselkurse festigen to stabilize exchange rates.
freizeichnen, sich
to contract out, to exempt o. s. from a liability.
gesundschrumpfen, sich
to shrink to profitable size;
• sich gesundstoßen to make a packet (fam.).
heraufarbeiten, sich
to work one’s way (o. s.) up (o. s. into a good position).
herauskristallisieren, sich
to crystallize, to take shape;
• sich herausmachen (Firma) to make good progress;
• sein Kapital herausnehmen to withdraw one’s capital;
• Gehälter aus dem Preisindexsystem herausnehmen to disindex salaries from the price index;
• Geld aus jem. herauspressen to squeeze money out of s. o.;
• weitere Steuern aus dem Volk herauspressen to screw more taxes out of the people;
• Gewinne aus einem fallenden und überbesetzten Markt herausprügeln müssen to be forced to slug it out in a slumping and overcrowded market;
• Geld herausrücken to cough up (US sl.), to fork out (sl.);
• Zahlungen herausschieben to postpone payment;
• herausschinden to eke out;
• Geld aus jem. herausschinden to extract money from s. o.;
• zusätzliche Urlaubswoche herausschinden to wangle an extra week’s holiday;
• Geld aus einer Sache herausschlagen to get one’s money’s worth;
• allerlei Vorteile herausschlagen to gain all kinds of advantages;
• Unfähige herausschmeißen to weed out the incompetents;
• heraussetzen (Mieter) to evict, to eject, to turn out.
herausstellen, sich
to turn out, to prove;
• besonders herausstellen (Presse) to feature (US coll.), to highlight (US);
• sich als Fälschung herausstellen to prove to be a forgery;
• groß herausstellen to give a build-up;
• sich als sehr hoch herausstellen (Kosten) to come rather high;
• sich als missglückt herausstellen (Anlage) to turn sour;
• sich als Vorteil herausstellen to turn out to be an advantage.
hinschleppen, sich
to drag on.
konkretisieren, sich
(Forderung) to crystallize.
konstituieren, sich
(parl.) to assemble;
• Ausschuss konstituieren to appoint a committee;
• sich als eingetragene Gesellschaft konstituieren to form themselves into a registered corporation.
kreuzen, sich
to intersect, (Interessen) to clash, to run counter, (Straße) to cross.
kristallisieren, sich
to crystallize.
kräftigen, sich
(Kurs) to improve, to recover, (Markt) to strengthen;
• Dollarkurs kräftigen to strengthen the dollar price.
lebensversichern, sich
to assure one’s life with a company (Br.);
• sich für 20.000 L lebensversichern to insure (assure, Br.) o. s. for L 20,000;
• sich gegenseitig lebensversichern to insure one’s own life for the benefit of the other;
• seine Schlüsselkräfte lebensversichern to take out life policies on one’s key man.
liieren, sich
(Gesellschafter) to unite, to join, to associate, to become a partner.
massieren, sich
(Aufträge) to pile up.
niederlassen, sich
to set up for o. s., to take up one’s abode (domicile, residence), to locate, (Wohnsitz) to settle down;
• sich als Anwalt niederlassen to settle down in the practice of law;
• sich als Arzt niederlassen to put up (hang out) one’s shingle;
• sich als Buchhändler niederlassen to establish o. s. (set up business) as a bookseller;
• sich für dauernd niederlassen to settle down for good;
• sich geschäftlich niederlassen to establish o. s. as a businessman, to set up for o. s., to set up shop, to set o. s. up in business;
• sich im Hauptgeschäftsviertel niederlassen to fix one’s residence in the city;
• sich widerrechtlich niederlassen to abate.
rentieren, sich
to pay [its way (for costs)], to pay well, to bring a return, (Betrieb) to be profitable, (Ware) to leave a margin;
• sich gut rentieren to yield good profits;
• sich nicht rentieren not to be worthwhile;
• sich noch rentieren to break even;
• sich gerade noch rentieren to wash its face (Br. sl.);
• sich in zehn Jahren rentieren to pay its way in ten years.
stabilisieren, sich
to become stable;
• Preise stabilisieren to stabilize (peg) prices.
treffen, sich
to meet, to gather, to assemble;
• Abkommen treffen to come to an agreement (terms);
• Anordnungen treffen to prescribe;
• Auslese treffen to cull;
• Buchung treffen to pass (effect) an entry;
• Freigabeverfügungen für die Wirtschaftshilfe treffen to loosen its grip on the economic-aid purse strings;
• auf Öl treffen to strike oil;
• Steuerzahler heftig treffen to clobber the taxpayers;
• Übereinkommen treffen to compact;
• Übereinkunft treffen to come to an arrangement;
• Verabredung treffen to make (fix) an appointment;
• Verbraucher unmittelbar treffen to fall directly onto the consumer;
• vorläufige Vereinbarung treffen to make a provisional arrangement;
• Vorbereitungen (Vorkehrungen) treffen to make preparations;
• Vorsichtsmaßregeln treffen to take precautionary measures.
unterordnen, sich
to subordinate o. s.
verausgaben, sich
to spend beyond one’s means, to run short of money.
verbürgen, sich
to [a]vouch, to undertake, to warrant, to guarantee, to stand surety, to bail;
• sich für einen Bericht verbürgen to warrant a report;
• sich für jds. Ehrlichkeit und Zuverlässigkeit verbürgen to warrant s. o. an honest and reliable person;
• sich für eine Schuld verbürgen to answer for a debt;
• sich für jds. Zahlungsfähigkeit verbürgen to vouch for s. one's ability to pay.
verkalkulieren, sich
to miscalculate, to overshoot.
vermehren, sich
to multiply;
• sein Vermögen vermehren to enlarge one’s fortune;
• Zahlungsmittelumlauf vermehren to expand the currency.
verschulden, sich
to run into debt, to take on debts, to involve o. s. (get into) debt, to outrun the constable (Br.), to run up a score (Br.);
• sich kurzfristig erheblich verschulden to borrow heavily on a short-term basis;
• sich erneut verschulden to run into debt again;
• sich total verschulden (Staat) to plunge into debt;
• sich ungewöhnlich verschulden to go into debt at a record chip (US).
verschätzen, sich
to be out in one’s calculation[s] (estimate).
verspekulieren, sich
to lose money by bad investment.
verspäten, sich
(Schiff, Zug) to be overdue (behind schedule, US).
versteifen, sich
(Markt) to tighten [up].
verzweigen, sich
to branch out.
zurückhalten, sich
to keep a low profile, (Börse) to stay on the sidelines, (Verbraucher) to hold back, to resist;
• Aktien in Erwartung von Kurssteigerungen zurückhalten to hold stocks for a rise;
• Informationsmaterial zurückhalten to hold back information;
• Mittel zurückhalten to bottle up funds;
• sich mit der Verwirklichung geplanter Kapazitätsausweitungen zurückhalten to hold back on bringing in planned new capacity;
• restliche Ware zurückhalten to hold over the rest of the goods;
• Waren unberechtigt zurückhalten to wrongfully detain goods.
zurückmelden, sich
to report one’s return;
• sich vom Urlaub zurückmelden to report back from leave (one’s return).
zusammenschließen, sich
to amalgamate, to merge, to combine, to consolidate (US), (pol.) to unite, to fuse;
• Arbeiter in einer Gewerkschaft zusammenschließen to unite workers in a trade union;
• Firmen (Gesellschaften) zusammenschließen to consolidate business companies;
• sich zu einem Kartell zusammenschließen to join a cartel;
• sich in einem großen Unternehmen zusammenschließen to merge into one large organization;
• sich zu einem Verein zusammenschließen to club.
ändern, sich
to vary;
• Eintragung ändern to rectify (alter) an entry;
• nachträglich ändern (Wechsel) to alter materially;
• zweckentsprechend ändern to adapt.
überschneiden, sich
to overlap, to intersect, (Ereignisse) to clash;
• sich mit einem anderen Termin überschneiden to clash with another date. -
65 ausgehen
ausgehen
(Geld) to run short [of money], (Vorräte) to run low, (Waren) to run short, to sell out;
• nur auf Betrug ausgehen to be bent on fraud;
• leer ausgehen (Gläubiger) to obtain (get) nothing by it;
• bei jem. ein- und ausgehen können to be free of s. one’s house, to have the run of the house. -
66 asciutto
1. adj dryrimanere a bocca asciutta end up with nothing2. m: fig trovarsi all'asciutto be stony broke* * *asciutto1 agg.1 dry: clima asciutto, dry climate; da tenere in luogo asciutto, to be kept dry // balia asciutta, dry nurse // pasta asciutta, pasta // rimanere a bocca asciutta, (fig.) to be disappointed2 (fig.) brusque, abrupt, terse, curt: tono asciutto, brusque tone; risposta asciutta, terse reply (o dry reply); un discorso asciutto, a dry speech; è un tipo dai modi asciutti, he's very abrupt (o curt)5 ( di vino) dry◆ s.m. dry place, dry land, dry ground: essere all'asciutto, to be out of the rain (o under cover) // restare all'asciutto, (fig.) to be penniless (o to have run out of money o to be hard up).asciutto2 avv. brusquely, curtly, tersely.* * *[aʃ'ʃutto] asciutto (-a)1. aggrimanere o restare a bocca asciutta fig — to be disappointed
2. smrimanere o restare all'asciutto fig — to be broke
sono rimasto all'asciutto, puoi prestarmi 50 euro? — I haven't got a bean, can you lend me 50 euros?
* * *[aʃ'ʃutto] 1.1) (senza umidità) [biancheria, capelli, mano, terreno, clima, dipinto] dry4) fig. (magro) [viso, fisico] lean2.sostantivo maschile dry place, dry groundtenere qcs. all'asciutto — to keep sth. dry
••essere, rimanere all'asciutto — to be, run short (of cash)
restare a bocca -a — (a digiuno) to go hungry; (senza niente) to be left empty-handed
* * *asciutto/a∫'∫utto/1 (senza umidità) [biancheria, capelli, mano, terreno, clima, dipinto] dry4 fig. (magro) [viso, fisico] leandry place, dry ground; tenere qcs. all'asciutto to keep sth. dryessere, rimanere all'asciutto to be, run short (of cash); restare a bocca -a (a digiuno) to go hungry; (senza niente) to be left empty-handed. -
67 Geld
Geld n 1. BANK, BÖRSE buyer’s rate (Geldkurs, Börsenkurs); 2. FIN, GEN, WIWI (infrml) bread, (infrml) dough, (BE) (infrml) dosh, money, (AE) (infrml) wampum • am Geld BÖRSE at the money (Optionen) • aus dem Geld BÖRSE out of the money (Optionen) • etw. für sein Geld bekommen WIWI get good value for money • Geld abführen STEUER pay over, transfer • Geld anlegen GEN invest money, put money down • Geld auf Abruf BANK, FIN money at call • Geld auf eine Hypothek aufnehmen GEN raise money on a mortgage • Geld auf etw. aufnehmen GEN raise money on sth • Geld aufnehmen BANK borrow funds, borrow money • Geld ausgeben GEN spend • Geld großzügiger ausgeben FIN loosen one’s belt • Geld investieren FIN invest money, put money down • Geld leihen 1. FIN lend money; 2. BANK borrow money • Geld scheffeln GEN (infrml) rake it in • Geld sparen BANK save • Geld spielt keine Rolle GEN money is no object • Geld von jmdm. borgen GEN borrow money from sb • Geld von jmdm. leihen GEN borrow money from sb • Geld vorübergehend anlegen BÖRSE park money • Geld wie Heu haben GEN (infrml) have money to burn • im Geld BÖRSE in the money (Optionen) • im Geld schwimmen GEN (infrml) awash with cash • (richtig) Geld in die Hand nehmen GEN (infrml) (really) go to great expense • um Geld ersuchen GEN appeal for funds • zu Geld kommen GEN come into money* * *n 1. < Börse> buyer's rate; 2. <Finanz, Geschäft, Vw> bread infrml, dough infrml, dosh infrml (BE), money, wampum infrml (AE) ■ am Geld < Börse> Optionen at the money ■ aus dem Geld < Börse> out of the money (Optionen) ■ etw. für sein Geld bekommen <Vw> get good value for money ■ Geld abführen < Steuer> pay over, transfer ■ Geld anlegen < Geschäft> invest money, put money down ■ Geld auf Abruf <Bank, Finanz> money at call ■ Geld auf eine Hypothek aufnehmen < Geschäft> raise money on a mortgage ■ Geld auf etw. aufnehmen < Geschäft> raise money on sth ■ Geld aufnehmen < Bank> borrow funds, borrow money ■ Geld ausgeben < Geschäft> spend ■ Geld großzügiger ausgeben < Finanz> loosen one's belt ■ Geld investieren < Finanz> invest money, put money down ■ Geld leihen 1. < Finanz> lend money; 2. < Bank> borrow money ■ Geld scheffeln infrml < Geschäft> rake it in infrml ■ Geld sparen < Bank> save ■ Geld spielt keine Rolle < Geschäft> money is no object ■ Geld von jmdm. borgen < Geschäft> borrow money from sb ■ Geld von jmdm. leihen < Geschäft> borrow money from sb ■ Geld vorübergehend anlegen < Börse> park money ■ Geld wie Heu haben infrml < Geschäft> have money to burn infrml ■ im Geld < Börse> in the money (Optionen) ■ im Geld schwimmen infrml < Geschäft> awash with cash infrml ■ um Geld ersuchen < Geschäft> appeal for funds ■ zu Geld kommen infrml < Geschäft> come into money* * *Geld
money, furniture of one’s pocket (coll.), gold, dimes, scales (US), (Bargeld) cash, (Börse) buyers, bid, prices negotiated, (Hartgeld) coin, (Kleingeld) small change, (Papiergeld) paper money (currency, notes), (Wechselgeld) change;
• für Geld mercenarily;
• gegen bares Geld for cash;
• hinter dem Geld her on the make (pitch, sl.);
• in Geld ausgedrückt in cash terms;
• in gutem Geld in good money;
• keinen Pfennig Geld not a shot in the locker;
• knapp an Geld low in cash, short of money;
• nur mit wenig Geld versehen scant of money;
• mit Geld wohl versehen moneyed, flush of money;
• ohne Geld moneyless, out of funds, without means, hard up for money;
• ohne jedes Geld out of cash, penniless, broke (sl.);
• so gut wie bares Geld as good as (equal to) cash;
• viel Geld verschlingend money-guzzling;
• Gelder means, sums of money, funds, purse;
• abgenutztes Geld worn currency;
• angelegtes Geld money put up, funds (money) invested, investment;
• fest angelegtes Geld tied-up (locked-up, Br.) money, lockup (Br.);
• mit Kündigungsfrist angelegtes Geld term (time, US) deposit;
• langfristig angelegte Gelder long-term (funded) capital;
• nicht angelegtes Geld unemployed money;
• sicher angelegtes Geld money safely invested;
• auf einem Sparkonto angelegtes Geld money on deposit account;
• anvertrautes Geld consigned (trust) money, money held on trust, trust fund;
• aufgebrauchtes Geld spent money;
• aufgenommene Gelder borrowed funds, borrowings, debts, accounts payable (US);
• aufgewandte Gelder money employed;
• in den Ferien ausgegebenes Geld holiday expenses;
• ausgeliehenes Geld money lent;
• an Kunden ausgeliehene Gelder (Bilanz) advances against customers;
• ausgezahltes Geld cash disbursements;
• ausstehendes Geld money due, outstanding money, outstandings;
• ausstehende Gelder outstanding debts, outs, accounts receivable (US);
• bares Geld [spot] cash, present (dry, ready, cash, US) money, ready coin (cash), specie, money down (sl.);
• auf dem Transport (unterwegs) befindliches Geld bullion in transit, money in the post (Br.) (mail, US);
• befristete Gelder tied-up funds, lockup (Br.) time deposits (US);
• benötigte Gelder necessary funds;
• bereitliegendes Geld cash in hand;
• vom Parlament bewilligte Gelder money provided by Parliament (Br.);
• billiges Geld cheap (light, easy[-terms]) money;
• ein bisschen Geld a little money;
• brachliegendes Geld dead money, money paying no interest (lying idle);
• brachliegende Gelder idle funds;
• durchlaufende Gelder cash in transit;
• eigenes Geld own money;
• eingeforene Gelder blocked funds, frozen money;
• eingegangene Gelder [cash] receipts, takings;
• eingehende Gelder money pouring (coming) in, receipt of money, receipts, takings;
• eingesammeltes Geld purse;
• mittels Zwangsvollstreckung eingetriebenes Geld money made;
• eingezahltes Geld deposit;
• einlaufende Geld receipts;
• einzelnes Geld loose change (money);
• erspartes Geld money put aside;
• erspartes (erübrigtes) Geld savings, spare money;
• fakultatives Geld facultative money;
• täglich fälliges Geld money at (on) call, money at short notice (Br.), call (day-to-day) money (Br.), money on current account, sight (demand, US) deposit;
• falsches Geld counterfeit coin (money), bad (Br.) (bogus, base, Br.) money;
• festes Geld time loan (US) (money), deposit account (US), fixed (time) deposit (US);
• festgelegte (festliegende) Gelder tied-up funds, immobilized money, lockup (Br.), time deposits (US);
• flüssige Gelder available capital (funds), funds in hand, disposable funds, ready money, liquid funds (assets), cash, liquid resources, spare capital;
• fremde Gelder trust money, (Bankbilanz) funds from outside sources, third-party funds, deposit by customers;
• gangbares Geld current (good) money;
• mein ganzes Geld the whole of my money;
• gefälschtes Geld counterfeit coin (money), counterfeits, bad (base, Br.) money;
• gefundenes Geld windfall;
• gehortetes Geld inactive money;
• geliehenes Geld borrowed money;
• gepumptes Geld touch (sl.);
• aus dem Verkehr (Umlauf) gezogenes Geld money withdrawn from circulation;
• hartes Geld hard currency, coin[ed] money, hard (US) (solid) cash, specie;
• heißes Geld hot money, refugee capital;
• herausgegebenes Geld change, small coin;
• hinausgeworfenes Geld money down the drain, wasted money;
• hinterlegtes Geld trust money;
• gerichtlich hinterlegtes Geld cash under the control of the (money in) court;
• investiertes Geld capital invested;
• irreguläres Geld non-standard money;
• konvertierbares Geld convertible money;
• frei konvertierbares Geld hard money;
• täglich kündbares Geld money at call, call (day-to-day) money (Br.), demand deposits (US);
• kursierendes Geld current money;
• kurzfristig kündbare (kurzfristige) Gelder money on (at) short notice, demand deposits (US), short-term loans (US);
• langfristige Gelder time money (loan, deposit, US), call (long-term, US) money, street (long-term, demand, US) loans, deposit accounts (US);
• leichteres Geld easier money;
• ungeheure Menge Geld enormous amount of money;
• mündelsichere Gelder trustee investment (Br.), trust fund (US);
• nachbewilligte Gelder additional funds;
• öffentliche Gelder public monies (funds, Br.), the public purse;
• originäres Geld primary money;
• gerade passendes Geld even money;
• privates Geld private funds;
• restliches (überzähliges) Geld odd money;
• schlechtes Geld counterfeit money, base coin;
• schwarzes Geld black money;
• stillgelegtes Geld tied- (locked-, Br.) up money, lock-up (Br.);
• stillgelegte Gelder non-earning reserve;
• tägliches Geld demand loan (deposit, money) (US), sight deposit, call loan (money, Br.), overnight credit, day-to-day money (Br.);
• teures Geld dear (close, tight, high, US) money;
• überschüssiges Geld surplus money;
• postalisch überwiesenes Geld postal money;
• telegrafisch überwiesenes Geld telegraphic money;
• überzähliges Geld overpayment, payment in excess;
• übriges Geld spare cash;
• mein übriges Geld the rest of my money;
• umlaufendes Geld current (effective) money, currency;
• ungültiges Geld money that is no longer current;
• unverzinsliche Gelder dormant funds;
• im Drogenhandel verdientes Geld drug money;
• leicht verdientes Geld easy money, money easily earned, money for jam (Br. sl.) (for old rope, sl.), soft (sl.);
• sauer (schwer, mühsam) verdientes Geld hard earnings, hard-earned money, tough buck (sl.);
• schnell verdientes Geld fast buck (US sl.), turkey (sl.);
• vereinnahmtes und verausgabtes Geld money received and expended;
• jederzeit verfügbare Gelder money on hand, floating money, disposable funds;
• tatsächlich verfügbares Geld effective money supply;
• von einer Bank verwaltete Gelder banker’s (bank) funds;
• treuhänderisch verwaltetes (verwahrtes) Geld trustee investment (Br.), trust funds;
• viel Geld plenty (good deal) of money;
• sehr viel Geld no end of money;
• vollwertiges Geld sterling money;
• weggeworfenes Geld money thrown away;
• wertbeständiges Geld store-of-value money;
• restlos zurückgezahltes Geld money refunded in full;
• Geld auf Abruf (auf tägliche Kündigung) call loan (money, Br.), day-to-day loan (money) (Br.), street (demand, US) loan, money at call;
• Brief und Geld (Börse) bills and money, bid and asked, bids and offers, sellers and buyers;
• mehr Geld als Brief (Kursbericht) more buyers than sellers, buyer’s market (over, Br.);
• Geld wie Heu (Mist) oodles of money;
• Geld in der Ladenkasse till money;
• Gelder mit Laufzeit time deposits;
• Geld und sofort fällige Staatsbankguthaben treasury cash;
• Geld der Steuerzahler taxpayers’ money;
• Geld in der Tasche shot in the locker (coll.);
• Geld mit gleich bleibendem Wert stable money;
• Geld auf eine Woche weekly fixtures;
• Geld mit Zwangskurs legal tender, lawful money (US);
• Geld-aus-der-Tasche-ziehen shakedown (US sl.);
• Geld sparend money-saving;
• Geld verdienend money-making;
• Geld abheben to [with]draw money;
• Geld von der Bank (seinem Bankkonto) abheben to draw money from the bank;
• Geld mittels Scheck abheben to check out (US);
• jem. Geld abknöpfen to stint s. o. of money, to squeeze money out of s. o.;
• jem. sein Geld bis zum letzten Heller abnehmen to fleece s. o. of every halfpenny;
• Geld abzweigen to divert money;
• jem. Geld anbieten to offer s. o. money;
• j. um Geld angehen to draw on s. o. for money;
• j. fortlaufend um Geld angehen to keep at s. o. with appeals for money;
• j. um Geld anhauen to touch s. o. for s. th. (sl.);
• Geld anlegen to embark money, to put money out, to invest funds, to make an investment;
• sein Geld in Aktien anlegen to invest one’s money in stocks and shares;
• sein ganzes Geld in Büchern anlegen to spend a small fortune on books;
• sein Geld falsch anlegen to misemploy one’s money;
• Geld fest anlegen to place money on deposit;
• sein Geld in Grundstücken anlegen to invest one’s money (make investments) in real estate;
• sein Geld gut anlegen to invest one’s money to good account, to get good value for one’s money (coll.);
• Geld im Hausbesitz anlegen to put money into houses;
• sein Geld klug anlegen to bestow one’s money wisely;
• sein Geld nutzbringend anlegen to lay out one’s money profitably;
• sein Geld in mündelsicheren Papieren anlegen to invest one’s money in a safe stock;
• Geld in Rentenwerten anlegen to sink money in an annuity;
• sein Geld schlecht anlegen to make bad use of one’s money;
• Geld auf Sparkonten anlegen to place money in savings accounts;
• Geld spekulativ anlegen to venture money in a speculation;
• Geld in Staatsanleihen (Staatspapieren) anlegen to fund (Br.);
• Geld vernünftig anlegen to put money to good use;
• Geld verzinslich anlegen to put one’s money out at interest;
• sein Geld vorteilhaft anlegen to lay out one’s money to advantage;
• Geld zinsbringend anlegen to place money on interest;
• um Geld anpumpen to touch (pump) for money (sl.);
• sein Geld einer Bank anvertrauen to give money to the bank for safe-keeping;
• Geld anweisen to remit money;
• Geld aufbringen to put up funds, to put up (borrow, raise, take up) money, to raise cash, to finance;
• Geld für ein Unternehmen aufbringen to put up the money for an undertaking;
• Geld durch Zeichnung aufbringen to raise funds by subscriptions;
• Geld aufnehmen to borrow (raise, take up) money, to take the rate;
• Geld auf ein Grundstück aufnehmen to raise money on an estate;
• Geld gegen hypothekarische Sicherheiten aufnehmen to borrow on a mortgage;
• Geld gegen Verpfändung der Anlagenwerte aufnehmen to raise money on the security of the assets;
• Geld auftreiben to raise (scare up, US coll.) money, to raise cash, to finance;
• Geld für ein Unternehmen auftreiben to find the money for an undertaking, to finance an institution;
• Geld für j. aufwenden to spend money on s. o.;
• Geld aufzählen to count up money;
• Geld ausgeben to lay out (spend) money;
• sein ganzes Geld ausgeben to go through all one’s money;
• eine Menge Geld ausgeben to spend lots of money;
• scheffelweise Geld ausgeben to squander away money, to be off on a spending spree, to spend money like water;
• verschwenderisch Geld ausgeben to spend lavishly;
• wenig Geld für sein Auto ausgeben to run a car at small cost;
• öffentliche Gelder bestimmungsgemäß ausgeben to use public money only for legitimate purposes;
• viel Geld für Bücher ausgeben to spend a small fortune on books;
• Geld falsch ausgeben to misspend money;
• Geld mit vollen Händen (hemmungslos) ausgeben to go the paces, to be on a big spending binge, to be off on a spending spree, to make the money fly, to spend money with both hands (without stint, like water);
• Geld leicht ausgeben to spend money with a free hand;
• sein Geld für nichts und wieder nichts ausgeben to throw away one’s money for nothing;
• Geld spekulativ ausgeben to venture money in speculation;
• sein Geld umsonst ausgeben to spend one’s money for no purpose;
• viel Geld für Werbung ausgeben to advertise in a big way;
• jem. mit Geld aushelfen to aid s. o. with money;
• mit seinem Geld auskommen to live within one’s means;
• mit wenig Geld auskommen to live on little money;
• Geld ausleihen to lend money, to put money out to loan;
• Geld auf Bodmerei ausleihen to lend money on bottomry;
• Geld gegen Sicherheiten ausleihen to lend money on security;
• Geld auf Zinsen ausleihen to put out money (borrow) at interest, to place money on interest;
• Geld zinsfrei ausleihen to lend money free of interest;
• Geld ausspucken to spill money (fam.);
• jem. gegen Vorlage seines Personalausweises Geld auszahlen to pay s. o. a sum upon submission of proof of identity;
• sich um Geld balgen to scramble for money;
• restliches Geld behalten to keep the odd money;
• Teil des Geldes behalten to retain part of the money;
• Geld beiseiteschaffen to finance money away;
• für sein Geld etw. [Gleichwertiges] bekommen to get one’s money’s-worth;
• etw. für sein Geld geboten bekommen to have a run for one’s money;
• von jem. keinen Pfennig Geld bekommen not to see the colo(u)r of s. one’s money;
• Verfügungsgewalt über sein Geld bekommen to come into one’s own money;
• Geld abgezählt bereithalten no change given;
• Geld bereitstellen to finance;
• öffentliche Gelder bereitstellen to make the necessary public funds available;
• Geld beschaffen to furnish (procure) money, to provide funds;
• das erforderliche Geld beschaffen (auftreiben) to find the money;
• jem. Geld besorgen to provide s. o. with money;
• aus lauter Geld bestehen to be made of money;
• j. um sein ganzes Geld betrügen to fleece s. o. of (jockey, do s. o. out of) all his money;
• Geld bewilligen to grant money, (parl.) to vote supplies (funds);
• jem. für sein Geld etw. bieten to give s. o. a run for his money;
• j. eilig um Geld bitten to rush s. o. for money;
• j. um sein Geld bringen to relieve s. o. of his money;
• j. um sein ganzes Geld bringen to bilk s. o. out of his money;
• das große Geld bringen to bring in big money;
• Geld unter die Leute bringen to put money into circulation;
• Geld in Verkehr bringen to pass the coin;
• Geld bei einer Bank deponieren to deposit money with a bank;
• Geld durchbringen to waste money;
• Geld einfordern to demand payment;
• Geld einkassieren to pocket cash;
• Geld einnehmen to receive money;
• Geld einschießen to give in, to put into, to contribute capital;
• Geld in den Wirtschaftskreislauf einschleusen to pump money into the economic system;
• mit Geld einspringen to chip in (US);
• Geld einstecken (einstreichen) to pocket money;
• sich sein Geld sehr genau einteilen to make a penny go a long way;
• Geld eintreiben to enforce payment, to recover a debt;
• Geld bei einer Bank einzahlen to put money in[to] (deposit money with) a bank;
• Geld auf ein Konto einzahlen to pay money into an account;
• schlechtes Geld einziehen to call in coins;
• seine Gelder einziehen to call in one’s money;
• Geld durch Zahlkarte überwiesen erhalten to be paid out in cash by the postman;
• Geld erheben to raise money;
• Geld auf betrügerische Weise erlangen to get money by fraud;
• j. um sein Geld erleichtern to part s. o. from his money;
• Geld erpressen to ramp (Br. sl.);
• gestohlenes Geld ersetzen to replace stolen money;
• im Geld ersticken to be rolling in money;
• aus öffentlichen Geldern fördern to subsidize;
• gesperrte Gelder freigeben to release funds;
• Geld auf Bodmerei geben to advance money on bottomry;
• ins Geld gehen to run into money (coll.);
• erheblich ins Geld gehen to run into large amounts;
• mit seinem Geld geizen to be very near with one’s money;
• Geld haben to be worth money (in stock, in cash);
• dicke Gelder haben to have a fat income;
• eigenes Geld haben to have money of one’s own;
• genügend Geld haben to have money in sufficiency;
• nicht genügend Geld haben to feel the need of money;
• haufenweise Geld (Geld wie Heu, Mist) haben to have scads (lots, coll., piles, coll.) of money, to be simply coining money, to have money to burn, to have money galore;
• kaum Geld haben to be hard up [for money];
• kein (Mangel an) Geld haben to get aground, to be short of stuff (pressed for funds);
• massenhaft Geld haben to have loads (scads, US) of money;
• scheffelweise Geld haben to have lots of money (coll.);
• Taschen voller Geld haben to have one’s pockets full of money;
• Unmenge Geld (unermessliche Geld er) haben to have lots (a pot) of money;
• viel Geld haben to have a large income;
• sehr wenig Geld haben to have very little money;
• für sein Geld etw. haben to have a run for one’s money;
• Geld bei sich haben to have (carry) money on one;
• kein Geld bei sich haben not to have any money on one, to have no cash on o. s.;
• sein Geld gut angelegt haben to get good value for one’s money;
• Geld in Staatspapieren angelegt haben to have money in the funds (Br.);
• Geld ausstehen haben to have money owing;
• Geld auf der Bank haben to have funds with (money in) a bank;
• genügend Geld zum Bauen haben to have ample means for building;
• etw. Geld beiseite gelegt haben to have a little money in reserve;
• schönes Stück Geld gespart haben to have saved a nice bit of money;
• Geld in der Kasse haben to have cash in hand;
• Geld bei jem. stehen haben to have money lodged with s. o.;
• Geld bei einer Bank stehen haben to keep money at a bank;
• Geld im Überfluss haben to have scads (lots, piles) of money, to have money to burn;
• Geld zur Verfügung haben to have money at one’s disposal;
• viel Geld zur Verfügung haben to have a big bankroll;
• so viel Geld zur Verfügung haben to have so much money in hand;
• Geld zurückgelegt haben to have money laid aside (put by);
• Geld zu jds. Verfügung halten to hold money to s. one’s order;
• am Geld hängen to be a slave to money;
• nach Geld heiraten to marry money;
• Geld herausbekommen to get change;
• Geld herausgeben to give change;
• Geld aus jem. herausholen to get money out of s. o.;
• Geld aus jem. herauskitzeln (herauslocken) to elicit (entice, worm) money out of s. o.;
• Geld aus jem. herauspressen to wring money out of s. o.;
• Geld herausrücken to part with one’s money, to fork out, to cough up (sl.);
• Geld bei jem. herausschinden to extract money from s. o.;
• Geld aus etw. herausschlagen to make money out of s. th.;
• Geld zum Fenster herauswerfen to throw money down the drain;
• Geld aus einem Geschäft herausziehen to withdraw money from a business;
• Geld herbeischaffen to raise money;
• sein ganzes Geld hergeben to part with all one’s money;
• mit seinem Geld nur so herumschmeißen to play ducks and drakes with one’s money;
• Satz für tägliches Geld hinaufsetzen to mark up call money (US);
• sein Geld mit beiden Händen zum Fenster hinauswerfen to throw money down the drain;
• Geld hineinstecken to embark money;
• Geld bei jem. hinterlegen to lodge (deposit) money with s. o.;
• Geld bei einer Bank hinterlegen to place money on deposit with a bank;
• Geld bei Gericht hinterlegen to bring money into the court;
• Geld horten to hoard money;
• Geld investieren to invest capital;
• Geld in Häusern investieren to put money into houses;
• für billiges Geld kaufen to buy at a moderate price;
• mit Geld klimpern to chink;
• mit dem Geld knausern to stint money;
• um sein Geld kommen to lose one’s money;
• plötzlich zu Geld kommen to strike a lead (it rich);
• plötzlich zu viel Geld kommen to come into the big money;
• schnell zu Geld kommen to make a quick buck (sl.);
• schwer Geld auftreiben können to be hard set to find money;
• sich von seinem Geld schwer trennen können not to like to part with one’s money;
• nicht mit Geld umgehen können not to know how to handle money;
• Geld kosten to require money;
• Haufen Geld kosten to cost a packet of money;
• heilloses Geld kosten to cost an unholy amount of money;
• schweres Geld kosten to cost a great deal of money, to cost a lot (pot) of money;
• j. schweres Geld kosten to be a heavy burden on s. o.;
• anständige Stange (schönes Stück) Geld kosten (fam.) to run to (cost) a pretty penny, to come to a deal of money;
• sein Geld arbeiten lassen to put one’s money out at interest;
• sein Geld nicht arbeiten lassen to let one’s money lie idle;
• j. um sein Geld betteln lassen to let s. o. whistle for his money;
• Geld springen lassen to bleed well (sl.);
• sehr ins Geld laufen to run into very large sums;
• von seinem Geld leben to live on one’s capital;
• Geld auf die Bank legen to put money in[to] a bank;
• Geld auf die hohe Kante legen to put money by;
• Geld auf den Tisch legen to put down the money (fam.);
• Geld leihen (jem.) to loan (lend) money, (von jem.) to borrow [money];
• sein Geld loswerden to get rid of one’s money, to drop money (US sl.);
• Geld machen to make money;
• zu Geld machen to convert (turn) into cash, to turn (run) into money, to coin;
• Geld flüssig machen to ease money free;
• Geld locker machen to spring money (Br. coll.);
• aus seinem Geld mehr machen to manage one’s money more effectively;
• Geld nachschießen to pay an additional amount (sum);
• gutes Geld schlechtem Geld nachwerfen (hinterherwerfen) to throw good money after bad (coll.);
• herausgegebenes Geld nachzählen to count one’s change;
• Geld aus der Ladenkasse nehmen to take money from the till;
• bei Freunden hemmungslos Geld pumpen to feel no qualms about borrowing money from friends;
• Geld reinbuttern to kick in (sl.);
• Geld zu einem bestimmten Zweck sammeln to make up a purse;
• Geld für wohltätige Zwecke sammeln to canvass on (Br.) (in, US) behalf of charity;
• Geld auf die Seite schaffen to finance money away;
• Geld scheffeln to coin (coll.) (scoop up) money, to be simply coining money (Br.);
• monatlich Geld nach Hause schicken to remit money home each month;
• mit dem Geld nur so um sich schmeißen to scatter money broadcast, to fling one’s money about, to blow one’s money (sl.);
• [sein] Geld aus dem Fenster schmeißen to fling one’s money out of the window, to throw money down the drain;
• Geld schöpfen to create money;
• Geld schulden to owe money;
• viel Geld schulden to be involved in debts;
• im Geld [nur so] schwimmen to be rolling in cash (money, wealth, coll.), to bucket money, to have loads of money;
• bei Geld sein to be flush of money (in funds), to be in cash (the chips, sl.);
• knapp bei Gelde sein to be hard up (in low water), to be short of money;
• nicht bei Geld sein to be out of cash (funds);
• scharf aufs Geld aus sein to be keen on money making;
• völlig ohne Geld sein to be penniless (broke);
• aufs Geld aus sein to be after (out for) money, to be on the make (sl.);
• nicht mit Geld zu bezahlen sein to be worth its weight in gold;
• mit Geld freigebig sein to be open-handed with money;
• mit Geld reichlich (wohl) versehen sein to have a well-lined purse, to be flush of money;
• Geld sparen to save money;
• um Geld spielen to play for money, to game;
• Geld in ein Geschäft stecken to put capital into a business;
• sein Geld ins Geschäft stecken to lock up one’s cash in one’s trade;
• sein ganzes Geld ins Geschäft stecken to sink all one’s money in the concern;
• enorm viel Geld in sein Geschäft stecken to spend a fortune over one’s business;
• Geld aus der Ladekasse stehlen to abstract money from a till;
• Geld für ein Unternehmen zur Verfügung stellen to put up money for an undertaking;
• nach Geld stinken to stink of money (sl.);
• sich Geld in die Taschen stopfen to shove money into one’s pocket;
• viel Geld zu verdienen suchen to go in for money;
• sein letztes Geld mit jem. teilen to share one’s last crust with s. o.;
• Geld zur Sparkasse tragen to put money into the savings bank;
• Geld unmittelbar übergeben to hand over the money direct;
• Geld überweisen to transmit (transfer) money;
• jem. Geld überweisen to put s. o. in cash, to send s. o. a remittance;
• telegrafisch Geld überweisen to transfer money by cable;
• großzügig mit fremden Geld umgehen to be generous with other people’s property;
• leichtsinnig mit Vaters Geld umgehen to play fast and loose with father’s money;
• sorglos mit seinem Geld umgehen to be very flush with one’s money;
• sparsam mit seinem Geld umgehen to husband one’s money
• [fremdes] Geld umrechnen to reduce money;
• in [bares] Geld umsetzen to turn into money (cash), to realize;
• sein Geld dreimal jährlich umsetzen to turn one’s money three times a year;
• Geld ohne zusätzliche Gebühren gegen die landesübliche Währung umtauschen to change the currency without having to pay an extra charge;
• falsches Geld unterbringen to fob off false coin;
• Geld unterschlagen to convert money to one’s own use;
• öffentliche Gelder unterschlagen (veruntreuen) to misappropriate public funds, to misapply public money;
• j. mit Geld unterstützen to assist s. o. with money;
• Geld verauslagen to disburse money;
• Geld verdienen to make money;
• Haufen Geld verdienen to make stacks of money;
• schweres Geld verdienen to earn big (heavy) money, to line one’s pocket, to make money hand over fist;
• schöne Stange Geld verdienen to make piles of money;
• an einer Sache ein schönes Stück Geld verdienen to make a pretty penny out of s. th.;
• viel Geld verdienen to earn big money, to have a large income, to do well;
• enorm viel Geld verdienen to be simply coining money;
• auf einen Schlag viel Geld verdienen to earn a lot of money in one scoop;
• sein Geld auf anständige Art und Weise (ehrlich) verdienen to turn an honest penny;
• Geld wie Heu (Mist) verdienen to be simply coining money, to make money hand over fist;
• Geld vereinnahmen to receive money;
• Geld vergeuden to trifle away one’s money;
• schrankenlos Geld verleihen to lend money without limits;
• Geld bei etw. verlieren to lose money on s. th;
• bei etw. sehr viel Geld verlieren to drop a lot of money;
• jem. sein ganzes Geld vermachen to leave one’s money to s. o.;
• sein Geld verplempern to muddle away one’s money;
• Geld verpulvern to blow money (sl.);
• sich Geld verschaffen to procure money;
• sich Geld durch Betrug verschaffen to obtain money by fraud;
• sich das nötige Geld verschaffen to raise the wind (fam.);
• sein Geld verschleudern to make pots and pans of one’s property, to throw one’s money about;
• viel Geld verschlingen to cost a mint of money;
• j. mit Geld versehen to keep s. o. in money, to supply s. o. with funds, to finance s. o.;
• sein Geld verspekulieren to finance one’s money away (US);
• Geld gleichmäßig verteilen to divide money equally;
• sein Geld gut verwenden to make good use of one’s money;
• jem. sein Geld vorenthalten to keep s. o. out of money;
• Geld vorschießen (vorstrecken) to advance money;
• Geld für einen Hausbau vorsehen to destine money to build a house;
• jem. Geld vorzählen to count money before s. o.;
• ausländisches Geld wechseln to change foreign currency;
• von allen Leuten (Seiten) um Geld angegangen werden to be pressed for money from all quarters;
• mit Geld nur so um sich werfen to fling one’s money about, to throw money about like dirt;
• sein Geld auf die Straße werfen to throw money down the drain;
• sein Geld nicht wiederbekommen to be put out of pocket;
• für sein Geld etw. haben wollen to want one’s money’s-worth;
• im Gelde wühlen to be wallowing (rolling) in money;
• in barem Geld zahlen to pay in cash;
• in deutschem Geld zahlen to pay in German money;
• sein Geld zählen to tell one’s money (US);
• jem. Geld aus der Tasche ziehen to relieve s. o. of his money, to shake s. o. down (US sl.);
• Geld seiner Zweckbestimmung zuführen to appropriate money;
• sein Geld zurückbekommen to recover (get back) one’s money;
• Geld an den Eigentümer zurückgeben to restore (refund) money to the owner;
• zu viel gezahltes Geld zurückgeben to return an overpaid amount;
• schönes Stück Geld zurücklegen to put a good deal of money aside;
• Geld für unvorhergesehene Ereignisse zurücklegen to reserve money for unforeseen contingencies, to put aside for a rainy day;
• sein Geld zurückverlangen to want [to get] one’s money back;
• sein Geld zusammenhalten to take care of one’s money;
• Geld zusammenkratzen to scrape up a sum of money, to scratch together, to scramble up money;
• ein bisschen Geld zusammenkratzen to rake together a little money;
• Geld zusammenscharren to scramble up money;
• sein Geld zusammenwerfen to pool one’s resources;
• Geld zuschießen to contribute money;
• Gelder zweckbestimmen to earmark funds;
• Gelder zweckentfremden (anderen als den vorhergesehenen Zwecken zuführen) to alienate funds from their proper destination;
• Geld gesucht (Kurszettel) wanted, inquired matter;
• ohne Geld geht nichts money talks;
• damit kann man viel Geld verdienen there is money in it;
• Geld spielt keine Rolle, auf Geld wird nicht gesehen (Anzeige) money is no object;
• Geldabfindung monetary indemnity, pecuniary compensation (satisfaction), cash settlement;
• Geldabfluss drain of money, efflux of funds;
• Geldabfluss zu einer Flut anschwellen lassen to turn the outflow of money into a flood;
• Geldabhebung draft [of money], withdrawal of [a sum of] money, drawing, cashing;
• Geldabschöpfung absorption of purchasing power;
• kreditäre Geldabschöpfung creation of currency (money);
• Geldabwertung devaluation (devalorization) of the currency;
• Geldabzug drain of money;
• Geldadel moneyed aristocracy, plutocracy.
herbeischaffen, Geld
to raise funds (the wind, sl.).
vorstrecken, Geld
to advance money.
zusammenkratzen, Geld
to scrape up a sum of money;
• Pfennige zusammenkratzen to scrabble the pennies together.
zusammenschießen, Geld
to club together;
• Gelder (Kapitalien) zusammenschießen to pool funds;
• sein Kapital zusammenschießen to join stock with s. o. -
68 quedar
v.1 to be left, to remain.¿queda azúcar? is there any sugar left?nos quedan 100 pesos we have 100 pesos left¿cuánto queda para León? how much farther is it to León?quedan dos vueltas para que termine la carrera there are two laps to go until the end of the racequedar por hacer to remain to be donequeda por fregar el suelo the floor has still to be cleanedAlgo queda Something is left, something remains.Queda un solo carro There is only one car.Eso queda lejos This is far away.2 to remain, to stay.el viaje quedó en proyecto the trip never got beyond the planning stage¡esto no puede o no va a quedar así! I'm not going to let it rest at this!3 to look.te queda un poco corto el traje your suit is a bit too shortquedar bien/mal a alguien to look good/bad on somebodyquedar bien/mal con algo to go well/badly with something4 to be (informal) (estar situado).queda por las afueras it's somewhere on the outskirts¿por dónde queda? whereabouts is it?5 to keep on, to keep.Ella quedó trabajando She kept on working.6 to fit.Esta camisa me queda (bien) This shirts fits (well).Queda bien It fits well.7 to be left with, to have left, to have.Me quedó un dolar solamente I was left with one dollar only.8 to get, to become.Ella quedó alegre She got happy, she became happy.El caso quedó muy claro The case became very clear.9 to leave.Se me quedó mi sombrero I left my hat.10 to act, to perform, to come across, to do one's part.Quedé muy bien en la reunión I acted [did my part] very well at the meeting.11 to be still pending to.Queda pintar It is still pending to paint.12 to be left to be done.13 to be for.Me queda muy difícil It is very difficult for me.14 to make an appointment.* * *1 (permanecer) to remain, stay2 figurado (terminar) to end3 (cita) to arrange to meet4 (resultado de algo) to be■ al morir sus padres quedó solo en la vida when his parents died he was left all alone in the world5 (favorecer) to look, fit■ ¿qué tal me queda? does it suit me?, how does it look on me?6 (estar situado) to be■ ¿por dónde queda? whereabouts is it?7 (restar) to be left, remain8 (faltar) to be, be still9 quedar en (convenir) to agree to10 quedar por + inf not to have been + past participle■ la cama quedó por hacer the bed had not been made, the bed was left unmade■ queda por ver si llegarán a algún acuerdo it remains to be seen whether they will come to some agreement11 quedar + gerundio to be, remain1 (permanecer) to remain, stay, be2 (resultado de algo) to be, remain3 eufemístico (morirse) to die4 (mar, viento) to become calm; (viento) to drop5 quedarse con (retener algo) to keep\ahí quedó la cosa that's the way it was left¿en qué quedamos? so what's it to be?no quedar títere con cabeza familiar to leave nothing intact'Queda de usted atentamente...' (en cartas) "Yours faithfully..."quedar a deber algo to owe somethingquedar alguien bien/mal to make a good/bad impressionquedar como un señor/una señora familiar to create a very good impressionquedarse atrás figurado to be left behindquedarse con alguien familiar to make a fool of somebody, have somebody onquedarse con la boca abierta figurado to be dumbfounded, be stunnedquedarse con las ganas de algo figurado to go without somethingquedarse en blanco to go blankquedarse sin algo to run out of somethingquedarse sin blanca familiar to be brokequedarse tan tranquilo,-a familiar not to bat an eyelidquedar en nada to come to nothing* * *verb1) to remain2) fit, suit3) be left4) suit•- quedarse* * *Para expresiones como quedarse tan ancho, quedarse con las ganas, quedársele grabado algn, quedarse helado, quedarse parado, ver la otra entrada.1. VERBO INTRANSITIVO1) [indicando lugar] to be¿por dónde queda Correos? — where's the post office?
2) [indicando posición]•
quedar [atrás], no quieren quedar atrás en la carrera espacial — they don't want to be left behind {o} fall behind in the space race3) [indicando resultado]a) [con adjetivos, adverbios, locuciones preposicionales, participios]•
quedar [ciego] — to go blind•
quedar [huérfano] — to be orphaned•
quedar [viuda]/[viudo] — to be widowed, lose one's husband/wifeb)• quedar [en] algo, ¿en qué quedó la conversación? — how did the conversation end?
c)• quedar [sin], miles de personas han quedado sin hogar — thousands of people have been left homeless
la reconstrucción del puente ha quedado sin hacer por falta de presupuesto — the rebuilding of the bridge has been abandoned because of a shortage of funds
4) [en el trato, al hablar]•
quedar [bien], regalando flores siempre queda uno bien — taking flowers always makes a good impression•
quedar [mal], nos hiciste quedar mal haciendo esas preguntas — you made us look bad by asking those questions•
quedar [por] algo — to be left looking like sthaunque fue idea de todos, yo quedé por el culpable — although everyone was to blame, it ended up looking as if it was my fault
•
quedar en [ridículo], ha quedado en ridículo — he ended up looking a foolquería que su marido quedara en ridículo — she wanted to make her husband look a fool, she wanted to show her husband up
5) (=permanecer) to stayquedo a la espera de sus noticias — [en carta] I look forward to hearing from you
6) (=haber todavía) to be left¿queda algo de la cena? — is there any dinner left?
de la ciudad solo queda el castillo — all that remains {o} is left of the city is the castle
se me cayó un poco de vino, pero no ha quedado ninguna mancha — I spilt some wine, but it didn't leave a stain
si a 8 le quito 2, quedan 6 — if I take 2 from 8, I'm left with {o} it leaves 6
•
quedarle [a algn], ¿le quedan entradas para esta noche? — do you have any tickets left for tonight?•
quedar [a deber] algo — to owe sthno tenía suficiente y tuve que quedarle a deber — I didn't have enough money on me, so I had to owe him
•
quedan pocos días [para] la fiesta — the party is only a few days away•
quedar [por] hacer, nos queda por pagar la luz — we still have to pay the electricity bill•
no me queda más [remedio] — I have no alternative (left)que no quede —
por mí que no quede, yo he ayudado en lo que he podido — it won't be for want of trying on my part, I helped as much as I could
7) (Educ) [asignatura]8) [ropa] (=ser la talla) to fit; (=sentar) to suit¿qué tal (de grande) te queda el vestido? — does the dress fit you?
no queda bien así/aquí — it doesn't look right like that/here
9)• quedar [en] (=acordar) —
¿quedamos en eso, entonces? — we'll do that, then, all right?
quedar en {o} LAm de hacer algo — to agree to do sth
quedaron en esperar unos días antes de tomar una decisión definitiva — they agreed to wait a few days before taking a final decision
•
quedar en [que] — to agree that¿en qué quedamos? ¿lo compras o no? — so what's it to be then? are you going to buy it or not?
10) (=citarse) to arrange to meethabíamos quedado, pero no se presentó — we had arranged to meet, but he didn't turn up
¿quedamos a las cuatro? — shall we meet at four?
¿cómo quedamos? — where shall we meet and what time?
•
quedar [con] algn — to arrange to meet sb¿quedamos con ella en la parada? — shall we meet her at the bus stop?
2.See:* * *1.verbo intransitivo1) (en un estado, una situación)quedar viudo/viuda — to be widowed
quedar sin hogar/en la miseria — to be left homeless/destitute
ha quedado acordado que... — it has been agreed that...
¿dónde quedamos la clase pasada? — where did we get (up) to in the last class?
¿quién quedó en primer/último lugar? — who was o came first/last?; (+ me/te/le etc)
me quedó muy claro que... — it was quite clear to me that...
si no vamos, quedamos mal — it'll look bad if we don't go
quedó en ridículo — ( por culpa propia) he made a fool of himself; ( por culpa ajena) he was made to look a fool
3) ( permanecer)¿queda alguien adentro? — is there anyone left inside?
quedamos a la espera de su confirmación — (frml) we await your confirmation (frml)
quedo a sus gratas órdenes — (frml) (Corresp) Sincerely yours (AmE), Yours faithfully (BrE)
quedar EN algo: todo quedó en suspenso everything was left in the air; nuestros planes quedaron en nada our plans came to nothing; quedar atrás — persona to fall behind; rencillas/problemas to be in the past
4) (+ me/te/le etc)a) tamaño/tallame queda grande/largo/apretado — it's too big/long/tight for me
la talla 12 le queda bien — the size 12 fits (you/him) fine
b) ( sentar)el azul/ese peinado te queda muy bien — blue/that hairdo really suits you
5)a) (acordar, convenir)quedar EN algo: ¿en qué quedaron? what did you decide?; ¿entonces en qué quedamos? so, what's happening, then?; quedamos en que yo iría we agreed o arranged that I would go; quedar EN or (AmL) DE + INF: quedaron en no decirle nada they agreed o decided not to tell him anything; quedó en venir a las nueve — she said she would come at nine
b) ( citarse)¿a qué hora/dónde quedamos? — what time/where shall we meet?
6) ( estar situado) to bequeda justo enfrente de la estación — it's right opposite the station; (+ me/te/le etc)
me queda muy lejos/cerca — it's very far/near from where I live (o work etc)
7) (en 3a pers)a) ( haber todavía)¿queda café? — is there any coffee left?
sólo quedan las ruinas — only the ruins remain; (+ me/te/le etc)
¿te queda algo de dinero? — do you have any money left?
¿te queda alguna duda? — is there anything you still don't understand?
b) ( sobrar) comida/vino to be left (over)8) ( faltar)¿cuántos kilómetros quedan? — how many kilometers are there to go?; (+ me/te/le etc)
2.quedar POR + INF: queda mucho por ver/visitar there is still a lot to see/visit; aún quedan estudiantes por pagar there are still some students who haven't paid; (+ me/te/le etc) aún me queda todo esto por hacer I still have all this to do; no me/le queda otra (AmL fam) I have/he has no choice; por... que no quede (Esp fam): venga, por intentarlo que no quede come on, let's at least give it a try; hazlo, por mí que no quede — go ahead, don't let me stop you
1) quedarse v pron2)a) ( en un lugar) to stayquedarse en casa/en la cama — to stay at home/in bed
se quedaron en París/en un hotel — they stayed in Paris/in a hotel
b) (en un estado, una situación) (+ compl)quédate tranquilo, yo me ocuparé del asunto — relax, I'll take care of it
¿te quedaste con hambre? — are you still hungry?
se me quedó mirando — he sat/stood there staring at me, he just stared at me
de repente el motor se quedó — (AmL) the engine suddenly died on me
3) (+ me/te/le etc)a) (fam) ( memorizar)b) (Andes) ( olvidarse)c) (Esp) ( llegar a ser)4)quedarse CON algo: se quedó con mi libro she kept my book; entre él y su mujer no sé con cuál me quedo there's not much to choose between him and his wife; me quedo con éste I'll take this one; quedarse con alguien — (Esp fam) ( engañarlo) to take somebody for a ride (colloq)
* * *= remain.Ex. Needless to say, any errors which remain are entirely our responsibility.----* aunque la mona se vista de seda, mona se queda = You can't make a silk purse out of a sow's ear, You can take the boy out of the country, but you can't take the country out of the boy.* el que lo encuentre se lo queda = finders keepers.* estar quedándose sin = run + low (on).* hacer que Uno se quede dormido = put + Nombre + to sleep.* hacer una marca para indicar el lugar donde uno se ha quedado leyen = mark + Posesivo + place.* mecer a Alguien hasta que quede dormido = rock + Nombre + to sleep.* mente + quedarse en blanco = mind + go blank.* mientras queden = while stocks last.* Nombre de Lugar + quedarse chico = outgrow + Nombre de Lugar.* no quedarse ahí = there + be + more to it than that.* para que quede más claro = for main effects.* quedar Algo a Alguien = be left with.* quedar anulado con el paso del tiempo = be overtaken by events.* quedar atrapado = get + caught.* quedar constatado = go on + record.* quedar deshecho = go to + pieces.* quedar destrozado = go to + pieces.* quedar en segundo plano = come in + a poor second.* quedar en suspenso = go into + abeyance.* quedar exempto de = discharge from.* quedar + Expresión Temporal = be + Expresión Temporal + off.* quedar igual = remain + the same.* quedar impactado = be impressed.* quedar impresionado = be impressed.* quedar impune = go + scot-free, go + scot-free, get away + scot-free.* quedar inpune = go + unpunished.* quedar libre = become + vacant.* quedar mal = lose + face.* quedar muchísimo por hacer = a great deal more needs to be done.* quedar mucho más por hacer = much more needs to be done.* quedar mucho (para) = have + a long way to go (before), there + be + a long way to go (before).* quedar mucho por conocer = there + be + a great deal yet to be learned, there + be + still a great deal to be learned.* quedar mucho por hacer = more needs to be done, have + a long way to go.* quedar mucho por saber = there + be + a great deal yet to be learned, there + be + still a great deal to be learned.* quedar patas arriba = flip-flop.* quedar pendiente = remain, remain + to be done.* quedar peor = be a little worse prepared, be a little worse off.* quedar poco (para) = have + a short way to go (before).* quedar por hacer = remain + to be done.* quedar por + Infinitivo = remain + to be + Participio.* quedar por ver = be an open question, remain + to be seen.* quedar registrado = go on + record.* quedarse = stay, stay behind, board.* quedarse abandonado en una isla desierta = be stranded on a desert island.* quedarse a dormir en la casa de un amigo = sleepover.* quedarse afónico = lose + Posesivo + voice.* quedarse al margen = stand by.* quedarse a medias = fall (between/through) + the cracks.* quedarse anodadado = be speechless, be gobsmacked.* quedarse anticuado = date.* quedarse arriba = sit on + top.* quedarse atascado = get + stuck.* quedarse atónito = be astonished, be bowled over, stun into + speechlessness.* quedarse atrancado = get + stuck.* quedarse atrás = fall behind, hang back, trail, trail behind, be behind.* quedarse boquiabierto = give + a gasp of, eyes + pop (out), Posesivo + eyes + pop out of + Posesivo + head, Posesivo + eyes + pop out of + Posesivo + socket.* quedarse completamente atónito = You could have pushed + Nombre + over with a feather.* quedarse con = pocket, cream off.* quedarse con el culo al aire = come + unstuck.* quedarse congelado = be frozen stiff.* quedarse corto = stop + short of, fall + short, fall + short of.* quedarse dentro de casa = stay + indoors.* quedarse de piedra = You could have pushed + Nombre + over with a feather.* quedarse dormido = fall + asleep, doze off, nod off, drop off to + sleep, go to + sleep.* quedarse dormido al volante = fall + asleep at the wheel.* quedarse embarazada = become + pregnant, be up the spout, have + a bun in the oven.* quedarse en = stick at.* quedarse en blanco = go + blank, mind + go blank.* quedarse encallado = be stranded.* quedarse en casa = stay + indoors.* quedarse en el camino = fall by + the wayside.* quedarse en el mismo sitio = stay + put.* quedarse en el sitio = die + there and then.* quedarse en estado = become + pregnant.* quedarse en la cama hasta tarde = have + a lie-in.* quedarse en la estacada = be left out on a limb.* quedarse en la ignorancia = leave + Nombre + in the dark.* quedarse en silencio = fall + silent, lapse into + silence.* quedarse en tablas = split down the middle.* quedarse estancado = stagnate.* quedarse estupefacto = stun into + speechlessness, eyes + pop (out), Posesivo + eyes + pop out of + Posesivo + head, be speechless, be gobsmacked, Posesivo + eyes + pop out of + Posesivo + socket.* quedar segundo = come off + second-best.* quedarse hecho polvo = be gutted, feel + gutted.* quedarse helado = be frozen stiff.* quedarse huérfano = orphan.* quedarse igual = be none the wiser.* quedarse impresionado = be bowled over.* quedarse inamovible = stay in + place.* quedarse inmóvil = stay + still.* quedarse levantado = stay up.* quedarse mudo = be speechless, be gobsmacked.* quedarse obsoleto = be overtaken by events, outgrow.* quedarse parado = stand + still, stand by.* quedarse pasmado = stun.* quedarse patidifuso = eyes + pop (out), Posesivo + eyes + pop out of + Posesivo + head, Posesivo + eyes + pop out of + Posesivo + socket.* quedarse patitieso = freeze to + death.* quedarse pequeño = overflow.* quedarse prendado = smite.* quedarse prendado de = take + a fancy to, take + a shine to.* quedarse prendado por = take + a liking to.* quedarse preñada = become + pregnant, have + a bun in the oven.* quedarse quieto = stand + still, stand by.* quedarse ronco = lose + Posesivo + voice.* quedarse sin = run + short (of), miss out on, run out of, run out.* quedarse sin aliento = run out of + breath.* quedarse sin conocimiento = lose + Posesivo + consciousness, pass out.* quedarse sin fuelle = run out of + steam.* quedarse sin fuerza = lose + steam.* quedarse sin gas = lose + steam.* quedarse sin habla = stun into + speechlessness, be speechless, be gobsmacked.* quedarse sin negocio = go out of + business.* quedarse sin palabras = stun into + speechlessness, be at a loss for words, be lost for words.* quedarse sin sentido = lose + Posesivo + consciousness, pass out.* quedarse sin suerte = run out of + luck, luck + run out.* quedarse sin voz = lose + Posesivo + voice.* quedarse sorprendido por = be amazed by, be amazed at.* quedarse tan fresco = not bat an eyelash, not bat an eyelid.* quedarse tieso = be frozen stiff.* quedarse tieso de frío = be frozen stiff.* quedarse tirado = be stranded.* quedarse varado = get + stuck, be stranded.* quedarse viudo = widow.* quedar sin castigo = go + unpunished.* quedar un poco = be some way off.* quedar un poco perjudicado = be a little worse prepared, be a little worse off.* quedar vacante = become + vacant.* quedar vacío = empty.* que no queda bien = ill-fitting.* que queda = surviving.* que queda mal = ill-fitting.* que quede entre nosotros = between you and me, between ourselves.* según quedó indicado en = as was pointed out in.* siempre queda una esperanza = where there's life there's hope.* si queda tiempo = time permitting.* todo queda en casa = all in the family.* * *1.verbo intransitivo1) (en un estado, una situación)quedar viudo/viuda — to be widowed
quedar sin hogar/en la miseria — to be left homeless/destitute
ha quedado acordado que... — it has been agreed that...
¿dónde quedamos la clase pasada? — where did we get (up) to in the last class?
¿quién quedó en primer/último lugar? — who was o came first/last?; (+ me/te/le etc)
me quedó muy claro que... — it was quite clear to me that...
si no vamos, quedamos mal — it'll look bad if we don't go
quedó en ridículo — ( por culpa propia) he made a fool of himself; ( por culpa ajena) he was made to look a fool
3) ( permanecer)¿queda alguien adentro? — is there anyone left inside?
quedamos a la espera de su confirmación — (frml) we await your confirmation (frml)
quedo a sus gratas órdenes — (frml) (Corresp) Sincerely yours (AmE), Yours faithfully (BrE)
quedar EN algo: todo quedó en suspenso everything was left in the air; nuestros planes quedaron en nada our plans came to nothing; quedar atrás — persona to fall behind; rencillas/problemas to be in the past
4) (+ me/te/le etc)a) tamaño/tallame queda grande/largo/apretado — it's too big/long/tight for me
la talla 12 le queda bien — the size 12 fits (you/him) fine
b) ( sentar)el azul/ese peinado te queda muy bien — blue/that hairdo really suits you
5)a) (acordar, convenir)quedar EN algo: ¿en qué quedaron? what did you decide?; ¿entonces en qué quedamos? so, what's happening, then?; quedamos en que yo iría we agreed o arranged that I would go; quedar EN or (AmL) DE + INF: quedaron en no decirle nada they agreed o decided not to tell him anything; quedó en venir a las nueve — she said she would come at nine
b) ( citarse)¿a qué hora/dónde quedamos? — what time/where shall we meet?
6) ( estar situado) to bequeda justo enfrente de la estación — it's right opposite the station; (+ me/te/le etc)
me queda muy lejos/cerca — it's very far/near from where I live (o work etc)
7) (en 3a pers)a) ( haber todavía)¿queda café? — is there any coffee left?
sólo quedan las ruinas — only the ruins remain; (+ me/te/le etc)
¿te queda algo de dinero? — do you have any money left?
¿te queda alguna duda? — is there anything you still don't understand?
b) ( sobrar) comida/vino to be left (over)8) ( faltar)¿cuántos kilómetros quedan? — how many kilometers are there to go?; (+ me/te/le etc)
2.quedar POR + INF: queda mucho por ver/visitar there is still a lot to see/visit; aún quedan estudiantes por pagar there are still some students who haven't paid; (+ me/te/le etc) aún me queda todo esto por hacer I still have all this to do; no me/le queda otra (AmL fam) I have/he has no choice; por... que no quede (Esp fam): venga, por intentarlo que no quede come on, let's at least give it a try; hazlo, por mí que no quede — go ahead, don't let me stop you
1) quedarse v pron2)a) ( en un lugar) to stayquedarse en casa/en la cama — to stay at home/in bed
se quedaron en París/en un hotel — they stayed in Paris/in a hotel
b) (en un estado, una situación) (+ compl)quédate tranquilo, yo me ocuparé del asunto — relax, I'll take care of it
¿te quedaste con hambre? — are you still hungry?
se me quedó mirando — he sat/stood there staring at me, he just stared at me
de repente el motor se quedó — (AmL) the engine suddenly died on me
3) (+ me/te/le etc)a) (fam) ( memorizar)b) (Andes) ( olvidarse)c) (Esp) ( llegar a ser)4)quedarse CON algo: se quedó con mi libro she kept my book; entre él y su mujer no sé con cuál me quedo there's not much to choose between him and his wife; me quedo con éste I'll take this one; quedarse con alguien — (Esp fam) ( engañarlo) to take somebody for a ride (colloq)
* * *= remain.Ex: Needless to say, any errors which remain are entirely our responsibility.
* aunque la mona se vista de seda, mona se queda = You can't make a silk purse out of a sow's ear, You can take the boy out of the country, but you can't take the country out of the boy.* el que lo encuentre se lo queda = finders keepers.* estar quedándose sin = run + low (on).* hacer que Uno se quede dormido = put + Nombre + to sleep.* hacer una marca para indicar el lugar donde uno se ha quedado leyen = mark + Posesivo + place.* mecer a Alguien hasta que quede dormido = rock + Nombre + to sleep.* mente + quedarse en blanco = mind + go blank.* mientras queden = while stocks last.* Nombre de Lugar + quedarse chico = outgrow + Nombre de Lugar.* no quedarse ahí = there + be + more to it than that.* para que quede más claro = for main effects.* quedar Algo a Alguien = be left with.* quedar anulado con el paso del tiempo = be overtaken by events.* quedar atrapado = get + caught.* quedar constatado = go on + record.* quedar deshecho = go to + pieces.* quedar destrozado = go to + pieces.* quedar en segundo plano = come in + a poor second.* quedar en suspenso = go into + abeyance.* quedar exempto de = discharge from.* quedar + Expresión Temporal = be + Expresión Temporal + off.* quedar igual = remain + the same.* quedar impactado = be impressed.* quedar impresionado = be impressed.* quedar impune = go + scot-free, go + scot-free, get away + scot-free.* quedar inpune = go + unpunished.* quedar libre = become + vacant.* quedar mal = lose + face.* quedar muchísimo por hacer = a great deal more needs to be done.* quedar mucho más por hacer = much more needs to be done.* quedar mucho (para) = have + a long way to go (before), there + be + a long way to go (before).* quedar mucho por conocer = there + be + a great deal yet to be learned, there + be + still a great deal to be learned.* quedar mucho por hacer = more needs to be done, have + a long way to go.* quedar mucho por saber = there + be + a great deal yet to be learned, there + be + still a great deal to be learned.* quedar patas arriba = flip-flop.* quedar pendiente = remain, remain + to be done.* quedar peor = be a little worse prepared, be a little worse off.* quedar poco (para) = have + a short way to go (before).* quedar por hacer = remain + to be done.* quedar por + Infinitivo = remain + to be + Participio.* quedar por ver = be an open question, remain + to be seen.* quedar registrado = go on + record.* quedarse = stay, stay behind, board.* quedarse abandonado en una isla desierta = be stranded on a desert island.* quedarse a dormir en la casa de un amigo = sleepover.* quedarse afónico = lose + Posesivo + voice.* quedarse al margen = stand by.* quedarse a medias = fall (between/through) + the cracks.* quedarse anodadado = be speechless, be gobsmacked.* quedarse anticuado = date.* quedarse arriba = sit on + top.* quedarse atascado = get + stuck.* quedarse atónito = be astonished, be bowled over, stun into + speechlessness.* quedarse atrancado = get + stuck.* quedarse atrás = fall behind, hang back, trail, trail behind, be behind.* quedarse boquiabierto = give + a gasp of, eyes + pop (out), Posesivo + eyes + pop out of + Posesivo + head, Posesivo + eyes + pop out of + Posesivo + socket.* quedarse completamente atónito = You could have pushed + Nombre + over with a feather.* quedarse con = pocket, cream off.* quedarse con el culo al aire = come + unstuck.* quedarse congelado = be frozen stiff.* quedarse corto = stop + short of, fall + short, fall + short of.* quedarse dentro de casa = stay + indoors.* quedarse de piedra = You could have pushed + Nombre + over with a feather.* quedarse dormido = fall + asleep, doze off, nod off, drop off to + sleep, go to + sleep.* quedarse dormido al volante = fall + asleep at the wheel.* quedarse embarazada = become + pregnant, be up the spout, have + a bun in the oven.* quedarse en = stick at.* quedarse en blanco = go + blank, mind + go blank.* quedarse encallado = be stranded.* quedarse en casa = stay + indoors.* quedarse en el camino = fall by + the wayside.* quedarse en el mismo sitio = stay + put.* quedarse en el sitio = die + there and then.* quedarse en estado = become + pregnant.* quedarse en la cama hasta tarde = have + a lie-in.* quedarse en la estacada = be left out on a limb.* quedarse en la ignorancia = leave + Nombre + in the dark.* quedarse en silencio = fall + silent, lapse into + silence.* quedarse en tablas = split down the middle.* quedarse estancado = stagnate.* quedarse estupefacto = stun into + speechlessness, eyes + pop (out), Posesivo + eyes + pop out of + Posesivo + head, be speechless, be gobsmacked, Posesivo + eyes + pop out of + Posesivo + socket.* quedar segundo = come off + second-best.* quedarse hecho polvo = be gutted, feel + gutted.* quedarse helado = be frozen stiff.* quedarse huérfano = orphan.* quedarse igual = be none the wiser.* quedarse impresionado = be bowled over.* quedarse inamovible = stay in + place.* quedarse inmóvil = stay + still.* quedarse levantado = stay up.* quedarse mudo = be speechless, be gobsmacked.* quedarse obsoleto = be overtaken by events, outgrow.* quedarse parado = stand + still, stand by.* quedarse pasmado = stun.* quedarse patidifuso = eyes + pop (out), Posesivo + eyes + pop out of + Posesivo + head, Posesivo + eyes + pop out of + Posesivo + socket.* quedarse patitieso = freeze to + death.* quedarse pequeño = overflow.* quedarse prendado = smite.* quedarse prendado de = take + a fancy to, take + a shine to.* quedarse prendado por = take + a liking to.* quedarse preñada = become + pregnant, have + a bun in the oven.* quedarse quieto = stand + still, stand by.* quedarse ronco = lose + Posesivo + voice.* quedarse sin = run + short (of), miss out on, run out of, run out.* quedarse sin aliento = run out of + breath.* quedarse sin conocimiento = lose + Posesivo + consciousness, pass out.* quedarse sin fuelle = run out of + steam.* quedarse sin fuerza = lose + steam.* quedarse sin gas = lose + steam.* quedarse sin habla = stun into + speechlessness, be speechless, be gobsmacked.* quedarse sin negocio = go out of + business.* quedarse sin palabras = stun into + speechlessness, be at a loss for words, be lost for words.* quedarse sin sentido = lose + Posesivo + consciousness, pass out.* quedarse sin suerte = run out of + luck, luck + run out.* quedarse sin voz = lose + Posesivo + voice.* quedarse sorprendido por = be amazed by, be amazed at.* quedarse tan fresco = not bat an eyelash, not bat an eyelid.* quedarse tieso = be frozen stiff.* quedarse tieso de frío = be frozen stiff.* quedarse tirado = be stranded.* quedarse varado = get + stuck, be stranded.* quedarse viudo = widow.* quedar sin castigo = go + unpunished.* quedar un poco = be some way off.* quedar un poco perjudicado = be a little worse prepared, be a little worse off.* quedar vacante = become + vacant.* quedar vacío = empty.* que no queda bien = ill-fitting.* que queda = surviving.* que queda mal = ill-fitting.* que quede entre nosotros = between you and me, between ourselves.* según quedó indicado en = as was pointed out in.* siempre queda una esperanza = where there's life there's hope.* si queda tiempo = time permitting.* todo queda en casa = all in the family.* * *quedar [A1 ]viA(en un estado, una situación): quedó viuda muy joven she was widowed o she lost her husband when she was very youngquedó huérfano a los siete años he was orphaned when he was seven years oldtuvo un ataque y quedó paralítico he had a stroke and was left paralyzedcientos de familias quedaron sin hogar/en la miseria hundreds of families were left homeless/destitutelas calles quedaron desiertas the streets were left desertedel sombrero quedó hecho un acordeón the hat was o got squashed flatel coche ha quedado como nuevo the car is as good as new (now)algunas fotos quedaron mal some of the photos came out badlyha quedado precioso pintado de blanco it looks beautiful painted whiteha quedado acordado que … it has been agreed that …y que esto quede bien claro and I want to make this quite clear¿cómo quedó la cosa? ¿quién tenía razón? what happened in the end? who was right?¿dónde quedamos la clase pasada? where did we get (up) to in the last class?¿quién quedó en primer/último lugar? who was o who came first/last?(+ me/te/le etc): no me había quedado claro y se lo pregunté otra vez I hadn't quite understood o I hadn't got things quite clear, so I asked him againel postre te quedó riquísimo that dessert (you made) was deliciousB(en la opinión de los demás): si no vamos, quedamos mal it'll look bad if we don't goquedarás muy bien con ese regalo it's a lovely present, they'll be delightedme hiciste quedar muy mal diciendo eso you really showed me up saying thatse emborrachó y nos hizo quedar mal a todos he got drunk and embarrassed us allquedó en ridículo (por culpa propia) he made a fool of himself; (por culpa ajena) he was made to look a foolquedar mal/bien con algn: si no voy quedaré mal con ellos they won't think much of me o it won't go down very well if I don't turn upno se puede quedar bien con todo el mundo you can't please everybodylos invitó a todos para no quedar mal con nadie he invited them all so as not to offend anyone o to cause any offense*C(permanecer): quedaron en casa they stayed at home¿queda alguien adentro? is there anyone left inside?le quedó la cicatriz she was left with a scarlo lavé pero le quedó la mancha I washed it but the stain didn't come outesto no puede quedar así we can't leave/I'm not going to leave things like thisquedo a sus gratas órdenes ( frml) ( Corresp) Sincerely yours ( AmE), Yours faithfully o ( frml) I remain, yours faithfully ( BrE)le quedo a deber 5 euros I owe you 5 eurosquedar EN algo:todo ha quedado en un mero proyecto none of it has got beyond the planning stagetodos nuestros planes quedaron en nada all our plans came to nothingquedar atrás: pronto quedó atrás he soon fell behindhemos tenido nuestras diferencias pero todo eso ha quedado atrás we've had our differences but all that's behind us now o that's all water under the bridge nowD (+ me/te/le etc)1«tamaño/talla»: me queda grande/largo/apretado it's too big/long/tight for mela talla 12 le queda bien or (Col, Méx) le queda the size 12 fits (you/him) fine2(sentar): el azul te queda muy bien blue really suits you, you look really good in blueese peinado le quedaba muy bien that hairstyle really suited her, her hair looked really good like thatese vestido te queda estupendo that dress looks fantastic on you, you look great in that dressA (acordar, convenir) quedar EN algo:quedamos en eso, vienes tú a mi casa let's do that, then, you come to my house, so that's agreed, you're coming to my house¿al final en qué quedaron? what did you decide/arrange/agree in the end?¿en qué quedamos? ¿lo quieres o no? well o so, do you want it or not?¿entonces en qué quedamos? ¿nos vemos mañana o no? so, what's happening, then? are we meeting tomorrow or not?quedar EN + INFor ( AmL) quedar DE + INF:quedaron en no decirle nada they agreed o decided not to tell him anythingquedó en venir a las nueve she said she would come at nine, she arranged to come at ninequedar EN QUE:quedamos en que iría él a recogerlo we agreed o arranged that he would go and pick it upB(citarse): me tengo que ir porque he quedado con Rafael I have to go because I've arranged to meet Rafael¿a qué hora/dónde quedamos? what time/where shall we meet?quedé con unos amigos para cenar I arranged to meet some friends for dinner, I arranged to go out for dinner with some friendsSentido III (estar situado) to bequeda justo enfrente de la estación it's right opposite the station(+ me/te/le etc): puedo ir yo, me queda muy cerca I can go, it's very near where I live ( o work etc)A1(haber todavía): no queda café there's no coffee leftno quedan entradas there are no tickets leftsólo quedan las ruinas only the ruins remain(+ me/te/le etc): es el único pariente que me queda he is the only relative I have left, he is my only living relative¿te queda algo de dinero? do you have any money left?¿te ha quedado alguna duda? is there anything you still don't understand?me han quedado dos asignaturas (pendientes) I have to make up two subjects o take two subjects over ( AmE), I have to retake two subjects ( BrE)no nos queda más remedio que ir we have no alternative o no choice but to go, we'll just have to goya no me quedan fuerzas para seguir I no longer have the strength to go on, I don't have the strength to go on any moreme queda la satisfacción de haber cumplido con mi deber I have the satisfaction of having done my duty2 (sobrar) to be left, be left overme comí la ensalada que había quedado del almuerzo I ate up the salad that was left (over) from lunchel vino que quede se puede guardar para la próxima fiesta we can keep any wine that's left (over) for the next partyB1(faltar): quedan cinco minutos para que acabe la clase there are five minutes to go to o five minutes left to the end of the class¿cuántos kilómetros quedan? how many kilometers are there to go?, how far is it now?(+ me/te/le etc): todavía le quedan dos años he still has two years to go o do¡ánimo! ¡ya te queda poco para terminar! come on! you've almost finished!2 quedar POR + INF:quedan tres pacientes por ver there are three more patients to be seenaún queda gente por pagar some people haven't paid yet, some people still haven't paid(+ me/te/le etc): aún me queda todo esto por hacer I still have all this to dopor … que no quede ( Esp fam): venga, por intentarlo que no quede come on, let's at least give it a tryhazlo, por mí que no quede go ahead, don't let me stop you■ quedarseA1 (en un estado, una situación) (+ compl):te estás quedando calvo you're going baldse quedó huérfana/sorda a los seis años she was orphaned/she went deaf when she was six years oldcuando se fue me quedé muy sola when he left I felt very lonelyme quedé helado cuando me lo dijo I was staggered when she told mequédate tranquilo, yo me ocuparé del asunto don't (you) worry about it, I'll take care of itme quedé dormido en el sofá I fell asleep on the sofa2quedarse con/sin algo: ¿te has quedado con hambre? are you still hungry?me quedé sin postre I didn't get any dessertse ha quedado sin trabajo she's out of work, she's lost her jobme quedé sin saber qué había pasado I never did find out what had happened3( Esp) (llegar a ser) (+ me/te/le etc): el vestido se te ha quedado corto the dress is too short on you nowla casa se les está quedando pequeña the house is getting (to be) too small for them4 (olvidarse) (+ me/te/le etc):se me quedó el paraguas I left my umbrella behindB1(permanecer): pienso quedarme soltera I intend to stay singleno me gusta quedarme sola en casa I don't like being (left) on my own o being alone in the houseno te quedes ahí parado y haz algo don't just stand there, do something!nos quedamos charlando toda la noche we spent the whole night chattingse me quedó mirando he sat/stood there staring at me, he just stared at mela escena se me ha quedado grabada en la memoria the scene has remained engraved o is engraved on my memoryiba para pintor pero se quedó en profesor de dibujo he set out to be a painter but he ended up as an art teacherse quedó en la mesa de operaciones ( euf); he died on the operating tablede repente el motor se quedó ( AmL); the engine suddenly died on me2 (en un lugar) to stayquédate aquí stay hereme quedé a dormir en su casa I spent o stayed the night at his housenos quedamos en un hotel/en casa de unos amigos we stayed at a hotel/with some friendsse tuvo que quedar en el hospital una semana más she had to stay o remain in (the) hospital for another weekse quedó en casa/en la cama todo el día she stayed at home/in bed all dayA ‹cambio/lápiz› to keepquédatelo, yo tengo otro keep it, I have another onequedarse CON algo:quédate con la foto si quieres you can keep the photo o ( colloq) hang on to the photo if you wantse quedó con mi libro she kept my book, she didn't give my book backentre él y su mujer no sé con cuál de los dos me quedo there's not much to choose between him and his wifesi me lo rebaja me quedo con él if you knock something off the price, I'll take it ( colloq)quedarse con algn ( Esp fam) (burlarse de él) to have sb on ( colloq) (engañarlo) to take sb for a ride ( colloq)B( Chi) «pierna/brazo» (+ me/te/le etc): quiso levantarse pero se le quedó la pierna he tried to get up but he couldn't move his legse le queda la pierna al caminar he drags one leg when he walks* * *
quedar ( conjugate quedar) verbo intransitivo
1 (en un estado, una situación):◊ quedar viudo/huérfano to be widowed/orphaned;
quedó paralítico he was left paralyzed;
el coche quedó como nuevo the car is as good as new (now);
y que esto quede bien claro and I want to make this quite clear;
¿quién quedó en primer lugar? who was o came first?
2 ( en la opinión de los demás):◊ si no voy quedaré mal con ellos it won't go down very well o it'll look bad if I don't turn up;
lo hice para quedar bien con el jefe I did it to get in the boss's good books;
quedé muy bien con el regalo I made a very good impression with my present;
me hiciste quedar muy mal diciendo eso you really showed me up saying that;
nos hizo quedar mal a todos he embarrassed us all;
quedó en ridículo ( por culpa propia) he made a fool of himself;
( por culpa ajena) he was made to look a fool
3 ( permanecer):◊ ¿queda alguien adentro? is there anyone left inside?;
le quedó la cicatriz she was left with a scar;
esto no puede quedar así we can't leave things like this;
nuestros planes quedaron en nada our plans came to nothing;
quedar atrás [ persona] to fall behind;
[rencillas/problemas] to be in the past
4 (+ me/te/le etc)a) [tamaño/talla]:
la talla 12 le queda bien the size 12 fits (you/him) fineb) ( sentar):◊ el azul le queda bien/mal blue suits her/doesn't suit hera) (acordar, convenir):◊ ¿en qué quedaron? what did you decide?;
¿entonces en qué quedamos? so, what's happening, then?;
quedaron en or (AmL) de no decirle nada they agreed o decided not to tell him anything;
quedó en or (AmL) de venir a las nueve she said she would come at nineb) ( citarse):◊ ¿a qué hora quedamos? what time shall we meet?;
quedé con unos amigos para cenar I arranged to meet some friends for dinner
( estar situado) to be;
me queda muy lejos it's very far from where I live (o work etc)
(en 3a pers)
1
◊ ¿te queda algo de dinero? do you have any money left?;
¿queda café? is there any coffee left?;
solo quedan las ruinas only the ruins remain;
no nos queda más remedio que ir we have no choice but to go
2 ( faltar):
¿cuántos kilómetros quedan? how many kilometers are there to go?;
todavía le quedan dos años he still has two years to go o do;
queda mucho por ver there is still a lot to see;
aún me queda todo esto por hacer I still have all this to do;
no me/le queda otra (fam) I have/he has no choice
quedarse verbo pronominal
1
b) (en un estado, una situación) (+ compl):
quedarse dormido to fall asleep;
quedarse sin trabajo to lose one's job
2 (+ me/te/le etc)a) ( permanecer):
no me gusta quedarme sola en casa I don't like being alone in the house;
no te quedes ahí parado don't just stand there!;
nos quedamos charlando hasta tarde we went on chatting until late in the evening;
se me quedó mirando he sat/stood there staring at me;
de repente el motor se quedó (AmL) the engine suddenly died on meb) (Andes) ( olvidarse):
c) (Esp) ( llegar a ser):
‹cambio/lápiz› to keep;
me quedo con este I'll take this one
quedar verbo intransitivo
1 (en un estado) quedar bien, (una persona) to make a good impression
(un objeto) to look nice
quedar en ridículo, to make a fool of oneself
2 (en un lugar) to be: mi casa no queda lejos, my house is not far from here
3 (sobrar) to be left: ¿queda más té?, is there any tea left?
4 (faltar) (tiempo) to go: quedan dos días para las vacaciones, there are two days to go till the holidays
5 (convenir) to agree: quedamos en ir al cine, we agreed to go to the cinema
6 (citarse) to meet: quedaré con mi hermana, I'll arrange to meet my sister
7 (una ropa, un peinado, etc) to suit: te queda grande, it's too big for you
' quedar' also found in these entries:
Spanish:
betún
- cumplir
- descolgarse
- embarazarse
- enmudecer
- estar
- lucirse
- restar
- sobrar
- sopa
- venir
- aire
- aislado
- anillo
- bailar
- calle
- constar
- descubierto
- desmano
- enganchar
- faltar
- lejísimos
- manifiesto
- mano
- rezagado
- tabla
English:
air
- appal
- appall
- arrange
- date
- egg
- fit
- flu
- gasp
- go
- leave
- lie
- long
- meet
- one-upmanship
- remain
- rest
- side
- smoke
- stand
- stand about
- stand around
- agree
- alternatively
- catch
- come
- get
- keep
- narrow
- out
- over
- place
- remand
- runner
- scar
- scot-free
- show
- strand
- unpunished
- water
- widow
* * *♦ vi1. [permanecer] to remain, to stay;nuestros problemas quedaron sin resolver our problems remained unsolved;los tipos de interés han quedado al mismo nivel interest rates have stayed o remained at the same level;no le quedaron secuelas del accidente he suffered no after-effects from the accident;Andes, RPen el apuro, quedaron los abrigos the coats got left behind o forgotten in the rush;quedo a su entera disposición para cualquier consulta [en cartas] I am available to answer any enquiries you may have;todo quedó en un buen susto she suffered nothing worse than a shock;el viaje quedó en proyecto the trip never got beyond the planning stage;todos nuestros problemas han quedado atrás all our problems are behind us now2. [haber aún] to be left, to remain;¿queda azúcar? is there any sugar left?;no queda azúcar there isn't any sugar left;no nos queda leche we're out of milk;queda gente dentro haciendo el examen there are still some people left inside doing the exam;queda poco del casco antiguo de la ciudad little remains of the old part of the city;nos quedan 50 pesos we have 50 pesos left;lo que quede dáselo al perro give whatever's left over to the dog;no me quedan ganas de seguir hablando I don't feel like talking any more;me queda la esperanza de volver algún día I can only hope that one day I will return;Amno queda otra there's nothing else for it;voy a tener que vender el auto para pagar las cuentas, no queda otra I'm going to have to sell the car to pay the bills, there's nothing else for it3. [faltar]¿cuánto queda para Buenos Aires? how much further is it to Buenos Aires?;quedan dos vueltas para que termine la carrera there are two laps to go until the end of the race;queda poco/un mes para las vacaciones there's not long to go/there's a month to go until the holidays, it's not long/it's a month until the holidays;queda mucho para mi cumpleaños my birthday's a long way off;me quedan dos días para terminar el trabajo I have two days (left) to finish the work;sólo me queda despedirme hasta la próxima semana all that remains is for me to say goodbye until next week;quedar por hacer to remain to be done;queda por fregar el suelo the floor has still to be cleaned;nos quedan bastantes sitios por visitar we still have quite a lot of places to visit4. [mostrarse, dar cierta imagen]quedar bien/mal (con alguien) to make a good/bad impression (on sb);le gusta quedar bien con todo el mundo he likes to keep everyone happy;quedaste estupendamente trayendo flores you made a very good impression by bringing flowers;voy a quedar fatal si no voy it'll look really bad if I don't go;no me hagas quedar mal don't show me up;quedaste como un mentiroso you ended up looking like o you came across like a liar;quedó como un idiota he ended up o he was left looking stupidel cuadro queda muy bien ahí the picture looks great there;el salón os ha quedado muy bonito the living-room has turned out lovely, you've made a great job of the living-room;quedar claro to be clear;no quiero que llegues después de las once, ¿queda claro? I don't want you back later than eleven, is that clear?;quedar en [llegar, acabar] to end in;quedar en quinto lugar, quedar el quinto to come fifth;quedar en nada to come to nothing;RP Famquedamos en veremos we left it openesta falda me queda un poco justa this skirt is a bit tight;¡qué bien te queda ese traje! that dress really suits you!, you look great in that dress!;esa camisa te queda mal that shirt doesn't suit you;¿te quedan bien los zapatos? do the shoes fit you?;quedar bien/mal con algo to go well/badly with sth;Méx Méxesas cortinas le quedan mal al salón those curtains don't go well in the living-room¿cuándo/dónde quedamos? when/where shall we meet?;hemos quedado el lunes we've arranged to meet on Monday;he quedado con Juan para jugar al tenis I've arranged to play tennis with Juan¿en qué has quedado? what have you decided to do?;quedar en que… to agree that…;quedé con ellos en que iría I told them I'd go;¿en qué quedamos? what's it to be, then?9. [estar situado] to be;queda por las afueras it's somewhere on the outskirts;¿por dónde queda? whereabouts is it?¿cuántas te han quedado? how many subjects from last year do you have to resit this year?♦ vtRP Famquedarla: no apuestes todo a una sola posibilidad porque si no sale, la quedás don't put all your eggs in one basket because if it doesn't work out, you've had it;¿quién la queda? [en juego] who's counting?♦ v impersonalpor mí que no quede don't let me be the one to stop you;que no quede por falta de dinero we don't want it to fall through for lack of money;por probar que no quede we should at least try it* * *v/i1 ( permanecer) stay;esto queda entre nosotros this is just between us;quedar cerca be nearbyquedó sin resolver it remained unresolved, it wasn’t sorted out;¿cómo quedó? how did it end up?;queda por hacer it still has o needs to be done3 ( sentar):4 ( sobrar) be left;¿queda mucho tiempo? is there much time left?;5 ( encontrarse):quedar con alguien fam arrange to meet (with) s.o.;¿dónde habíamos quedado? where had we arranged to meet?6 ( acordar):quedar en algo agree to sth;¿en qué quedamos? what did we agree?7:por mí que no quede it’s fine by me* * *quedar vi1) permanecer: to remain, to stay2) : to bequedamos contentos con las mejoras: we were pleased with the improvements3) : to be situatedqueda muy lejos: it's very far, it's too far away4) : to be leftquedan sólo dos alternativas: there are only two options left5) : to fit, to suitestos zapatos no me quedan: these shoes don't fit6)quedar bien (mal) : to turn out well (badly)7)quedar en : to agree, to arrange¿en qué quedamos?: what's the arrangement, then?* * *quedar vb1. (haber) to be left¿quedan cebollas? are there any onions left?2. (permanecer) to remain3. (tener) to have left4. (faltar) to have to do5. (distancia, tiempo)6. (resultar) to be7. (estar) to be¿dónde queda la estación? where's the station?¿a qué hora quedamos? what time shall we meet?9. (ponerse de acuerdo) to agree10. (sentar bien ropa) to suit -
69 tener
v.1 to have.tengo un hermano I have o I've got a brothertener fiebre to have a temperaturetuvieron una pelea they had a fighttener un niño to have a baby¡que tengan buen viaje! have a good journey!tengo las vacaciones en agosto my holidays are in AugustYo tengo una casa I have a house.El carro tuvo un accidente The car had an accident.Esto tiene azúcar This has=is made of sugar.Yo tengo dos hijos I have=am the parent of two sons.Tengo un primo I have a cousin,Ella tuvo una gran idea She had a great idea.Yo tengo paperas I have=suffer from the mumps.Tengo un ataque de nervios I am having a nervous fit.Ella tiene su aprobación She has=meets with his approval.2 to be.tiene 3 metros de ancho it's 3 meters wide¿cuántos años tienes? how old are you?tiene diez años she's ten (years old)tener hambre/miedo to be hungry/afraidtener mal humor to be bad-temperedle tiene lástima he feels sorry for her3 to get (recibir) (mensaje, regalo, visita, sensación).tuve un verdadero desengaño I was really disappointedtendrá una sorpresa he'll get a surprise4 to hold.tenlo por el asa hold it by the handleElla tiene su bolso She holds her purse.5 to offer, to have.* * *Present IndicativePast IndicativeFuture IndicativeConditionalPresent SubjunctiveImperfect SubjunctiveFuture SubjunctiveImperative* * *verb1) to have2) hold3) own, possess4) feel•- tener que
- tenerse por* * *Para las expresiones como tener cuidado, tener ganas, tener suerte, tener de particular, tener en cuenta, ver la otra entrada.1. VERBO TRANSITIVOEl uso de got con el verbo have es más frecuente en inglés británico, pero solo se usa en el presente.1) (=poseer, disponer de) to have, have got¿tienes dinero? — do you have {o} have you got any money?
¿tienes un bolígrafo? — do you have {o} have you got a pen?
¿tiene usted permiso para esto? — do you have {o} have you got permission for this?
tiene un tío en Venezuela — he has an uncle in Venezuela, he's got an uncle in Venezuela
ahora no tengo tiempo — I don't have {o} I haven't got time now
2) [referido a aspecto, carácter] to have, have gottiene el pelo rubio — he has blond hair, he's got blond hair
tiene la nariz aguileña — she has an aquiline nose, she's got an aquiline nose
3) [referido a edad] to be¿cuántos años tienes? — how old are you?
4) [referido a ocupaciones] to have, have gottenemos clase de inglés a las 11 — we have an English class at 11, we've got an English class at 11
el lunes tenemos una reunión — we're having a meeting on Monday, we've got a meeting on Monday
5) (=parir) to have6) (=medir) to be7) (=sentir) + sustantivo to be + adjtener hambre/sed/calor/frío — to be hungry/thirsty/hot/cold
8) (=padecer, sufrir) to haveLuis tiene la gripe — Luis has {o} has got flu
tengo fiebre — I have {o} I've got a (high) temperature
¿qué tienes? — what's the matter with you?, what's wrong with you?
9) (=sostener) to holdtenía el pasaporte en la mano — he had his passport in his hand, he was holding his passport in his hand
tenme el vaso un momento, por favor — hold my glass for me for a moment, please
¡ten!, ¡aquí tienes! — here you are!
10) (=recibir) to have¿has tenido noticias suyas? — have you heard from her?
11) (=pensar, considerar)•
tener [a bien] hacer algo — to see fit to do sth•
tener a algn [en] algo, te tendrán en más estima — they will hold you in higher esteem•
tener a algn [por] — + adj to consider sb (to be) + adj•
ten por [seguro] que... — rest assured that...12) tener algo que ({+ infin})tengo trabajo que hacer — I have {o} I've got work to do
no tengo nada que hacer — I have {o} I've got nothing to do
eso no tiene nada que ver — that has {o} that's got nothing to do with it
13) [locuciones]•
¡[ahí] lo tienes! — there you are!, there you have it!•
tener algo [de] + adj —¿qué tiene de malo? — what's wrong with that?
•
tenerlo [difícil] — to find it difficult•
tenerlo [fácil] — to have it easy- ¿conque esas tenemos?no las tengo todas conmigo de que lo haga — I'm none too sure that he'll do it, I'm not entirely sure that he'll do it
2. VERBO AUXILIAR1) tener que ({+ infin})a) [indicando obligación]tengo que comprarlo — I have to {o} I've got to buy it, I must buy it
tenemos que marcharnos — we have to {o} we've got to go, we must be going
tienen que aumentarte el sueldo — they have to {o} they've got to give you a rise
b) [indicando suposición, probabilidad]¡tienes que estar cansadísima! — you must be really tired!
tiene que dolerte mucho ¿no? — it must hurt a lot, doesn't it?
c) [en reproches]¡tendrías que haberlo dicho antes! — you should have said so before!
¡tendría que darte vergüenza! — you should be ashamed of yourself!
¡tú tenías que ser! — it would be you!, it had to be you!
d) [en sugerencias, recomendaciones]2) + participio3) + adjme tiene perplejo la falta de noticias — the lack of news is puzzling, I am puzzled by the lack of news
4) esp Méx (=llevar)tienen tres meses de no cobrar — they haven't been paid for three months, it's three months since they've been paid
3.See:* * *1.verbo transitivo [El uso de 'got' en frases como 'I've got a new dress' está mucho más extendido en el inglés británico que en el americano. Éste prefiere la forma 'I have a new dress']1) (poseer, disponer de) <dinero/trabajo/tiempo> to have¿tienen hijos? — do they have any children?, have they got any children?
no tenemos pan — we don't have any bread, we haven't got any bread
aquí tienes al culpable — here's o this is the culprit
¿conque ésas tenemos? — so that's the way things are, is it?
2)a) ( llevar encima) to have¿tiene hora? — have you got the time?
b) ( llevar puesto) to be wearing3) (hablando de actividades, obligaciones) to havetengo invitados a cenar — I have o I've got some people coming to dinner
tener... que + inf — to have... to + inf
tengo cosas que hacer — I have o I've got things to do
4)a) (señalando características, atributos) to havetiene el pelo largo — she has o she's got long hair
la casa tiene mucha luz — the house is very light o gets a lot of light
¿y eso qué tiene de malo? — and what's so bad about that?
le lleva 15 años - ¿y eso qué tiene? — (AmL fam) she's 15 years older than he is - so what does that matter?
b) ( expresando edad)¿cuántos años tienes? — how old are you?
c) ( con idea de posibilidad)5) ( dar a luz) <bebé/gemelos> to have6) (sujetar, sostener) to hold7) ( tomar)ten la llave — take o here's the key
8) ( recibir) to have9)a) ( sentir)tengo hambre/sueño/frío — I'm hungry/tired/cold
tengo el placer de... — it gives me great pleasure to...
¿qué tienes? — what's wrong?, what's the matter?
b) (refiriéndose a síntomas, enfermedades) to havetengo dolor de cabeza — I have o I've got a headache
c) (refiriéndose a experiencias, sucesos) to have10) ( refiriéndose a actitudes)ten paciencia/cuidado — be patient/careful
11) (indicando estado, situación) (+ compl)lo tiene dominado — she has him under her thumb
12) ( considerar)2.tener algo/a alguien por algo: se lo tiene por el mejor he/it is considered (to be) the best; siempre lo tuve por tímido I always thought he was shy; ten por seguro que lo hará — you can be sure he'll do it
tener v aux1)a) (expresando obligación, necesidad)tener que + inf — to have (got) to + inf
tengo que estudiar hoy — I have to o I must study today
b) (expresando propósito, recomendación)tener que + inf: tenemos que ir a verla we must go and see her; tengo que hacer ejercicio I must get some exercise; tendrías que llamarlo — you should ring him
2) ( expresando certeza)tener que + inf: tiene que estar en este cajón it must be in this drawer; tiene que haber sido él it must have been him; tú tenías que ser! — it had to be you!
3) ( con participio pasado)¿tiene previsto asistir? — do you plan to attend?
tengo entendido que sí viene — I understand he is coming
4) (AmL) ( en expresiones de tiempo)3.tenerse v pron1) ( sostenerse)no tenerse de sueño — to be dead o asleep on one's feet
2) (refl) ( considerarse)tenerse por algo: se tiene por muy inteligente — he considers himself to be very intelligent
* * *= bear, contain, have, hold, own, carry, have got, have + in place, live with, have at + Posesivo + disposal, possess.Ex. Use a uniform title for an entry if the item bears a title proper that differs from the uniform title.Ex. The label contains information about the record, indicating, for instance, its length, status, for example, new, amended, type and class.Ex. Many of the aspects of the indexing process including, in particular, term selection and search logic have common features.Ex. If the search is made with a call number, a summary of copies with that call number which are held by the library is first displayed.Ex. For example, a person can consult the system holdings files to find out whether a library in the network owns a copy of the document.Ex. Europe Environment carries useful reports on the activities of the lobby groups in the environmental, consumer protection and research fields.Ex. Typical examples of enquiries of this kind that could be satisfied within minutes in any decently stocked library are ' Have you got anything on organising weddings?' 'Can you find me something on the history of paddle-steamers?'.Ex. The first country to have in place an operational domestic geostationary satellite communications system was Canada.Ex. Medical advances are improving the lives of people living with HIV/AIDS, while prevention remains the key to stopping the spread of this disease.Ex. But this would require time and competencies, which not all policy makers have at their disposal.Ex. Not every index necessarily exhibits all the features of either of these types of indexing systems, and indeed, some will possess elements of both types of systems.----* acabar teniendo = end up with.* acontecimiento + tener lugar = occurrence + take place.* a mí también me gustaría tener la misma oportunidad = turnabout is fair play.* aquí tiene(s) = here is/are.* a tener en cuenta en el futuro = for future reference.* cambio + tener lugar = change + take place.* curso que tiene lugar fuera de la universidad = extension course, off-campus course.* dar gracias por lo que Uno tiene = count + Posesivo + blessings.* del que se tiene constancia = recorded.* demostrar que se tiene razón = prove + Posesivo + point.* el cliente siempre tiene la razón = the customer is always right.* empezar a tener dudas = get + cold feet.* empezar a tener sentido = become + meaningful.* estudiar + Nombre + teniendo en cuenta + Nombre = place + Nombre + against the background of + Nombre.* hacer que tenga más valor = put + a premium on.* hombre que tiene mucho mundo = a man of the world.* lo que tenga que pasar, que pase = que sera sera, what's meant to be, will be, whatever will be, will be.* lo que tenga que ser, será = que sera sera, whatever will be, will be, what's meant to be, will be.* mujer que tiene mucho mundo = a woman of the world.* necesitarse tener en cuenta = need + consideration.* negar tener relación con = disclaim + connection with.* no querer tener nada que ver con = want + nothing to do with.* no tener alternativa = have + no choice.* no tener apetito = be off + Posesivo + food, be off + Posesivo + oats.* no tener constancia de Algo = unrecorded.* no tener donde caerse muerto = not have two pennies to rub together.* no tener dos dedos de frente = as thick as a brick, as thick as two (short) planks, as daft as a brush.* no tener dos dedos de frnete = knucklehead.* no tener en cuenta = disregard, overlook, skip over, be oblivious of/to, close + the door on, leave + Nombre + out of the picture, fly in + the face of, drop + Nombre + out of the picture.* no tener errores = be error-free.* no tener éxito = come up with + nothing, prove + unsuccessful, be unsuccessful.* no tener fin = there + be + no end to.* no tener fronteras = have + no boundaries.* no tener fundamento = be unfounded.* no tener ganas = can't/couldn't be bothered, can't/couldn't be bothered.* no tener ganas de comer = be off + Posesivo + food, be off + Posesivo + oats.* no tener hijos = be childless.* no tener hogar = be homeless.* no tener idea = have + no clue, have + no idea.* no tener idea de = be clueless about, have + no understanding of.* no tener importancia = be of no importance, make + no difference, be of no consequence.* no tener información = be undocumented.* no tener la más mínima idea sobre Algo = Negativo + have + the foggiest idea.* no tener la menor importancia = be of no particular concern.* no tener la necesidad de usar Algo = have + no use for.* no tener la obligación de = be under no obligation.* no tener la preparación = be untrained.* no tener límite = have + no limit.* no tener límites = be boundless.* no tener lugar = fall through.* no tener más alternativa que = have + no other option but.* no tener más opción que = have + little choice but, have + no other option but.* no tener más remedio que = be stuck with, be left with the need to, get + stuck with.* no tener nada en contra de = have + no quarrel with, have + nothing against.* no tener nada en contra de Algo = have + no quarrel about + Nombre.* no tener nada que perder = have + nothing to lose.* no tener nada que ver con = be irrelevant to.* no tener ni idea sobre Algo = not know the first thing about.* no tener ni la más mínima posibilidad = not to have a prayer.* no tener ni la más remota posibilidad = not to have a prayer.* no tener ningún escrúpulo en = have + no qualms about.* no tener ningún fundamento = not have a leg to stand on.* no tener ningún interés = can't/couldn't be bothered.* no tener ningún problema con = be okay with.* no tener ningún remilgo en = have + no qualms about.* no tener ningún reparo = have + no qualms about.* no tener ni pies ni cabeza = be pointless.* no tener ni punto de comparación = be in a different league.* no tener ni puta idea = not get + Posesivo + shit together.* no tener ni puta idea sobre Algo = not know the first thing about.* no tener ni un pelo de tonto = there are no flies (on/about) + Pronombre.* no tener ni voz ni voto en = have + no say in.* no tener noticias es buena señal = no news is good news.* no tener opción = have + no choice.* no tener otra alternativa = have + no choice.* no tener otra alternativa que = have + no other option but.* no tener otra opción = have + no choice.* no tener otra opción que = have + no other option but.* no tener otro objetivo que el de = have + no other purpose than.* no tener otro sitio donde recurrir = have + nowhere else to turn.* no tener parangón = be unequalled, be without peer.* no tener pelos en la lengua = call + a spade a spade.* no tener posibilidades = be dead meat.* no tener prejuicios = be open-minded.* no tener presente = be oblivious of/to.* no tener que ir muy lejos = not have to look far.* no tener razón = be wrong.* no tener razón de ser + Infinitivo = there + be + no sense in + Gerundio.* no tener reparos = make + no bones about + Algo.* no tener reparos en admitir que = make + no bones about + Algo.* no tener representación = be unrepresented.* no tener respuesta = be unanswerable.* no tener rival = be second to none.* no tener rumbo = lose + Posesivo + way.* no tener salida = be stuck, get + stuck.* no tenerse en pie = Negativo + hold + water.* no tener sentido = be meaningless, be pointless, be senseless.* no tener sentido el + Infinitivo = there + be + no point in + Gerundio.* no tener sentido + Infinitivo = there + be + little point in + Gerundio, there + be + no sense in + Gerundio.* no tener suerte = be out of luck.* no tener tiempo de nada = have + not a moment to spare.* no tener trabajo = be unemployed.* no tener trascendencia = be of no consequence.* no tener un duro = not have a bean.* no tener valor = be valueless.* no tener vida privada = like being in a (gold)fish bowl.* no terminar nunca de tener problemas con = have + no end of problems with.* ¡Ojalá tuviera...! = I wish I had....* ¡Ojalá tuviese...! = I wish I had....* parece tener poco sentido que = there + seem + little point in.* por si + tener + suerte = on spec.* que no tiene compensación = non-compensatory [noncompensatory].* que no tiene precio = priceless.* que pase lo que tenga que pasar = que sera sera, whatever will be, will be, what's meant to be, will be.* que tiene lugar una vez a la semana = once-weekly.* que tiene precio = priced.* que tiene sentido = meaningful.* que tiene solución = solvable.* revista que tiene una gran demanda popular = mass-market journal.* sin tener = in the absence of.* sin tener en cuenta = never mind, without regard to, independently of, disregarding, not including.* sin tener en cuenta el hecho de que = overlook + the fact that.* sin tener que recurrir a = without recourse to.* tenemos intereses en ambas partes = our feet are in both worlds.* tener a Alguien metido en un puño = have + Nombre + under + Posesivo + thumb.* tener a cargo de uno = have + as + Posesivo + charge.* tener acceso a información confidencial = be on the inside.* tener acuerdos con = have + deals with.* tener afinidades = share + common ground.* tener aire acondiconado = be air-conditioned.* tener a la disposición de Uno = have at + Posesivo + disposal.* tener al alcance = have at + Posesivo + touch.* tener Algo al alcance = have + Nombre + at + Posesivo + fingertips.* tener algo a mano = have + Nombre + at + Posesivo + fingertips.* tener + Algo + a + Posesivo + entera disposición = have + the run of the + Nombre.* tener Algo bajo el control de Uno = have + Nombre + at + Posesivo + command.* tener Algo claro = clarify + Posesivo + mind.* tener Algo en común = have + Nombre + in common, share + Nombre + in common.* tener algo en contra de = have + something against.* tener Algo fácilmente accesible = have + Nombre + at + Posesivo + fingertips.* tener Algo hecho a la medida de uno = have + Nombre + cut out.* tener algo muy vivo en la mente de uno = be strong in + mind.* tener algo que decir sobre = have + a say in.* tener algo que ver con = have + something to do with.* tener algo reservado = have + something up + Posesivo + sleeve.* tener alguna incidencia en = have + some bearing on.* tener alguna posibilidad = have + a fighting chance.* tener alguna posibilidad de triunfar = have + a fighting chance.* tener alguna relevancia para = have + some bearing on.* tener alucinaciones = hallucinate.* tener a mano = have at + Posesivo + touch, have + on call, have + to hand, keep within + reach, be to hand.* tener ansias de = crave, crave for.* tener antecedentes de = have + a track record of.* tener antojo de = crave, crave for.* tener a + Posesivo + cargo = have + in + Posesivo + charge.* tener aspecto = look.* tener atrasos = be in arrears.* tener aversión a = have + aversion to.* tener beneficios = have + benefits.* tener buena mano con las plantas = have + a green thumb, have + green fingers.* tener buen apetito = have + a good appetite.* tener buenas intenciones = be well-intentioned, mean + well.* tener buenas perspectivas para = be well-placed to.* tener buen ojo para juzgar a la gente = be a good judge of character.* tener bulla = be in a hurry.* tener cabida para = hold, accommodate, include, take.* tener calentura = have + a temperature, have + a fever.* tener características en común = share + similarities.* tener cara de muerto = look like + death warmed (over/up).* tener carencias = find + wanting.* tener carta blanca = have + carte-blanche.* tener causa justificada = have + good cause.* tener cautela = proceed + with caution.* tener celos = feel + jealous.* tener claro = be clear in your mind.* tener coherencia = cohere.* tener cólicos = be colicky.* tener como consecuencia = result (in).* tener como equivalente = have + counterpart.* tener como motivo central = plan around + Nombre.* tener como objetivo = have + as + Posesivo + objective, be in business for.* tener como sede = headquarter (at/in).* tener compasión de = have + compassion for.* tener conocimiento de = be privy to, be aware of.* tener consecuencias = have + consequences.* tener consecuencias en = have + implication for.* tener consecuencias negativas = backfire.* tener contacto = have + contact.* tener contactos = liaise (with/between).* tener controlado a Alguien = have + Nombre + on the run.* tener control sobre = have + hold on.* tener coraje = pluck up + courage, gather up + courage.* tener correlación con = bear + correlation with.* tener correspondencia = bear + correspondence (to).* tener cosas en común = share + common ground.* tener cualidades + Adjetivo = be of + Adjetivo + quality.* tener cuidado = exercise + care, exercise + caution, proceed + with caution, watch out, take + caution.* tener cuidado con = watch for, beware (of/that), look out for, be wary of.* tener cuidado con lo que se dice = say + the right thing.* tener cuidado con lo que Uno dice = watch + Posesivo + mouth, watch what + say.* tener cuidado de = be careful, be chary of, take + (great) pains to.* tener cuidado (de que) = take + care (that).* tener cultivos = grow + crops.* tener debilidad por = have + a soft spot for.* tener delante = have + before.* tener demasiada prisa = be in too much of a hurry, be in too much of a rush.* tener derecho a = be entitled to, have + a right to, entitle to, have + the right to, have + a say in.* tener derecho a expresar + Posesivo + opinión = be entitled to + Posesivo + own opinion.* tener derecho de paso = have + the right of way.* tener dificultad = struggle, experience + difficulty, be hard pressed.* tener dificultad de + Infinitivo = have + difficulty + Gerundio, have + difficulty in + Gerundio.* tener dificultad en + Verbo = be at pains to + Infinitivo.* tener dificultades = have + a hard time, have + a tough time.* tener dinero a punta pala = roll in + Dinero.* tener dominado a Alguien = have + Nombre + on the run.* tener dudas = be doubtful, have + misgivings, have + reservations (about), be suspicious.* tener dudas sobre = be ambivalent about.* tener efecto = take + effect, have + effect.* tener efecto sobre = impinge on/upon.* tener el atrevimiento de = have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener el corazón de un león = have + the heart of a lion.* tener el deber de = have + a responsibility to.* tener el derecho de = have + the right to.* tener el descaro de = have + the gall to, have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener el destino de = suffer + the fate of.* tener el estatus profesional de + Nombre = have + Nombre + status.* tener el gusto de = take + pleasure.* tener el hábito de = have + the habit of.* tener el honor de = have + the honour of.* tener el lujo = have + luxury.* tener el mando = rule + the roost.* tener el mejor aspecto posible = look + Posesivo + best.* tener el mismo destino = suffer + the same fate.* tener el mono = suffer from + withdrawal symptoms.* tener el placer de = take + pleasure.* tener el plazo cumplido = be due.* tener el plazo vencido = be overdue.* tener el poder = be the boss, call + the shots, call + the tune, rule + the roost.* tener el poder de = have + the power to.* tener el toque mágico = have + the magic touch.* tener el valor = have + the courage.* tener el valor de = have + the guts to, have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener en común = hold in + common, tread + common ground.* tener en común con = partake (in/of).* tener en consideración = take into + consideration, take into + consideration.* tener en cuenta = allow for, bear in + mind, cater for/to, consider (as), heed, make + allowances, take + account of, take + cognisance of, take + cognition of, take into + account, take into + consideration, make + provision for, bring into + play, give + an ear to, factor, have + regard for, factor in, be aware of, note, keep in + mind.* tener en cuenta las posibilidades de Algo = consider + possibilities.* tener en cuenta un punto de vista = take into + account + viewpoint, contemplate + view.* tener en funcionamiento = have + in effect.* tener en gran estima = have + a very high regard for.* tener en mente = bear in + mind, have + in mind, keep in + mind.* tener en observación = hold under + observation, keep under + observation.* tener en reserva = hold in + reserve.* tener entre manos = be up to.* tener envidia de = envy.* tener errores = be flawed.* tener éxito = achieve + success, be successful, get + anywhere, meet + success, prove + successful, succeed, attain + appeal, be a success, find + success, come up + trumps, prove + trumps, take off, meet with + success, hit + the big time, be popular, go + strong.* tener éxito en el mundo = succeed in + the world.* tener éxito en la vida = succeed in + life, get on in + life.* tener expectativas = hold + expectations, have + expectations.* tener experiencia = have + experience.* tener fácilmente accesible = have at + Posesivo + touch.* tener fallos = be flawed.* tener fe = have + faith (in).* tener fe en = have + faith (in).* tener fiebre = have + a temperature, have + a fever.* tener fijación por = be hipped (on/to), get hipped (on/to).* tener flatulencia = pass + gas, break + wind, pass + wind.* tener forma + Adjetivo = be + Adjetivo + in shape.* tener frenillo = lisp.* tener fundamento para pensar que = have + reason to believe that.* tener futuro = have + potential, there + be + a future for/in, have + a future.* tener ganada la mitad de la batalla = be half the battle.* tener ganada sólo la mitad de la batalla = be only half the battle.* tener ganas de = be keen to, have + an/the inclination to.* tener ganas de + Infinitivo = feel like + Gerundio.* tener gancho = be engaging.* tener gastos = incur + costs.* tener gastos generales = incur + overheads.* tener gran éxito = hit + a home run, hit it out of + the park, knock it out of + the park.* tener gran importancia = be of high significance.* tener gran repercusión = be far reaching.* tener hambre = be hungry, feel + hungry.* tener hambre después del esfuerzo = work up + an appetite.* tener hijos = father + children, have + children.* tener hipo = hiccup.* tener horario ajustado = be under time constraint.* tener horror a = loathe, hate.* tener idea = have + a clue.* tener impacto = make + impact.* tener impacto (sobre) = have + impact (on).* tener implicaciones para = have + implication for.* tener importancia = carry + weight, have + high profile, be of consequence.* tener indigestión = have + indigestion.* tener influencias = have + pull.* tener influencia sobre = have + hold on.* tener iniciativa = be proactive.* tener intereses en = have + a stake in.* tener intereses en juego = have + invested.* tener interés por = have + an interest in.* tener interés por/en = be interested in.* tener inventiva = be inventive.* tener jurisdicción = have + jurisdiction (over).* tener la autoridad = have + mandate.* tener la bragueta abierta = fly + be undone.* tener la capacidad de = have + the potential (to/for).* tener la cara de = have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener la cara descompuesta = look like + death warmed (over/up).* tener la categoría profesional de + Nombre = hold + Nombre + rank, have + Nombre + rank, enjoy + Nombre + rank.* tener la certeza de = feel + confident.* tener la certeza de que = rest + assured that.* tener la conciencia limpia = have + a clear conscience.* tener la conciencia tranquila = have + a clear conscience.* tener la convicción = it + be + Posesivo + understanding.* tener la costumbre de = have + a habit of, have + the habit of.* tener la costumbre de + Infinitivo = be in the habit of + Gerundio.* tener la cuenta bancaria = bank.* tener la culpa (por/de) = be at fault (for/to).* tener la culpa de Algo que se ha causado Uno mismo = be of + Posesivo + own making.* tener la desfachatez de = have + the gall to, have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener la desvergüenza de = have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener la doble función = double as, double up as.* tener la facultad de = have + powers to.* tener la fama de = have + a good record for.* tener la fecha de + Fecha = be dated + Fecha.* tener la frescura de = have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener la función de = be in the business of.* tener la impresión = have + the impression, get + the impression.* tener la impresión de que = get + the feeling that.* tener la intención de = be intended to, intend, mean.* tener la intención de + Infinitivo = set out to + Infinitivo.* tener la libertad de = be at liberty to, feel + free to.* tener la libertard de/para = have + the latitude to.* tener la malafortuna de = have + the misfortune to.* tener la mirada perdida = stare into + space, gaze into + space.* tener la misma importancia = carry + equal weight.* tener la obligación de = be under the obligation to.* tener la ocasión de = have + opportunity to.* tener la oficina central en = headquarter (at/in).* tener la opinión = it + be + Posesivo + understanding.* tener la oportunidad = have + the opportunity.* tener la oportunidad de = get + (a/the) + chance to, have + opportunity to, get + a chance to.* tener la osadía de = have + the gall to, have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener la paciencia del santo Job = have + the patience of Job.* tener la paciencia de un santo = have + the patience of a saint.* tener la posibilidad de = have + chance.* tener la potestad = have + mandate.* tener la potestad de = have + the power to, have + the right to.* tener lapsus = have + lapses.* tener la reputación de ser = be well known for.* tener la responsabilidad = charge, undertake + burden.* tener la responsabilidad de = have + the responsibility of.* tener la sartén por el mango = call + the shots, be the boss, call + the tune, rule + the roost.* tener la seguridad de = have + the security of.* tener la seguridad de que = rest + assured that.* tener la sensación de que = have + a gut feeling that.* tener las mismas prerrogativas = have + an equal voice in.* tener las riendas de = hold + the reins of.* tener las riendas del poder = hold + the reins of power.* tener lástima = pity.* tener lástima de = take + pity on.* tener la tentación de = be tempted to.* tener la última palabra = have + the ultimate say, have + the final say, call + the shots, be the boss, call + the tune, rule + the roost.* tener la vista cansada = need + reading glasses.* tenerle manía a Alguien = have + it in for + Nombre.* tenerle rabia a Alguien = have + it in for + Nombre.* tenerle tirria a Alguien = have + it in for + Nombre.* tener libertad = have + freedom.* tener libertad sobre = have + wide discretion over.* tenerlo crudo = not be easy.* tenerlo difícil = not be easy, not be easy.* tenerlo duro = not be easy.* tenerlo fácil = have + an easy ride.* tener lo mejor de ambos mundos = have + the best of both worlds.* tener lo mejor de los dos mundos = have + the best of both worlds.* tener lo que hace falta = have + what it takes.* tener lo que hay que tener = have + what it takes.* tener lo que se necesita = have + what it takes.* tener los días contados = day + be + numbered, be doomed, doomed, be dead meat, the (hand)writing + be + on the wall, see it + coming.* tener los nervios de punta = have + butterflies in + Posesivo + stomach.* tener los nervios en el estómago = have + butterflies in + Posesivo + stomach.* tener los pies firmemente en el suelo = feet + be + firmly planted on the ground.* tenerlo todo = have + the best of both worlds.* tenerlo todo hecho = have + an easy ride.* tener lugar = take + place, go on, come to + pass.* tener madera de = be cut out for.* tener mala fama por = hold in + disrepute, be infamous for.* tener malas conexiones con = have + poor connections with.* tener malas intenciones = be up to no good, get up to + no good.* tener mal de amores = be lovesick.* tener mal ojo para juzgar a la gente = be a bad judge of character.* tener más paciencia que el santo Job = have + the patience of Job.* tener más paciencia que un santo = have + the patience of a saint.* tener mérito = be meritorious.* tener miedo = be afraid, be in fear, frighten.* tener miedo a = be scared of.* tener miedo a Alguien = regard + Nombre + with fear.* tener motivo = be right.* tener motivo justificado = have + good cause.* tener motivo para = have + cause to.* tener movilidad = be mobile.* tener mucha distancia que recorrer = have + a long way to go.* tener mucha ilusión = be thrilled.* tener mucha personalidad = be full of character.* tener mucho camino que recorrer = have + a long way to go.* tener mucho carácter = be full of character.* tener mucho cuidado = be extra vigilant.* tener mucho éxito = hit + a home run, hit it out of + the park, knock it out of + the park.* tener mucho interés en = have + a high stake in.* tener mucho interés por = be keen to.* tener mucho que ver con = have + a great deal to do with.* tener mucho tiempo libre = have + plenty of time to spare.* tener muy mala cara = look like + death warmed (over/up).* tener niños = have + children.* tener + Nombre = be not without + Nombre.* tener noticias de = hear from.* tener + Número + Período de Tiempo = be + Período de Tiempo + old.* tener obligación = have + obligation.* tener obsesión con = be hipped (on/to), get hipped (on/to).* tener ojeras = have + bags under + Posesivo + eyes.* tener ojos en la nuca = have + eyes in the back of + Posesivo + head.* tener opinión = take + view.* tener paciencia = be patient.* tener paciencia con = bear with + Pronombre.* tener palabra = keep + Posesivo + word, live up to + Posesivo + word.* tener paralelo = have + parallel.* tener pelos en la lengua = mince + words.* tener pérdidas = make + a loss.* tener perplejo = stump.* tener plena conciencia de = be fully aware of.* tener poca información = be information poor.* tener pocas luces = as thick as a brick, as thick as two (short) planks, as daft as a brush, knucklehead.* tener pocas posibilidades de = have + little recourse.* tener poco que ver = have + little to do.* tener poco valor = be of little value.* tener por costumbre + Infinitivo = be in the habit of + Gerundio.* tener por término medio = average.* tener posibilidades = stand + chance, be in with a chance.* tener potencial = have + potential.* tener precaución de = be chary of.* tener precedencia = take + priority.* tener preferencia = be preferential, have + the right of way.* tener preferencia (sobre) = take + precedence (over).* tener presente = be mindful of/that, bear in + mind, consider (as), keep in + focus, keep in + mind, make + consideration, mind, make + provision for, have + regard for, be aware of.* tener presente las posibilidades de Algo = consider + possibilities.* tener prioridad = trump.* tener prisa = be in a hurry.* tener problema con Algo = experience + trouble with.* tener problemas = have + problems.* tener problemas con = fall + foul of, run + afoul of problems, run + afoul of, fall + afoul of.* tener problemas con la ley = fall + foul of the law, go + afoul of the law, fall + afoul of the law.* tener programado su comienzo = be scheduled to start.* tener programado su finalización = be scheduled for completion.* tener pros y contras = be a mixed blessing.* tener que = have to, hafta [have to].* tener que aguantar Algo = be stuck with, get + stuck with.* tener que arreglárselas solo = leave (up) to + Posesivo + own resources, leave to + Posesivo + own devices.* tener que cargar con = be stuck with, saddle with, get + stuck with.* tener que cargar con el peso de = be burdened with.* tener que cargar con el peso de la tradición = be burdened with + tradition.* tener que competir con = face + competition from.* tener + que felicitar a Alguien = have to hand it to + Nombre.* tener que ocurrir = be boun.* * *1.verbo transitivo [El uso de 'got' en frases como 'I've got a new dress' está mucho más extendido en el inglés británico que en el americano. Éste prefiere la forma 'I have a new dress']1) (poseer, disponer de) <dinero/trabajo/tiempo> to have¿tienen hijos? — do they have any children?, have they got any children?
no tenemos pan — we don't have any bread, we haven't got any bread
aquí tienes al culpable — here's o this is the culprit
¿conque ésas tenemos? — so that's the way things are, is it?
2)a) ( llevar encima) to have¿tiene hora? — have you got the time?
b) ( llevar puesto) to be wearing3) (hablando de actividades, obligaciones) to havetengo invitados a cenar — I have o I've got some people coming to dinner
tener... que + inf — to have... to + inf
tengo cosas que hacer — I have o I've got things to do
4)a) (señalando características, atributos) to havetiene el pelo largo — she has o she's got long hair
la casa tiene mucha luz — the house is very light o gets a lot of light
¿y eso qué tiene de malo? — and what's so bad about that?
le lleva 15 años - ¿y eso qué tiene? — (AmL fam) she's 15 years older than he is - so what does that matter?
b) ( expresando edad)¿cuántos años tienes? — how old are you?
c) ( con idea de posibilidad)5) ( dar a luz) <bebé/gemelos> to have6) (sujetar, sostener) to hold7) ( tomar)ten la llave — take o here's the key
8) ( recibir) to have9)a) ( sentir)tengo hambre/sueño/frío — I'm hungry/tired/cold
tengo el placer de... — it gives me great pleasure to...
¿qué tienes? — what's wrong?, what's the matter?
b) (refiriéndose a síntomas, enfermedades) to havetengo dolor de cabeza — I have o I've got a headache
c) (refiriéndose a experiencias, sucesos) to have10) ( refiriéndose a actitudes)ten paciencia/cuidado — be patient/careful
11) (indicando estado, situación) (+ compl)lo tiene dominado — she has him under her thumb
12) ( considerar)2.tener algo/a alguien por algo: se lo tiene por el mejor he/it is considered (to be) the best; siempre lo tuve por tímido I always thought he was shy; ten por seguro que lo hará — you can be sure he'll do it
tener v aux1)a) (expresando obligación, necesidad)tener que + inf — to have (got) to + inf
tengo que estudiar hoy — I have to o I must study today
b) (expresando propósito, recomendación)tener que + inf: tenemos que ir a verla we must go and see her; tengo que hacer ejercicio I must get some exercise; tendrías que llamarlo — you should ring him
2) ( expresando certeza)tener que + inf: tiene que estar en este cajón it must be in this drawer; tiene que haber sido él it must have been him; tú tenías que ser! — it had to be you!
3) ( con participio pasado)¿tiene previsto asistir? — do you plan to attend?
tengo entendido que sí viene — I understand he is coming
4) (AmL) ( en expresiones de tiempo)3.tenerse v pron1) ( sostenerse)no tenerse de sueño — to be dead o asleep on one's feet
2) (refl) ( considerarse)tenerse por algo: se tiene por muy inteligente — he considers himself to be very intelligent
* * *= bear, contain, have, hold, own, carry, have got, have + in place, live with, have at + Posesivo + disposal, possess.Ex: Use a uniform title for an entry if the item bears a title proper that differs from the uniform title.
Ex: The label contains information about the record, indicating, for instance, its length, status, for example, new, amended, type and class.Ex: Many of the aspects of the indexing process including, in particular, term selection and search logic have common features.Ex: If the search is made with a call number, a summary of copies with that call number which are held by the library is first displayed.Ex: For example, a person can consult the system holdings files to find out whether a library in the network owns a copy of the document.Ex: Europe Environment carries useful reports on the activities of the lobby groups in the environmental, consumer protection and research fields.Ex: Typical examples of enquiries of this kind that could be satisfied within minutes in any decently stocked library are ' Have you got anything on organising weddings?' 'Can you find me something on the history of paddle-steamers?'.Ex: The first country to have in place an operational domestic geostationary satellite communications system was Canada.Ex: Medical advances are improving the lives of people living with HIV/AIDS, while prevention remains the key to stopping the spread of this disease.Ex: But this would require time and competencies, which not all policy makers have at their disposal.Ex: Not every index necessarily exhibits all the features of either of these types of indexing systems, and indeed, some will possess elements of both types of systems.* acabar teniendo = end up with.* acontecimiento + tener lugar = occurrence + take place.* a mí también me gustaría tener la misma oportunidad = turnabout is fair play.* aquí tiene(s) = here is/are.* a tener en cuenta en el futuro = for future reference.* cambio + tener lugar = change + take place.* curso que tiene lugar fuera de la universidad = extension course, off-campus course.* dar gracias por lo que Uno tiene = count + Posesivo + blessings.* del que se tiene constancia = recorded.* demostrar que se tiene razón = prove + Posesivo + point.* el cliente siempre tiene la razón = the customer is always right.* empezar a tener dudas = get + cold feet.* empezar a tener sentido = become + meaningful.* estudiar + Nombre + teniendo en cuenta + Nombre = place + Nombre + against the background of + Nombre.* hacer que tenga más valor = put + a premium on.* hombre que tiene mucho mundo = a man of the world.* lo que tenga que pasar, que pase = que sera sera, what's meant to be, will be, whatever will be, will be.* lo que tenga que ser, será = que sera sera, whatever will be, will be, what's meant to be, will be.* mujer que tiene mucho mundo = a woman of the world.* necesitarse tener en cuenta = need + consideration.* negar tener relación con = disclaim + connection with.* no querer tener nada que ver con = want + nothing to do with.* no tener alternativa = have + no choice.* no tener apetito = be off + Posesivo + food, be off + Posesivo + oats.* no tener constancia de Algo = unrecorded.* no tener donde caerse muerto = not have two pennies to rub together.* no tener dos dedos de frente = as thick as a brick, as thick as two (short) planks, as daft as a brush.* no tener dos dedos de frnete = knucklehead.* no tener en cuenta = disregard, overlook, skip over, be oblivious of/to, close + the door on, leave + Nombre + out of the picture, fly in + the face of, drop + Nombre + out of the picture.* no tener errores = be error-free.* no tener éxito = come up with + nothing, prove + unsuccessful, be unsuccessful.* no tener fin = there + be + no end to.* no tener fronteras = have + no boundaries.* no tener fundamento = be unfounded.* no tener ganas = can't/couldn't be bothered, can't/couldn't be bothered.* no tener ganas de comer = be off + Posesivo + food, be off + Posesivo + oats.* no tener hijos = be childless.* no tener hogar = be homeless.* no tener idea = have + no clue, have + no idea.* no tener idea de = be clueless about, have + no understanding of.* no tener importancia = be of no importance, make + no difference, be of no consequence.* no tener información = be undocumented.* no tener la más mínima idea sobre Algo = Negativo + have + the foggiest idea.* no tener la menor importancia = be of no particular concern.* no tener la necesidad de usar Algo = have + no use for.* no tener la obligación de = be under no obligation.* no tener la preparación = be untrained.* no tener límite = have + no limit.* no tener límites = be boundless.* no tener lugar = fall through.* no tener más alternativa que = have + no other option but.* no tener más opción que = have + little choice but, have + no other option but.* no tener más remedio que = be stuck with, be left with the need to, get + stuck with.* no tener nada en contra de = have + no quarrel with, have + nothing against.* no tener nada en contra de Algo = have + no quarrel about + Nombre.* no tener nada que perder = have + nothing to lose.* no tener nada que ver con = be irrelevant to.* no tener ni idea sobre Algo = not know the first thing about.* no tener ni la más mínima posibilidad = not to have a prayer.* no tener ni la más remota posibilidad = not to have a prayer.* no tener ningún escrúpulo en = have + no qualms about.* no tener ningún fundamento = not have a leg to stand on.* no tener ningún interés = can't/couldn't be bothered.* no tener ningún problema con = be okay with.* no tener ningún remilgo en = have + no qualms about.* no tener ningún reparo = have + no qualms about.* no tener ni pies ni cabeza = be pointless.* no tener ni punto de comparación = be in a different league.* no tener ni puta idea = not get + Posesivo + shit together.* no tener ni puta idea sobre Algo = not know the first thing about.* no tener ni un pelo de tonto = there are no flies (on/about) + Pronombre.* no tener ni voz ni voto en = have + no say in.* no tener noticias es buena señal = no news is good news.* no tener opción = have + no choice.* no tener otra alternativa = have + no choice.* no tener otra alternativa que = have + no other option but.* no tener otra opción = have + no choice.* no tener otra opción que = have + no other option but.* no tener otro objetivo que el de = have + no other purpose than.* no tener otro sitio donde recurrir = have + nowhere else to turn.* no tener parangón = be unequalled, be without peer.* no tener pelos en la lengua = call + a spade a spade.* no tener posibilidades = be dead meat.* no tener prejuicios = be open-minded.* no tener presente = be oblivious of/to.* no tener que ir muy lejos = not have to look far.* no tener razón = be wrong.* no tener razón de ser + Infinitivo = there + be + no sense in + Gerundio.* no tener reparos = make + no bones about + Algo.* no tener reparos en admitir que = make + no bones about + Algo.* no tener representación = be unrepresented.* no tener respuesta = be unanswerable.* no tener rival = be second to none.* no tener rumbo = lose + Posesivo + way.* no tener salida = be stuck, get + stuck.* no tenerse en pie = Negativo + hold + water.* no tener sentido = be meaningless, be pointless, be senseless.* no tener sentido el + Infinitivo = there + be + no point in + Gerundio.* no tener sentido + Infinitivo = there + be + little point in + Gerundio, there + be + no sense in + Gerundio.* no tener suerte = be out of luck.* no tener tiempo de nada = have + not a moment to spare.* no tener trabajo = be unemployed.* no tener trascendencia = be of no consequence.* no tener un duro = not have a bean.* no tener valor = be valueless.* no tener vida privada = like being in a (gold)fish bowl.* no terminar nunca de tener problemas con = have + no end of problems with.* ¡Ojalá tuviera...! = I wish I had....* ¡Ojalá tuviese...! = I wish I had....* parece tener poco sentido que = there + seem + little point in.* por si + tener + suerte = on spec.* que no tiene compensación = non-compensatory [noncompensatory].* que no tiene precio = priceless.* que pase lo que tenga que pasar = que sera sera, whatever will be, will be, what's meant to be, will be.* que tiene lugar una vez a la semana = once-weekly.* que tiene precio = priced.* que tiene sentido = meaningful.* que tiene solución = solvable.* revista que tiene una gran demanda popular = mass-market journal.* sin tener = in the absence of.* sin tener en cuenta = never mind, without regard to, independently of, disregarding, not including.* sin tener en cuenta el hecho de que = overlook + the fact that.* sin tener que recurrir a = without recourse to.* tenemos intereses en ambas partes = our feet are in both worlds.* tener a Alguien metido en un puño = have + Nombre + under + Posesivo + thumb.* tener a cargo de uno = have + as + Posesivo + charge.* tener acceso a información confidencial = be on the inside.* tener acuerdos con = have + deals with.* tener afinidades = share + common ground.* tener aire acondiconado = be air-conditioned.* tener a la disposición de Uno = have at + Posesivo + disposal.* tener al alcance = have at + Posesivo + touch.* tener Algo al alcance = have + Nombre + at + Posesivo + fingertips.* tener algo a mano = have + Nombre + at + Posesivo + fingertips.* tener + Algo + a + Posesivo + entera disposición = have + the run of the + Nombre.* tener Algo bajo el control de Uno = have + Nombre + at + Posesivo + command.* tener Algo claro = clarify + Posesivo + mind.* tener Algo en común = have + Nombre + in common, share + Nombre + in common.* tener algo en contra de = have + something against.* tener Algo fácilmente accesible = have + Nombre + at + Posesivo + fingertips.* tener Algo hecho a la medida de uno = have + Nombre + cut out.* tener algo muy vivo en la mente de uno = be strong in + mind.* tener algo que decir sobre = have + a say in.* tener algo que ver con = have + something to do with.* tener algo reservado = have + something up + Posesivo + sleeve.* tener alguna incidencia en = have + some bearing on.* tener alguna posibilidad = have + a fighting chance.* tener alguna posibilidad de triunfar = have + a fighting chance.* tener alguna relevancia para = have + some bearing on.* tener alucinaciones = hallucinate.* tener a mano = have at + Posesivo + touch, have + on call, have + to hand, keep within + reach, be to hand.* tener ansias de = crave, crave for.* tener antecedentes de = have + a track record of.* tener antojo de = crave, crave for.* tener a + Posesivo + cargo = have + in + Posesivo + charge.* tener aspecto = look.* tener atrasos = be in arrears.* tener aversión a = have + aversion to.* tener beneficios = have + benefits.* tener buena mano con las plantas = have + a green thumb, have + green fingers.* tener buen apetito = have + a good appetite.* tener buenas intenciones = be well-intentioned, mean + well.* tener buenas perspectivas para = be well-placed to.* tener buen ojo para juzgar a la gente = be a good judge of character.* tener bulla = be in a hurry.* tener cabida para = hold, accommodate, include, take.* tener calentura = have + a temperature, have + a fever.* tener características en común = share + similarities.* tener cara de muerto = look like + death warmed (over/up).* tener carencias = find + wanting.* tener carta blanca = have + carte-blanche.* tener causa justificada = have + good cause.* tener cautela = proceed + with caution.* tener celos = feel + jealous.* tener claro = be clear in your mind.* tener coherencia = cohere.* tener cólicos = be colicky.* tener como consecuencia = result (in).* tener como equivalente = have + counterpart.* tener como motivo central = plan around + Nombre.* tener como objetivo = have + as + Posesivo + objective, be in business for.* tener como sede = headquarter (at/in).* tener compasión de = have + compassion for.* tener conocimiento de = be privy to, be aware of.* tener consecuencias = have + consequences.* tener consecuencias en = have + implication for.* tener consecuencias negativas = backfire.* tener contacto = have + contact.* tener contactos = liaise (with/between).* tener controlado a Alguien = have + Nombre + on the run.* tener control sobre = have + hold on.* tener coraje = pluck up + courage, gather up + courage.* tener correlación con = bear + correlation with.* tener correspondencia = bear + correspondence (to).* tener cosas en común = share + common ground.* tener cualidades + Adjetivo = be of + Adjetivo + quality.* tener cuidado = exercise + care, exercise + caution, proceed + with caution, watch out, take + caution.* tener cuidado con = watch for, beware (of/that), look out for, be wary of.* tener cuidado con lo que se dice = say + the right thing.* tener cuidado con lo que Uno dice = watch + Posesivo + mouth, watch what + say.* tener cuidado de = be careful, be chary of, take + (great) pains to.* tener cuidado (de que) = take + care (that).* tener cultivos = grow + crops.* tener debilidad por = have + a soft spot for.* tener delante = have + before.* tener demasiada prisa = be in too much of a hurry, be in too much of a rush.* tener derecho a = be entitled to, have + a right to, entitle to, have + the right to, have + a say in.* tener derecho a expresar + Posesivo + opinión = be entitled to + Posesivo + own opinion.* tener derecho de paso = have + the right of way.* tener dificultad = struggle, experience + difficulty, be hard pressed.* tener dificultad de + Infinitivo = have + difficulty + Gerundio, have + difficulty in + Gerundio.* tener dificultad en + Verbo = be at pains to + Infinitivo.* tener dificultades = have + a hard time, have + a tough time.* tener dinero a punta pala = roll in + Dinero.* tener dominado a Alguien = have + Nombre + on the run.* tener dudas = be doubtful, have + misgivings, have + reservations (about), be suspicious.* tener dudas sobre = be ambivalent about.* tener efecto = take + effect, have + effect.* tener efecto sobre = impinge on/upon.* tener el atrevimiento de = have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener el corazón de un león = have + the heart of a lion.* tener el deber de = have + a responsibility to.* tener el derecho de = have + the right to.* tener el descaro de = have + the gall to, have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener el destino de = suffer + the fate of.* tener el estatus profesional de + Nombre = have + Nombre + status.* tener el gusto de = take + pleasure.* tener el hábito de = have + the habit of.* tener el honor de = have + the honour of.* tener el lujo = have + luxury.* tener el mando = rule + the roost.* tener el mejor aspecto posible = look + Posesivo + best.* tener el mismo destino = suffer + the same fate.* tener el mono = suffer from + withdrawal symptoms.* tener el placer de = take + pleasure.* tener el plazo cumplido = be due.* tener el plazo vencido = be overdue.* tener el poder = be the boss, call + the shots, call + the tune, rule + the roost.* tener el poder de = have + the power to.* tener el toque mágico = have + the magic touch.* tener el valor = have + the courage.* tener el valor de = have + the guts to, have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener en común = hold in + common, tread + common ground.* tener en común con = partake (in/of).* tener en consideración = take into + consideration, take into + consideration.* tener en cuenta = allow for, bear in + mind, cater for/to, consider (as), heed, make + allowances, take + account of, take + cognisance of, take + cognition of, take into + account, take into + consideration, make + provision for, bring into + play, give + an ear to, factor, have + regard for, factor in, be aware of, note, keep in + mind.* tener en cuenta las posibilidades de Algo = consider + possibilities.* tener en cuenta un punto de vista = take into + account + viewpoint, contemplate + view.* tener en funcionamiento = have + in effect.* tener en gran estima = have + a very high regard for.* tener en mente = bear in + mind, have + in mind, keep in + mind.* tener en observación = hold under + observation, keep under + observation.* tener en reserva = hold in + reserve.* tener entre manos = be up to.* tener envidia de = envy.* tener errores = be flawed.* tener éxito = achieve + success, be successful, get + anywhere, meet + success, prove + successful, succeed, attain + appeal, be a success, find + success, come up + trumps, prove + trumps, take off, meet with + success, hit + the big time, be popular, go + strong.* tener éxito en el mundo = succeed in + the world.* tener éxito en la vida = succeed in + life, get on in + life.* tener expectativas = hold + expectations, have + expectations.* tener experiencia = have + experience.* tener fácilmente accesible = have at + Posesivo + touch.* tener fallos = be flawed.* tener fe = have + faith (in).* tener fe en = have + faith (in).* tener fiebre = have + a temperature, have + a fever.* tener fijación por = be hipped (on/to), get hipped (on/to).* tener flatulencia = pass + gas, break + wind, pass + wind.* tener forma + Adjetivo = be + Adjetivo + in shape.* tener frenillo = lisp.* tener fundamento para pensar que = have + reason to believe that.* tener futuro = have + potential, there + be + a future for/in, have + a future.* tener ganada la mitad de la batalla = be half the battle.* tener ganada sólo la mitad de la batalla = be only half the battle.* tener ganas de = be keen to, have + an/the inclination to.* tener ganas de + Infinitivo = feel like + Gerundio.* tener gancho = be engaging.* tener gastos = incur + costs.* tener gastos generales = incur + overheads.* tener gran éxito = hit + a home run, hit it out of + the park, knock it out of + the park.* tener gran importancia = be of high significance.* tener gran repercusión = be far reaching.* tener hambre = be hungry, feel + hungry.* tener hambre después del esfuerzo = work up + an appetite.* tener hijos = father + children, have + children.* tener hipo = hiccup.* tener horario ajustado = be under time constraint.* tener horror a = loathe, hate.* tener idea = have + a clue.* tener impacto = make + impact.* tener impacto (sobre) = have + impact (on).* tener implicaciones para = have + implication for.* tener importancia = carry + weight, have + high profile, be of consequence.* tener indigestión = have + indigestion.* tener influencias = have + pull.* tener influencia sobre = have + hold on.* tener iniciativa = be proactive.* tener intereses en = have + a stake in.* tener intereses en juego = have + invested.* tener interés por = have + an interest in.* tener interés por/en = be interested in.* tener inventiva = be inventive.* tener jurisdicción = have + jurisdiction (over).* tener la autoridad = have + mandate.* tener la bragueta abierta = fly + be undone.* tener la capacidad de = have + the potential (to/for).* tener la cara de = have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener la cara descompuesta = look like + death warmed (over/up).* tener la categoría profesional de + Nombre = hold + Nombre + rank, have + Nombre + rank, enjoy + Nombre + rank.* tener la certeza de = feel + confident.* tener la certeza de que = rest + assured that.* tener la conciencia limpia = have + a clear conscience.* tener la conciencia tranquila = have + a clear conscience.* tener la convicción = it + be + Posesivo + understanding.* tener la costumbre de = have + a habit of, have + the habit of.* tener la costumbre de + Infinitivo = be in the habit of + Gerundio.* tener la cuenta bancaria = bank.* tener la culpa (por/de) = be at fault (for/to).* tener la culpa de Algo que se ha causado Uno mismo = be of + Posesivo + own making.* tener la desfachatez de = have + the gall to, have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener la desvergüenza de = have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener la doble función = double as, double up as.* tener la facultad de = have + powers to.* tener la fama de = have + a good record for.* tener la fecha de + Fecha = be dated + Fecha.* tener la frescura de = have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener la función de = be in the business of.* tener la impresión = have + the impression, get + the impression.* tener la impresión de que = get + the feeling that.* tener la intención de = be intended to, intend, mean.* tener la intención de + Infinitivo = set out to + Infinitivo.* tener la libertad de = be at liberty to, feel + free to.* tener la libertard de/para = have + the latitude to.* tener la malafortuna de = have + the misfortune to.* tener la mirada perdida = stare into + space, gaze into + space.* tener la misma importancia = carry + equal weight.* tener la obligación de = be under the obligation to.* tener la ocasión de = have + opportunity to.* tener la oficina central en = headquarter (at/in).* tener la opinión = it + be + Posesivo + understanding.* tener la oportunidad = have + the opportunity.* tener la oportunidad de = get + (a/the) + chance to, have + opportunity to, get + a chance to.* tener la osadía de = have + the gall to, have + the nerve(s) to, have + the cheek to.* tener la paciencia del santo Job = have + the patience of Job.* tener la paciencia de un santo = have + the patience of a saint.* tener la posibilidad de = have + chance.* tener la potestad = have + mandate.* tener la potestad de = have + the power to, have + the right to.* tener lapsus = have + lapses.* tener la reputación de ser = be well known for.* tener la responsabilidad = charge, undertake + burden.* tener la responsabilidad de = have + the responsibility of.* tener la sartén por el mango = call + the shots, be the boss, call + the tune, rule + the roost.* tener la seguridad de = have + the security of.* tener la seguridad de que = rest + assured that.* tener la sensación de que = have + a gut feeling that.* tener las mismas prerrogativas = have + an equal voice in.* tener las riendas de = hold + the reins of.* tener las riendas del poder = hold + the reins of power.* tener lástima = pity.* tener lástima de = take + pity on.* tener la tentación de = be tempted to.* tener la última palabra = have + the ultimate say, have + the final say, call + the shots, be the boss, call + the tune, rule + the roost.* tener la vista cansada = need + reading glasses.* tenerle manía a Alguien = have + it in for + Nombre.* tenerle rabia a Alguien = have + it in for + Nombre.* tenerle tirria a Alguien = have + it in for + Nombre.* tener libertad = have + freedom.* tener libertad sobre = have + wide discretion over.* tenerlo crudo = not be easy.* tenerlo difícil = not be easy, not be easy.* tenerlo duro = not be easy.* tenerlo fácil = have + an easy ride.* tener lo mejor de ambos mundos = have + the best of both worlds.* tener lo mejor de los dos mundos = have + the best of both worlds.* tener lo que hace falta = have + what it takes.* tener lo que hay que tener = have + what it takes.* tener lo que se necesita = have + what it takes.* tener los días contados = day + be + numbered, be doomed, doomed, be dead meat, the (hand)writing + be + on the wall, see it + coming.* tener los nervios de punta = have + butterflies in + Posesivo + stomach.* tener los nervios en el estómago = have + butterflies in + Posesivo + stomach.* tener los pies firmemente en el suelo = feet + be + firmly planted on the ground.* tenerlo todo = have + the best of both worlds.* tenerlo todo hecho = have + an easy ride.* tener lugar = take + place, go on, come to + pass.* tener madera de = be cut out for.* tener mala fama por = hold in + disrepute, be infamous for.* tener malas conexiones con = have + poor connections with.* tener malas intenciones = be up to no good, get up to + no good.* tener mal de amores = be lovesick.* tener mal ojo para juzgar a la gente = be a bad judge of character.* tener más paciencia que el santo Job = have + the patience of Job.* tener más paciencia que un santo = have + the patience of a saint.* tener mérito = be meritorious.* tener miedo = be afraid, be in fear, frighten.* tener miedo a = be scared of.* tener miedo a Alguien = regard + Nombre + with fear.* tener motivo = be right.* tener motivo justificado = have + good cause.* tener motivo para = have + cause to.* tener movilidad = be mobile.* tener mucha distancia que recorrer = have + a long way to go.* tener mucha ilusión = be thrilled.* tener mucha personalidad = be full of character.* tener mucho camino que recorrer = have + a long way to go.* tener mucho carácter = be full of character.* tener mucho cuidado = be extra vigilant.* tener mucho éxito = hit + a home run, hit it out of + the park, knock it out of + the park.* tener mucho interés en = have + a high stake in.* tener mucho interés por = be keen to.* tener mucho que ver con = have + a great deal to do with.* tener mucho tiempo libre = have + plenty of time to spare.* tener muy mala cara = look like + death warmed (over/up).* tener niños = have + children.* tener + Nombre = be not without + Nombre.* tener noticias de = hear from.* tener + Número + Período de Tiempo = be + Período de Tiempo + old.* tener obligación = have + obligation.* tener obsesión con = be hipped (on/to), get hipped (on/to).* tener ojeras = have + bags under + Posesivo + eyes.* tener ojos en la nuca = have + eyes in the back of + Posesivo + head.* tener opinión = take + view.* tener paciencia = be patient.* tener paciencia con = bear with + Pronombre.* tener palabra = keep + Posesivo + word, live up to + Posesivo + word.* tener paralelo = have + parallel.* tener pelos en la lengua = mince + words.* tener pérdidas = make + a loss.* tener perplejo = stump.* tener plena conciencia de = be fully aware of.* tener poca información = be information poor.* tener pocas luces = as thick as a brick, as thick as two (short) planks, as daft as a brush, knucklehead.* tener pocas posibilidades de = have + little recourse.* tener poco que ver = have + little to do.* tener poco valor = be of little value.* tener por costumbre + Infinitivo = be in the habit of + Gerundio.* tener por término medio = average.* tener posibilidades = stand + chance, be in with a chance.* tener potencial = have + potential.* tener precaución de = be chary of.* tener precedencia = take + priority.* tener preferencia = be preferential, have + the right of way.* tener preferencia (sobre) = take + precedence (over).* tener presente = be mindful of/that, bear in + mind, consider (as), keep in + focus, keep in + mind, make + consideration, mind, make + provision for, have + regard for, be aware of.* tener presente las posibilidades de Algo = consider + possibilities.* tener prioridad = trump.* tener prisa = be in a hurry.* tener problema con Algo = experience + trouble with.* tener problemas = have + problems.* tener problemas con = fall + foul of, run + afoul of problems, run + afoul of, fall + afoul of.* tener problemas con la ley = fall + foul of the law, go + afoul of the law, fall + afoul of the law.* tener programado su comienzo = be scheduled to start.* tener programado su finalización = be scheduled for completion.* tener pros y contras = be a mixed blessing.* tener que = have to, hafta [have to].* tener que aguantar Algo = be stuck with, get + stuck with.* tener que arreglárselas solo = leave (up) to + Posesivo + own resources, leave to + Posesivo + own devices.* tener que cargar con = be stuck with, saddle with, get + stuck with.* tener que cargar con el peso de = be burdened with.* tener que cargar con el peso de la tradición = be burdened with + tradition.* tener que competir con = face + competition from.* tener + que felicitar a Alguien = have to hand it to + Nombre.* tener que ocurrir = be boun* * *■ tener (verbo transitivo)A poseer, disponer deB1 llevar encima2 llevar puestoC actividades, obligacionesD1 señalando características2 expresando edad3 con idea de posibilidadE dar a luzA sujetar, sostenerB tomarA recibirB1 sentir2 refiriéndose a síntomas3 refiriéndose a sucesosC refiriéndose a actitudesA indicando estado, situaciónB tener algo/a alguien por algo■ tener (verbo auxiliar)A1 tener que: obligación2 tener que: propósitoB tener que: certezaA con participio pasadoB en expresiones de tiempo■ tenerse (verbo pronominal)A sostenerseB tenerse por algovt[El uso de `got' en frases como `I've got a new dress' está mucho más extendido en el inglés británico que en el americano. Éste prefiere la forma `I have a new dress']A (poseer, disponer de) ‹dinero/trabajo/tiempo› to haveése ya lo tengo I already have that one, I've already got that one¿tienen hijos? do they have any children?, have they got any children?tiene un sueldo muy bueno she earns a very good salary, she is on a very good salaryno tenemos aceitunas we don't have any olives, we haven't got any olivesno tenía bastante dinero I didn't have enough moneyno tengo a quién recurrir I have o I've got nobody to turn totú no tienes idea de lo que fue you've no idea o you can't imagine what it was likeaquí tienes al autor del delito here's o this is the culprit¡ahí tienes! ¿ves cómo no se los puede dejar solos? there you are! you see how they can't be left on their own?¿conque ésas tenemos? so that's the way things are, is it?no tenerlas todas consigo ( fam): no sé, no las tengo todas conmigo I don't know, I'm not entirely sure o I'm not a hundred percent sure o I'm not at all sureB1 (llevar encima) to have¿tienes cambio de $100? do you have change for $100?no tengo un lápiz I don't have a pencil (on me), I haven't got a pencil (on me)¿tiene hora? have you got the time?, could you tell me the time?2 (llevar puesto) to be wearing, have on¡qué traje más elegante tienes! that's a smart suit you're wearing o you have on!C (hablando de actividades, obligaciones) to haveesta noche tengo una fiesta I'm going to o I have a party tonightlos viernes tenemos gimnasia we have keep-fit on Fridaystenemos invitados a cenar we have o we've got some people coming to dinnertengo un par de camisas que planchar I have o I've got a couple of shirts to ironD1 [ Vocabulary notes (Spanish) ] (señalando características, atributos) to havetiene los ojos castaños/el pelo largo she has o she's got brown eyes/long hairtiene mucho tacto/valor he's very tactful/bravetiene habilidad para esas cosas he's very good at that sort of thingtiene sus defectos he has o he's got his faultsla habitación tiene mucha luz the room is very light o gets a lot of lighttiene cuatro metros de largo por tres de ancho it is four meters long and three meters wide¿cuánto tienes de cintura? what's your waist measurement?tiene mucho de su padre he's very much like his father, he takes after his fathertener algo DE algo:¿y eso qué tiene de malo? and what's (so) bad about that?no tiene nada de extraño there's nothing strange about itle lleva 15 años — ¿y eso qué tiene? ( AmL fam); she's 15 years older than he is — so what does that matter?(expresando edad): ¿cuántos años tienes? how old are you?tengo cuarenta años I'm forty (years old)tengo edad para ser tu padre I'm old enough to be your fatherel televisor ya tiene muchos años the television set is very old3(con idea de posibilidad): no creo que tenga arreglo I don't think it can be fixed, I think it's beyond repairel problema no tiene solución there is no solution to the problem, the problem is insolubleE (dar a luz) to havetener un niño or hijo or bebé to have a child o babyA (sujetar, sostener) to holdsube, que yo te tengo la escalera go on up, I'll hold the ladder for you¿me tienes esto un minuto? could you hold this for a minute?tenlo derecho hold it uprightB(tomar): ten la llave take the key, here's the keyA (recibir) to havehace un mes que no tenemos noticias de él we haven't heard from him for a monthla propuesta tuvo una acogida favorable the proposal was favorably receivedtuvo una gran decepción/sorpresa it was a terrible disappointment/a big surprise for herB1(sentir): tengo hambre/sueño/frío I'm hungry/tired/coldtiene celos de su hermano she's jealous of her brotherno tiene interés por nada she's not interested in anythingle tengo mucho cariño a esta casa I'm very fond of this housetengo el placer/honor de anunciar … it gives me great pleasure/I have the honor to announce …¿qué tienes? ¿por qué lloras? what's wrong? o what's the matter? why are you crying?2 (refiriéndose a síntomas, enfermedades) to havetengo un dolor de cabeza horrible I have o I've got a terrible headache¿has tenido las paperas? have you had mumps?está enfermo, pero no saben qué tiene he's ill, but they don't know what it is o what he's got o what's wrong with him3 (refiriéndose a sucesos, experiencias) to havetuvimos un verano muy bueno we had a very good summertuve un sueño espantoso I had a terrible dreamque tengas buen viaje have a good triptuve una discusión con él I had an argument with himC(refiriéndose a actitudes): ten un poco más de respeto have a little more respectten paciencia/cuidado be patient/carefultuvo la gentileza de prestármelo she was kind enough to lend it to metuvo la precaución de llamar antes de ir she had the foresight to phone before she wentA (indicando estado, situación) (+ compl):el sofá tiene el tapizado sucio the upholstery on the sofa is dirtyla mesa tiene una pata rota one of the table legs is brokentenía el suéter puesto al revés he had his sweater on back to fronttengo las manos sucias my hands are dirtytenía los ojos cerrados she had her eyes closedtienes el cinturón desabrochado your belt's undonelo tengo escondido I have it hidden awayya lo tiene roto it's already broken o he's broken it alreadyla tuvo engañada mucho tiempo he was cheating on her for a long timelo tiene dominado she has him under her thumbeso me tiene muy preocupada I'm very worried about thatme tuvo escribiendo a máquina toda la tarde she had me typing all afternoonnos tuvo allí esperando una hora he kept us waiting there for an houra la pobre la tienen de sirvienta they treat the poor girl like a maidtengo a la niña enferma my little girl's sick¿en qué mano lo tengo? which hand is it in?B (considerar) tener algo/a algn POR algo:se lo tiene por el mejor hospital del país it is supposed to be o it is considered (to be) the best hospital in the countrylo tienen por buen cirujano he's held to be o he's considered (to be) a good surgeonsiempre lo tuve por tímido I always thought he was shyten por seguro que lo hará rest assured o you can be sure he'll do it■A1 (expresando obligación, necesidad) tener QUE + INF:tengo que terminarlo hoy I have to o I must finish it todaytienes que comer más, estás muy delgada you must eat more, you're very thinno tienes más que apretar este botón all you have to do is press this buttonno tienes que estar allí hasta las nueve you don't have to be there until nineno tengo por qué darte cuentas a ti I don't have to explain anything to you, I don't owe you any explanationsno tienes que comer tanto (no debes) you mustn't eat so much; (no hace falta) you don't have to eat that much, there's no need to eat that muchtendría que cambiarme, no puedo ir así I'd have to o I ought to o I should change, I can't go like this2 (expresando propósito, recomendación) tener QUE + INF:tenemos que ir a ver esa película we must go and see that movietengo que hacer ejercicio I must get some exercisetienes que leerlo, es buenísimo you must read it, it's really goodB (expresando certeza) tener QUE + INF:tiene que estar en este cajón it must be in this drawertiene que haber sido él it must have been himtengo que haberlo dejado en casa I must have left it at home¡tú tenías que ser! it had to be you, didn't it?A(con participio pasado): ¿tiene previsto asistir al congreso? do you plan to attend the conference?ya tenían planeada su estrategia they already had their strategy worked outtengo entendido que llega mañana I understand he's arriving tomorrowtiene ganado el afecto del público she has won the public's affectionte tengo dicho que eso no me gusta I've told you before I don't like thatteníamos pensado irnos el jueves we intended leaving on Thursdaytiene bastante dinero ahorrado she has quite a lot of money saved upBtienen tres años de casados they've been married for three years■ tenerseA(sostenerse): no podía tenerse en pie he couldn't standB ( refl) (considerarse) tenerse POR algo:se tiene por muy inteligente he considers himself to be o he thinks he is very intelligent* * *
Multiple Entries:
tener
tener algo
tener ( conjugate tener) verbo transitivo El uso de `got' en frases como `I've got a new dress' está mucho más extendido en el inglés británico que en el americano. Este prefiere la forma `I have a new dress'
1
◊ ¿tienen hijos? do they have any children?, have they got any children?;
no tenemos pan we don't have any bread, we haven't got any bread;
tiene el pelo largo she has o she's got long hair
◊ ¿tiene hora? have you got the time?
◊ tengo invitados a cenar I have o I've got some people coming to dinner;
tengo cosas que hacer I have o I've got things to do
2
tiene un metro de largo it is one meter long;
le lleva 15 años — ¿y eso qué tiene? (AmL fam) she's 15 years older than he is — so what does that matter?
◊ ¿cuántos años tienes? how old are you?;
tengo veinte años I'm twenty (years old)
3
b) ( tomar):◊ ten la llave take o here's the key
4a) ( sentir):◊ tengo hambre/frío I'm hungry/cold;
le tengo mucho cariño I'm very fond of him;
tengo el placer de … it gives me great pleasure to …
◊ tengo dolor de cabeza I have o I've got a headache
5 ( refiriéndose a actitudes):
ten paciencia/cuidado be patient/careful;
tiene mucho tacto he's very tactful
6 (indicando estado, situación):
tengo las manos sucias my hands are dirty;
tienes el cinturón desabrochado your belt's undone;
me tiene muy preocupada I'm very worried about it
tener v aux
1 tener que hacer algo
◊ tengo que estudiar hoy I have to o I must study today;
tienes que comer más you ought to eat moreb) (expresando propósito, recomendación):
tendrías que llamarlo you should ring himc) ( expresando certeza):
¡tú tenías que ser! it had to be you!
2 ( con participio pasado):◊ tengo entendido que sí viene I understand he is coming;
te tengo dicho que … I've told you before (that) …;
teníamos pensado irnos hoy we intended leaving today
3 (AmL) ( en expresiones de tiempo):
tenía un año sin verlo she hadn't seen him for a year
tenerse verbo pronominal ( sostenerse):
no tenerse de sueño to be dead on one's feet
tener
I verbo transitivo
1 (poseer, disfrutar) to have, have got: tengo muy buena memoria, I have a very good memory
no tiene coche, he hasn't got a car
tiene dos hermanas, he has two sisters
tiene mucho talento, he's very talented
no tenemos suficiente dinero, we don't have enough money
(ser dueño de) to own: tiene una cadena de hoteles, he owns a chain of hotels ➣ Ver nota en have 2 (contener) to contain: esta bebida no tiene alcohol, this drink doesn't contain alcohol
3 (asir, sujetar) to hold: la tenía en brazos, she was carrying her in her arms
4 (hospedar) tiene a su suegra en casa, his mother-in-law is staying with them
5 (juzgar, considerar) la tengo por imposible, I regard her as a hopeless case
nos tienen por tontos, they think we are stupid
tenlo por seguro, you can be sure
6 (pasar el tiempo de cierta manera) to have: he tenido un día espantoso, I've had a dreadful day
7 (padecer, sentir) tiene celos, he's jealous
tengo hambre/sed, I'm hungry/thirsty
ten paciencia conmigo, be patient with me
tengo un dolor de cabeza terrible, I have a terrible headache
8 (profesar) to have: me tiene cariño, he is very fond of me
no le tengo ningún respeto, I have no respect for him
9 (años, tiempo) to be: el bebé tiene ocho días, the baby is eight days old
(medidas) la cama tiene metro y medio de ancho, the bed is one and a half metres wide
10 (mantener) to keep: no sabe tener la boca cerrada, she can't keep her mouth shut
nos tuvo dos horas esperando, he kept us waiting for two hours
tiene su habitación muy ordenada, he keeps his room very tidy
me tiene preocupada, I'm worried about him
11 ( tener que + infinitivo) tengo que hacerlo, I must do it
tienes que tomarte las pastillas, you have to take your pills
tendrías que habérselo dicho, you ought to have told her ➣ Ver nota en must
II verbo aux to have: mira que te lo tengo dicho veces, I've told you time and time again
Tener tiene dos traducciones básicas: to have o to have got. Esta segunda se usa casi únicamente para expresar posesión y solo en el presente: Tengo un coche nuevo. I have got a new car.
La primera se usa en sentido más general: Va a tener un problema. He's going to have a problem. Recuerda que la forma interrogativa de I have got es have I got?, mientras que la forma interrogativa de I have es do I have?
Cuando tener significa sentir, se traduce por el verbo to be: Tengo hambre. I am hungry.
' tener' also found in these entries:
Spanish:
abrigar
- abuela
- abundar
- acarrear
- accidente
- acostumbrar
- admirar
- adolecer
- agobiarse
- añorar
- antena
- apetecer
- apremiar
- aptitud
- arcada
- arte
- banco
- bombera
- bombero
- burbuja
- cabida
- cabronada
- cacao
- caer
- cagalera
- calor
- cantar
- capaz
- carácter
- carrete
- celebrarse
- céntimo
- certeza
- certidumbre
- ciega
- ciego
- conciencia
- conllevar
- consecuencia
- constar
- contingente
- corazón
- correa
- correrse
- cosa
- cosquillas
- costar
- creer
- cruda
- crudo
English:
access
- accommodate
- act
- add up
- afraid
- agree
- aim to
- allow for
- allowance
- approve of
- around
- associate
- attached
- augment
- authoritarian
- ax
- axe
- barrel
- be
- bear
- bear with
- bearing
- begrudge
- believe in
- belong
- beware
- boast
- bone
- boomerang
- breathing space
- broody
- brush
- butterfly
- calculate
- careful
- celebrate
- clash
- clever
- come off
- command
- connected
- conscience
- consider
- consideration
- count
- crash
- date
- daunt
- debt
- depend
* * *♦ vt1. [poseer, disfrutar de] [objeto, cualidad, elemento, parentesco] to have;no tengo televisor/amigos I haven't got o I don't have a television/any friends;¿tienes un bolígrafo? have you got o do you have a pen?;¿tiene usted hora? have you got the time?;tenemos un mes para terminarlo we've got a month in which to finish it;tiene el pelo corto, ojos azules y gafas she has (got) short hair, blue eyes and she wears glasses;el documental no tiene mucho interés the documentary is not very interesting;¿cuántas habitaciones tiene? how many rooms has it got o does it have?;¿tienes hermanos? have you got o do you have any brothers or sisters?;tengo un hermano I've got o I have a brother;tener un niño to have a baby;no tienen hijos they haven't got o don't have any children;RP Fam¿conque ésas tenemos?, ¿ahora no quieres ayudar? so that's the deal, is it? you don't want to help now, then;no las tiene todas consigo he is not too sure about it;muy Famtenerlos bien puestos to have guts;tanto tienes, tanto vales you are what you own2. [padecer, realizar, experimentar] to have;tener fiebre to have a temperature;tiene cáncer/el sida she has (got) cancer/AIDS;doctor, ¿qué tengo? what's wrong with me, doctor?;no tienes nada (grave) it's nothing (serious), there's nothing (seriously) wrong with you;tuvieron una pelea/reunión they had a fight/meeting;tengo las vacaciones en agosto my holidays are in August;mañana no tenemos clase we don't have to go to school tomorrow, there's no school tomorrow;¡que tengan buen viaje! have a good journey!;no he tenido un buen día I haven't had a good day;tiene lo que se merece she's got what she deserves3. [medida, años, sensación, sentimiento] to be;tiene 3 metros de ancho it's 3 metres wide;¿cuántos años tienes? how old are you?;tiene diez años she's ten (years old);Amtengo tres años aquí I've been here for three years;tener hambre/miedo to be hungry/afraid;tener suerte/mal humor to be lucky/bad-tempered;tengo un dolor de espalda terrible I have a terrible backache;tengo alergia al polvo I'm allergic to dust;me tienen cariño/envidia they're fond/jealous of me;le tiene lástima he feels sorry for her;tengo ganas de llorar I feel like cryingtienes la corbata torcida your tie isn't straight;me tuvo despierto it kept me awake;eso la tiene despistada/preocupada that has her confused/worried;esto la tendrá ocupada un rato this will keep her busy for a while;un psicópata tiene atemorizada a la población a psychopath is terrorizing the population;nos tuvieron una hora en comisaría they kept us at the police station for an hour;me tuvo esperando una hora she kept me waiting an hour;nos tuvieron toda la noche viendo vídeos they made us watch videos all night;5. [sujetar] to hold;tenlo por el asa hold it by the handle;¿puedes tenerme esto un momento? could you hold this for me a minute?;ten los brazos en alto hold your arms up high¡aquí tienes!, ¡ten! here you are!;ahí tienes la respuesta there's your answer7. [recibir] [mensaje, regalo, visita, sensación] to get;tuve una carta suya I got o had a letter from her;el que llegue primero tendrá un premio whoever arrives first will get a prize;tendrás noticias mías you'll hear from me;tenemos invitados/a la familia a cenar we've got guests/the family over for dinner;tendrá una sorpresa he'll get a surprise;tenía/tuve la impresión de que… I had/got the impression that…;tuve una verdadera desilusión I was really disappointed8. [valorar, estimar]tener en mucho/poco a alguien to think a lot/not to think very much of sb;me tienen por tonto they think I'm stupid;Formaltener a bien hacer algo to be kind enough to do sth;les ruego tengan a bien considerar mi candidatura para el puesto de… I would be grateful if you would consider my application for the post of…9. [guardar, contener] to keep;¿dónde tienes las joyas/el dinero? where do you keep the jewels/money?;¿dónde tendré las gafas? where can my glasses be?;la botella tenía un mensaje the bottle had a message inside;esta cuenta no tiene fondos there are no funds in this account¡cómo la tenés con tu vecino! you're always going on about your neighbour!;¡cómo la tiene con el auto que se va a comprar! he's always going on about the car he's going to buy!;¡cómo la tiene el jefe contigo! the boss really has it in for you!♦ v aux1. [antes de participio] [haber]teníamos pensado ir al teatro we had thought of going to the theatre, we had intended to go to the theatre;¿cuánto tienes hecho de la tesis? how much of your thesis have you (got) done?;te tengo dicho que no pises los charcos I've told you before not to step in puddles;tengo entendido que se van a casar I understand (that) they are going to get married2.tenía/tuve que hacerlo I had to do it;¿tienes que irte? do you have to go?, have you got to go?;tienes que esforzarte más you must try harder;tiene que ser así it has to be this way;tenemos que salir de aquí we have (got) to o need to get out of here, we must get out of here;teníamos que haber hecho esto antes we should have o ought to have done this before;no tienes que disculparte you needn't apologize, you don't need to apologize;si quieres algo, no tienes más que pedirlo if you want something, all you have to do is ask;no tienes por qué venir, si no quieres you don't have to come if you don't want to3.tener que: [indica propósito, consejo] [m5] tenemos que ir a cenar un día we ought to o should go for dinner some time;tienes que ir a ver esa película you must see that movie;tenías que haber visto cómo corría you should have seen him run;tendrías que dejar de fumar you ought to give up smoking4.tener que: [indica probabilidad] [m5] ya tienen que haber llegado they must have o should have arrived by now;las llaves tienen que andar por aquí the keys must be round here somewhere;tendría que haber terminado hace rato she should have o ought to have finished some time ago;tenía que ser él, no podía ser otro it had to be him, it couldn't have been anyone else5.tener que ver: tener que ver con algo/alguien to have to do with sth/sb;actitudes que tienen que ver con la falta de educación attitudes which are related to a lack of education;se apellida Siqueiros, pero no tiene que ver con el pintor his surname is Siqueiros, but he's got nothing to do with the painter;¿qué tiene eso que ver conmigo? what has that got to do with me?;no tener nada que ver con algo/alguien to have nothing to do with sth/sb;lo que digo no tiene nada que ver con eso what I'm saying has nothing to do with that;aunque los dos vinos sean Rioja, no tienen nada que ver even if both wines are Riojas, there's no comparison between them;¿qué tiene que ver que sea mujer para que haga bien su trabajo? what's her being a woman got to do with whether or not she does a good job?;es un poco tarde, ¿no? – ¿y qué tiene que ver? it's a bit late, isn't it? – so what?;tener que ver en algo to be involved in sth;dicen que la CIA tuvo que ver en ello rumour has it the CIA were involved;¿has tenido tú algo que ver en esto? have you had something to do with this?* * *v/t1 have;tener 10 años be 10 (years old);tener un metro de ancho/largo be one meter wide/long o in width/length2:ha tenido un niño she’s had a little boy3:tener a alguien por algo regard s.o. as sth, consider s.o. to be sth4:tengo que madrugar I must get up early, I have to o I’ve got to get up early;tuve que madrugar I had to get up early5:conque ¿esas tenemos? so that’s how it is o things stand, eh?;no tuvo a bien saludarme he did not see fit to greet me;no las tengo todas conmigo fam I’m not one hundred per cent sure;eso me tiene nervioso that makes me nervous* * *tener {80} vt1) : to havetiene ojos verdes: she has green eyestengo mucho que hacer: I have a lot to dotiene veinte años: he's twenty years oldtiene un metro de largo: it's one meter long2) : to holdten esto un momento: hold this for a moment3) : to feel, to maketengo frío: I'm coldeso nos tiene contentos: that makes us happy4)tener por : to think, to considerme tienes por loco: you think I'm crazytener v aux1)tener que : to have totengo que salir: I have to leavetiene que estar aquí: it has to be here, it must be heretenía pensado escribirte: I've been thinking of writing to you* * *tener vb1. (en general) to have¿tienes hermanos? have you any brothers or sisters?En el presente, sobre todo en inglés hablado, se puede emplear have got en vez de have, por ejemplo, have you got any brothers or sisters?2. (edad, tamaño) to betener que ver to have to do with / to concernno tiene nada que ver contigo it's got nothing to do with you / it doesn't concern you -
70 corto
adj.1 short, small-sized.2 slow-witted.3 short, shy.4 short, brief, laconic, succinct.5 brief, short.6 short, non-talkative, reserved, unexpressive.7 short, scant, wanting.pres.indicat.1st person singular (yo) present indicative of spanish verb: cortar.* * *► adjetivo1 (extensión) short2 (duración) short, brief3 (escaso) scant, meagre (US meager)1 short film, short\a la corta o a la larga figurado sooner or later, in the long runcorto,-a de alcances familiar thick, dimcorto,-a de medios of scant meanscorto,-a de miras familiar narrow-mindedcorto,-a de vista short-sightedni corto,-a ni perezoso,-a familiar without thinking twicequedarse corto,-a (ropa) to become too short■ el pantalón se me ha quedado corto my trousers have become too short for me 2 (calcular mal) to underestimate, miscalculate■ te quedaste corto con los bocadillos you didn't make enough sandwiches 3 (un tiro) to fall short 4 (no decir todo) to hold something back, not say enough————————1 short film, short* * *(f. - corta)adj.1) short2) shy, timid3) scarce* * *1. ADJ1) [longitud, distancia] shortpantalón 1)2) [periodo, visita, reunión] short, briefplazo 1)la película se me hizo muy corta — the film was over o went very quickly
3) (=escaso) [ración] small•
corto de algo, un café con leche, pero corto de café — a coffee with plenty of milk, a milky coffeeando o voy corto de dinero — I'm short of money
ando o voy muy corto de tiempo — I'm short of time, I'm pressed o pushed for time
corto de vista — shortsighted, nearsighted (EEUU)
•
quedarse corto, costará unos tres millones, y seguro que me quedo corto — it will cost three million, and I'm probably underestimatingle dijo lo que pensaba de él, pero se quedó corto — she told him what she thought of him, but it still wasn't enough
4) (=tímido) shy5) (=torpe) dim *, thick *- es más corto que las mangas de un chaleco2. SM1) (Cine) short, short film, short movie (EEUU)2) [de cerveza, vino] small glass; [de café] black coffee3.SF* * *I- ta adjetivo1)a) ( en longitud) <calle/río> shortiba vestida de corto — she was wearing a short dress/skirt
b) ( en duración) <película/curso/viaje> short; <visita/conversación> short, brief2) (escaso, insuficiente)corto de algo: ando corto de dinero I'm a bit short of money; corto de vista near-sighted, shortsighted (BrE); ando muy corto de tiempo I'm really pressed for time; un café con leche corto de café a milky coffee; quedarse corto: costará más de un millón y seguro que me quedo corto it must cost at least a million, in fact it could well be more; lo llamé de todo y aun así me quedé corto I called him all the names under the sun and I could have said more; nos quedamos cortos con el pan — we didn't buy enough bread
3) < persona>a) (fam) ( tímido) shyb) (fam) ( poco inteligente) stupidIIcorto de entendederas or alcances — dim, dense (colloq)
1) (Cin)a) ( cortometraje) short (movie o film)b) cortos masculino plural (Col, Méx, Ven) ( de película) trailer2) (de cerveza, vino) (Esp) small glass; ( de whisky etc) (Chi) shot* * *I- ta adjetivo1)a) ( en longitud) <calle/río> shortiba vestida de corto — she was wearing a short dress/skirt
b) ( en duración) <película/curso/viaje> short; <visita/conversación> short, brief2) (escaso, insuficiente)corto de algo: ando corto de dinero I'm a bit short of money; corto de vista near-sighted, shortsighted (BrE); ando muy corto de tiempo I'm really pressed for time; un café con leche corto de café a milky coffee; quedarse corto: costará más de un millón y seguro que me quedo corto it must cost at least a million, in fact it could well be more; lo llamé de todo y aun así me quedé corto I called him all the names under the sun and I could have said more; nos quedamos cortos con el pan — we didn't buy enough bread
3) < persona>a) (fam) ( tímido) shyb) (fam) ( poco inteligente) stupidIIcorto de entendederas or alcances — dim, dense (colloq)
1) (Cin)a) ( cortometraje) short (movie o film)b) cortos masculino plural (Col, Méx, Ven) ( de película) trailer2) (de cerveza, vino) (Esp) small glass; ( de whisky etc) (Chi) shot* * *corto11 = brief [briefer -comp., briefest -sup.], short [shorter -comp., shortest -sup.], skimpy [skimpier -comp., skimpiest -sup.].Ex: Longer titles since each title can occupy only one line will be truncated and only brief source references are included.
Ex: The 'in' analytic entry consist of two parts: the description of the part, and a short citation of the whole item in which the part is to be found.Ex: Wimbledon organisers have imposed a ban on skimpy tennis outfits ahead of this year's tournament.* a corto plazo = before very long, short term [short-term], in the short run, short-range, at short notice, in the short term, short-run.* andar corto de dinero = be strapped for + cash, be strapped for + cash.* andar (muy) corto de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) corto de tiempo = be (hard) pressed for + time.* arma corta = small arm.* camiseta de mangas cortas = T-shirt [tee-shirt].* con un plazo de tiempo muy corto = at (a) very short notice.* con un plazo de tiempo tan corto = at such short notice.* corta distancia de desplazamiento = easy travelling distance.* cortas miras = nearsightedness [near-sightedness], myopia.* corto de dinero = strapped, cash strapped, financially strapped, short of money.* corto de miras = myopic, short-sighted [shortsighted].* corto de vista = nearsighted [near-sighted].* corto y grueso = stubby [stubbier -comp., stubbiest -sup.].* de corta duración = short term [short-term].* de mangas cortas = short-sleeved.* demasiado corto = all too short.* edición de tiradas cortas = short run publishing.* en un corto espacio de tiempo = in a short space of time.* en un corto período de tiempo = in a short period of time.* en un tiempo relativamente corto = in a relatively short time, in a relatively short span of time.* hacerse más corto = grow + shorter.* más bien corto = shortish.* novela corta = novella, novelette.* quedarse corto = stop + short of, fall + short, fall + short of.* relato corto = short story.* siesta corta = power nap, catnap.* solución a corto plazo = short-term solution.* tirada corta = short run.* tirando a corto = shortish.* vacación corta = short break.corto22 = dim-witted [dimwitted].Ex: From that point on, the film is not only stupid, it's dim-witted, brainless and obtuse to the point of being insulting to the audience.
* corto de luces = dim [dimmer -comp., dimmest -sup.], dim-witted [dimwitted].* más corto que las mangas de un chaleco = as thick as two (short) planks, as shy as shy can be, as thick as a brick, as daft as a brush, knucklehead.corto33 = short film.Ex: With an eclectic mix of high-end quality short films and a devoted audience it is little wonder the event has sold out ever year for the past six years.
* festival de cine corto = short film festival.* festival de cortos = short film festival.* * *A1 (en longitud) ‹calle/río› shortel camino más corto the shortest routeel niño dio unos pasos cortitos the baby took a few short stepsme voy a cortar el pelo bien corto I'm going to have my hair cut really shortun jersey de manga corta a short-sleeved pulloverel vestido (se) le ha quedado corto the dress has got(ten) too short for her, she's got(ten) too big for the dressfue a la fiesta vestida de corto she went to the party wearing a short dress/skirtrecibe un pase en corto de Chano he receives a short pass from Chanotener a algn corto to keep sb on a tight rein2 (en duración) ‹película/curso› short; ‹visita/conversación› short, brief; ‹viaje› shortlos días se están haciendo más cortos the days are getting shorteresta semana se me ha hecho muy corta this week has gone very quickly o has flown (by) for meun corto período de auge económico a brief economic booma la corta o a la larga sooner or laterB(escaso, insuficiente): tiene hijos de corta edad she has very young childrenuna ración muy corta a very small portioncorto DE algo:un café con leche corto de café a weak white coffee, a milky coffeepara mí, un gin-tonic cortito de ginebra I'll have a gin and tonic, but not too much ginando corto de dinero I'm a bit short of moneyes muy corto de ambiciones he lacks ambitioncorto de vista near-sighted, shortsighted ( BrE)ando muy corto de tiempo I'm really pressed o ( BrE) pushed for time, I'm very short of timequedarse corto: deben haber gastado más de un millón y seguro que me quedo corto they must have spent at least a million, in fact it could well have been morelo llamé de todo y aun así me quedé corto I called him all the names under the sun and I still felt I hadn't said enough o and I still didn't feel I'd said enoughnos quedamos cortos con el pan we didn't buy enough breadel pase se quedó corto the pass fell shortC ‹persona›ni corto ni perezoso as bold as you like, as bold as brassni corto ni perezoso le dijo lo que pensaba he told him outright o in no uncertain terms what he thought2 ( fam) (poco inteligente) stupidA ( Cin)1 (cortometraje) short, short movie o filmB1 ( Esp) (de cerveza, vino) small glass2 ( Chi) (de whisky etc) shot* * *
Del verbo cortar: ( conjugate cortar)
corto es:
1ª persona singular (yo) presente indicativo
cortó es:
3ª persona singular (él/ella/usted) pretérito indicativo
Multiple Entries:
cortar
corto
cortar ( conjugate cortar) verbo transitivo
1 ( dividir) ‹cuerda/pastel› to cut, chop;
‹ asado› to carve;
‹leña/madera› to chop;
‹ baraja› to cut;◊ corto algo por la mitad to cut sth in half o in two;
corto algo en rodajas/en cuadritos to slice/dice sth;
corto algo en trozos to cut sth into pieces
2 (quitar, separar) ‹rama/punta/pierna› to cut off;
‹ árbol› to cut down, chop down;
‹ flores› (CS) to pick;
3 ( hacer más corto) ‹pelo/uñas› to cut;
‹césped/pasto› to mow;
‹ seto› to cut;
‹ rosal› to cut back;
‹ texto› to cut down
4 ( en costura) ‹falda/vestido› to cut out
5 ( interrumpir)
‹película/programa› to interrupt
[ manifestantes] to block;
6 (censurar, editar) ‹ película› to cut;
‹escena/diálogo› to cut (out)
7 [ frío]:◊ el frío me cortó los labios my lips were chapped o cracked from the cold weather
verbo intransitivo
1 [cuchillo/tijeras] to cut
2a) (Cin):◊ ¡corten! cut!
cortarse verbo pronominal
1 ( interrumpirse) [proyección/película] to stop;
[llamada/gas] to get cut off;
se me cortó la respiración I could hardly breathe
2
‹brazo/cara› to cut;
3 ( cruzarse) [líneas/calles] to cross
4 [ leche] to curdle;
[mayonesa/salsa] to separate
5 (Chi, Esp) [ persona] (turbarse, aturdirse) to get embarrassed
corto 1◊ -ta adjetivo
1
el vestido le quedó corto the dress is too short for her now;
iba vestida de corto she was wearing a short dress/skirt
‹visita/conversación› short, brief;
2 (escaso, insuficiente):
corto de vista near-sighted, shortsighted (BrE);
andar corto de tiempo to be pressed for time
3 (fam) ( poco inteligente) stupid;
corto de entendederas or alcances dim, dense (colloq)
corto 2 sustantivo masculino (Cin)
b)
cortar
I verbo transitivo
1 to cut
(un árbol) to cut down
(el césped) to mow
2 (amputar) to cut off
3 (la luz, el teléfono) to cut off
4 (impedir el paso) to block
5 (eliminar, censurar) to cut out
II verbo intransitivo
1 (partir) to cut
2 (atajar) to cut across, to take a short cut
3 familiar (interrumpir una relación) to split up: cortó con su novia, he split up with his girlfriend
♦ Locuciones: familiar cortar por lo sano, to put an end to
corto,-a
I adjetivo
1 (distancia, tiempo) short
2 fam (de poca inteligencia) corto,-a (de luces), dim-witted
3 (escaso) short: el guiso está corto de sal, the stew is short of salt
corto,-a de vista, short-sighted
4 (vergonzoso) shy
II sustantivo masculino
1 Cine short (film)
2 Auto luz corta, dipped headlights pl
♦ Locuciones: familiar quedarse corto, to fall short (of the mark), underestimate: y me quedo corto cuando digo que es la mejor película del siglo, and my saying that it's the best movie of the century is an understatement
' corto' also found in these entries:
Spanish:
atar
- carabina
- comunicación
- corta
- cortar
- cortarse
- literalmente
- pantalón
- pequeña
- pequeño
- remo
- salida
- short
- slip
- tachuela
- tres
- vista
- corriente
- cursillo
- espacio
- gabán
- llevar
- pelado
- plazo
English:
ankle
- block off
- bob
- coat
- cord
- crop
- dim
- dull
- have
- hop
- least
- short
- short-haired
- short-range
- short-term
- short-winded
- skimpy
- spell
- term
- themselves
- thick
- understatement
- clean
- cut
- draw
- herself
- himself
- jab
- nearsighted
- notice
- on
- over
- push
- sever
- side
- slash
- their
- under
* * *corto, -a♦ adj1. [de poca longitud] short;las mangas me están cortas my sleeves are too short;estos pantalones se me han quedado cortos these trousers are too short for me now;hace varias semanas que no se viste de corto [futbolista] he hasn't been in the squad for several weeks;2. [de poca duración] short;el paseo se me ha hecho muy corto the walk seemed to go very quickly3. [escaso] [raciones] small, meagre;[disparo] short of the target;el lanzamiento se quedó corto the throw fell short;estoy corto de dinero I'm short of money;andamos muy cortos de tiempo we're very short of time, we haven't got very much time;Figcorto de miras short-sighted;corto de vista short-sightedFam Humser más corto que las mangas de un chaleco to be as thick as two short planks5. Compni corto ni perezoso just like that;quedarse corto [al calcular] to underestimate;nos quedamos cortos al comprar pan we didn't buy enough bread;decir que es bueno es quedarse corto it's an understatement to call it good;este programa se queda corto para nuestras necesidades this program doesn't do all the things we need♦ nm1. [cortometraje] short (movie o Br film)2. [bebida]un corto de vino/cerveza a small wine/beer* * *adj short;ir de corto be wearing a short dress;corto de vista nearsighted;de corta edad young;ni corto ni perezoso as bold as brass;a la corta o a la larga sooner or later* * *corto, -ta adj1) : short (in length or duration)2) : scarce3) : timid, shy4)corto de vista : nearsighted* * *corto adj1. (en general) short -
71 andar
m.1 gait, walk.tener andares de to walk like2 way of walking, walking, gait, pace.v.1 to walk (caminar). (especially peninsular Spanish)¿fuiste en autobús o andando? did you go by bus or on foot?, did you go by bus or did you walk?andar por la calle to walk in the streetRicardo anduvo por las calles Richard walked along the streets.María anduvo el muelle Mary walked the dock.2 to work, to go.el reloj no anda the clock has stoppedlas cosas andan mal things are going badlylos negocios andan muy bien business is going very wellEl motor anda bien The engine is working well.3 to be.¿qué tal andas? how are you (doing)?andar preocupado to be worriedcreo que anda por el almacén I think he is somewhere in the warehouseandar haciendo algo to be doing somethinganda explicando sus aventuras he's talking about his adventuresandar tras algo/alguien to be after something/somebodyde andar por casa basic, rough and ready (explicación, método)mi ropa de andar por casa my clothes for wearing around the houseAnda triste He is sad.Ella anda visitando a su prima She is visiting her cousin.4 to go, to travel.anduvimos 15 kilómetros we walked (for) 15 kilometers5 to wear. ( Central American Spanish)6 to carry. ( Central American Spanish)7 to have, to be using.Anda una pistola He has a gun.8 to be wearing, to wear.Anda una bonita corbata He is wearing a nice tie.* * *Past IndicativeImperfect SubjunctiveFuture Subjunctive* * *1. verb1) to walk2) function, work, run•2. noun m.* * *1. VI1) (=ir a pie) to walk; (=moverse) to move; (=viajar) to travel aroundvinimos andando — we walked here, we came on foot
•
andar tras algo/algn — to be after sth/sbandar tras una chica — to be o chase after a girl
2) (=funcionar) to go, workel reloj no anda — the clock won't go, the clock isn't working
¿cómo anda esto? — how does this work?
3) * (=estar) to beandar alegre — to be o feel cheerful
andar bien de salud — to be well, be in good health
andamos mal de dinero — we're badly off for money, we're short of money
¿cómo andan las cosas? — how are things?
¿cómo anda eso? — how are things going?
¿qué tal andas? — how are you?
¿cómo andas de tabaco? — how are you off for cigarettes?
•
de andar por casa, ropa de andar por casa — clothes for wearing around the house4) (=rebuscar)¡no andes ahí! — keep away from there!
5)• andar a, siempre andan a gritos — they're always shouting
andan a la greña o a la gresca — they're at each other's throats
6)• andar con algn — to go around with sb
7)• andar en — (=estar implicado en) to be involved in
andar en pleitos — to be engaged o involved in lawsuits
¿en qué andas? — what are you up to?
8)• andar haciendo algo — to be doing sth
¿qué andas buscando? — what are you looking for?
9)• andar por (=rondar) —
el pueblo anda por los 1.000 habitantes — the village has about 1,000 inhabitants
10)andando el tiempo —
un niño que, andando el tiempo, sería rey — a child who, in time, would become king
11) [exclamaciones]¡anda! — (=¡no me digas!) well I never!; (=¡vamos!) come on!
¡anda!, no lo sabía — well I never, I didn't know that!
anda, dímelo — go on, tell me
anda, no me molestes — just stop annoying me, will you?
anda, no te lo tomes tan a pecho — come on, there's no need to take it to heart like that
¡anda, anda! — come on!
¡ándale (pues)! — Méx * (=apúrese) come on!, hurry up!; (=adiós) cheerio!; (=gracias) thanks!; [encontrando algo] that's it!
¡andando! — right, let's get on with it!
andando, que todavía hay mucho que hacer — let's get moving, there's still a lot to do
•
¡anda ya!, anda ya, no nos vengas con esnobismos — come on, don't be such a snob-dile que te gusta -¡anda ya, para que me suba el precio! — "tell her you like it" - "oh sure, so she can charge me more!"
2. VT1) (=recorrer a pie) [+ trecho] to walkme conocía muy bien el camino por haberlo andado varias veces — I knew the path very well, as I'd been down o walked it several times before
3.See:* * *I 1.verbo intransitivo1)a) (esp Esp) ( caminar) to walk¿has venido andando? — did you come on foot?, did you walk?
a poco andar — (Chi) before long
b) (Col, CS, Ven) (ir) to goandá a pasear (RPl fam) — get lost! (colloq)
c) (AmL)andar a caballo/en bicicleta — to ride (a horse/a bicycle)
2) (marchar, funcionar) to workel coche anda de maravilla — the car's running o (BrE) going like a dream
3) (+ compl)a) ( estar) to be¿cómo andas? — how are you?, how's it going? (colloq)
¿quién anda ahí? — who's there?
¿cómo andamos de tiempo? — how are we doing for time?
andar + ger — to be -ing
anda buscando pelea — he's out for o he's looking for a fight
lo andan buscando — they are looking for him o (colloq) are after him
quien mal anda, mal acaba — if you live like that, you're bound to come to a bad end
b)andar con alguien — ( juntarse) to mix with somebody; ( salir con) to go out with somebody
4) ( rondar)andar por algo: andará por los 60 (años) — he must be around o about 60
5)andar detrás de or tras alguien/algo — (buscar, perseguir) to be after somebody/something
6)a)andar con algo — (esp AmL fam) con revólver/dinero to carry something; con traje/sombrero to wear something
no me gusta que andes con cuchillos — I don't like you playing with o messing around with knives
b) ( revolver)andar en algo — to rummage o poke around in something
7) ( en exclamaciones)a) (expresando sorpresa, incredulidad)anda! mira quién está aquí! — well, well! look who's here!
b) (expresando irritación, rechazo)anda! déjame en paz! — oh, leave me alone!
c) ( instando a hacer algo)préstamelo, anda — go on, lend it to me!
ándale, no seas sacón — (Méx fam) go on, don't be chicken (colloq)
2.andando, que se hace tarde! — let's get a move on, it's getting late!
andar vt1) ( caminar) to walkhe andado muchos caminos — (liter) I have trodden many paths (liter)
2) (AmC) ( llevar)3.siempre ando shorts — I always go around in o wear shorts
andarse v pron1)andarse con algo: ése no se anda con bromas he's not one to joke; ándate con cuidado — take care, be careful
2) (en imperativo) (AmL) ( irse)IIándate luego — get going o get a move on (colloq)
* * *= tread, walking.Nota: Nombre.Ex. E. M. Forster fashions a homoerotic subjectivity in his novel 'Where Angels Fear to Tread'.Ex. Some physiotherapists argue that baby walkers delay independent walking, and encourage abnormal gait and posture, and urge toy libraries to exclude them from their provision.----* andando = on foot.* andar a caballo entre... y = tread + the line between... and.* andar a la caza de = tout for, gun for.* andar al antojo de Uno = roam + freely.* andar apurado de dinero = be strapped for + cash.* andar a tientas = kiss + in the dark, grope (for/toward).* andar a tientas y a ciegas = grope (for/toward).* andar a traspiés = stumble.* andar a tropezones = stumble.* andar a zancadas = stride.* andar camino trillado = tread + well-worn ground.* andar como un reloj = fit as a fiddle.* andar con = be in with.* andar con arrogancia = swagger, strut.* andar con cuidado = tread + lightly, tread + softly, tread + carefully.* andar con los hombros caídos = slouch.* andar con pesadez = trudge.* andar con pies de plomo = tread + warily.* andar de arriba para abajo = pace.* andar de boca en boca = be the talk of the town.* andar de prisa = patter.* andar de puntillas = tiptoe.* andar despacio = saunter.* andar de un lado para otro = pace.* andar de un modo pausado = stroll + at a leisurely pace.* andar encorbado = slouch.* andar encorbado, encorbarse, andar con los hombros caídos, sentarse encorbad = slouch.* andar escaso de = be short of.* andar escaso de dinero = be strapped for + cash.* andar escondido = abscond.* andar falto de = be short of.* andar falto de dinero = be strapped for + cash.* andar mal = feel under + the weather, be under the weather.* andar (muy) apurado de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) apurado de tiempo = be (hard) pressed for + time.* andar (muy) corto de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) corto de tiempo = be (hard) pressed for + time.* andar (muy) escaso de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) escaso de tiempo = be (hard) pressed for + time.* andar (muy) falto de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) falto de tiempo = be (hard) pressed for + time.* andar perdido = be out of + Posesivo + depth, be in over + Posesivo + head.* andar pisando fuerte = go from + strength to strength, make + a big impact.* andar pisando huevos = drag + Posesivo + feet, drag + Posesivo + heels.* andar por = move about, walk (a)round, hike.* andar por ahí = go + (a)round, be out and about, get out and about.* andar por la cuerda floja = walk + the tight wire, walk + the tightrope.* andar por los cuarenta = be fortyish.* andar por los treinta = be thirtyish.* andar por terreno peligroso = skate + on thin ice, tread on + dangerous ground.* andar por terreno resbaladizo = skate + on thin ice, tread on + dangerous ground.* andarse con cuidado = tread with + care.* andarse con dilaciones = procrastinate.* andarse con mucho cuidado = tread + the thin line between... and.* andarse con mucho ojo = keep + Posesivo + eyes peeled, keep + Posesivo + eyes skinned, keep + Posesivo + eyes (wide) open.* andarse con pies de plomo = walk on + eggshells.* andarse con rodeos = mince + words, go round in + circles, beat about/around + the bush.* andarse por las ramas = mince + words.* andar siempre detrás de las mujeres = womanise [womanize, -USA].* andar sin prisa = mosey.* andar suavemente = pad.* andar tramando algo malo = be up to no good, get up to + no good.* ande yo caliente, ríase la gente = cry all the way to the bank, laugh all the way to the bank.* a poca distancia andando = within walking distance, within an easy walk.* a pocos minutos andando = within easy walking distance, within an easy walk.* bebé que empieza a andar = toddler.* conducir o andar con cuidado debido a la dificultad existente = navigate.* dime con quién andas y te diré quién eres = you are known by the company you keep.* echar a andar = implement, leg it.* edad en la que un niño aprende a andar = toddlerhood.* el camino se hace andando = actions speak louder than words.* el movimiento se demuestra andando = actions speak louder than words.* llegar andando pausadamente = stroll into + view.* máquina de andar o correr estática = treadmill.* modo de andar = gait.* no andar con reparos = make + no bones about + Algo.* no andar con tapujos = make + no bones about + Algo.* no andar en nada bueno = be up to no good, get up to + no good.* no andar muy equivocado = be in the right realm.* no andarse con rodeos = call + a spade a spade.* raqueta de andar por la nieve = snowshoe.* si se parece a un pato, anda como un pato y grazna como un pato, entonces es = If it looks like a duck, walks like a duck, and quacks like a duck, then it must be a duck.* * *I 1.verbo intransitivo1)a) (esp Esp) ( caminar) to walk¿has venido andando? — did you come on foot?, did you walk?
a poco andar — (Chi) before long
b) (Col, CS, Ven) (ir) to goandá a pasear (RPl fam) — get lost! (colloq)
c) (AmL)andar a caballo/en bicicleta — to ride (a horse/a bicycle)
2) (marchar, funcionar) to workel coche anda de maravilla — the car's running o (BrE) going like a dream
3) (+ compl)a) ( estar) to be¿cómo andas? — how are you?, how's it going? (colloq)
¿quién anda ahí? — who's there?
¿cómo andamos de tiempo? — how are we doing for time?
andar + ger — to be -ing
anda buscando pelea — he's out for o he's looking for a fight
lo andan buscando — they are looking for him o (colloq) are after him
quien mal anda, mal acaba — if you live like that, you're bound to come to a bad end
b)andar con alguien — ( juntarse) to mix with somebody; ( salir con) to go out with somebody
4) ( rondar)andar por algo: andará por los 60 (años) — he must be around o about 60
5)andar detrás de or tras alguien/algo — (buscar, perseguir) to be after somebody/something
6)a)andar con algo — (esp AmL fam) con revólver/dinero to carry something; con traje/sombrero to wear something
no me gusta que andes con cuchillos — I don't like you playing with o messing around with knives
b) ( revolver)andar en algo — to rummage o poke around in something
7) ( en exclamaciones)a) (expresando sorpresa, incredulidad)anda! mira quién está aquí! — well, well! look who's here!
b) (expresando irritación, rechazo)anda! déjame en paz! — oh, leave me alone!
c) ( instando a hacer algo)préstamelo, anda — go on, lend it to me!
ándale, no seas sacón — (Méx fam) go on, don't be chicken (colloq)
2.andando, que se hace tarde! — let's get a move on, it's getting late!
andar vt1) ( caminar) to walkhe andado muchos caminos — (liter) I have trodden many paths (liter)
2) (AmC) ( llevar)3.siempre ando shorts — I always go around in o wear shorts
andarse v pron1)andarse con algo: ése no se anda con bromas he's not one to joke; ándate con cuidado — take care, be careful
2) (en imperativo) (AmL) ( irse)IIándate luego — get going o get a move on (colloq)
* * *= tread, walking.Nota: Nombre.Ex: E. M. Forster fashions a homoerotic subjectivity in his novel 'Where Angels Fear to Tread'.
Ex: Some physiotherapists argue that baby walkers delay independent walking, and encourage abnormal gait and posture, and urge toy libraries to exclude them from their provision.* andando = on foot.* andar a caballo entre... y = tread + the line between... and.* andar a la caza de = tout for, gun for.* andar al antojo de Uno = roam + freely.* andar apurado de dinero = be strapped for + cash.* andar a tientas = kiss + in the dark, grope (for/toward).* andar a tientas y a ciegas = grope (for/toward).* andar a traspiés = stumble.* andar a tropezones = stumble.* andar a zancadas = stride.* andar camino trillado = tread + well-worn ground.* andar como un reloj = fit as a fiddle.* andar con = be in with.* andar con arrogancia = swagger, strut.* andar con cuidado = tread + lightly, tread + softly, tread + carefully.* andar con los hombros caídos = slouch.* andar con pesadez = trudge.* andar con pies de plomo = tread + warily.* andar de arriba para abajo = pace.* andar de boca en boca = be the talk of the town.* andar de prisa = patter.* andar de puntillas = tiptoe.* andar despacio = saunter.* andar de un lado para otro = pace.* andar de un modo pausado = stroll + at a leisurely pace.* andar encorbado = slouch.* andar encorbado, encorbarse, andar con los hombros caídos, sentarse encorbad = slouch.* andar escaso de = be short of.* andar escaso de dinero = be strapped for + cash.* andar escondido = abscond.* andar falto de = be short of.* andar falto de dinero = be strapped for + cash.* andar mal = feel under + the weather, be under the weather.* andar (muy) apurado de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) apurado de tiempo = be (hard) pressed for + time.* andar (muy) corto de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) corto de tiempo = be (hard) pressed for + time.* andar (muy) escaso de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) escaso de tiempo = be (hard) pressed for + time.* andar (muy) falto de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) falto de tiempo = be (hard) pressed for + time.* andar perdido = be out of + Posesivo + depth, be in over + Posesivo + head.* andar pisando fuerte = go from + strength to strength, make + a big impact.* andar pisando huevos = drag + Posesivo + feet, drag + Posesivo + heels.* andar por = move about, walk (a)round, hike.* andar por ahí = go + (a)round, be out and about, get out and about.* andar por la cuerda floja = walk + the tight wire, walk + the tightrope.* andar por los cuarenta = be fortyish.* andar por los treinta = be thirtyish.* andar por terreno peligroso = skate + on thin ice, tread on + dangerous ground.* andar por terreno resbaladizo = skate + on thin ice, tread on + dangerous ground.* andarse con cuidado = tread with + care.* andarse con dilaciones = procrastinate.* andarse con mucho cuidado = tread + the thin line between... and.* andarse con mucho ojo = keep + Posesivo + eyes peeled, keep + Posesivo + eyes skinned, keep + Posesivo + eyes (wide) open.* andarse con pies de plomo = walk on + eggshells.* andarse con rodeos = mince + words, go round in + circles, beat about/around + the bush.* andarse por las ramas = mince + words.* andar siempre detrás de las mujeres = womanise [womanize, -USA].* andar sin prisa = mosey.* andar suavemente = pad.* andar tramando algo malo = be up to no good, get up to + no good.* ande yo caliente, ríase la gente = cry all the way to the bank, laugh all the way to the bank.* a poca distancia andando = within walking distance, within an easy walk.* a pocos minutos andando = within easy walking distance, within an easy walk.* bebé que empieza a andar = toddler.* conducir o andar con cuidado debido a la dificultad existente = navigate.* dime con quién andas y te diré quién eres = you are known by the company you keep.* echar a andar = implement, leg it.* edad en la que un niño aprende a andar = toddlerhood.* el camino se hace andando = actions speak louder than words.* el movimiento se demuestra andando = actions speak louder than words.* llegar andando pausadamente = stroll into + view.* máquina de andar o correr estática = treadmill.* modo de andar = gait.* no andar con reparos = make + no bones about + Algo.* no andar con tapujos = make + no bones about + Algo.* no andar en nada bueno = be up to no good, get up to + no good.* no andar muy equivocado = be in the right realm.* no andarse con rodeos = call + a spade a spade.* raqueta de andar por la nieve = snowshoe.* si se parece a un pato, anda como un pato y grazna como un pato, entonces es = If it looks like a duck, walks like a duck, and quacks like a duck, then it must be a duck.* * *viAla niña ya anda the little girl's already walkinganda encorvado he stoops, he walks with a stoopel perrito venía andando detrás de ella the little dog was coming along o walking along behind herse acercó andando de puntillas she tiptoed up to him, she went up to him on tiptoes¿has venido andando? did you come on foot?, did you walk?a poco andar ( Chi); before long2 (Col, CS, Ven) (ir) to goanda a comprar el periódico go and buy the newspaperanduvo de aquí para allá intentando encontrarla he went all over the place trying to find herandá a pasear ( fam) or ( vulg) a la mierda ( RPl) get lost! ( colloq), go to hell! (sl), piss off! ( BrE sl)3fue a andar a caballo al parque she went horseriding o riding in the parklos domingos salen a andar en bicicleta they go cycling on Sundays, they go for bike rides on Sundays ( colloq)está aprendiendo a andar en bicicleta she's learning to ride a bicycleB (marchar, funcionar) to workel tocadiscos no anda the record player's not workingel coche anda de maravilla the car's running o ( BrE) going like a dreamC (+ compl)1 (estar) to be¿cómo andas? how are you?, how's it going? ( colloq), how are things? ( colloq), what's up? ( AmE colloq)¿cómo andas de calcetines? how are you for o ( BrE) how are you off for socks?¿cómo andamos de tiempo? how are we doing for time?no anda muy bien de salud he isn't very wellando enfermo I'm illanda un poco tristón he's (looking) a bit gloomysiempre anda con prisas he's always in a hurryanda siempre muy arregladita she's always very well turned-outno andes descalza don't walk o go around without your shoes on¿quién anda ahí? who's there?¿y Manolo? — creo que anda por América what about Manolo? — I think he's in America somewhere¿dónde andan mis calcetines? where have my socks got(ten) o gone to? ( colloq), what's happened to my socks?andar + GER to be -INGanda buscando pelea he's out for o he's looking for a fightla policía lo anda buscando the police are looking for him o ( colloq) are after himquien mal anda, mal acaba if you live like that, you're bound to come to a bad end2 (juntarse) andar CON algn to mix WITH sbno me gusta la gente con la que andas I don't like the people you're mixing with o ( colloq) you're hanging around withdime con quién andas y te diré quién eres you can tell a man o a man is known by the company he keeps3(salir con): andar CON algn to go out WITH sbD (rondar) andar POR algo:andará por los 60 (años) he must be around o about 60E andar DETRáS DE or TRAS algn/algo (buscar, perseguir) to be AFTER sb/sthese sólo anda detrás de tu dinero he's only after your moneyandan tras la fama y la riqueza they are looking for o ( colloq) they are out for fame and fortuneF1 ( fam) andar CON algo (llevar) ‹con revólver/dinero› to carry sth; ‹contraje/sombrero› to wear sthsabes que no me gusta que andes con cuchillos you know I don't like you playing with o messing around with knives2 (revolver) andar EN algo to rummage o poke o ferret around IN sthno me andes en el bolso don't go rummaging o poking o ferreting around in my bag1(expresando sorpresa, incredulidad): ¡anda! ¡qué casualidad! well! o good heavens! o good grief! what a coincidence!¡anda! ¡mira quién está aquí! well, well! o hey! look who's here!2(expresando irritación, rechazo): ¡anda! ¡déjame en paz! oh, leave me alone!¡anda! no me vengas con excusas come on! o come off it! I don't want to hear your excuses ( colloq)¡anda! ¡se me ha vuelto a olvidar! damn! I've forgotten it again! ( colloq)3(instando a hacer algo): préstamelo, anda go on, lend it to me!anda, déjate de tonterías come on, stop being silly!¡anda! or ( Méx) ¡ándale! or ( Col) ¡ándele! que llegamos tarde come on o get a move on o let's get moving, we'll be late! ( colloq)¡vamos, andando, que se hace tarde! come on, let's get a move on, it's getting late!■ andarvtA (caminar) to walktuvimos que andar un buen trecho we had to walk a fair distanceBsiempre ando shorts en casa I always go around in o wear shorts at home■ andarseA andarse CON algo:ése no se anda con bromas he's not one to joke around o not one for jokesándate con cuidado take care, be carefulB ( en imperativo)ándate luego, no vayas a llegar tarde get going o get a move on, otherwise you'll be late ( colloq)A (modo de andar) gait, walkun viejo de andar pausado an old man with an unhurried gait o walktiene andares de princesa she walks like a princess, she has the bearing o deportment of a princess ( frml)1 (viajes) travels (pl)en mis andares por Sudamérica on my travels through South America2 (aventuras) adventures (pl)* * *
andar 1 ( conjugate andar) verbo intransitivo
1
◊ ¿has venido andando? did you come on foot?, did you walk?b) (AmL):◊ andar a caballo/en bicicleta to ride (a horse/a bicycle)
2 (marchar, funcionar) to work;◊ el coche anda de maravilla the car's running o (BrE) going like a dream
3 (+ compl)
◊ ¿cómo andas? how are you?, how's it going? (colloq);
¿quién anda por ahí? who's there?;
anda en Londres he's in London;
anda buscando pelea he's out for o he's looking for a fight;
me anda molestando (AmL fam) he keeps bothering meb) andar con algn ( juntarse) to mix with sb;
( salir con) to go out with sb;
c) andar detrás de or tras algn/algo (buscar, perseguir) to be after sb/sth
4 ( rondar):◊ andará por los 60 (años) he must be around o about 60
5 andar con algo (esp AmL fam) ‹con revólver/dinero› to carry sth;
‹con traje/sombrero› to wear sth
6 ( en exclamaciones)a) (expresando sorpresa, incredulidad):◊ ¡anda! ¡qué casualidad! good heavens! what a coincidence!;
¡anda! ¡mira quién está aquí! well, well! look who's here!b) (expresando irritación, rechazo):◊ ¡anda! ¡déjame en paz! oh, leave me alone!;
¡anda! ¡se me ha vuelto a olvidar! damn! I've forgotten it again! (colloq)c) ( instando a hacer algo):◊ préstamelo, anda go on, lend it to me!;
¡ándale (Méx) or (Col) ándele que llegames tarde! come on, we'll be late! (colloq)
verbo transitivo
1 ( caminar) to walk
2 (AmC) ( llevar):
siempre ando shorts I always wear shorts
andarse verbo pronominal
1 andarse con algo:
ándate con cuidado take care, be careful
2 ( en imperativo) (AmL) ( irse):
ándate luego get going, get a move on (colloq)
andar 2 sustantivo masculino,◊ andares sustantivo masculino plural
gait, walk
andar
I verbo intransitivo
1 to walk
2 (moverse) to move
3 (funcionar) to work: este reloj no anda bien, this clock doesn't keep good time
4 (aproximarse a una cantidad) andará por los cincuenta, she's about fifty
5 (realizar una acción: + gerundio) anda contando por ahí tu vida y milagros, he's telling everybody all about you
6 (estar) ¿cómo andamos de tiempo?, how are we off for time?
tus llaves tienen que andar por casa, your keys must be somewhere in the house
7 (llevar consigo) LAm to have on, to carry/take with oneself: la llave la andaba con él a todas partes, he carried the key with him everywhere he went
II vtr (recorrer) to walk: andaré el tortuoso camino que lleva a tu casa, I'll walk the winding road that leads to your door
andar m, andares mpl walk sing, gait sing
' andar' also found in these entries:
Spanish:
andares
- bicicleta
- boca
- casa
- cien
- dinero
- echar
- escasa
- escaso
- gatas
- greña
- holgada
- holgado
- juego
- peculiar
- puntilla
- reconocer
- soltarse
- tienta
- torpe
- torpeza
- anduve
- bien
- caballo
- caminar
- cojo
- compañía
- corto
- descaminado
- desgarbado
- gata
- gatear
- mal
- nube
- ojo
- paso
English:
ambulatory
- badly
- barefoot
- blunder
- bustle
- crawl
- down
- drag
- even
- gait
- grope
- heavily
- large
- loose
- mooch
- mope about
- mope around
- move about
- move around
- pad about
- pad around
- pick
- plod
- pound
- prance
- pressed
- pussyfoot
- run
- scramble
- short
- slouch
- slouch about
- slouch around
- slow
- stall
- steadily
- stoop
- stride
- tiptoe
- toddler
- tout
- tramp
- trek
- trip along
- upright
- waddle
- walk
- walking pace
- walking shoes
- blink
* * *♦ vi[moverse] to move;¿fuiste en autobús o andando? did you go by bus or on foot?, did you go by bus or did you walk?;andar por la calle to walk in the street;andar deprisa/despacio to walk quickly/slowly;andar a gatas to crawl;andar de puntillas to tiptoetodo se andará all in good time2. [funcionar] to work, to go;la nueva moto anda estupendamente the new motorbike is running superbly;el reloj no anda the clock has stopped;las cosas andan mal things are going badly;los negocios andan muy bien business is going very well3. [estar] to be;¿qué tal andas? how are you (doing)?;no sabía que habían operado a tu padre – ¿qué tal anda? I didn't know your father had had an operation, how is he (getting on o doing)?;¿dónde anda tu hermano? no lo he visto desde hace meses what's your brother up to these days? I haven't seen him for months;creo que anda por el almacén I think he's somewhere in the warehouse;andar en boca de todos to be on everyone's lips;desde que tiene novia, andar muy contento ever since he got a girlfriend he's been very happy;ando muy ocupado I'm very busy at the moment;¿cómo andas de dinero? how are you (off) for money?;andamos muy mal de dinero we're very short of money, we're very badly off for money;¡date prisa, que andamos muy mal de tiempo! hurry up, we haven't got much time!, hurry up, we're late!;de andar por casa [explicación, método] basic, rough and ready;mi ropa de andar por casa my clothes for wearing around the house;hice un apaño de andar por casa y ya funciona I patched it up myself and it works again now;ande yo caliente, ríase la gente I'm quite happy, I don't care what other people think;quien mal anda mal acaba everyone gets their just deserts[papeleos, negocios] to be busy with;anda metido en pleitos desde el accidente ever since the accident he's been busy fighting legal battles¿quién ha andado en mis papeles? who has been messing around with my papers?con esa chulería, David anda buscándose problemas David's asking for trouble, always being so cocky;en ese país andan a tiros in that country they go round shooting one another;andan a voces todo el día they spend the whole day shouting at each other;anda echando broncas a todos he's going round telling everybody off;anda explicando sus aventuras he's talking about his adventures;andar a vueltas con algo to be having trouble with sth;RP¡andá a saber! who knows!anda por ahí con una jovencita he's running around with a young girl;anda con gente muy poco recomendable she mixes with o goes around with a very undesirable crowd;dime con quién andas y te diré quién eres birds of a feather flock together8.andar por [alcanzar, rondar] to be about;anda por los sesenta he's about sixty;debe de andar por el medio millón it must be o cost about half a million♦ vt1. [recorrer] to go, to travel;anduvimos 15 kilómetros we walked (for) 15 kilometres♦ nm1. [modo de caminar] gait, walk;andares [de persona] gait;tiene andares de modelo she walks like a model2. [transcurso]con el andar del tiempo, comprenderás todo mejor you'll understand everything better with the passing of time* * *I v/i1 ( caminar) walk;andando on foot;¡andando! come on!, move it! fam2 ( funcionar) work3:andar alegre/triste be happy/sad;andar bien/mal do well/badly;andar bien/mal de algo have a lot of/be short of sth;andar con cuidado be careful;andar con alguien mix with s.o., hang out with s.o. fam ;andar en algo ( buscar) rummage in sth;andar en el cajón rummage around in the drawer;andar en opor los 30 años be around 30;andar tras algo be after sth fam ;andar haciendo algo be doing sth;andar a golpes, andar a palos be always fighting;andar a una work together;II v/t walkIII m:andares gait, walk* * *andar {6} vi1) caminar: to walk2) ir: to go, to travel3) funcionar: to run, to functionel auto anda bien: the car runs well4) : to rideandar a caballo: to ride on horseback5) : to beanda sin dinero: he's brokeandar vt: to walk, to travelandar nm: walk, gait* * *andar vb1. (caminar) to walk2. (moverse) to go3. (funcionar) to work / to go4. (estar) to be¿cómo andas? how are you?¿cómo andas de tu resfriado? how's your cold?¿por dónde anda Enrique? where's Enrique?¿quién anda por ahí? who's there? -
72 faltar
v.1 to lack, to be missing, to have not enough.Me falta comida I lack food.Me falta comida I lack food.Falta un tornillo A screw is missing.2 to be lacking, to be needed.falta aire there's not enough airfalta sal it needs a bit of salt3 to be necessary, to have yet to, to have still to. (hacer falta).me falta tiempo I need timepara que su felicidad fuera completa sólo faltaba que viniera su hijo all it needed to make her happiness complete was for her son to arrive¡lo que me faltaba! that's all I needed!sólo le faltó ponerse a llorar he did everything but burst into tearsMe falta terminar esto I have still to finish this.4 to be absent or missing (estar ausente).falta Elena Elena is missingel día que yo falte when I have passed onFalta María Mary is absent.5 to offend.Me faltó mi hermana My sister offended me.Me faltó mi hermano My brother offended me.6 to omit, to skip.7 to become scarce for.Me faltó el dinero Money became scarce for me.Me faltó el dinero Money became scarce for me.8 to be not enough.Falta comida There is not enough food.9 to be yet to.Falta barrer There is yet to sweep.10 to be offended.Se me faltó I was offended.* * *1 (no estar una cosa) to be missing; (una persona) to be absent■ ¿quién falta? who's missing?■ mañana a las tres, ¡no faltes! tomorrow at three, be sure to come!2 (haber poco) to be lacking, be needed■ falta (más) leche we need (more) milk, there isn't enough milk3 (no tener) to lack, not have (enough)4 (quedar) to remain, be left■ ¿cuánto falta para Alicante? how much further is it to Alicante?■ falta poco para que... it won't be long till...5 (no respetar) to insult, be rude to\faltar a la verdad not to tell the truth, liefaltar a su deber to fail in one's dutyfaltar a su palabra to break one's wordfaltar a su promesa not to keep one's promisefaltar al respeto a alguien to be rude to somebody, insult somebodyfaltar en los pagos not to keep up with the payments¡lo que me (te, le, etc) faltaba! that's all I (you, he, etc) needed!¡sólo me (te, le, etc) faltaba eso! that's all I (you, he, etc) needed!* * *verb2) be absent3) be unfaithful, break4) remain* * *VI1) (=no haber suficiente)•
faltar algo a algn, le falta todavía un impreso — you still need another form¿te falta dinero? — do you need any money?
te faltan dos centímetros para poder ser policía — you're two centimetres too short to be a policeman
2) (=no estar) to be missing¿quién falta? — who's missing?, who's not here?
no podemos irnos, falta Manolo — we can't go, Manolo isn't here yet
•
no faltar, un desayuno en el que no faltan los huevos y el beicon — a breakfast which doesn't fail to include eggs and baconno falta ninguno de los ingredientes de la novela policíaca — all of the ingredients of the detective novel are present
no falta quien opina que... — there are those who think that...
3) (=no ir)faltaron tres personas a la reunión — there were three people missing o absent from the meeting
¡no faltaré! — I'll be there!
•
faltar a una cita — [de negocios] to miss an appointment, not to turn up for an appointment; [con amigo] not to turn up for a date4) (=quedar)falta todavía bastante por hacer — there is still quite a lot to be done, quite a lot remains to be done
•
falta mucho todavía — there's plenty of time to go yet¿falta mucho? — is there long to go?
¿te falta mucho? — will you be long?
•
faltar para algo, faltan tres semanas para las elecciones — there are three weeks to go to the election, the election is three weeks offfaltan cinco minutos para que comience la representación — the performance will begin in five minutes
faltan cinco para las siete — LAm it's five to seven
•
falta poco para las ocho — it's nearly eight o'clock, it's getting on for eight o'clock5) (=estar a punto de)6) (=insultar)¡sin faltar!, ¿eh? — keep it polite, right?
faltar a algn — (=ofender) to offend sb; (=ser infiel a) to be unfaithful to sb; (=no apoyar) to fail sb
faltar a algn al respeto — to be rude to sb, be disrespectful to sb
7) (=no cumplir)decencia 1), palabra 4), promesa 1., 1), respeto 1), verdad 1)•
faltar en algo, faltar en los pagos — to default on one's payments8) euf (=estar muerto)* * *verbo intransitivo1)a) ( no estar) to be missing¿quién falta? — who's missing?; (en colegio, reunión de trabajo) who's absent?
falta de su domicilio — she has been missing from home; (+ me/te/le etc)
b) ( no haber suficiente)más vale que sobre comida y no que falte — it's better to have too much food than too little; (+ me/te/le etc)
d) ( hacer falta)2) ( quedar)yo estoy lista ¿a ti te falta mucho? — I'm ready, will you be long?
falta poco para las diez — it's almost o nearly ten o'clock
¿te falta mucho para terminar? — will it take you long to finish?
¿falta mucho para que llegue? — will it be long until she arrives?
nos falta poco para terminar/llegar — we're almost finished/there
aún falta mucho — ( tiempo) there's plenty of time yet; ( distancia) there's a long way to go yet
esto es lo único que faltaba! — (iró) that's all I/we needed! (iro)
no faltaba or faltaría más! — ( respuesta - a un agradecimiento) don't mention it!; (- a una petición) of course, certainly; (- a un ofrecimiento) I wouldn't hear of it!; ( expresando indignación) whatever next!
3)a) ( no asistir)te esperamos, no faltes — we're expecting you, make sure you come
faltar a algo — al colegio/a clase to be absent from something; a una cita to miss something
b) ( no cumplir)faltar a algo: faltó a su promesa/palabra he didn't keep his promise/word; no me faltes al or (CS) el respeto! don't be rude to me; faltas a la verdad — you are not telling the truth
* * *= lack, be lacking, be short of.Ex. I think that we have established a communication which we have lacked in the past.Ex. The blame was not theirs that they were so lacking in gumption.Ex. Libraries are ordinarily short of space for collections, staff, and readers = Generalmente, las bibliotecas andan faltas de espacio para las colecciones, el personal y los lectores.----* al que no se puede dejar de faltar = unmissable.* empezar a faltar = be in short supply, be at a premium.* faltar a clase = play + hooky, skip + class, play + truant, bunk off, bunk + classes, skive, bunk + school.* faltar al respeto = disrespect, diss.* faltar a una clase = miss + class, cut + class.* faltar a una promesa = go back on + Posesivo + promise.* faltar de = be absent (from).* faltar el canto de un duro para = by the skin of + Posesivo + teeth, come + very close to.* faltar el respeto = disrespect, diss.* faltar mucho = be a long way off.* faltar mucho (para) = there + be + a long way to go (before), have + a long way to go (before).* faltar poco (para) = have + a short way to go (before).* faltar un poco = be some way off.* faltar versatilidad = be a one-trip pony.* no faltar el respeto = be civil towards.* para que no falte = for good measure.* para que no falte de nada = for good measure.* para que no vaya a faltar = for good measure.* pieza clave que falta = missing piece.* trabajo + no faltar = have + Posesivo + work cut out for + Pronombre, have + Posesivo + job cut out for + Pronombre.* * *verbo intransitivo1)a) ( no estar) to be missing¿quién falta? — who's missing?; (en colegio, reunión de trabajo) who's absent?
falta de su domicilio — she has been missing from home; (+ me/te/le etc)
b) ( no haber suficiente)más vale que sobre comida y no que falte — it's better to have too much food than too little; (+ me/te/le etc)
d) ( hacer falta)2) ( quedar)yo estoy lista ¿a ti te falta mucho? — I'm ready, will you be long?
falta poco para las diez — it's almost o nearly ten o'clock
¿te falta mucho para terminar? — will it take you long to finish?
¿falta mucho para que llegue? — will it be long until she arrives?
nos falta poco para terminar/llegar — we're almost finished/there
aún falta mucho — ( tiempo) there's plenty of time yet; ( distancia) there's a long way to go yet
esto es lo único que faltaba! — (iró) that's all I/we needed! (iro)
no faltaba or faltaría más! — ( respuesta - a un agradecimiento) don't mention it!; (- a una petición) of course, certainly; (- a un ofrecimiento) I wouldn't hear of it!; ( expresando indignación) whatever next!
3)a) ( no asistir)te esperamos, no faltes — we're expecting you, make sure you come
faltar a algo — al colegio/a clase to be absent from something; a una cita to miss something
b) ( no cumplir)faltar a algo: faltó a su promesa/palabra he didn't keep his promise/word; no me faltes al or (CS) el respeto! don't be rude to me; faltas a la verdad — you are not telling the truth
* * *= lack, be lacking, be short of.Ex: I think that we have established a communication which we have lacked in the past.
Ex: The blame was not theirs that they were so lacking in gumption.Ex: Libraries are ordinarily short of space for collections, staff, and readers = Generalmente, las bibliotecas andan faltas de espacio para las colecciones, el personal y los lectores.* al que no se puede dejar de faltar = unmissable.* empezar a faltar = be in short supply, be at a premium.* faltar a clase = play + hooky, skip + class, play + truant, bunk off, bunk + classes, skive, bunk + school.* faltar al respeto = disrespect, diss.* faltar a una clase = miss + class, cut + class.* faltar a una promesa = go back on + Posesivo + promise.* faltar de = be absent (from).* faltar el canto de un duro para = by the skin of + Posesivo + teeth, come + very close to.* faltar el respeto = disrespect, diss.* faltar mucho = be a long way off.* faltar mucho (para) = there + be + a long way to go (before), have + a long way to go (before).* faltar poco (para) = have + a short way to go (before).* faltar un poco = be some way off.* faltar versatilidad = be a one-trip pony.* no faltar el respeto = be civil towards.* para que no falte = for good measure.* para que no falte de nada = for good measure.* para que no vaya a faltar = for good measure.* pieza clave que falta = missing piece.* trabajo + no faltar = have + Posesivo + work cut out for + Pronombre, have + Posesivo + job cut out for + Pronombre.* * *faltar [A1 ]viA1 (no estar) to be missingaquí faltan tres recibos there are three receipts missingfalta dinero de la caja there's some money missing from the till¿estamos todos? — no, falta Inés are we all here? — no, Inés is missing o Inés isn't here(+ me/te/le etc): te falta un botón you have a button missing, you're missing a buttonrevisen sus bolsos a ver si les falta algo check your bags to see if there's anything missingle faltan todos los dientes de abajo he's lost all his bottom teetha esta taza le falta el asa there's no handle on this cupa la muñeca le falta un brazo the doll is missing an arm, the doll has an arm missingfalta de su domicilio desde hace un mes she has been missing from home for a monthel día que yo falte ¿qué va a ser de este chico? ( euf); what will become of this boy when I'm gone? ( euph)2(no haber suficiente): no faltará vino there will be plenty of wine, there will be no shortage of winemás vale que sobre comida y no que falte it's better to have too much food than too little(+ me/te/le etc): me falta el aire I can't breathenos faltó tiempo para terminar we didn't have enough time to finishme faltan palabras para expresarle mi agradecimiento I don't know how to thank youle falta experiencia he lacks experience, he doesn't have enough/any experienceganas no me faltan, pero no tengo dinero I'd love to, but I haven't got any money3 ( en frases negativas)(no haber): no falta quien piensa que fue un error there are those who think it was a mistakeno faltará oportunidad de retribuirles la atención there will be plenty of opportunities to return their kindness4(hacer falta): le falta alguien que la aconseje she needs someone to advise herle falta un objetivo en la vida he needs a goal in lifeB(quedar): yo estoy lista ¿a ti te falta mucho? I'm ready, will you be long?a la carne le faltarán unos 15 minutos the meat needs another 15 minutes or sosólo me falta pasarlo a máquina all I have to do is type it out, I just need to type it outel pastel está listo, sólo falta decorarlo the cake is ready, it just needs decoratingtodavía me falta pintar la puerta I still have to paint the door, I've still got the door to paintfalta poco para Pascua it's not long until Easterfaltaba poco para las diez it was almost o nearly ten o'clock, it was going on for ten o'clock ( BrE)sólo faltan cinco minutos para que empiece la carrera there are just five minutes to go before the race starts¿falta mucho para que llegue la abuela? will it be long until grandma arrives?ya falta poco para llegar we're nearly o almost there nowse puso furioso, poco faltó para que me pegara he got so angry, he nearly hit meme faltan tres páginas para terminar el libro I have three pages to go to finish the book¿te falta mucho para terminar? will it take you long to finish?, have you got much more to do?todavía faltan muchas cosas por hacer there are still a lot of things to do¡lo que me faltaba por oír! now I've heard everything!¡faltaría or no faltaba más! (en respuesta — a un agradecimiento) don't mention it!, you're welcome!; (— a un pedido) of course, certainly; (— a un ofrecimiento, una atención) I wouldn't hear of it!; (expresando indignación) can you imagine!, whatever next!pase usted primero — ¡no faltaba más! after you — no, after you!C1(no asistir): te esperamos, no faltes we're expecting you, make sure you comefaltar A algo to be absent FROM sthfalta mucho a clase he's often absent (from school), he misses a lot of classesesta semana ha faltado dos veces al trabajo she's been off work twice this week, she's stayed home from work twice this week ( AmE)nunca falta a una cita he never misses an appointment2 (no cumplir) faltar A algo:faltó a su promesa/palabra he didn't keep his promise/word, he broke his promise/word¡no le faltes al or (CS) el respeto a tu padre! don't be rude to your fatherno le falté I wasn't rude to himfaltas a la verdad you are not telling the truth* * *
faltar ( conjugate faltar) verbo intransitivo
1
◊ ¿quién falta? who's missing?;
(en colegio, reunión) who's absent?;
a esta taza le falta el asa there's no handle on this cupb) ( no haber suficiente):
nos faltó tiempo we didn't have enough timec) ( hacer falta):
les falta cariño they need affection
2 ( quedar):◊ yo estoy lista ¿a ti te falta mucho? I'm ready, will you be long?;
nos falta poco para terminar we're almost finished;
me faltan tres páginas para terminar el libro I have three pages to go to finish the book;
solo me falta pasarlo a máquina all I have to do is type it out;
falta poco para Navidad it's not long until Christmas;
faltan cinco minutos para que empiece there are five minutes to go before it starts;
¡no faltaba más! ( respuesta — a un agradecimiento) don't mention it!;
(— a una petición) of course, certainly;
(— a un ofrecimiento) I wouldn't hear of it!
3a) ( no asistir):◊ te esperamos, no faltes we're expecting you, make sure you come;
faltar a algo ‹ al colegio› to be absent from sth;
‹ a una cita› to miss sth;
ha faltado dos veces al trabajo she's been off work twiceb) ( no cumplir):
¡no me faltes al respeto! don't be rude to me
faltar verbo intransitivo
1 (estar ausente) to be missing: falta el jefe, the boss is missing
2 (no tener) to be lacking: le falta personalidad, he lacks personality
3 (restar) to be left: aún falta para la Navidad, it's a long time until Christmas
faltó poco para que ganaran, they very nearly won
no falta nada por hacer, there's nothing more to be done
sólo me falta el último capítulo por leer, I've only got the last chapter to read
4 (no acudir) tu hermano faltó a la cita, your brother didn't turn up/come
5 (incumplir) eso es faltar a la verdad, that is not telling the truth
faltar uno a su palabra, to break one's word
6 (insultar) faltar a alguien, to be rude to someone: ¡sin faltar!, don't be rude!
(ofender) no era mi intención faltarte al respeto, I didn't mean to be rude to you
♦ Locuciones: ¡lo que faltaba!, that's all it needed!
¡no faltaba más!, (but) of course!
' faltar' also found in these entries:
Spanish:
ahogarse
- quedar
- respeto
- tornillo
English:
default setting
- go back on
- missing
- unaccounted
- word
- absent
- go
- hooky
- miss
- skip
- truant
* * *faltar vi1. [no haber] to be lacking, to be needed;falta aire there's not enough air;le falta sal it needs a bit of salt;faltó comida there wasn't enough food;a esta casa no le falta nada this house lacks nothing o has everything;después del robo faltaban dos cuadros after the robbery, two paintings were missing;abrí la cartera y me faltaban varios documentos I opened my briefcase and several documents were missing2. [estar ausente] to be absent o missing;falta Elena Elena is missing;el día que yo falte when I have passed on;falta de su domicilio desde hace tres semanas she has been missing (from home) for three weeksfaltar a una cita not to turn up at an appointment;¡no faltes (a la cita)! don't miss it!, be there!;ha faltado a clase tres veces esta semana she has been absent o off three days this week;últimamente ha faltado mucho al trabajo he's been off work a lot recently, he's had a lot of time off work recentlyfaltó a su obligación he neglected his duty;faltó a la verdad she wasn't being truthful, she wasn't telling the truthfaltar a alguien al respeto to be disrespectful to sb;¡a mí no me faltes!, ¡sin faltar! don't you speak to me like that!le falta experiencia she lacks experience;le falta una mano he has got only one hand;al equipo le faltan buenos defensas the team is short of good defenders;le falta una pata a la mesa the table is missing a leg;me faltan palabras para expresar mi agradecimiento I can't find the words to express my gratitudenos va a faltar cerveza we're going to run out of beer, we're not going to have enough beer;para que su felicidad fuera completa sólo faltaba que viniera su hijo all it needed to make her happiness complete was for her son to arrive;ganas no nos faltan, pero no vamos a poder ir it isn't because we don't want to, but we won't be able to go;sólo le faltó ponerse a llorar he did everything but burst into tears;¡lo que me faltaba! that's all I needed!;¡lo que faltaba, otro pinchazo! that's all I needed, another flat tyre!sólo te falta firmar all you have to do is sign;falta un mes para las vacaciones there's a month to go till the holidays;¿falta mucho para el final? is there long to go?;falta poco para las once it's nearly eleven o'clock;falta poco para que llegue it won't be long till he arrives, he'll soon be here;¿cuánto falta para Bogotá? how much further is it to Bogota?;aún faltan 10 kilómetros there are still 10 kilometres to go;faltó poco para que lo matase I very nearly killed him;¿lo mató? – poco faltó did she kill him? – very nearly[rechazo] that tops it all!, that's a bit much!;claro que puedes usar mi teléfono, ¡no faltaba o [m5] faltaría más! of course you can use my telephone, there's no need for you to ask;por supuesto que no te dejo ir, ¡faltaría más! of course I'm not letting you go, what can you be thinking of!* * *v/i1 be missing;cuando falten mis padres when my parents die2 ( quedar):falta una hora there’s an hour to go;faltan 10 kilómetros there are 10 kilometers to go;sólo falta hacer la salsa there’s only the sauce to do;falta poco para las diez it’s almost o nearly ten o’clock;falta poco para que empiece la película it won’t be long before the film starts, the film will be starting soon;faltó poco para que me cayera I almost o nearly fell;y por si faltaba algo … and as if that wasn’t enough …3:faltar a be absent from;faltar a clase miss class, be absent from class4:faltar a alguien be disrespectful to s.o.;faltar a su palabra not keep one’s word5:¡no faltaba o¡lo que faltaba! that’s all I/we etc needed!* * *faltar vi1) : to be lacking, to be neededme falta ayuda: I need help2) : to be absent, to be missing3) quedar: to remain, to be leftfaltan pocos días para la fiesta: the party is just a few days away4)¡no faltaba más! : don't mention it!, you're welcome!* * *faltar vb1. (no estar) to be missing2. (no haber suficiente) not to be enough3. (carecer de) to lack4. (no acudir) to miss5. (quedar tiempo) to be left6. (quedar por hacer) to have to do7. (ofender, molestar) to be rude -
73 plazo
m.1 period (of time).en el plazo de un mes within a monthmañana termina el plazo de inscripción the deadline for registration is tomorrowtenemos de plazo hasta el domingo we have until Sundaya corto/medio/largo plazo in the short/medium/long termuna solución a corto/largo plazo a short-/long-term solutionen breve plazo within a short time2 installment.pagar a plazos to pay in installmentsplazo mensual monthly installment* * *1 (periodo de tiempo) time■ tiene tres días de plazo para presentar la documentación you have three days in which to hand in the papers2 (de compra) instalment, US installment\comprar algo a plazos to buy something on hire purchase, US buy something on an installment plan* * *noun m.1) term, period2) installment•* * *SM1) (=período) periodnos dan un plazo de ocho días para acabar el trabajo — they've given us eight days to finish the job
¿cuándo vence el plazo? — when is the deadline?
a plazo — (Com) on credit
a plazo fijo — (Com) fixed-term
plazo de entrega — delivery time, delivery date
plazo de prescripción — (Jur) time limit
2) (=pago) instalment, installment (EEUU), payment* * *1) ( de tiempo) periodcuenta/depósito a plazo fijo — (Fin) fixed term account/deposit
comprar a plazo fijo — (Fin) to buy forward
un objetivo a corto/largo/medio or (CS) mediano plazo — a short-term/long-term/medium-term objective
2) (mensualidad, cuota) installment** * *= instalment [installment, -USA], schedule, time frame [timeframe], deadline, term, dateline, period, time limit, timeline [time line].Ex. A fascicle is one of the temporary divisions of a work that, for convenience in printing or publication, is issued in small instalments, usually incomplete in themselves.Ex. The head librarian had set up a timetable of activities for her in advance and topics and schedules for the courses she would teach at the library school.Ex. This not only gives the decision maker an idea of the time frame involved but also aids in identifying potential weaknesses.Ex. The deadline for these second phase reports is, I believe, October 30, 1975.Ex. The board consists of seven members elected by popular ballot for three-year terms.Ex. All we have left of the millenarian dateline is the countdown to it.Ex. Library use declines during the June-October period when examinations have finished and the students are on vacation.Ex. The time involved in all searches was carefully measured; in test 1 the time limit was set at 10 minutes, while for searchers in test 2 the time limit was extended to 15 minutes.Ex. This article describes a city-wide communications network, looks behind the scenes at how it was developed, and summarises what was learned from creating the system on a tight timeline.----* a corto plazo = before very long, short term [short-term], in the short run, short-range, at short notice, in the short term, short-run.* a largo plazo = in the long term, over the long term, long-range, in the long run, long-term, over the long run, over the long haul, long-run, in the far term, far-term.* a más largo plazo = longer-term.* a medio plazo = medium-term, near-term, in the medium term, in the mid-term, mid-term [midterm].* cierre de plazo = deadline, dateline.* compra a plazos apartando el producto = layaway, lay-by.* con un plazo de tiempo muy = at (a) very short notice.* con un plazo de tiempo tan corto = at such short notice.* cumplir (con) un plazo = meet + deadline, comply with + deadline.* de plazo vencido = lapsed, overdue.* en el futuro a largo plazo = in the long-term future.* final del plazo = closing date, deadline, dateline.* fuera de plazo = late.* futuro a largo plazo = long-term future.* imposición a plazo fijo = certificate of deposit.* incentivo laboral a largo plazo = golden handcuffs.* no cumplir con el plazo de publicación = miss + publication deadline.* plan a largo plazo = long-term plan.* plazo de ejecución = time scale [timescale], time scale [timescale].* plazo de presentación = call for projects, call for papers.* plazo de presentación de proyectos = call for proposals.* plazo de respuesta = turnaround time, turnabout time.* plazo de tiempo = timeline [time line].* plazo legal = statutory term.* plazos = time scale [timescale], time schedule.* plazos de amortización = repayment schedules.* política a largo plazo = long term policy, long term policy.* préstamo de plazo intermedio = intermediate-term loan.* solución a corto plazo = short-term solution.* solución a largo plazo = long-term solution.* tarifa por inscripción fuera de plazo = late registration fee.* tener el plazo cumplido = be due.* tener el plazo vencido = be overdue.* trabajar con plazos de entrega estrictos = work to + deadlines.* * *1) ( de tiempo) periodcuenta/depósito a plazo fijo — (Fin) fixed term account/deposit
comprar a plazo fijo — (Fin) to buy forward
un objetivo a corto/largo/medio or (CS) mediano plazo — a short-term/long-term/medium-term objective
2) (mensualidad, cuota) installment** * *= instalment [installment, -USA], schedule, time frame [timeframe], deadline, term, dateline, period, time limit, timeline [time line].Ex: A fascicle is one of the temporary divisions of a work that, for convenience in printing or publication, is issued in small instalments, usually incomplete in themselves.
Ex: The head librarian had set up a timetable of activities for her in advance and topics and schedules for the courses she would teach at the library school.Ex: This not only gives the decision maker an idea of the time frame involved but also aids in identifying potential weaknesses.Ex: The deadline for these second phase reports is, I believe, October 30, 1975.Ex: The board consists of seven members elected by popular ballot for three-year terms.Ex: All we have left of the millenarian dateline is the countdown to it.Ex: Library use declines during the June-October period when examinations have finished and the students are on vacation.Ex: The time involved in all searches was carefully measured; in test 1 the time limit was set at 10 minutes, while for searchers in test 2 the time limit was extended to 15 minutes.Ex: This article describes a city-wide communications network, looks behind the scenes at how it was developed, and summarises what was learned from creating the system on a tight timeline.* a corto plazo = before very long, short term [short-term], in the short run, short-range, at short notice, in the short term, short-run.* a largo plazo = in the long term, over the long term, long-range, in the long run, long-term, over the long run, over the long haul, long-run, in the far term, far-term.* a más largo plazo = longer-term.* a medio plazo = medium-term, near-term, in the medium term, in the mid-term, mid-term [midterm].* cierre de plazo = deadline, dateline.* compra a plazos apartando el producto = layaway, lay-by.* con un plazo de tiempo muy = at (a) very short notice.* con un plazo de tiempo tan corto = at such short notice.* cumplir (con) un plazo = meet + deadline, comply with + deadline.* de plazo vencido = lapsed, overdue.* en el futuro a largo plazo = in the long-term future.* final del plazo = closing date, deadline, dateline.* fuera de plazo = late.* futuro a largo plazo = long-term future.* imposición a plazo fijo = certificate of deposit.* incentivo laboral a largo plazo = golden handcuffs.* no cumplir con el plazo de publicación = miss + publication deadline.* plan a largo plazo = long-term plan.* plazo de ejecución = time scale [timescale], time scale [timescale].* plazo de presentación = call for projects, call for papers.* plazo de presentación de proyectos = call for proposals.* plazo de respuesta = turnaround time, turnabout time.* plazo de tiempo = timeline [time line].* plazo legal = statutory term.* plazos = time scale [timescale], time schedule.* plazos de amortización = repayment schedules.* política a largo plazo = long term policy, long term policy.* préstamo de plazo intermedio = intermediate-term loan.* solución a corto plazo = short-term solution.* solución a largo plazo = long-term solution.* tarifa por inscripción fuera de plazo = late registration fee.* tener el plazo cumplido = be due.* tener el plazo vencido = be overdue.* trabajar con plazos de entrega estrictos = work to + deadlines.* * *A (de tiempo) periodhay un plazo de diez días para reclamar there is a ten-day period in which to register complaintsel plazo de inscripción se cierra el próximo lunes registration closes next Monday, the deadline for registration is next Mondaytenemos un mes de plazo para pagar we have one month (in which) to paynos han dado de plazo hasta el día 10 they've given us the 10th as a deadline, they've given us until the 10th to pay ( o to finish etc)el plazo de admisión finaliza el 20 de octubre the closing date for entries is the 20th of Octoberdentro del plazo estipulado within the stipulated periodcuenta/depósito a plazo fijo ( Fin) fixed term account/depositcomprar a plazo fijo ( Fin) to buy forwardun objetivo a corto/largo/medio or ( RPl) mediano plazo a short-term/long-term/medium-term objectiveCompuestos:immovable deadlinefixed deadlineB (mensualidad, cuota) installment*pagar a plazos to pay in installmentslo compré a plazos I bought it on installments o ( BrE) on hire purchasele quedan por pagar tres plazos del coche he still has three payments to make on the car* * *
plazo sustantivo masculino
1 ( de tiempo) period;
el plazo vence el próximo lunes (para proyecto, trabajo) the deadline is next Monday;
( para entrega de solicitudes) next Monday is the closing date;
un objetivo a corto/largo plazo a short-term/long-term objective
2 (mensualidad, cuota) installment( conjugate installment);
comprar a plazos to buy on installments
plazo sustantivo masculino
1 (de tiempo) term: el plazo termina mañana, tomorrow is the deadline
estamos fuera de plazo, we're past the deadline
2 (cuota) instalment, US installment
comprar a plazos, to buy on hire purchase
US to buy on an installment plan
' plazo' also found in these entries:
Spanish:
ampliar
- ampliación
- cumplir
- cumplida
- cumplido
- cumplirse
- dentro
- destiempo
- fuera
- imposición
- inscripción
- prórroga
- término
- transcurso
- vencer
- vencida
- vencido
- vencimiento
- abreviar
- alargar
- caducar
- concluir
- contado
- cuota
- entrega
- extender
- extensión
- larga
- medio
- pactar
- para
- prolongar
English:
allow
- amortize
- deadline
- delivery
- expire
- forward
- hard-pressed
- installment
- instalment
- long-range
- long-term
- manuscript
- medium-term
- payment
- short
- short-term
- term
- time limit
- dead
- fixed
- long
- medium
- notice
- over
- period
- repayment
- time
* * *plazo nm1. [de tiempo] period (of time);en el plazo de un mes within a month;mañana termina el plazo de inscripción the deadline for registration is tomorrow;tenemos de plazo hasta el domingo we have until Sunday;hay un plazo de dos semanas para inscribirse there is a period of two weeks for registration;el plazo previsto the target date;a corto/medio o RP [m5]mediano/largo plazo in the short/medium/long term;una solución a corto/largo plazo a short-/long-term solution;en breve plazo within a short time;invertir dinero a plazo fijo to invest money for a fixed termCom plazo de entrega delivery time2. [de dinero] instalment;pagar a plazos to pay in instalmentsplazo mensual monthly instalment o repayment* * *f1 de tiempo period;a corto/largo plazo in the short/long term;en el plazo de tres meses within three months2 ( pago) installment, Brinstalment;a plazos in installments;meter su dinero a plazo fijo put one’s money on fixed-term deposit* * *plazo nm1) : period, termun plazo de cinco días: a period of five daysa largo plazo: long-term2) abono: installmentpagar a plazos: to pay in installments* * *plazo n1. (período de tiempo) period2. (pago) instalmentsi me compro un coche, lo pagaré a plazos if I buy a car, I'll pay for it in instalments -
74 pasar
v.1 to pass.¿me pasas la sal? would you pass me the salt?Pasaron dos horas Two hours went by.Yo paso a María I pass Mary (I overtake Mary)Un carro pasa A car goes byMe pasó una cuchara He=she passed me a spoon (She passed a spoon to me)Por fin pasé! I passed at last!2 to cross.pasar la calle to cross the roadpasé el río a nado I swam across the river3 to go through.pasar un semáforo en rojo to go through a red light4 to pass, to go.pasó por mi lado he passed by my sideel autobús pasa por mi casa the bus goes past o passes in front of my houseel Manzanares pasa por Madrid the Manzanares goes o passes through Madridhe pasado por tu calle I went down your streetpasar de… a… to go o pass from… to…pasar de largo to go by5 to go/come in.pasen por aquí, por favor come this way, please¡pase! come in!6 to go.por ahí no pasa it won't go through there7 to go by.pasaron tres meses three months went by8 to go through, to experience.pasar frío/miedo to be cold/scaredpasarlo bien to enjoy oneself, to have a good timepasarlo mal to have a hard time of itPasé un gran susto I experienced a great scare.9 to show in (llevar adentro).el criado nos pasó al salón the butler showed us into the living room10 to show (Cine).11 to spend (time).pasó dos años en Roma he spent two years in Rome¿dónde vas a pasar las vacaciones? where are you going on holiday?, where are you going to spend your holidays?Yo paso las horas cantando I pass the hours away singing (spend the time...)12 to pop in (ir un momento).pasaré por mi oficina/por tu casa I'll pop into my office/round to your place13 to happen.¿qué pasa aquí? what's going on here?¿qué pasa? what's the matter?¿qué le pasa? what's wrong with him?, what's the matter with him?pase lo que pase whatever happens, come what mayAlgo pasó Something happened=came to pass.14 to be over.ya ha pasado lo peor the worst is over nowpasó la Navidad Christmas is overPasé muy feliz en la fiesta I was very happy at the party.15 to be all right, to be usable.puede pasar it'll do16 to go away.Pasó el mal tiempo the bad weather went away.17 to come in, to step in.El policía pasó The policeman came in.18 to happen to, to occur to.Me pasó algo cómico Something funny happened to me..19 to keep on, to keep, to carry on.Ella pasa bailando todo el tiempo She keeps on dancing all the time.20 to skip, to pass.Pase ese capítulo Skip that chapter,.21 to blow over, to blow itself out, to calm down.La tormenta pasó The storm blew over.* * *1 (ir) to pass, pass by, go2 (tiempo) to pass, go by■ ¡cómo pasa el tiempo! doesn't time fly!3 (entrar) to come in, go in■ pasa, está abierto come in, it's not locked4 (cesar) to pass, cease■ si no se te pasa el dolor, llámame if the pain doesn't go away, call me■ tranquila, que ya ha pasado todo don't worry, it's all over now5 (límite) to exceed (de, -)6 (ocurrir) to happen7 (sufrir) to suffer1 (trasladar) to move, transfer2 (comunicar, dar) to give3 (cruzar) to cross4 (alcanzar) to pass, reach■ pásame la sal, por favor pass me the salt, please5 (aventajar) to surpass, be better than6 (adelantar) to overtake7 (deslizar) to run■ la etiqueta se pasa por aquí y el precio sale en la pantalla you run the tag through here and the price comes up on the screen8 (tolerar) to overlook■ esta vez te la paso, pero que no se repita I'll overlook it this time, but don't let it happen again9 (aprobar) to pass10 (proyectar) to show11 (tiempo - estar) to spend; (- disfrutar, padecer) to have1 (desertar) to pass over (a, to)2 (pudrirse) to go off3 (olvidarse) to forget\pasar de algo familiar not to be bothered about something■ pasa de todo he couldn't care less about anything, he doesn't give a damn about anythingpasar de largo to go pastpasar la página to turn the pagepasar por to pass forpasar por alto to ignorepasar por encima de alguien to go over somebody's headpasarlo bien to have a good time¿qué pasa? what's the matter?, what's wrong?pasar sin to do withoutpasarse de la raya to go too far, overstep the mark* * *verb1) to happen2) pass3) come in, enter4) surpass5) cross6) give7) undergo, suffer8) omit•- pasar por alto
- pasarlo bien
- pasarlo mal
- pasarse* * *Para las expresiones pasar lista, pasar de moda, pasar desapercibido, pasarse de rosca etc, ver la otra entrada1. VERBO INTRANSITIVO1) (=ocurrir)a) [suceso] to happen¿qué pasó? — what happened?
¿pasa algo? — is anything up?, is anything wrong?, is anything the matter?
siempre pasa igual {o} lo mismo — it's always the same
¿qué pasa? — what's happening?, what's going on?, what's up?; [como saludo] how's things? *
¿qué pasa que no entra? — why doesn't she come in?
¿qué pasa contigo? — what's up with you?; [como saludo] * how's it going? *
¿qué ha pasado con ella? — what's become of her?
•
[lo que] pasa es que... — well, you see..., the thing is that...pase lo que pase — whatever happens, come what may
b)pasarle a algn: nunca me pasa nada — nothing ever happens to me
siempre me pasa lo mismo, lo pierdo todo — it's always the same, I keep losing things
tuvo un accidente, pero por suerte no le pasó nada — he had an accident, but fortunately he wasn't hurt
esto te pasa por no hacerme caso — this is what comes of not listening to me, this wouldn't have happened (to you) if you'd listened to me
¿qué te pasa? — what's the matter?
¿qué le pasa a ese? — what's the matter with him?
2) (=cambiar de lugar)a) [objeto]la cuerda pasa de un lado a otro de la calle — the rope goes from one side of the street to the other
•
la foto fue pasando de mano en [mano] — the photo was passed aroundb) [persona] to go3) (=entrar)¡pase! — come in!; [cediendo el paso] after you!
no se puede pasar — you can't go through, you can't go in
•
[hacer] pasar a algn — to show sb in4) (=transitar)¿a qué hora pasa el cartero? — what time does the postman come?
ya ha pasado el tren de las cinco — (=sin hacer parada) the five o'clock train has already gone by; (=haciendo parada) the five o'clock train has already been and gone
¿ha pasado ya el camión de la basura? — have the dustmen been?
•
pasar [de largo] — to go {o} pass by•
pasar [por], el autobús pasa por delante de nuestra casa — the bus goes past our house5) (=acercarse a)•
tengo que pasar [por] el banco — I've got to go to the bankpasar a ({+ infin})pasaré por la tienda mañana — I'll go {o} pop into the shop tomorrow
6) (=cambiar de situación) to go•
pasar a [ser] — to becomeen muy poco tiempo ha pasado a ser un gran profesional — he has become a real professional in a very short space of time
7) (=transcurrir) [tiempo] to pass, go byhan pasado cuatro años — four years have passed {o} gone by
el tiempo pasa deprisa — time passes {o} goes so quickly
¡cómo pasa el tiempo! — how time flies!
8) (=acabar) [problema, situación] to be over; [efectos] to wear off9) (=aceptarse)puede pasar — it's passable, it's OK
que me llames carroza, pase, pero fascista, no — you can call me an old fuddy-duddy if you like, but not a fascist
10) pasar pora) (=atravesar, caber) to go throughel río pasa por la ciudad — the river flows {o} goes through the city
b) (=depender de) to depend onel futuro de la empresa pasa por este acuerdo — the company's future depends on {o} hangs on this agreement
c) (=ser considerado) to pass as•
[hacerse] pasar por — to pass o.s. off as11) [otras formas preposicionales]pasar a ({+ infin}) (=empezar) pasar de (=exceder)no pasan de 60 los que lo tienen — those who have it do not number more than 60, fewer than 60 people have it
•
yo de [ahí] no paso — that's as far as I'm prepared to go•
de [ésta] no pasa — this is the very last timepasar sin•
de [hoy] no pasa que le escriba — I'll write to him this very daytendrá que pasar sin coche — he'll have to get by {o} manage without a car
12) (Naipes) to pass13) esp Esp* (=mostrarse indiferente)•
pasar [de] algo/algn, yo paso de política — I'm not into politicspasa olímpicamente de todo lo que le dicen — he doesn't take the blindest bit of notice of anything they say to him
paso de ti, chaval — I couldn't care less about you, pal
2. VERBO TRANSITIVO1) (=dar, entregar) [gen] to pass; [en una serie] to pass on¿me pasas la sal, por favor? — could you pass (me) the salt, please?
le pasó el sobre — he handed {o} passed her the envelope
2) (=traspasar) [+ río, frontera] to cross; [+ límite] to go beyond3) (=llevar)4) (=hacer atravesar)5) (=colar) to strain6) (=introducir) [+ moneda falsa] to pass (off); [+ contrabando] to smugglehan pasado un alijo de cocaína por la frontera — a consignment of cocaine has been smuggled across the border
7) (=hacer deslizar)pasar la aspiradora por la alfombra — to vacuum the carpet, run the vacuum cleaner over the carpet
8) (=deslizar) to sliple pasó el brazo por los hombros/la cintura — she slipped {o} put her arm around his shoulders/waist
9) (=contagiar) to give10) (=volver) [+ página] to turn11) (=escribir)•
pasar algo a [limpio] — to make a neat {o} fair {o} clean copy of sth•
pasar algo a [máquina] — to type sth up12) (=tragar) (lit) to swallow; (fig) to bear, standno puedo pasar esta pastilla — I can't swallow this pill, I can't get this pill down
no puedo pasar a ese hombre — I can't bear {o} stand that man
13) (=tolerar)14) (=aprobar) [+ examen] to pass15) (=proyectar) [+ película, programa] to show, screen16) (=poner en contacto)te paso con Pedro — [al mismo teléfono] I'll put you on to Pedro; [a distinto teléfono] I'll put you through to Pedro
17) (=realizar)revista 3)•
pasa [consulta] {o} [visita] a unas 700 personas diarias — he sees 700 patients a day18) (=superar)19) (Aut) to pass, overtake20) (=omitir)•
pasar algo por [alto] — to overlook sth21) [+ tiempo] to spendpasarlo ({+ adv})¡que lo pases bien! — have a good time!, enjoy yourself!
22) (=dejar atrás)hemos pasado el aniversario — the anniversary has passed, the anniversary is behind us
ya hemos pasado lo peor — we're over the worst now, the worst is behind us now
23) (=sufrir)24) Cono Sur * (=engañar) to cheat, swindle3.See:PASAR En expresiones temporales ► Se traduce por spend cuando pasar tiene un uso transitivo y queremos indicar un período de tiempo concreto, seguido de la actividad que en ese tiempo se desarrolla, o del lugar: Me pasé la tarde escribiendo cartas I spent the evening writing letters Ha pasado toda su vida en el campo He has spent his whole life in the country ► En cambio, cuando se describe la forma en que se pasa el tiempo mediante un adjetivo, se debe emplear en inglés la construcción have + (a) + ((adjetivo)) + ((sustantivo)): Pasamos una tarde entretenida We had a lovely afternoon Pasamos un rato estupendo jugando al squash We had a fantastic time playing squash la expresión pasar el rato se traduce por pass the time: No sé qué hacer para pasar el rato I don't know what to do to pass the time ► Cuando el uso es intransitivo, pasar se traduce por pass {o} go by. A medida que pasaba el tiempo se deprimía cada vez más As time passed o went by, he became more and more depressed Para otros usos y ejemplos ver la entrada* * *1.verbo intransitivo1)a) ( ir por un lugar) to come/go pastno ha pasado ni un taxi — not one taxi has come/gone past
¿a qué hora pasa el lechero? — what time does the milkman come?
pasar de largo — to go right o straight past
es un vuelo directo, no pasa por Miami — it's a direct flight, it doesn't go via Miami
¿este autobús pasa por el museo? — does this bus go past the museum?
¿el 45 pasa por aquí? — does the number 45 come this way?
pasaba por aquí y... — I was just passing by o I was in the area and...
ni me pasó por la imaginación — it didn't even occur to me, it didn't even cross my mind
b) ( deteniéndose en un lugar)pasar POR algo: ¿podríamos pasar por el banco? can we stop off at the bank?; pase usted por caja please go over to the cashier; pasa un día por casa why don't you drop o come by the house sometime?; pasar A + INF: puede pasar a recogerlo mañana you can come and pick it up tomorrow; pasaremos a verlos — we'll call in o drop in and see them
c) ( atravesar) to crosspasar de un lado a otro — to go o cross from one side to the other
d) (caber, entrar)2)a) (transmitirse, transferirse) corona/título to passuna tradición que pasa de padres a hijos — a tradition that is handed o passed down from generation to generation
b) ( comunicar)te paso con Javier — ( en el mismo teléfono) I'll hand o pass you over to Javier; ( en otro teléfono) I'll put you through to Javier
3) ( entrar - acercándose al hablante) to come in; (- alejándose del hablante) to go inpase, por favor — please, do come in
que pase el siguiente! — next, please!
no pasarán! — (fr hecha) they shall not pass!
¿puedo pasar al baño? — may I use the bathroom please?
¿quién quiere pasar al pizarrón? — (AmL) who's going to come up to the blackboard?
4)a) (cambiar de estado, actividad, tema)pasó del quinto al séptimo lugar — she went o dropped from fifth to seventh place
ahora pasa a tercera — (Auto) now change into third
pasando a otra cosa... — anyway, to change the subject...
pasamos a informar de otras noticias — now, the rest of the news
b) (Educ) to pass¿pasaste? — did you pass?
pasar de curso — to get through o pass one's end-of-year exams
c) ( ser aceptable)no está perfecto, pero puede pasar — it's not perfect, but it'll do
por esta vez (que) pase — I'll let it pass o go this time
5) ( exceder un límite)pasar DE algo: no pases de 100 don't go over 100; no pasó de un desacuerdo it was nothing more than a disagreement; está muy grave, no creo que pase de hoy he's very ill, I don't think he'll last another day; no pasa de los 30 he's not more than 30; no pasamos de nueve empleados — they're only nine of us working there/here
6) pasar pora) ( ser tenido por)pasa por tonto, pero no lo es — he might look stupid, but he isn't
b) (Esp) ( implicar)7) ( transcurrir) tiempo to passpasaron muchos años — many years went by o passed
pasaban las horas y no llegaba — the hours went by o passed and still he didn't come
9) ( arreglárselas) to manage, get bysin electricidad podemos pasar — we can manage o get by without electricity
10) ( suceder) to happenlo que pasa es que... — the thing o the problem is...
pase lo que pase — whatever happens, come what may
¿qué pasó con lo del reloj? — what happened about the watch?
...y aquí no ha pasado nada —...and let's just forget the whole thing
siempre pasa igual or lo mismo — it's always the same
¿pasa algo? — is something the matter?
¿qué pasa? — what's the matter?, what's up? (colloq)
hola, Carlos! ¿qué pasa? — (fam) hi, Carlos! how's things o how's it going? (colloq)
son cosas que pasan — these things happen; (+ me/te/le etc)
¿qué te pasa? — what's the matter with you?
¿qué te pasó en el ojo? — what happened to your eye?
¿qué le pasa a la tele? — what's wrong with the TV?
por suerte a él no le pasó nada — fortunately, nothing happened to him
11) ( experimentar)pasar POR algo — por crisis/mala racha to go through something
12)a) (en naipes, juegos) to passb) (fam) ( rechazando algo)¿vas a tomar postre? - no, yo paso — are you going to have a dessert? - no, I think I'll give it a miss
paso de salir, estoy muy cansada — I don't feel like going out, I'm very tired (colloq)
c) (fam) ( expresando indiferencia)que se las arreglen, yo paso — they can sort it out themselves, it's not my problem
2.paso de él — (esp Esp) I don't give a damn o I couldn't care less what he does (colloq)
pasar vt1)a) ( hacer atravesar)b) ( por la aduana -legalmente) to take through; (- ilegalmente) to smugglec) ( hacer deslizar)a esto hay que pasarle una plancha — this needs a quick iron o run over with the iron
2) (exhibir, mostrar) <película/anuncio> to show3)a) (cruzar, atravesar) < frontera> to cross; <pueblo/ciudad> to go throughb) ( dejar atrás) <edificio/calle> to go pastc) (adelantar, sobrepasar) to overtakepasar A algo — to overtake something, to get past something
está altísimo, ya pasa a su padre — he's really tall, he's already overtaken his father
4) <examen/prueba> to pass5) <página/hoja> to turn6) (fam) ( tolerar)a ese tipo no lo paso — I can't stand o take that guy (colloq)
no podía pasar aquella sopa — I couldn't stomach o eat that soup
pasar por alto — <falta/error> to overlook, forget about; tema/punto to leave out, omit
7) ( transcribir)tendré que pasar la carta — I'll have to write o copy the letter out again
¿me pasas esto a máquina? — could you type this for me?
8) (entregar, hacer llegar)¿me pasas el martillo? — can you pass me the hammer?
9) <gripe/resfriado> to giveme lo pasó a mí — he gave it to me, he passed it on to me
10)a) < tiempo> to spendb) ( con idea de continuidad)11)a) (sufrir, padecer) penalidades/desgracias to go through, to sufferestá pasando una mala racha — he's going through bad times o (BrE) a bad patch
pasé mucho miedo/frío — I was very frightened/cold
b)pasarlo or pasarla bien — to have a good time
3.¿qué tal lo pasaste en la fiesta? — did you have a good time at the party?, did you enjoy the party?
1) pasarse v pron2) ( cambiarse)3)a) ( ir demasiado lejos)nos pasamos, el banco está más arriba — we've gone too far, the bank isn't as far down as this
b) (fam) ( excederse) to go too farse pasó con la sal — he overdid the salt (colloq)
se pasó de listo — he tried to be too clever (colloq)
c) (CS fam) ( lucirse)4)a) peras/tomates to go bad, get overripe; carne/pescado to go off, go bad; leche to go off, go sourb) (recocerse): arroz/pasta to get overcooked5)a) ( desaparecer) efecto to wear off; dolor to go away; (+ me/te/le etc)ya se me pasó el dolor — the pain's gone o eased now
espera a que se le pase el enojo — wait until he's calmed o cooled down
b) ( transcurrir)el año se ha pasado muy rápido — this year has gone very quickly; (+ me/te/le etc)
6) (+ me/te/le etc)a) ( olvidarse)b) ( dejar de notar)c) ( dejar escapar)7) (enf) ( estar)se pasó el domingo durmiendo — he spent the whole of Sunday evening sleeping; ver tb pasar verbo transitivo III 1b y 2b
8) (enf) (fam) (ir)¿podrías pasarte por el mercado? — could you go down to the market?
9) (refl)* * *= hand (over), pass, pass by, pass on, transfer, transmit, turn over + page, hand on, spend, transpire, pass out, turn over, slide over, pass along, get through, can't/couldn't be bothered, go + past, pass down, roll on, pass out, blow over, make + the cut, wear off, hand down.Ex. Eventually, teachers should be able to ' hand the chalk over to the students' and take a back seat.Ex. Examination reveals positions on the cards where the light passes through all the cards in a stack.Ex. The days of needing to change into carpet slippers before going to such an area have thankfully passed by.Ex. If ignored, the problems are only passed on to all the users of the catalog: the public, the reference department, the acquisitions department, and naturally the cataloging department.Ex. Scope notes, on the order hand, may be present in a thesaurus but are unlikely to be transferred to an index.Ex. The system permits the requester to specify up to five potential lending libraries, and the system transmits the requests to these libraries one at a time.Ex. Turn over the page and you will find suggested analyses against which you can check your solution.Ex. Some experts have expressed grave doubts about the durability of contemporary literary and artistic works on paper and hence the possibility of handing on works of culture to future generations.Ex. Any funeral scene in a story inevitably conjures in myself memories of my childhood spent as the son of an undertaker.Ex. The 2nd is the fact that most information seeking transpires with little help from librarians, who have consistently failed to establish themselves as primary information professionals.Ex. At the Closing Session Danish flags were suddenly produced and passed out among the crowd who began waving them enthusiastically.Ex. Then he picked up about 2 cm. of type from the right-hand end of the uppermost line (i.e. the last word or two of the last line) with the thumb and forefinger of his right hand, read it, and dropped the pieces of type one by one into their proper boxes, turning over the old house.Ex. He had greeted her courteously, as was his wont, and had inquired if she minded his smoking; she told him to go ahead and slid over an ashtray.Ex. If the head of reference services does not pass along the information to the staff the reference librarians, by being uninformed, will undoubtedly not make as good an impression on the important city managers.Ex. I think that the so-called average person often exhibits a great deal of heroism in getting through an ordinary day.Ex. Consider for example, a teacher who doesn't change his password (ever!) or can't be bothered to log out, all the firewalls and antivirus programs in the world will not protect a school's network.Ex. Unfortunately, its conclusions are completely pedestrian, rarely going past the fact that there were old people in England in the late Middle Ages.Ex. The knowledge that has been passed down from generation to generation by sentient beings on this planet for aeons and aeons is quite impossible to fully comprehend.Ex. But to make matters worse, and as the drought rolls on, it is very likely that it won't rain again until October or November.Ex. Put a set of premises into such a device and turn the crank, and it will readily pass out conclusion after conclusion.Ex. During the bulk of that time, your liberal leaders grandly sat, waiting for various things to blow over.Ex. Naturally, the recruiters whose people were not chosen for the job wanted feedback as to why their candidates did not make the cut.Ex. We're all familiar with the idea of novelty value and how it wears off with time.Ex. A hunting guide while still in his teens, he learned his woodcraft first hand, absorbing lore handed down to him from his father.----* a medida que pasaba el tiempo = as time passed (by), as time went by.* a medida que pasa el tiempo = as time goes by, as time passes (by).* a medida que pasa + Expresión Temporal = as + Expresión Temporal + go by.* a medida que + pasar + el año = as the year + wear on.* a medida que + pasar + el día = as the day + wear on.* ayudar a pasar por = get + Nombre + through.* cada día que pasa = each passing day.* conforme + pasar + el año = as the year + wear on.* conforme + pasar + el día = as the day + wear on.* dejar pasar = pass up, forego [forgo], let through.* dejar pasar a Alguien = let + Alguien + by.* dejar pasar Algo = put + Nombre + behind.* dejar pasar una oportunidad = forego + opportunity, miss + opportunity, pass up + opportunity, miss + chance.* desde..., pasando por..., hasta... = from..., through..., to....* día que pasa = passing day.* esa época ya pasó hace tiempo = that time is long past.* haber pasado por aquí antes = have been down this road before.* hacer a Alguien pasar vergüenza = embarrass.* hacer que Alguien las pase canutas = give + Nombre + a run for + Posesivo + money.* hacérselas pasar canutas a Alguien = have + Nombre + jump through the hoops.* hacérselas pasarlas canutas a Alguien = push + Nombre + to the edge.* hacérselas pasar negras a Alguien = have + Nombre + jump through the hoops.* hacerse pasar por = masquerade as, impersonate.* las cosas no pasan así como así = everything happens for a reason (and a purpose).* las cosas no pasan así porque sí = everything happens for a reason (and a purpose).* las cosas sólo pasan una vez = lightning never strikes twice.* lo que tenga que pasar, que pase = que sera sera, what's meant to be, will be, whatever will be, will be.* lugar donde pasar el rato = hang out.* no dejar pasar = keep out.* no dejar pasar la oportunidad = ride + the wave.* no pasar mucho tiempo antes de que + Subjuntivo = be not long before + Indicativo.* pasando a = moving on to.* pasar a = go on to, move on to, proceed to, shunt into, switch over, switch to, step onto, spill over into.* pasar a Alguien lo mismo que a = suffer + the fate of.* pasar a Alguien lo que a = suffer + the fate of.* pasar a cosas más agradables = on a happier note.* pasar a la clandestinidad = go into + hiding.* pasar a la era de = move into + the age of.* pasar a la historia = history in the making, go down in + history.* pasar a la historia como = go down as, go down in + history as, go down in + the history books as, go down in + the annals of history as.* pasar a la página + Número = turn to + page + Número.* pasar a la posteridad = go down to + posterity.* pasar a la posteridad como = go down to + posterity as.* pasar Algo a Alguien = turn + Algo + over to + Alguien.* pasar algo inesperado = things + take a turn for the unexpected.* pasar algún tiempo en = have + a turn at.* pasar al olvido = blow over.* pasar a los anales de la historia = go down in + history.* pasar a los anales de la historia como = go down in + history as, go down in + the history books as, go down in + the annals of history as.* pasar al primer plano = take + centre stage.* pasar al siguiente año fiscal = roll over.* pasar al siguiente nivel = move it up + a gear, take it up + a gear, notch it up + a gear, take it up + a notch, crank it up + a notch, crank it up + a gear, move it up + a notch.* pasar a mejor vida = bite + the dust, give up + the ghost.* pasar año(s) antes de que = be year(s) before.* pasar a ocupar el puesto de Alguien = step into + the shoes of, stand in + Posesivo + shoes.* pasar aprietos = feel + the pinch.* pasar apuros = struggle, pass through + adversity, have + a thin time, be under strain, bear + hardship, be hard pressed, feel + the pinch, have + a hard time, the wolves + be + at the door, have + a tough time.* pasar apuros económicos = lead + a precarious existence.* pasar a ser = become, develop into.* pasar a ser el centro de atención = come into + focus, take + centre stage.* pasar a ser inconcebible = render + inconceivable.* pasar a toda velocidad = whiz.* pasar a una situación económica más confortable = improve + Posesivo + lot.* pasar a vida mejor = lay + Nombre + low.* pasar casi rozando = skim.* pasar como una bala = whiz.* pasar de = get beyond.* pasar de... a... = proceed from... to..., move from... to....* pasar de... a = switch from... to..., go from... to..., swing between... and..., grow from... into/to.* pasar de contrabando = smuggle.* pasar de generación en generación = pass down from + generation to generation.* pasar de largo = bypass [by-pass].* pasar de largo rápidamente = race + past.* pasar de moda = drop out of + vogue, go out of + fashion, go out of + favour, go out of + date, go out of + vogue, fall out of + vogue, go out of + style, pass away, obsolesce, drop out of + circulation.* pasar desapercibido = be unnoticeable, go + unnoticed, lie + unnoticed, remain + unnoticed, slip by + unnoticed, become + unnoticeable, go + unrecognised, be an invisible fly on the wall, go + unnoted, lie + forgotten, sneak under + the radar.* pasar de una persona a otra = pass around.* pasar de uno a otro = change back and forth.* pasar de un sitio a otro = travel.* pasar dificultades = struggle, be under strain, bear + hardship, have + a difficult time, experience + difficult times, pass through + difficult times, face + difficult times.* pasar el invierno = winter, overwinter.* pasar el mochuelo = pass + the bucket.* pasar el muerto = pass + the bucket.* pasar el platillo = pass + the bucket (around).* pasar el rato = hang out.* pasar el rato con = kick + it with.* pasar el rato con los amigos = hang out with + Posesivo + friends.* pasar el relevo a = hand + the reins over to.* pasar el testigo = pass (on) + the torch, pass (on) + the baton.* pasar el tiempo = pass + the time, hang around, spend + Posesivo + days, hang about, hang out.* pasar el tiempo libre = spend + Posesivo + leisure, spend + Posesivo + leisure time.* pasar + Expresión Temporal = elapse + Expresión Temporal, go by + Expresión Temporal.* pasar hambre = suffer from + hunger, go + hungry, starve.* pasar hojas = page (through), turn + pages, flip + pages.* pasar hojas hacia atrás = page + backward.* pasar hojas hacia delante = page + forward.* pasar inadvertidamente = slip, creep + past, sneak + past.* pasar inadvertido = be unnoticeable, escape + notice, go + unnoticed, lie + unnoticed, remain + unnoticed, slip by + unnoticed, become + unnoticeable, go + unrecognised, go + unnoted, sneak under + the radar.* pasar la antorcha = hand over + the torch.* pasar la luna de miel = honeymoon.* pasar la noche = spend + the night, stay overnight.* pasar la página = turn over + page.* pasar la pantalla = scroll.* pasar la pelota = pass + the buck.* pasar la prueba = pass + muster.* pasarlas canutas = jump through + hoops, have + a devil of a time, be to hell and back.* pasarlas negras = jump through + hoops, have + a devil of a time.* pasarlas putas = jump through + hoops, be to hell and back.* pasar las riendas del poder a = hand + the reins over to.* pasar las vacaciones = vacation.* pasar llevando = take through.* pasarlo a lo grande = have + a ball, have + a whale of a time.* pasarlo bien = have + fun, be a great time.* pasarlo bomba = be a great time, have + a whale of a time.* pasarlo canutas intentando Hacer Algo = have + a heck of a time + trying.* pasarlo en grande = have + a ball, have + a whale of a time.* pasarlo genial = have + a whale of a time.* pasarlo mal = have + a thin time, have + a difficult time, experience + difficult times, pass through + difficult times, face + difficult times.* pasarlo muy mal = have + a tough time, have + a hard time.* pasarlo pipa = have + a whale of a time.* pasar los días = spend + Posesivo + days.* pasar miseria = the wolves + be + at the door.* pasar mucho tiempo antes de que = be a long time before.* pasar + Nombre + a = turn + Nombre + over to.* pasar penurias = suffer from + deprivation.* pasar poco a poco = slide into.* pasar por = cross, pass through, reach down, step through, go by, go through, pass for, pass across, run + Nombre + through + Nombre, make + Posesivo + way through, run through.* pasar por alto = bypass [by-pass], gloss over, miss, obviate, overlook, short-circuit [shortcircuit], skip over, leapfrog, pass + Nombre/Pronombre + by, flout, close + the door on, skip.* pasar por alto la autoridad de Alguien = go over + Posesivo + head.* pasar por alto rápidamente = race + past.* pasar por aquí = come by.* pasar por delante de = make + Posesivo + way past.* pasar por el acoso de = run + the gauntlet of.* pasar por el infierno = be to hell and back.* pasar por el lado de = make + Posesivo + way past.* pasar por encima = pass over.* pasar por encima de la cabeza = go over + Posesivo + head.* pasar por la mitad de = cut through.* pasar por muchas dificultades = be to hell and back.* pasar por un período de = go through + a period of.* pasar por un proceso de = go through + a process of.* pasar privaciones = suffer from + deprivation.* pasar rápidamente = run through, sweep by, sweep, flash across.* pasar rápidamente a = snap to.* pasar rápidamente por encima de = sweep across, swing over.* pasar registros a disco = transfer + records + to disc.* pasar revista = review.* pasarse = come by, drop in, overshoot, step over + the edge, go + overboard, go + too far.* pasarse Algo por el culo = not give a shit.* pasarse Algo por el forro = flout.* pasarse Algo por la entrepierna = not give a shit.* pasarse con = act + fresh with.* pasar sed = go + thirsty.* pasarse de = overstep.* pasarse de + Adjetivo = be too + Adjetivo + by half.* pasarse de la raya = cross + the line.* pasarse del límite = overrun [over-run].* pasárselo bien = have + a good time, have + a great time.* pasárselo en grande = enjoy + every minute of, love + every minute of it.* pasárselo fabuloso = have + a good time, have + a great time, have + a whale of a time.* pasárselo la mar de bien = have + a whale of a time, have + a great time.* pasárselo pipa = have + a great time.* pasarse por = drop by, stop by, mosey.* pasar sin = get along without, forego [forgo], do without, live without.* pasar sin Alguien = spare + Nombre Personal.* pasar sin comodidades = rough it.* pasar sin ser visto = sneak + past, sneak through, sneak under + the radar, go + unnoticed.* pasar + Tiempo = spend + time, spend + Tiempo.* pasar tiempo haciendo Algo = do + stint at.* pasar una crisis = face + crisis.* pasar una prueba = endure + ordeal, pass + a test, stand up.* pasar una prueba de sobra = pass with + flying colours.* pasar una tarjeta por un lector electrónico = swipe.* pasar un buen rato = disport + Reflexivo.* pasar un cuestionario = administer + questionnaire, carry out + questionnaire.* pasar un rato = say + hi.* pasar zumbando = whiz.* pase lo que pase = come what may, come rain or shine, rain or shine, come hell or high water.* por pasar el rato = (just) for the fun of (doing) it, (just) for the hell of (doing) it.* ¿Qué pasa? = What's up?.* que pasaba = passing.* que pasa desapercibido = inconspicuous.* ¿qué pasa si... ? = what if... ?.* que pase lo que tenga que pasar = que sera sera, whatever will be, will be, what's meant to be, will be.* quien no malgasta no pasa necesidades = waste not, want not.* sin haber pasado por la calandria = uncalendered.* ¡tener + que pasar por encima de + Posesivo + cadáver! = over + Posesivo + dead body.* tiempo + pasar = time + march on.* todavía no ha pasado lo mejor = the best is yet to come.* tratar de pasar desapercibido = keep + a low profile, lie + low.* tratar de pasar inadvertido = keep + a low profile, lie + low.* ver lo que pasa = take it from there/here.* * *1.verbo intransitivo1)a) ( ir por un lugar) to come/go pastno ha pasado ni un taxi — not one taxi has come/gone past
¿a qué hora pasa el lechero? — what time does the milkman come?
pasar de largo — to go right o straight past
es un vuelo directo, no pasa por Miami — it's a direct flight, it doesn't go via Miami
¿este autobús pasa por el museo? — does this bus go past the museum?
¿el 45 pasa por aquí? — does the number 45 come this way?
pasaba por aquí y... — I was just passing by o I was in the area and...
ni me pasó por la imaginación — it didn't even occur to me, it didn't even cross my mind
b) ( deteniéndose en un lugar)pasar POR algo: ¿podríamos pasar por el banco? can we stop off at the bank?; pase usted por caja please go over to the cashier; pasa un día por casa why don't you drop o come by the house sometime?; pasar A + INF: puede pasar a recogerlo mañana you can come and pick it up tomorrow; pasaremos a verlos — we'll call in o drop in and see them
c) ( atravesar) to crosspasar de un lado a otro — to go o cross from one side to the other
d) (caber, entrar)2)a) (transmitirse, transferirse) corona/título to passuna tradición que pasa de padres a hijos — a tradition that is handed o passed down from generation to generation
b) ( comunicar)te paso con Javier — ( en el mismo teléfono) I'll hand o pass you over to Javier; ( en otro teléfono) I'll put you through to Javier
3) ( entrar - acercándose al hablante) to come in; (- alejándose del hablante) to go inpase, por favor — please, do come in
que pase el siguiente! — next, please!
no pasarán! — (fr hecha) they shall not pass!
¿puedo pasar al baño? — may I use the bathroom please?
¿quién quiere pasar al pizarrón? — (AmL) who's going to come up to the blackboard?
4)a) (cambiar de estado, actividad, tema)pasó del quinto al séptimo lugar — she went o dropped from fifth to seventh place
ahora pasa a tercera — (Auto) now change into third
pasando a otra cosa... — anyway, to change the subject...
pasamos a informar de otras noticias — now, the rest of the news
b) (Educ) to pass¿pasaste? — did you pass?
pasar de curso — to get through o pass one's end-of-year exams
c) ( ser aceptable)no está perfecto, pero puede pasar — it's not perfect, but it'll do
por esta vez (que) pase — I'll let it pass o go this time
5) ( exceder un límite)pasar DE algo: no pases de 100 don't go over 100; no pasó de un desacuerdo it was nothing more than a disagreement; está muy grave, no creo que pase de hoy he's very ill, I don't think he'll last another day; no pasa de los 30 he's not more than 30; no pasamos de nueve empleados — they're only nine of us working there/here
6) pasar pora) ( ser tenido por)pasa por tonto, pero no lo es — he might look stupid, but he isn't
b) (Esp) ( implicar)7) ( transcurrir) tiempo to passpasaron muchos años — many years went by o passed
pasaban las horas y no llegaba — the hours went by o passed and still he didn't come
9) ( arreglárselas) to manage, get bysin electricidad podemos pasar — we can manage o get by without electricity
10) ( suceder) to happenlo que pasa es que... — the thing o the problem is...
pase lo que pase — whatever happens, come what may
¿qué pasó con lo del reloj? — what happened about the watch?
...y aquí no ha pasado nada —...and let's just forget the whole thing
siempre pasa igual or lo mismo — it's always the same
¿pasa algo? — is something the matter?
¿qué pasa? — what's the matter?, what's up? (colloq)
hola, Carlos! ¿qué pasa? — (fam) hi, Carlos! how's things o how's it going? (colloq)
son cosas que pasan — these things happen; (+ me/te/le etc)
¿qué te pasa? — what's the matter with you?
¿qué te pasó en el ojo? — what happened to your eye?
¿qué le pasa a la tele? — what's wrong with the TV?
por suerte a él no le pasó nada — fortunately, nothing happened to him
11) ( experimentar)pasar POR algo — por crisis/mala racha to go through something
12)a) (en naipes, juegos) to passb) (fam) ( rechazando algo)¿vas a tomar postre? - no, yo paso — are you going to have a dessert? - no, I think I'll give it a miss
paso de salir, estoy muy cansada — I don't feel like going out, I'm very tired (colloq)
c) (fam) ( expresando indiferencia)que se las arreglen, yo paso — they can sort it out themselves, it's not my problem
2.paso de él — (esp Esp) I don't give a damn o I couldn't care less what he does (colloq)
pasar vt1)a) ( hacer atravesar)b) ( por la aduana -legalmente) to take through; (- ilegalmente) to smugglec) ( hacer deslizar)a esto hay que pasarle una plancha — this needs a quick iron o run over with the iron
2) (exhibir, mostrar) <película/anuncio> to show3)a) (cruzar, atravesar) < frontera> to cross; <pueblo/ciudad> to go throughb) ( dejar atrás) <edificio/calle> to go pastc) (adelantar, sobrepasar) to overtakepasar A algo — to overtake something, to get past something
está altísimo, ya pasa a su padre — he's really tall, he's already overtaken his father
4) <examen/prueba> to pass5) <página/hoja> to turn6) (fam) ( tolerar)a ese tipo no lo paso — I can't stand o take that guy (colloq)
no podía pasar aquella sopa — I couldn't stomach o eat that soup
pasar por alto — <falta/error> to overlook, forget about; tema/punto to leave out, omit
7) ( transcribir)tendré que pasar la carta — I'll have to write o copy the letter out again
¿me pasas esto a máquina? — could you type this for me?
8) (entregar, hacer llegar)¿me pasas el martillo? — can you pass me the hammer?
9) <gripe/resfriado> to giveme lo pasó a mí — he gave it to me, he passed it on to me
10)a) < tiempo> to spendb) ( con idea de continuidad)11)a) (sufrir, padecer) penalidades/desgracias to go through, to sufferestá pasando una mala racha — he's going through bad times o (BrE) a bad patch
pasé mucho miedo/frío — I was very frightened/cold
b)pasarlo or pasarla bien — to have a good time
3.¿qué tal lo pasaste en la fiesta? — did you have a good time at the party?, did you enjoy the party?
1) pasarse v pron2) ( cambiarse)3)a) ( ir demasiado lejos)nos pasamos, el banco está más arriba — we've gone too far, the bank isn't as far down as this
b) (fam) ( excederse) to go too farse pasó con la sal — he overdid the salt (colloq)
se pasó de listo — he tried to be too clever (colloq)
c) (CS fam) ( lucirse)4)a) peras/tomates to go bad, get overripe; carne/pescado to go off, go bad; leche to go off, go sourb) (recocerse): arroz/pasta to get overcooked5)a) ( desaparecer) efecto to wear off; dolor to go away; (+ me/te/le etc)ya se me pasó el dolor — the pain's gone o eased now
espera a que se le pase el enojo — wait until he's calmed o cooled down
b) ( transcurrir)el año se ha pasado muy rápido — this year has gone very quickly; (+ me/te/le etc)
6) (+ me/te/le etc)a) ( olvidarse)b) ( dejar de notar)c) ( dejar escapar)7) (enf) ( estar)se pasó el domingo durmiendo — he spent the whole of Sunday evening sleeping; ver tb pasar verbo transitivo III 1b y 2b
8) (enf) (fam) (ir)¿podrías pasarte por el mercado? — could you go down to the market?
9) (refl)* * *= hand (over), pass, pass by, pass on, transfer, transmit, turn over + page, hand on, spend, transpire, pass out, turn over, slide over, pass along, get through, can't/couldn't be bothered, go + past, pass down, roll on, pass out, blow over, make + the cut, wear off, hand down.Ex: Eventually, teachers should be able to ' hand the chalk over to the students' and take a back seat.
Ex: Examination reveals positions on the cards where the light passes through all the cards in a stack.Ex: The days of needing to change into carpet slippers before going to such an area have thankfully passed by.Ex: If ignored, the problems are only passed on to all the users of the catalog: the public, the reference department, the acquisitions department, and naturally the cataloging department.Ex: Scope notes, on the order hand, may be present in a thesaurus but are unlikely to be transferred to an index.Ex: The system permits the requester to specify up to five potential lending libraries, and the system transmits the requests to these libraries one at a time.Ex: Turn over the page and you will find suggested analyses against which you can check your solution.Ex: Some experts have expressed grave doubts about the durability of contemporary literary and artistic works on paper and hence the possibility of handing on works of culture to future generations.Ex: Any funeral scene in a story inevitably conjures in myself memories of my childhood spent as the son of an undertaker.Ex: The 2nd is the fact that most information seeking transpires with little help from librarians, who have consistently failed to establish themselves as primary information professionals.Ex: At the Closing Session Danish flags were suddenly produced and passed out among the crowd who began waving them enthusiastically.Ex: Then he picked up about 2 cm. of type from the right-hand end of the uppermost line (i.e. the last word or two of the last line) with the thumb and forefinger of his right hand, read it, and dropped the pieces of type one by one into their proper boxes, turning over the old house.Ex: He had greeted her courteously, as was his wont, and had inquired if she minded his smoking; she told him to go ahead and slid over an ashtray.Ex: If the head of reference services does not pass along the information to the staff the reference librarians, by being uninformed, will undoubtedly not make as good an impression on the important city managers.Ex: I think that the so-called average person often exhibits a great deal of heroism in getting through an ordinary day.Ex: Consider for example, a teacher who doesn't change his password (ever!) or can't be bothered to log out, all the firewalls and antivirus programs in the world will not protect a school's network.Ex: Unfortunately, its conclusions are completely pedestrian, rarely going past the fact that there were old people in England in the late Middle Ages.Ex: The knowledge that has been passed down from generation to generation by sentient beings on this planet for aeons and aeons is quite impossible to fully comprehend.Ex: But to make matters worse, and as the drought rolls on, it is very likely that it won't rain again until October or November.Ex: Put a set of premises into such a device and turn the crank, and it will readily pass out conclusion after conclusion.Ex: During the bulk of that time, your liberal leaders grandly sat, waiting for various things to blow over.Ex: Naturally, the recruiters whose people were not chosen for the job wanted feedback as to why their candidates did not make the cut.Ex: We're all familiar with the idea of novelty value and how it wears off with time.Ex: A hunting guide while still in his teens, he learned his woodcraft first hand, absorbing lore handed down to him from his father.* a medida que pasaba el tiempo = as time passed (by), as time went by.* a medida que pasa el tiempo = as time goes by, as time passes (by).* a medida que pasa + Expresión Temporal = as + Expresión Temporal + go by.* a medida que + pasar + el año = as the year + wear on.* a medida que + pasar + el día = as the day + wear on.* ayudar a pasar por = get + Nombre + through.* cada día que pasa = each passing day.* conforme + pasar + el año = as the year + wear on.* conforme + pasar + el día = as the day + wear on.* dejar pasar = pass up, forego [forgo], let through.* dejar pasar a Alguien = let + Alguien + by.* dejar pasar Algo = put + Nombre + behind.* dejar pasar una oportunidad = forego + opportunity, miss + opportunity, pass up + opportunity, miss + chance.* desde..., pasando por..., hasta... = from..., through..., to....* día que pasa = passing day.* esa época ya pasó hace tiempo = that time is long past.* haber pasado por aquí antes = have been down this road before.* hacer a Alguien pasar vergüenza = embarrass.* hacer que Alguien las pase canutas = give + Nombre + a run for + Posesivo + money.* hacérselas pasar canutas a Alguien = have + Nombre + jump through the hoops.* hacérselas pasarlas canutas a Alguien = push + Nombre + to the edge.* hacérselas pasar negras a Alguien = have + Nombre + jump through the hoops.* hacerse pasar por = masquerade as, impersonate.* las cosas no pasan así como así = everything happens for a reason (and a purpose).* las cosas no pasan así porque sí = everything happens for a reason (and a purpose).* las cosas sólo pasan una vez = lightning never strikes twice.* lo que tenga que pasar, que pase = que sera sera, what's meant to be, will be, whatever will be, will be.* lugar donde pasar el rato = hang out.* no dejar pasar = keep out.* no dejar pasar la oportunidad = ride + the wave.* no pasar mucho tiempo antes de que + Subjuntivo = be not long before + Indicativo.* pasando a = moving on to.* pasar a = go on to, move on to, proceed to, shunt into, switch over, switch to, step onto, spill over into.* pasar a Alguien lo mismo que a = suffer + the fate of.* pasar a Alguien lo que a = suffer + the fate of.* pasar a cosas más agradables = on a happier note.* pasar a la clandestinidad = go into + hiding.* pasar a la era de = move into + the age of.* pasar a la historia = history in the making, go down in + history.* pasar a la historia como = go down as, go down in + history as, go down in + the history books as, go down in + the annals of history as.* pasar a la página + Número = turn to + page + Número.* pasar a la posteridad = go down to + posterity.* pasar a la posteridad como = go down to + posterity as.* pasar Algo a Alguien = turn + Algo + over to + Alguien.* pasar algo inesperado = things + take a turn for the unexpected.* pasar algún tiempo en = have + a turn at.* pasar al olvido = blow over.* pasar a los anales de la historia = go down in + history.* pasar a los anales de la historia como = go down in + history as, go down in + the history books as, go down in + the annals of history as.* pasar al primer plano = take + centre stage.* pasar al siguiente año fiscal = roll over.* pasar al siguiente nivel = move it up + a gear, take it up + a gear, notch it up + a gear, take it up + a notch, crank it up + a notch, crank it up + a gear, move it up + a notch.* pasar a mejor vida = bite + the dust, give up + the ghost.* pasar año(s) antes de que = be year(s) before.* pasar a ocupar el puesto de Alguien = step into + the shoes of, stand in + Posesivo + shoes.* pasar aprietos = feel + the pinch.* pasar apuros = struggle, pass through + adversity, have + a thin time, be under strain, bear + hardship, be hard pressed, feel + the pinch, have + a hard time, the wolves + be + at the door, have + a tough time.* pasar apuros económicos = lead + a precarious existence.* pasar a ser = become, develop into.* pasar a ser el centro de atención = come into + focus, take + centre stage.* pasar a ser inconcebible = render + inconceivable.* pasar a toda velocidad = whiz.* pasar a una situación económica más confortable = improve + Posesivo + lot.* pasar a vida mejor = lay + Nombre + low.* pasar casi rozando = skim.* pasar como una bala = whiz.* pasar de = get beyond.* pasar de... a... = proceed from... to..., move from... to....* pasar de... a = switch from... to..., go from... to..., swing between... and..., grow from... into/to.* pasar de contrabando = smuggle.* pasar de generación en generación = pass down from + generation to generation.* pasar de largo = bypass [by-pass].* pasar de largo rápidamente = race + past.* pasar de moda = drop out of + vogue, go out of + fashion, go out of + favour, go out of + date, go out of + vogue, fall out of + vogue, go out of + style, pass away, obsolesce, drop out of + circulation.* pasar desapercibido = be unnoticeable, go + unnoticed, lie + unnoticed, remain + unnoticed, slip by + unnoticed, become + unnoticeable, go + unrecognised, be an invisible fly on the wall, go + unnoted, lie + forgotten, sneak under + the radar.* pasar de una persona a otra = pass around.* pasar de uno a otro = change back and forth.* pasar de un sitio a otro = travel.* pasar dificultades = struggle, be under strain, bear + hardship, have + a difficult time, experience + difficult times, pass through + difficult times, face + difficult times.* pasar el invierno = winter, overwinter.* pasar el mochuelo = pass + the bucket.* pasar el muerto = pass + the bucket.* pasar el platillo = pass + the bucket (around).* pasar el rato = hang out.* pasar el rato con = kick + it with.* pasar el rato con los amigos = hang out with + Posesivo + friends.* pasar el relevo a = hand + the reins over to.* pasar el testigo = pass (on) + the torch, pass (on) + the baton.* pasar el tiempo = pass + the time, hang around, spend + Posesivo + days, hang about, hang out.* pasar el tiempo libre = spend + Posesivo + leisure, spend + Posesivo + leisure time.* pasar + Expresión Temporal = elapse + Expresión Temporal, go by + Expresión Temporal.* pasar hambre = suffer from + hunger, go + hungry, starve.* pasar hojas = page (through), turn + pages, flip + pages.* pasar hojas hacia atrás = page + backward.* pasar hojas hacia delante = page + forward.* pasar inadvertidamente = slip, creep + past, sneak + past.* pasar inadvertido = be unnoticeable, escape + notice, go + unnoticed, lie + unnoticed, remain + unnoticed, slip by + unnoticed, become + unnoticeable, go + unrecognised, go + unnoted, sneak under + the radar.* pasar la antorcha = hand over + the torch.* pasar la luna de miel = honeymoon.* pasar la noche = spend + the night, stay overnight.* pasar la página = turn over + page.* pasar la pantalla = scroll.* pasar la pelota = pass + the buck.* pasar la prueba = pass + muster.* pasarlas canutas = jump through + hoops, have + a devil of a time, be to hell and back.* pasarlas negras = jump through + hoops, have + a devil of a time.* pasarlas putas = jump through + hoops, be to hell and back.* pasar las riendas del poder a = hand + the reins over to.* pasar las vacaciones = vacation.* pasar llevando = take through.* pasarlo a lo grande = have + a ball, have + a whale of a time.* pasarlo bien = have + fun, be a great time.* pasarlo bomba = be a great time, have + a whale of a time.* pasarlo canutas intentando Hacer Algo = have + a heck of a time + trying.* pasarlo en grande = have + a ball, have + a whale of a time.* pasarlo genial = have + a whale of a time.* pasarlo mal = have + a thin time, have + a difficult time, experience + difficult times, pass through + difficult times, face + difficult times.* pasarlo muy mal = have + a tough time, have + a hard time.* pasarlo pipa = have + a whale of a time.* pasar los días = spend + Posesivo + days.* pasar miseria = the wolves + be + at the door.* pasar mucho tiempo antes de que = be a long time before.* pasar + Nombre + a = turn + Nombre + over to.* pasar penurias = suffer from + deprivation.* pasar poco a poco = slide into.* pasar por = cross, pass through, reach down, step through, go by, go through, pass for, pass across, run + Nombre + through + Nombre, make + Posesivo + way through, run through.* pasar por alto = bypass [by-pass], gloss over, miss, obviate, overlook, short-circuit [shortcircuit], skip over, leapfrog, pass + Nombre/Pronombre + by, flout, close + the door on, skip.* pasar por alto la autoridad de Alguien = go over + Posesivo + head.* pasar por alto rápidamente = race + past.* pasar por aquí = come by.* pasar por delante de = make + Posesivo + way past.* pasar por el acoso de = run + the gauntlet of.* pasar por el infierno = be to hell and back.* pasar por el lado de = make + Posesivo + way past.* pasar por encima = pass over.* pasar por encima de la cabeza = go over + Posesivo + head.* pasar por la mitad de = cut through.* pasar por muchas dificultades = be to hell and back.* pasar por un período de = go through + a period of.* pasar por un proceso de = go through + a process of.* pasar privaciones = suffer from + deprivation.* pasar rápidamente = run through, sweep by, sweep, flash across.* pasar rápidamente a = snap to.* pasar rápidamente por encima de = sweep across, swing over.* pasar registros a disco = transfer + records + to disc.* pasar revista = review.* pasarse = come by, drop in, overshoot, step over + the edge, go + overboard, go + too far.* pasarse Algo por el culo = not give a shit.* pasarse Algo por el forro = flout.* pasarse Algo por la entrepierna = not give a shit.* pasarse con = act + fresh with.* pasar sed = go + thirsty.* pasarse de = overstep.* pasarse de + Adjetivo = be too + Adjetivo + by half.* pasarse de la raya = cross + the line.* pasarse del límite = overrun [over-run].* pasárselo bien = have + a good time, have + a great time.* pasárselo en grande = enjoy + every minute of, love + every minute of it.* pasárselo fabuloso = have + a good time, have + a great time, have + a whale of a time.* pasárselo la mar de bien = have + a whale of a time, have + a great time.* pasárselo pipa = have + a great time.* pasarse por = drop by, stop by, mosey.* pasar sin = get along without, forego [forgo], do without, live without.* pasar sin Alguien = spare + Nombre Personal.* pasar sin comodidades = rough it.* pasar sin ser visto = sneak + past, sneak through, sneak under + the radar, go + unnoticed.* pasar + Tiempo = spend + time, spend + Tiempo.* pasar tiempo haciendo Algo = do + stint at.* pasar una crisis = face + crisis.* pasar una prueba = endure + ordeal, pass + a test, stand up.* pasar una prueba de sobra = pass with + flying colours.* pasar una tarjeta por un lector electrónico = swipe.* pasar un buen rato = disport + Reflexivo.* pasar un cuestionario = administer + questionnaire, carry out + questionnaire.* pasar un rato = say + hi.* pasar zumbando = whiz.* pase lo que pase = come what may, come rain or shine, rain or shine, come hell or high water.* por pasar el rato = (just) for the fun of (doing) it, (just) for the hell of (doing) it.* ¿Qué pasa? = What's up?.* que pasaba = passing.* que pasa desapercibido = inconspicuous.* ¿qué pasa si... ? = what if... ?.* que pase lo que tenga que pasar = que sera sera, whatever will be, will be, what's meant to be, will be.* quien no malgasta no pasa necesidades = waste not, want not.* sin haber pasado por la calandria = uncalendered.* ¡tener + que pasar por encima de + Posesivo + cadáver! = over + Posesivo + dead body.* tiempo + pasar = time + march on.* todavía no ha pasado lo mejor = the best is yet to come.* tratar de pasar desapercibido = keep + a low profile, lie + low.* tratar de pasar inadvertido = keep + a low profile, lie + low.* ver lo que pasa = take it from there/here.* * *pasar [A1 ]■ pasar (verbo intransitivo)A1 por un lugar2 deteniéndose en un lugar3 caber, entrarB1 transmitirse, transferirse2 comunicarC entrarD1 cambiar de estado, actividad, tema2 Educación3 indicando aceptabilidadE exceder un límiteF1 pasar por: ser tenido por2 pasar por: implicarA1 transcurrir2 terminarB arreglárselasSentido III ocurrir, sucederA1 en naipes, juegos2 rechazando una invitaciónB expresando indiferencia■ pasar (verbo transitivo)A1 hacer atravesar2 pasar por la aduana3 hacer recorrerB exhibir, mostrarC1 cruzar, atravesar2 adelantar, sobrepasarD aprobar: examenE dar la vuelta aF tolerar, admitirG transcribirH engañarA entregar, hacer llegarB contagiarA pasar: tiempo, día etcB1 sufrir, padecer2 pasarlo bien/mal■ pasarse (verbo pronominal)A cambiarseB1 ir demasiado lejos2 excederse3 lucirseC1 pasarse: comestibles2 CocinaA desaparecerB «tiempo»C olvidarseA enfático: con idea de continuidadB enfático: irC reflexivoviA1 (por un lugar) to come/go pastno ha pasado ni un taxi not one taxi has come/gone by o come/gone pastpasó un coche a toda velocidad a car passed at top speed, a car came/went past at top speed, a car shot o sped past¿a qué hora pasa el lechero? what time does the milkman come?no aparques aquí, que no pueden pasar otros coches don't park here, other cars won't be able to get pastno dejan pasar a nadie they're not letting anyone throughno dejes pasar esta oportunidad don't miss this chancepasar de largo to go right o straight pastel autobús venía completo y pasó de largo the bus was full and didn't stop o went right o straight past without stoppingpasó de largo sin siquiera saludar she went right o straight past o ( colloq) she sailed past without even saying hellopasar POR algo to go THROUGH sthal pasar por la aduana when you go through customsprefiero no pasar por el centro I'd rather not go through the city centerel Tajo pasa por Aranjuez the Tagus flows through Aranjuezhay un vuelo directo, no hace falta pasar por Miami there's a direct flight so you don't have to go via Miami¿este autobús pasa por el museo? does this bus go past the museum?¿el 45 pasa por aquí? does the number 45 come this way/stop here?pasamos justo por delante de su casa we went right past her housepasaba por aquí y se me ocurrió hacerte una visita I was just passing by o I was in the area and I thought I'd drop in and see youni me pasó por la imaginación que fuese a hacerlo it didn't even occur to me o it didn't even cross my mind that she would do itel país está pasando por momentos difíciles these are difficult times for the country2 (deteniéndose en un lugar) pasar POR:¿podríamos pasar por el supermercado? can we stop off at the supermarket?de camino tengo que pasar por la oficina I have to drop in at o stop by the office on the waypase usted por caja please go over to the cashierpasa un día por casa why don't you drop o come by the house sometime?pasar A + INF:puede pasar a recogerlo mañana you can come and pick it up tomorrowpasaremos a verlos de camino a casa we'll drop by o stop by and see them on the way home, we'll call in o drop in and see them on the way home3(caber, entrar): no creo que pase por la puerta, es demasiado ancho I don't think it'll go through o I don't think we'll get it through the door, it's too wideesta camiseta no me pasa por la cabeza I can't get this T-shirt over my headB1(transmitirse, transferirse): la humedad ha pasado a la habitación de al lado the damp has gone through to the room next doorel título pasa al hijo mayor the title passes o goes to the eldest sonla carta ha ido pasando de mano en mano the letter has been passed around (to everyone)2(comunicar): te paso con Javier (en el mismo teléfono) I'll let you speak to Javier, I'll hand o pass you over to Javier; (en otro teléfono) I'll put you through to JavierC (entrar — acercándose al hablante) to come in; (— alejándose del hablante) to go inpasa, no te quedes en la puerta come (on) in, don't stand there in the doorway¿se puede? — pase may I come in? — yes, please do¡que pase el siguiente! next, please!ha llegado el señor Díaz — hágalo pasar Mr Díaz is here — show him in please¡no pasarán! ( fr hecha); they shall not pass!pueden pasar al comedor you may go through into the dining room¿puedo pasar al baño? may I use the bathroom please?¿quién quiere pasar al pizarrón? ( AmL); who's going to come up to the blackboard?D1 (cambiar de estado, actividad, tema) pasar ( DE algo) A algo:en poco tiempo ha pasado del anonimato a la fama in a very short space of time she's gone o shot from obscurity to famepasó del quinto al séptimo lugar she went o dropped from fifth to seventh placeahora pasa a tercera ( Auto) now change into thirdpasa a la página 98 continued on page 98pasando a otra cosa … anyway, to change the subject …pasar A + INF:el equipo pasa a ocupar el primer puesto the team moves into first placepasó a formar parte del equipo en julio she joined the team in Julymás tarde pasó a tratar la cuestión de los impuestos later he went on to deal with the question of taxespasamos a informar de otras noticias de interés now, the rest of the news2 ( Educación):Daniel ya pasa a tercero Daniel will be starting third grade next semester ( AmE), Daniel will be going into the third year next term ( BrE)si pasas de curso te compro una bicicleta if you get through o pass your end-of-year exams, I'll buy you a bicycle3(indicando aceptabilidad): no está perfecto, pero puede pasar it's not perfect, but it'll dopor esta vez (que) pase, pero que no se repita I'll let it pass o go this time, but don't let it happen againE (exceder un límite) pasar DE algo:no pases de 100 don't go over 100fue un pequeño desacuerdo pero no pasó de eso it was nothing more than a slight disagreement, we/they had a slight disagreement, but it was nothing more than thatestuvo muy cortés conmigo pero no pasó de eso he was very polite, but no moretengo que escribirle, de hoy no pasa I must write to him today without failestá muy grave, no creo que pase de hoy he's very ill, I don't think he'll last another dayyo diría que no pasa de los 30 I wouldn't say he was more than 30al principio no pasábamos de nueve empleados there were only nine of us working there/here at the beginningno pasan de ser palabras vacías they are still nothing but empty words o still only empty words1(ser tenido por): pasa por tonto, pero no lo es he might look stupid, but he isn'tpodrían pasar por hermanas they could pass for sistersse hacía pasar por médico he passed himself off as a doctorse hizo pasar por mi padre he pretended to be my father2 (implicar) to lie inla solución pasa por la racionalización de la industria the solution lies in the rationalization of the industryA «tiempo»1(transcurrir): ya han pasado dos horas y aún no ha vuelto it's been two hours now and she still hasn't come back¡cómo pasa el tiempo! doesn't time fly!por ti no pasan los años you look as young as everpasaban las horas y no llegaba the hours went by o passed and still he didn't come2(terminar): menos mal que el invierno ya ha pasado thank goodness winter's overya ha pasado lo peor the worst is over nowno llores, ya pasó don't cry, it's all right now o it's all over nowB(arreglárselas): ¿compro más o podemos pasar con esto? shall I buy some more or can we get by on o make do with this?sin electricidad podemos pasar, pero sin agua no we can manage o do without electricity but not without waterSentido III (ocurrir, suceder) to happendéjame que te cuente lo que pasó let me tell you what happenedclaro que me gustaría ir, lo que pasa es que estoy cansada of course I'd like to go, only I'm really tired o it's just that I'm really tiredlo que pasa es que el jueves no voy a estar the thing is o the problem is I won't be here on Thursdayiré pase lo que pase I'm going whatever happens o come what may¿qué pasó con lo del reloj? what happened about the watch?ahora se dan la mano y aquí no ha pasado nada now just shake hands and let's forget the whole thingen este pueblo nunca pasa nada nothing ever happens in this townsiempre pasa igual or lo mismo it's always the same¿qué pasa? ¿por qué estás tan serio? what's up o what's the matter? why are you looking so serious?se lo dije yo ¿pasa algo? I told him, what of it o what's it to you? ( colloq), I told him, do you have a problem with that? ( colloq)no te hagas mala sangre, son cosas que pasan don't get upset about it, these things happen(+ me/te/le etc): ¿qué te ha pasado en el ojo? what have you done to your eye?, what's happened to your eye?¿qué le pasará a Ricardo que tiene tan mala cara? I wonder what's up with o what's the matter with Ricardo? he looks terrible ( colloq)¿qué te pasa que estás tan callado? why are you so quiet?¿qué le pasa a la lavadora que no centrifuga? why isn't the washing machine spinning?no sé qué me pasa I don't know what's wrong o what's the matter with meeso le pasa a cualquiera that can happen to anybodyel coche quedó destrozado pero a él no le pasó nada the car was wrecked but he escaped unhurtA1 (en naipes, juegos) to passpaso, no tengo tréboles pass o I can't go, I don't have any clubs2 ( fam)(rechazando una invitación, una oportunidad): tómate otra — no, gracias, esta vez paso have another one — no thanks, I'll skip this one o I'll pass on this round ( colloq)¿vas a tomar postre? — no, yo paso are you going to have a dessert? — no, I think I'll give it a miss o no, I couldn'tpasar DE algo:esta noche paso de salir, estoy muy cansada I don't feel like going out tonight, I'm very tired ( colloq)B ( fam)(expresando indiferencia): que se las arreglen, yo paso they can sort it out themselves, it's not my problem o I don't want anything to do with itpasar DE algo:pasa ampliamente de lo que diga la gente she couldn't give a damn about o she couldn't care less what people say ( colloq)paso mucho de política I couldn't give a damn about politics ( colloq)mis padres pasan de mí my parents couldn't care less what I do/what happens to me■ pasarvtA1 (hacer atravesar) pasar algo POR algo:pasar la salsa por un tamiz put the sauce through a sieve, sieve the saucepasé la piña por la licuadora I put the pineapple through the blender, I liquidized o blended the pineapplepasa el cordón por este agujero thread the shoelace through this hole2(por la aduana): ¿cuántas botellas de vino se puede pasar? how many bottles of wine are you allowed to take through?los pillaron intentando pasar armas they were caught trying to smuggle o bring in arms3ven aquí, que te voy a pasar un peine come here and let me give your hair a quick comb o let me put a comb through your hairpásale un trapo al piso give the floor a quick wipe, wipe the floor downpasarlo primero por harina first dip it in floura esto hay que pasarle una plancha this needs a quick iron o ( colloq) a quick once-over o run over with the ironB (exhibir, mostrar) ‹película/anuncio› to showlas chicas que pasaron los modelos the girls who modeled the dressesC1 (cruzar, atravesar) ‹frontera› to crosspasaron el río a nado they swam across the riveresa calle la pasamos hace rato we went past o we passed that street a while back¿ya hemos pasado Flores? have we been through Flores yet?2 (adelantar, sobrepasar) to overtakea ver si podemos pasar a este camión why don't we overtake o get past o pass this truck?está altísimo, ya pasa a su padre he's really tall, he's already overtaken his fatherD (aprobar) ‹examen/prueba› to passE (dar la vuelta a) ‹página/hoja› to turnF ( fam)(tolerar, admitir): esto no te lo paso I'm not letting you get away with thisel profesor no te deja pasar ni una the teacher doesn't let you get away with anythinga ese tipo no lo paso or no lo puedo pasar I can't stand o take that guy ( colloq)yo el Roquefort no lo paso I can't stand Roquefort, I hate Roquefortno podía pasar aquella sopa grasienta I couldn't stomach o eat that greasy souppasar por alto ‹falta/error› to overlook, forget about; (olvidar, omitir) to forget, leave out, omit, overlookG(transcribir): tendré que pasar la carta I'll have to write o copy the letter out again¿me pasas esto a máquina? could you type this for me?se cree que me va a pasar a mí he thinks he can put one over on meA(entregar, hacer llegar): cuando termines el libro, pásaselo a Miguel when you finish the book, pass it on to Miguel¿me pasas el martillo? can you pass me the hammer?¿han pasado ya la factura? have they sent the bill yet?, have they billed you/us yet?le pasó el balón a Gómez he passed the ball to Gómezel padre le pasa una mensualidad she gets a monthly allowance from her father, her father gives her a monthly allowanceB (contagiar) ‹gripe/resfriado› to givese lo pasé a toda la familia I gave it to o passed it on to the whole familyA ‹tiempo› to spendvamos a pasar las Navidades en casa we are going to spend Christmas at homefuimos a Toledo a pasar el día we went to Toledo for the dayB1(sufrir, padecer): pasaron muchas penalidades they went through o suffered a lot of hardshippasé mucho miedo I was very frightened¿pasaste frío anoche? were you cold last night?pasamos hambre en la posguerra we went hungry after the warno sabes las que pasé yo con ese hombre you've no idea what I went through with that man2pasarlo or pasarla bien/mal: lo pasa muy mal con los exámenes he gets very nervous o ( colloq) gets in a real state about exams¿qué tal lo pasaste en la fiesta? did you have a good time at the party?, did you enjoy the party?■ pasarseA(cambiarse): pasarse al enemigo/al bando contrario to go over to the enemy/to the other sidequeremos pasarnos a la otra oficina we want to move to the other officeB1(ir demasiado lejos): nos hemos pasado, el banco está más arriba we've gone too far, the bank isn't as far down as thisnos pasamos de estación/parada we missed o went past our station/stop2 ( fam) (excederse) to go too faresta vez te has pasado you've gone too far this timeno te pases que no estoy para bromas that's enough o don't push your luck ( colloq), I'm not in the mood for jokesse pasaron con los precios they charged exorbitant prices, the prices they charged were way over the top o way out of line ( colloq)se pasó con la sal he put too much salt in it, he overdid the salt ( colloq)pasarse DE algo:se pasó de listo he tried to be too clever ( colloq)te pasas de bueno you're too kind for your own good3(CS fam) (lucirse): ¡te pasaste! esto está riquísimo you've excelled yourself! this is really delicious ( colloq)se pasó con ese gol that was a fantastic goal he scored ( colloq)C1 «peras/tomates» to go bad, get overripe; «carne/pescado» to go off, go bad; «leche» to go off, go sourestos plátanos se están pasando these bananas are starting to go bad o to get overripe2 ( Cocina):se va a pasar el arroz the rice is going to spoil o get overcookedno lo dejes pasar de punto don't let it overcookSentido II (+ me/te/le etc)A(desaparecer): ya se me pasó el dolor the pain's gone o eased nowespera a que se le pase el enojo wait until he's calmed o cooled downhasta que se le pase la fiebre until her temperature goes downB«tiempo»: sus clases se me pasan volando her classes seem to go so quicklyse me pasaron las tres horas casi sin enterarme the three hours flew by almost without my realizingC(olvidarse): lo siento, se me pasó totalmente I'm sorry, I completely forgot o it completely slipped my mindse me pasó su cumpleaños I forgot his birthdayA ( enfático)(con idea de continuidad): se pasa meses sin ver a su mujer he goes for months at a time o he goes months without seeing his wife, he doesn't see his wife for months on endse pasa hablando por teléfono ( AmL); he's always on the telephoneme pasé toda la noche estudiando I was up all night studyinges capaz de pasarse el día entero sin probar bocado he can quite easily go the whole day without having a thing to eat¿podrías pasarte por el mercado? could you go down to the market?, could you pop o nip down to the market? ( BrE colloq)C ( reflexivo):se pasó la mano por el pelo he ran his fingers through his hairni siquiera tuve tiempo de pasarme un peine I didn't even have time to run a comb through my hair o ( BrE) to give my hair a comb* * *
pasar ( conjugate pasar) verbo intransitivo
1
◊ no ha pasado ni un taxi not one taxi has come/gone past;
los otros coches no podían pasar the other cars weren't able to get past;
no dejan pasar a nadie they're not letting anyone through;
pasar de largo to go right o straight past;
pasar por la aduana to go through customs;
es un vuelo directo, no pasa por Miami it's a direct flight, it doesn't go via Miami;
¿este autobús pasa por el museo? does this bus go past the museum?;
pasamos por delante de su casa we went past her house;
pasaba por aquí y … I was just passing by o I was in the area and …b) ( deteniéndose en un lugar):◊ ¿podríamos pasar por el banco? can we stop off at the bank?;
pasa un día por casa why don't you drop o come by the house sometime?;
puede pasar a recogerlo mañana you can come and pick it up tomorrow
[ humedad] to go through from one side to the otherd) ( caber):
2 ( entrar — acercándose al hablante) to come in;
(— alejándose del hablante) to go in;◊ pase, por favor please, do come in;
¡que pase el siguiente! next, please!;
haga pasar al Sr Díaz show Mr Díaz in please
3
b) ( comunicar):
( en otro teléfono) I'll put you through to Javier
4a) (Educ) to pass;◊ pasar de curso to get through o pass one's end-of-year examsb) ( ser aceptable):◊ no está perfecto, pero puede pasar it's not perfect, but it'll do;
por esta vez, (que) pase I'll let it pass o go this time
5
a) ( ser tenido por):
ver tb hacerse II 3
( suceder) to happen;
lo que pasa es que… the thing o the problem is …;
pase lo que pase whatever happens, come what may;
siempre pasa igual or lo mismo it's always the same;
¿qué pasa? what's the matter?, what's up? (colloq);
¿qué te pasa? what's the matter with you?;
¿qué te pasó en el ojo? what happened to your eye?;
¿qué le pasa a la tele? what's wrong with the TV?;
eso le pasa a cualquiera that can happen to anybody;
no le pasó nada nothing happened to him
1 ( transcurrir) [tiempo/años] to pass, go by;◊ pasaron muchos años many years went by o passed;
ya han pasado dos horas it's been two hours now;
un año pasa muy rápido a year goes very quickly;
¡cómo pasa el tiempo! doesn't time fly!
2 ( cesar) [crisis/mal momento] to be over;
[ efecto] to wear off;
[ dolor] to go away
3 ( arreglárselas) pasar sin algo to manage without sth
verbo transitivo
1
‹pueblo/ciudad› to go through
2a) ( hacer atravesar) pasar algo POR algo to put sth through sth;
(— ilegalmente) to smuggle
3 ( hacer recorrer):
pásale un trapo al piso give the floor a quick wipe;
hay que pasarle una plancha it needs a quick iron
4 (exhibir, mostrar) ‹película/anuncio› to show
5 ‹examen/prueba› to pass
6 ‹página/hoja› to turn;
‹tema/punto› to leave out, omit
1 (entregar, hacer llegar):
¿me pasas el martillo? can you pass me the hammer?
2 ( contagiar) to give, to pass on
1
fuimos a Toledo a pasar el día we went to Toledo for the dayb) ( con idea de continuidad):
pasa todo el día al teléfono she spends all day on the phone
◊ ¿qué tal lo pasaste en la fiesta? did you have a good time at the party?, did you enjoy the party?;
lo pasé mal I didn't enjoy myself
2 (sufrir, padecer) ‹penalidades/desgracias› to go through, to suffer;◊ pasé mucho miedo/frío I was very frightened/cold
pasarse verbo pronominal
1 ( cambiarse):
2
esta vez te has pasado (fam) you've gone too far this time
¿podrías pasarte por el mercado? could you go down to the market?
3
[carne/pescado] to go off, go bad;
[ leche] to go off, go sour
1
[ dolor] to go away;
(+ me/te/le etc)◊ ya se me pasó el dolor the pain's gone o eased now;
espera a que se le pase el enojo wait until he's calmed o cooled downb) ( transcurrir):
ver tb pasar verbo transitivo III 1
2 (+ me/te/le etc)a) ( olvidarse):
b) ( dejar escapar):
pasar
I verbo transitivo
1 to pass
2 (trasladar) to move
3 (dar) to pass, give: no me pasó el recado, he didn't give me the message
4 (hojas de libro) to turn
5 (el tiempo, la vida) to spend, pass
6 (soportar, sufrir) to suffer, endure: está pasando una crisis personal, she's going through a personal crisis
pasamos sed y calor, we suffered thirst and heat
7 (río, calle, frontera) to cross
8 (tragar) to swallow
9 (tolerar, aguantar) to bear
10 (introducir) to insert, put through
11 (un examen, una eliminatoria) to pass
12 Cine to run, show: este sábado pasan Ben Hur, they're putting Ben Hur on this Saturday
II verbo intransitivo
1 to pass: ¿a qué hora pasa el tren?, what time does the train pass?
Cervantes pasó por aquí, Cervantes passed this way
ya pasó, it has already passed
pasar de largo, to go by (without stopping)
2 (entrar) to come in
3 (ser tolerable) to be acceptable: no está mal, puede pasar, it isn't bad, it will do
4 (exceder) to surpass: no pases de los 70 km/h, don't exceed 70 km/h
5 (a otro asunto) to go on to
pasar a ser, to become
6 (tiempo) to pass, go by
7 (arreglarse, apañarse) pasar sin, to do without: puedo pasar sin coche, I can manage without a car
8 fam (no tener interés, prescindir) pasa de lo que digan, don't mind what they say
paso de ir al cine, I'll give the cinema a miss
9 (suceder) to happen: ¿qué pasa?, what's going on?
¿qué le pasa?, what's the matter with him?
pase lo que pase, whatever happens o come what may
♦ Locuciones: pasar algo a limpio, to make a fair copy of sthg
pasarlo bien/mal, to have a good/difficult time
pasar por, to put up with: paso por que me digas que estoy gorda, pero no pienso tolerar que me amargues cada comida, I can handle you calling me fat, but I'm not having you ruin every single meal for me
pasar por alto, to overlook: pasaré por alto esa observación, I'll just ignore that remark
' pasar' also found in these entries:
Spanish:
achicharrarse
- ahorrar
- amarga
- amargo
- aro
- blanca
- blanco
- bondad
- cabalgata
- cadáver
- calor
- cocerse
- colar
- desapercibida
- desapercibido
- desfilar
- deslizar
- entretenerse
- historia
- inadvertida
- inadvertido
- inri
- mayor
- meneo
- noche
- penalidad
- posibilidad
- privación
- rato
- relámpago
- revista
- rozar
- salvar
- suceder
- superar
- suplantar
- suprimir
- tamiz
- tener
- tesorería
- tirarse
- torniquete
- trago
- verter
- vestidura
- vicaría
- vida
- vivir
- adiós
- alcanzar
English:
ask in
- bootleg
- bring in
- brush
- buck
- by
- call
- clamber
- clear
- come
- come by
- come on to
- decide on
- discount
- do without
- drag
- dread
- drive-through
- elapse
- embarrassment
- envisage
- envision
- fashion
- fill in
- fly
- fore
- gallop past
- get by
- get on to
- get onto
- get past
- get through
- gloss over
- go
- go along
- go by
- go on
- go out
- go through
- go under
- graze
- hand on
- hang out
- happen
- have
- hibernate
- hideous
- holiday
- Hoover
- hungry
* * *♦ vt1. [dar, transmitir] to pass;[noticia, aviso] to pass on;¿me pasas la sal? would you pass me the salt?;pásame toda la información que tengas give me o let me have all the information you've got;no se preocupe, yo le paso el recado don't worry, I'll pass on the message to him;páseme con el encargado [al teléfono] could you put me through to o could I speak to the person in charge?;le paso (con él) [al teléfono] I'll put you through (to him);Valdez pasó el balón al portero Valdez passed the ball (back) to the keeper;pasan sus conocimientos de generación en generación they pass down their knowledge from one generation to the next;el Estado le pasa una pensión she gets a pension from the State;pasar harina por un cedazo to sieve flour;pasar leche por el colador to strain milk;pasa la cuerda por ese agujero pass the rope through this hole;hay que pasar las maletas por la máquina de rayos X your luggage has to go through the X-ray machine;pase las croquetas por huevo coat the croquettes with egg;pasar el cepillo por el suelo to scrub the floor;pasa un paño por la mesa give the table a wipe with a cloth;se dedican a pasar tabaco de contrabando/inmigrantes ilegales por la frontera they smuggle tobacco/illegal immigrants across the borderme has pasado el resfriado you've given me your cold3. [cruzar] to cross;pasar la calle/la frontera to cross the road/border;pasé el río a nado I swam across the river4. [rebasar, sobrepasar] [en el espacio, tiempo] to go through;¿hemos pasado ya la frontera? have we gone past o crossed the border yet?;pasar un semáforo en rojo to go through a red light;al pasar el parque gire a su izquierda once you're past the park, turn left, turn left after the park;cuando el automóvil pase los primeros cinco años debe ir a revisión the car should be serviced after five years;ya ha pasado los veinticinco he's over twenty-five now;mi hijo me pasa ya dos centímetros my son is already two centimetres taller than me5. [adelantar] [corredores, vehículos] to overtake;pasa a esa furgoneta en cuanto puedas overtake that van as soon as you canhay que pasar todos estos libros al estudio we have to take all these books through to the study, we have to move all these books to the study7. [conducir adentro] to show in;el criado nos pasó al salón the butler showed us into the living-room8. [hacer avanzar] [páginas de libro] to turn;[hojas sueltas] to turn over;pasar página to make a fresh start9. [mostrar] [película, diapositivas, reportaje] to show10. [emplear] [tiempo] to spend;pasó dos años en Roma he spent two years in Rome;¿dónde vas a pasar las vacaciones? where are you going on holiday o US vacation?, where are you going to spend your holidays o US vacation?;pasé la noche trabajando I worked all night, I spent the whole night working;he pasado muy buenos ratos con él I've had some very good times with him11. [experimentar] to go through, to experience;pasar frío/miedo to be cold/scared;¿has pasado la varicela? have you had chickenpox?;¿qué tal lo has pasado? did you have a nice time?, did you enjoy yourselves?;pasarlo bien to enjoy oneself, to have a good time;¡que lo pases bien! have a nice time!, enjoy yourself!;lo hemos pasado muy mal últimamente we've had a hard time of it recently;Fampasarlas canutas to have a rough time12. [superar] to pass;muy pocos pasaron el examen/la prueba very few people passed the exam/test;hay que pasar un reconocimiento médico you have to pass a medical;no pasamos la eliminatoria we didn't get through the tieque me engañes no te lo paso I'm not going to let you get away with cheating me;este profesor no te deja pasar (ni) una you can't get away with anything with this teacher;pasar algo por alto [adrede] to pass over sth;[sin querer] to miss sth outyo te lo paso a máquina I'll type it up for you;pasar un documento Esp [m5] al ordenador o Am [m5] a la computadora to type o key a document (up) on the computerestán siempre tratando de pasarte con el vuelto they always try to short-change you o diddle you over the change♦ vi1. [ir, moverse] to pass, to go;vimos pasar a un hombre corriendo we saw a man run past;¿cuándo pasa el camión de la basura? when do the Br dustmen o US garbage collectors come?;deja pasar a la ambulancia let the ambulance past;¿me deja pasar, por favor? may I come past, please?;pasó por mi lado he passed by my side;he pasado por tu calle I went down your street;el autobús pasa por mi casa the bus passes in front of o goes past my house;¿qué autobuses pasan por aquí? which buses go past here?, which buses can you catch from here?;el Támesis pasa por Londres the Thames flows through London;yo sólo pasaba por aquí I was just passing by;pasaba por allí y entré a saludar I was in the area, so I stopped by to say hello;pasar de largo to go straight by2. [entrar] to go/come in;pasen por aquí, por favor come this way, please;lo siento, no se puede pasar sorry, you can't go in there/come in here;pasamos a un salón muy grande we entered a very large living-room;¿puedo pasar? may I come in?;¿puedo pasar al cuarto de baño? can I use the bathroom?;hazlos pasar show them in;RPpasar al pizarrón to go/come to the blackboard4. [acercarse, ir un momento] to pop in;pasaré por mi oficina/por tu casa I'll pop into my office/round to your place;pasa por la farmacia y compra aspirinas pop into the Br chemist's o US pharmacy and buy some aspirin;pasé a verla al hospital I dropped in at the hospital to see her;pase a por el vestido o [m5] a recoger el vestido el lunes you can come and pick the dress up on Monday5. [suceder] to happen;¿qué pasa aquí? what's going on here?;¿qué pasa? [¿qué ocurre?] what's the matter?;Fam [al saludar a alguien] how's it going?; Méx Fam¿qué pasó? [¿qué tal?] how's it going?;¿qué pasa con esas cervezas? where have those beers got to?, what's happened to those beers?;no te preocupes, no pasa nada don't worry, it's OK;aquí nunca pasa nada nothing ever happens here;¿qué le pasa? what's wrong with him?, what's the matter with him?;¿le pasó algo al niño? did something happen to the child?;¿qué te pasa en la pierna? what's wrong with your leg?;eso te pasa por mentir that's what you get for lying;lo que pasa es que… the thing is…;pase lo que pase whatever happens, come what may;siempre pasa lo mismo, pasa lo de siempre it's always the same;dense la mano y aquí no ha pasado nada shake hands and just forget the whole thing (as if it had never happened)6. [terminar] to be over;pasó la Navidad Christmas is over;ya ha pasado lo peor the worst is over now;cuando pase el dolor when the pain passes o stops;la tormenta ya ha pasado the storm is over now;el efecto de estos fármacos pasa enseguida these drugs wear off quickly7. [transcurrir] to go by;pasaron tres meses three months went by;cuando pase un rato te tomas esta pastilla take this tablet after a little while;¡cómo pasa el tiempo! time flies!8. [cambiar]pasar de… a… [de lugar, estado, propietario] to go o pass from… to…;pasamos del último puesto al décimo we went (up) from last place to tenth;pasa de la depresión a la euforia she goes from depression to euphoria;pasó a formar parte del nuevo equipo he joined the new team;pasar a [nueva actividad, nuevo tema] to move on to;pasemos a otra cosa let's move on to something else;ahora pasaré a explicarles cómo funciona esta máquina now I'm going to explain to you how this machine works;Alicia pasa a (ser) jefa de personal Alicia will become personnel manager;9. [ir más allá, sobrepasar]si pasas de 160, vibra el volante if you go faster than 160, the steering wheel starts to vibrate;yo creo que no pasa de los cuarenta años I doubt she's older than forty;no pasó de ser un aparatoso accidente sin consecuencias the accident was spectacular but no-one was hurt10. [conformarse, apañarse]pasar (con/sin algo) to make do (with/without sth);tendrá que pasar sin coche she'll have to make do without a car;¿cómo puedes pasar toda la mañana sólo con un café? how can you last all morning on just a cup of coffee?;no sabe pasar sin su familia he can't cope without his family11. [experimentar]hemos pasado por situaciones de alto riesgo we have been in some highly dangerous situations¡yo por ahí no paso! I draw the line at that!13. [ser considerado]pasa por ser uno de los mejores tenistas del momento he is considered to be one of the best tennis players around at the moment;hacerse pasar por alguien/algo to pretend to be sb/sth, to pass oneself off as sb/sthpaso de política I'm not into politics;¡ése pasa de todo! he couldn't care less about anything!;15. [en naipes] to passpor esta vez pase, pero que no vuelva a ocurrir I'll overlook it this time, but I don't want it to happen again* * *I v/t1 pass;pasar la mano por run one’s hand through2 el tiempo spend;para pasar el tiempo (in order) to pass the time;pasarlo bien have a good time;¡que lo pases bien!, ¡a pasarlo bien! enjoy yourself!, have fun o a good time!4 problemas, dificultades experienceovertake7 TELEC:le paso al Sr. Galvez I’ll put you through to Mr. Galvez8:pasar algo a máquina type sthII v/i1 ( suceder) happen;¿qué ha pasado? what’s happened?;¿qué pasa? what’s happening?, what’s going on?;¿qué te pasa? what’s the matter?;pase lo que pase whatever happens, come what may;ya ha pasado lo peor the worst is over;en el viaje nos pasó de todo fam just about everything happened on that trip, it was a very eventful trip2 en juegos pass3:¡pasa!, ¡pase usted! come in!;pasé a visitarla I dropped by to see her;pasar por go by;pasa por aquí come this way;pasé por la tienda I stopped off at the shop;pasaré por tu casa I’ll drop by your house4:dejar pasar oportunidad miss5 fam:pasar de alguien not want anything to do with s.o.;paso de ir al gimnasio I can’t be bothered to go to the gym6:pasar de los 60 años be over 60 (years old);pasar de moda go out of fashion;hacerse pasar por pass o.s. off as;poder pasar sin algo be able to get by o to manage without sth;puede pasar it’s OK, it’ll do* * *pasar vi1) : to pass, to go by, to come by2) : to come in, to enter¿se puede pasar?: may we come in?3) : to happen¿qué pasa?: what's happening?, what's going on?4) : to manage, to get by5) : to be over, to end6)pasar de : to exceed, to go beyond7)pasar por : to pretend to bepasar vt1) : to pass, to give¿me pasas la sal?: would you pass me the salt?2) : to pass (a test)3) : to go over, to cross4) : to spend (time)5) : to tolerate6) : to go through, to suffer7) : to show (a movie, etc.)8) : to overtake, to pass, to surpass9) : to pass over, to wipe uppasarlo bien orpasarla bien : to have a good timepasarlo mal orpasarla mal : to have a bad time, to have a hard timepasar por alto : to overlook, to omit* * *pasar vb¡pase! come in!2. (transcurrir) to pass / to go by4. (andar, moverse) to pass / to go past¿por dónde pasa el autobús? which way does the bus go?¿a qué hora pasa el tren? what time's the train?6. (cruzar) to cross¿me pasas la sal? can you pass the salt?8. (llevar, mover) to move9. (sufrir) to be / to have10. (aprobar) to pass11. (deslizar)12. (terminar) to be over13. (arreglárselas) to manage / to get by14. (ocurrir) to happen¿qué te ha pasado? what happened to you?¿qué pasa? what's going on? / what's the matter?15. (cambiar) to change / to go16. (exceder) to be overpasar / pasar de algo not to care / not to be bothered -
75 dinero
m.1 money.¿pagará con dinero o con tarjeta? will you be paying in cash or by credit card?andar bien/mal de dinero to be well off for/short of moneyuna familia de dinero a family of meansdinero contante (y sonante) hard cashdinero de curso legal legal tenderdinero en efectivo cashdinero electrónico e-cashdinero fácil easy moneydinero falso counterfeit moneydinero en metálico cashdinero negro undeclared income/paymentdinero sucio dirty moneydinero suelto loose change2 ready money, ready cash.* * *1 money2 (fortuna) wealth\andar bien de dinero to have plenty of moneyandar mal/escaso,-a de dinero to be short of moneyde dinero wealthy, richdinero llama dinero money makes moneyganar dinero a espuertas to make a pilehacer dinero to make moneytirar el dinero por la ventana to throw money down the draindinero contante (y sonante) ready money, cashdinero (en) efectivo cashdinero en metálico cashdinero falso counterfeit moneydinero negro/sucio dirty moneydinero suelto loose change, change* * *noun m.* * *SM money¿cuánto es en dinero finlandés? — how much is that in Finnish money?
el dinero lo puede todo — money can do anything, money talks
•
hacer dinero — to make money•
tirar el dinero — to throw money awaydinero barato — cheap money, easy money
dinero caro — dear money, expensive money (EEUU)
dinero en circulación — currency, money in circulation
dinero sucio — dirty money, money from crime
* * *masculino moneygente de dinero — well-off o wealthy people
dinero contante y sonante — (fam) hard cash
hacer dinero — to make money
tirar el dinero — (fam) to throw money away
* * *= hard currency, money [monies, -pl.], monies [money, -sing.], funds, wealth.Ex. This could also be attributed to limited hard currency or other means of international payment.Ex. DOBIS/LIBIS can then tell which borrowers owe the library money.Ex. Accurate records must be kept of all monies received and disbursed and normally the cash is balanced at weekly intervals.Ex. Funds received from federal or foundation grants are allocated for specific projects or programs on a one-time or temporary basis, and such funds are considered 'soft' money as compared to funds for permanently authorized positions.Ex. In rural areas, too, great variations in wealth exist side by side, from affluent farmers and landowners on the one hand, to extremely low-paid farm workers on the other.----* administrar dinero = manage + funds.* ahorrar dinero = save + money.* ahorrar un montón de dinero = save + a ton of money.* ahorro de dinero = savings in money.* andar apurado de dinero = be strapped for + cash.* andar corto de dinero = be strapped for + cash.* andar falto de dinero = be strapped for + cash.* andar (muy) apurado de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) corto de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) escaso de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) falto de dinero = be (hard) pressed for + money.* apoquinar dinero = shell out + money, fork over + money.* aprovechar mejor el dinero = get + more for + Posesivo + money.* apurado de dinero = strapped, cash strapped, financially strapped, short of money.* asignación de dinero público = tax support.* asignar dinero = commit + fund.* blanquear dinero = launder + money.* blanquear dinero sucio = launder + dirty money.* blanqueo de dinero = money laundering.* buena suma de dinero = hefty sum of money.* buen tocho de dinero = hefty sum of money.* casarse con alguien de dinero = marry into + money, marry + a fortune, marry + money.* casarse por dinero = marry + money.* cobro de dinero = collection of fees.* comprometer dinero = commit + money, lien + funds.* con poco dinero = on the cheap.* conseguir el dinero = come up with + the money.* contar dinero = count + money.* conversión en dinero = monetisation [monetization, -USA].* convertido a dinero = monetised [monetized, -pl.].* convertir en dinero = monetise [monetize, -USA].* corto de dinero = strapped, cash strapped, financially strapped, short of money.* costar dinero = cost + money, take + money.* costar muchísimo dinero = break + the bank.* culto al dinero = cult of money.* dar dinero = pay + money, donate + Posesivo + money.* dedicar dinero = dedicate + money.* de dinero = well-to-do, well-off.* derrochar dinero = waste + money.* derroche de dinero = waste of money, spending spree.* desembolsar dinero = disburse + cash, disburse + monies, shell out + money, shell out, fork over + money.* desperdicio de dinero = money waster.* despilfarrar dinero = squander + money.* despilfarro de dinero = spending spree.* destinado a ahorrar dinero = money-saving.* dinero atrae al dinero, el = riches attract riches.* dinero contante y sonante = readies, the ready.* dinero de bolsillo = pocket change, pocket money.* dinero + dedicarse a = money + go towards.* dinero del premio = prize money.* dinero del rescate = ransom money.* dinero de soborno = hush money.* dinero de sobra para otros gastos = disposable income.* dinero, el = green, the.* dinero electrónico = electronic money.* dinero en efectivo = cash.* dinero en metálico = cash.* dinero fácil = get-rich-quick.* dinero ganado con el sudor de la frente = hard-earned money.* dinero inesperado = windfall, windfall moneys.* dinero mal habido = ill-gotten gains.* dinero negro = undeclared income, grey money [gray money], black money.* dinero para acallar la conciencia = conscience money.* dinero para acallar la consciencia = conscience money.* dinero para caprichos = pin money.* dinero para gastos = per diem allowance.* dinero para gastos imprevistos = cash float, petty cash.* dinero para gastos iniciales = seeding money, seed money.* dinero para gastos personales = pocket change, pocket money.* dinero para pequeños gastos = out of pocket allowance.* dinero procedente de los impuestos = tax money (tax monies).* dinero propio = private means.* dinero público = public tax money, tax dollars, public money, public funds, public funding.* dinero público, el = public's dollars, the.* dinero que tanto ha costado ganar = hard-earned money.* dinero + ser para = money + go towards.* dinero sucio = dirty money.* dinero suelto = change, loose change.* dinero voluble = soft money.* donar dinero = donate + Posesivo + money.* el dinero es el origen de todos los males = money is the root of all evil.* el dinero es la fuente de todos los males = money is the root of all evil.* el dinero mueve al mundo = money makes the world go (a)round.* el dinero no crece en los árboles = money doesn't grow on trees.* encontrar el dinero = come up with + the money.* en dinero = monetised [monetized, -pl.].* escaso de dinero = cash strapped, financially strapped, be strapped for + cash, short of money, strapped.* estrategia que ahorra dinero = money saver.* falto de dinero = short of money, strapped, financially strapped, cash strapped.* financiado con dinero público = publicly financed, publicly funded [publicly-funded], public funded [public-funded].* ganar bastante dinero = make + good money, earn + good money.* ganar dinero = make + money, earn + money.* ganar mucho dinero = make + good money, earn + good money.* gastar dinero = expend + funds, spend + money.* gastarse más dinero = dig + deep.* gastarse un montón de dinero = lash out (on), go to + town on.* gasto de dinero = expenditure of money.* gastos que no suponen un gran desembolso de dinero = out-of-pocket costs.* grandes sumas de dinero = vast sums of money.* haber dinero de por medio = money + change hands.* hacer dinero = make + money.* hacer mucho dinero = make + good money.* ingreso de dinero = cash deposit.* interés por ganar dinero = profit motive.* invertir dinero = invest + money, commit + money.* invertir más dinero = dig + deep.* inyección de dinero = cash injection, injection of money.* inyectar dinero en = pump + money into.* inyectar dinero en la economía = pump + money into the economy.* malgastar dinero = waste + money.* mucho dinero = big bucks.* no escatimar dinero = lavish + money.* pagar dinero = fork over + money.* pagar una suma de dinero = pay + sum.* para hacer dinero = money-making.* pedir dinero prestado = borrow + money.* pérdida de dinero = cash drain.* por poco dinero = cheaply.* privilegio concedido por el dinero = moneyed privilege.* que ahorran dinero = dollar-saving.* quedarse sin dinero = run out of + cash.* recaudar dinero = pump prime + funds, raise + money, collect + money.* recolectar dinero = pass + the bucket (around).* remesa de dinero = remittance.* repartir dinero dadivosamente = shell out + money.* retirada de dinero = cash withdrawal.* retirar dinero = withdraw + cash.* reunir dinero = raise + money.* reunir el dinero = muster (up) + the cash.* reunir el dinero, encontrar el dinero = come up with + the money.* sabrosa suma de dinero, una = handsome sum of money, a.* sacar dinero = draw + cash, draw out + cash.* sacar el mayor partido al dinero de uno = get + the most for + Posesivo + money.* sacarle dinero a Alguien = wrestle + money from.* seguir malgastando el dinero = throw + good money after bad.* seguir tirando el dinero = throw + good money after bad.* ser una pérdida de dinero = be money and effort down the drain, throw + Posesivo + money down the drain, be money down the drain.* sin dinero = impecunious.* sin dinero en metálico = cashless.* suma de dinero = sum of money.* suma simbólica de dinero = symbolic sum of money.* tener dinero a punta pala = roll in + Dinero.* tirar dinero y esfuerzo por la borda = be money and effort down the drain.* tirar el dinero = throw + Posesivo + money down the drain.* tirar el dinero por la ventana = be money and effort down the drain, throw + Posesivo + money down the drain, be money down the drain.* transferencia de dinero = money transfer.* transferir dinero = transfer + money.* un montonazo de dinero = a huge amount of money.* un montón de dinero = a huge amount of money.* utilizar el dinero sabiamente = spend + wisely.* * *masculino moneygente de dinero — well-off o wealthy people
dinero contante y sonante — (fam) hard cash
hacer dinero — to make money
tirar el dinero — (fam) to throw money away
* * *el dinero= green, theEx: I've been living with it for nearly six years, so listen to the voice of experience -- the green will creep into your life and you will eventually hate it.
= hard currency, money [monies, -pl.], monies [money, -sing.], funds, wealth.Ex: This could also be attributed to limited hard currency or other means of international payment.
Ex: DOBIS/LIBIS can then tell which borrowers owe the library money.Ex: Accurate records must be kept of all monies received and disbursed and normally the cash is balanced at weekly intervals.Ex: Funds received from federal or foundation grants are allocated for specific projects or programs on a one-time or temporary basis, and such funds are considered 'soft' money as compared to funds for permanently authorized positions.Ex: In rural areas, too, great variations in wealth exist side by side, from affluent farmers and landowners on the one hand, to extremely low-paid farm workers on the other.* administrar dinero = manage + funds.* ahorrar dinero = save + money.* ahorrar un montón de dinero = save + a ton of money.* ahorro de dinero = savings in money.* andar apurado de dinero = be strapped for + cash.* andar corto de dinero = be strapped for + cash.* andar falto de dinero = be strapped for + cash.* andar (muy) apurado de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) corto de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) escaso de dinero = be (hard) pressed for + money.* andar (muy) falto de dinero = be (hard) pressed for + money.* apoquinar dinero = shell out + money, fork over + money.* aprovechar mejor el dinero = get + more for + Posesivo + money.* apurado de dinero = strapped, cash strapped, financially strapped, short of money.* asignación de dinero público = tax support.* asignar dinero = commit + fund.* blanquear dinero = launder + money.* blanquear dinero sucio = launder + dirty money.* blanqueo de dinero = money laundering.* buena suma de dinero = hefty sum of money.* buen tocho de dinero = hefty sum of money.* casarse con alguien de dinero = marry into + money, marry + a fortune, marry + money.* casarse por dinero = marry + money.* cobro de dinero = collection of fees.* comprometer dinero = commit + money, lien + funds.* con poco dinero = on the cheap.* conseguir el dinero = come up with + the money.* contar dinero = count + money.* conversión en dinero = monetisation [monetization, -USA].* convertido a dinero = monetised [monetized, -pl.].* convertir en dinero = monetise [monetize, -USA].* corto de dinero = strapped, cash strapped, financially strapped, short of money.* costar dinero = cost + money, take + money.* costar muchísimo dinero = break + the bank.* culto al dinero = cult of money.* dar dinero = pay + money, donate + Posesivo + money.* dedicar dinero = dedicate + money.* de dinero = well-to-do, well-off.* derrochar dinero = waste + money.* derroche de dinero = waste of money, spending spree.* desembolsar dinero = disburse + cash, disburse + monies, shell out + money, shell out, fork over + money.* desperdicio de dinero = money waster.* despilfarrar dinero = squander + money.* despilfarro de dinero = spending spree.* destinado a ahorrar dinero = money-saving.* dinero atrae al dinero, el = riches attract riches.* dinero contante y sonante = readies, the ready.* dinero de bolsillo = pocket change, pocket money.* dinero + dedicarse a = money + go towards.* dinero del premio = prize money.* dinero del rescate = ransom money.* dinero de soborno = hush money.* dinero de sobra para otros gastos = disposable income.* dinero, el = green, the.* dinero electrónico = electronic money.* dinero en efectivo = cash.* dinero en metálico = cash.* dinero fácil = get-rich-quick.* dinero ganado con el sudor de la frente = hard-earned money.* dinero inesperado = windfall, windfall moneys.* dinero mal habido = ill-gotten gains.* dinero negro = undeclared income, grey money [gray money], black money.* dinero para acallar la conciencia = conscience money.* dinero para acallar la consciencia = conscience money.* dinero para caprichos = pin money.* dinero para gastos = per diem allowance.* dinero para gastos imprevistos = cash float, petty cash.* dinero para gastos iniciales = seeding money, seed money.* dinero para gastos personales = pocket change, pocket money.* dinero para pequeños gastos = out of pocket allowance.* dinero procedente de los impuestos = tax money (tax monies).* dinero propio = private means.* dinero público = public tax money, tax dollars, public money, public funds, public funding.* dinero público, el = public's dollars, the.* dinero que tanto ha costado ganar = hard-earned money.* dinero + ser para = money + go towards.* dinero sucio = dirty money.* dinero suelto = change, loose change.* dinero voluble = soft money.* donar dinero = donate + Posesivo + money.* el dinero es el origen de todos los males = money is the root of all evil.* el dinero es la fuente de todos los males = money is the root of all evil.* el dinero mueve al mundo = money makes the world go (a)round.* el dinero no crece en los árboles = money doesn't grow on trees.* encontrar el dinero = come up with + the money.* en dinero = monetised [monetized, -pl.].* escaso de dinero = cash strapped, financially strapped, be strapped for + cash, short of money, strapped.* estrategia que ahorra dinero = money saver.* falto de dinero = short of money, strapped, financially strapped, cash strapped.* financiado con dinero público = publicly financed, publicly funded [publicly-funded], public funded [public-funded].* ganar bastante dinero = make + good money, earn + good money.* ganar dinero = make + money, earn + money.* ganar mucho dinero = make + good money, earn + good money.* gastar dinero = expend + funds, spend + money.* gastarse más dinero = dig + deep.* gastarse un montón de dinero = lash out (on), go to + town on.* gasto de dinero = expenditure of money.* gastos que no suponen un gran desembolso de dinero = out-of-pocket costs.* grandes sumas de dinero = vast sums of money.* haber dinero de por medio = money + change hands.* hacer dinero = make + money.* hacer mucho dinero = make + good money.* ingreso de dinero = cash deposit.* interés por ganar dinero = profit motive.* invertir dinero = invest + money, commit + money.* invertir más dinero = dig + deep.* inyección de dinero = cash injection, injection of money.* inyectar dinero en = pump + money into.* inyectar dinero en la economía = pump + money into the economy.* malgastar dinero = waste + money.* mucho dinero = big bucks.* no escatimar dinero = lavish + money.* pagar dinero = fork over + money.* pagar una suma de dinero = pay + sum.* para hacer dinero = money-making.* pedir dinero prestado = borrow + money.* pérdida de dinero = cash drain.* por poco dinero = cheaply.* privilegio concedido por el dinero = moneyed privilege.* que ahorran dinero = dollar-saving.* quedarse sin dinero = run out of + cash.* recaudar dinero = pump prime + funds, raise + money, collect + money.* recolectar dinero = pass + the bucket (around).* remesa de dinero = remittance.* repartir dinero dadivosamente = shell out + money.* retirada de dinero = cash withdrawal.* retirar dinero = withdraw + cash.* reunir dinero = raise + money.* reunir el dinero = muster (up) + the cash.* reunir el dinero, encontrar el dinero = come up with + the money.* sabrosa suma de dinero, una = handsome sum of money, a.* sacar dinero = draw + cash, draw out + cash.* sacar el mayor partido al dinero de uno = get + the most for + Posesivo + money.* sacarle dinero a Alguien = wrestle + money from.* seguir malgastando el dinero = throw + good money after bad.* seguir tirando el dinero = throw + good money after bad.* ser una pérdida de dinero = be money and effort down the drain, throw + Posesivo + money down the drain, be money down the drain.* sin dinero = impecunious.* sin dinero en metálico = cashless.* suma de dinero = sum of money.* suma simbólica de dinero = symbolic sum of money.* tener dinero a punta pala = roll in + Dinero.* tirar dinero y esfuerzo por la borda = be money and effort down the drain.* tirar el dinero = throw + Posesivo + money down the drain.* tirar el dinero por la ventana = be money and effort down the drain, throw + Posesivo + money down the drain, be money down the drain.* transferencia de dinero = money transfer.* transferir dinero = transfer + money.* un montonazo de dinero = a huge amount of money.* un montón de dinero = a huge amount of money.* utilizar el dinero sabiamente = spend + wisely.* * *moneyno llevaba nada de dinero encima I didn't have any money on mesiempre anda escaso de dinero he's always short of moneygente de dinero well-off o wealthy peopledinero contante y sonante ( fam); hard cashtirar el dinero ( fam); to throw money awayel dinero llama al dinero money begets money, money goes where money isCompuestos:hot moneypocket moneyold money● dinero efectivo or en efectivocashundeclared income ( o profits etc)dirty moneychange* * *
dinero sustantivo masculino
money;
gente de dinero well-off o wealthy people;
hacer dinero to make money;
dinero de bolsillo pocket money;
dinero (en) efectivo cash;
dinero suelto change;
dinero contante y sonante (fam) hard cash
dinero sustantivo masculino money
dinero en efectivo, cash
dinero negro, undeclared income
dinero suelto, (loose) change
♦ Locuciones: andar bien de dinero, to be well-off
andar mal de dinero, to be short of money
' dinero' also found in these entries:
Spanish:
acuciante
- ahorrarse
- alcanzar
- apurada
- apurado
- apuro
- arca
- barbaridad
- bastante
- billete
- blanquear
- blanqueo
- bolsillo
- braga
- buena
- bueno
- cambio
- cantidad
- cielo
- contante
- costar
- cuarta
- cuarto
- dar
- desplumar
- devolver
- escasa
- escaso
- estirar
- evadir
- evasión
- falsa
- falso
- flete
- fortuna
- gastar
- gasto
- girar
- gratificar
- hacer
- holgada
- holgado
- indemnización
- inversión
- invertir
- irse
- juntar
- limitación
- llevar
- llevarse
English:
account for
- administration
- advance
- advantage
- after
- allow
- amass
- amount
- appropriate
- aside
- ask for
- attraction
- badly
- bare
- beg
- blow
- boat
- borrower
- bread
- buck
- bundle
- buy
- cash
- cash box
- catch
- chain letter
- change
- chip in
- colour
- come in
- come into
- congregation
- contribute
- contribution
- contributor
- cough up
- credit
- cult
- dash
- dole out
- dough
- draw
- dud
- earn
- enough
- equate
- evenly
- exist
- extravagance
- extravagant
* * *dinero nmmoney;llevaba algo de dinero encima she had some money on her;¿pagará con dinero o con tarjeta? will you be paying in cash or by credit card?;una familia de dinero a family of means;se junta con gente de dinero she mixes with wealthy people;andar bien/mal de dinero to be well off for/short of money;hacer dinero to make money;hacer algo por dinero to do sth for money;tirar el dinero to waste money;(el) dinero llama a(l) dinero money goes where money isEcon dinero en circulación money in circulation;dinero circulante money in circulation;dinero contante (y sonante) hard cash;dinero de curso legal legal tender;dinero en efectivo cash;Informát dinero electrónico e-cash;dinero fácil easy money;dinero falso counterfeit money;dinero en metálico cash;dinero negro undeclared income/payment;dinero plástico plastic money;dinero sucio dirty money;dinero suelto loose change;Fin dinero a la vista call money* * *m money;andar oestar mal de dinero be short of money o cash;el dinero no hace la felicidad money doesn’t bring happiness* * *dinero nm: money* * *dinero n money¿tienes dinero? have you got any money? -
76 justo
adj.1 just, fair, fair-minded, impartial.2 fair, equitable, just.3 tight, fitting.4 exact, proper, correct, due.adv.1 just, exactly.2 justly, rightly.3 tightly, closely.m.Justo.pres.indicat.1st person singular (yo) present indicative of spanish verb: justar.* * *► adjetivo1 (persona, decisión) just, fair; (sentencia) just2 (ropa) tight3 (exacto) exact4 (escaso) just enough5 (preciso) exact, precise► nombre masculino,nombre femenino1 just person, fair person1 (en el preciso momento) just; (en el preciso lugar) right1 RELIGIÓN the just\ir justo,-a de dinero to be short of moneyir justo,-a de tiempo to be pressed for timejusto en ese momento just at that momentno es justo it isn't fair————————► adverbio1 (en el preciso momento) just; (en el preciso lugar) right* * *1. (f. - justa)adj.1) fair2) just3) exact2. adv.1) justly2) exactly* * *1. ADJ1) (=con justicia) [castigo, sentencia, solución, decisión, sociedad] fair, just; [juicio, premio, árbitro, juez] fair; [causa] justno es justo que ganen más los hombres que las mujeres — it's not fair that men should earn more than women
pero seamos justos... — but let's be fair...
un reparto más justo de la riqueza — a more equitable o just distribution of wealth
2) (=exacto) [precio, medidas] exactnació a los tres años justos de que terminara la guerra — he was born exactly three years after the war ended
3) (=preciso)encontró la palabra justa — she found exactly o just the right word
4) (=escaso)justo de: vamos un poco justos de tiempo — we're a bit pushed for time
el equipo ha llegado a estas alturas de la competición muy justo de fuerzas — the team have struggled to get this far in the competition
5) (=apretado) [ropa] tightel traje me queda o me viene o me está muy justo — the suit is very tight for o on me
entramos todos en el coche, pero muy justos — we all got into the car, but it was a real squeeze
2. ADV1) (=exactamente) [gen] just; [con cantidades] exactlyeso es justo lo que iba a decir — that's just o exactly what I was going to say
llegó justo cuando yo salía — she arrived just o exactly as I was leaving
su casa está justo enfrente del cine — his house is just o right opposite the cinema
¡justo! — that's it!, right!, exactly!
2) (=escasamente)vivir muy justo — to just manage to make ends meet, have only just enough to live on
3.SMPLlos justos — (Rel) the just
* * *I- ta adjetivo1) <persona/castigo/sociedad> just, fair; < causa> just2)a) ( exacto) <medida/peso/cantidad> exactson 5.000 pesetas justos — that's 5,000 pesetas exactly
buscaba la palabra justa — he was searching for exactly o just the right word
b) ( apenas suficiente)tener el dinero justo or tener lo justo para vivir — to have just enough to live on
c) ( ajustado)IIa) ( exactamente) justes justo lo que quería — it's just o exactly what I wanted
vive justo al lado — he lives just o right next door
y justo hoy que pensaba salir — and today of all days, when I was planning to go out
b) ( ajustado)me cupo todo, pero muy justo — I managed to get everything in, but only just
* * *I- ta adjetivo1) <persona/castigo/sociedad> just, fair; < causa> just2)a) ( exacto) <medida/peso/cantidad> exactson 5.000 pesetas justos — that's 5,000 pesetas exactly
buscaba la palabra justa — he was searching for exactly o just the right word
b) ( apenas suficiente)tener el dinero justo or tener lo justo para vivir — to have just enough to live on
c) ( ajustado)IIa) ( exactamente) justes justo lo que quería — it's just o exactly what I wanted
vive justo al lado — he lives just o right next door
y justo hoy que pensaba salir — and today of all days, when I was planning to go out
b) ( ajustado)me cupo todo, pero muy justo — I managed to get everything in, but only just
* * *justo11 = fair [fairer -comp., fairest -sup.], rightful, salt of the earth, just.Ex: It is hardly fair to assess the British Museum code by modern standards for catalogue codes.
Ex: Use of a library is a minority event since only a small segment of rightful users of a library really makes use of it.Ex: In the novel, residents of the drought-plagued hamlet of Champaner, egged on by a salt-of-the-earth hothead leader, recklessly accept a sporting challenge thrown down by the commander of the local British troops.Ex: Since neither position, in the extreme, represents a just or workable solution, a compromise must be introduced.* causa justa = good cause.* comercio justo = fair trade.* considerar en su justa medida = see + in proportion.* justo castigo = nemesis.* justo y equitativo = fair and equitable.* oportunidad justa = sporting chance.* pagar justos por pecadores = the innocent + suffer + for the guilty, throw + the baby out with the bath water.* palabra justa, la = mot juste, the.* recibir un trato justo = treat + fairly.* recompensa justa = just reward.* ser justo = play + fair.* ser justo con todos = give the devil his due.* ser justo hasta con el diablo = give the devil his due.* ser justo que = there + be + justice in.* una negociación justa = a square deal.* un trato justo = a square deal.justo2= squarely.Ex: Surveillance licensing is one question which falls squarely into the 'free movement of goods' category and does not involve the harmonization of the laws of member states.
* el futuro + estar + justo a la vuelta de la esquina = the future + be + just around the corner.* en el momento justo = on cue.* estar en el sitio justo en el momento preciso = be on the spot.* estar justo en medio de = stand + squarely in.* justo ahora = right now, just now.* justo a la vuelta de la esquina = just around the corner.* justo antes de = on the eve of, in the run up to, during the run up to.* justo antes (de que) = immediately before.* justo a tiempo = (just) in the nick of time, just in time, not a moment too soon, not a minute too soon.* justo de la misma manera que = in just the same way as.* justo después = immediately.* justo después de = right behind, right after, on the heels of, on the coattails of.* justo después de (que) = immediately after.* justo detrás de = right behind.* justo en = right in.* justo encima de = smack right on top of.* justo en el blanco = dead on target.* justo en el medio (de) = plumb in the middle (of).* justo en en centro (de) = plumb in the middle (of).* justo en ese momento = just then.* justo en la diana = dead on target.* justo entonces = immediately.* justo hasta = down to.* justo lo contrario de = quite the opposite of.* justo lo que se necesita = just the ticket, that's the ticket!.* justo + Preposición = right + Preposición.* ser justo lo que se necesita = be just the thing, be just the ticket, be just the job.* ser justo lo que Uno necesita = be (right) up + Posesivo + alley.* venir justo después de = come on + the heels of.* vivir con lo justo = live on + a shoestring (budget).* * *A ‹decisión/castigo/sentencia› fair, just; ‹persona/sociedad› just, fair; ‹causa› justB1(exacto): quedan 200 gramos justos there are exactly 200 grams leftme dio el dinero justo he gave me the right money o the right amount o the exact moneyson 30 euros justos that's 30 euros exactlyestamos los justos para una partida de cartas there's just the right number of us here for a game of cardsbuscaba la palabra justa he was searching for exactly o just the right word2(apenas suficiente): tenemos el tiempo justo we have just enough timetenemos el dinero justo or tenemos lo justo para vivir we have just enough to live onandan muy justos de dinero they're very short of money, money's very tightla comida estuvo un poco justa there was only just enough food3(ajustado): estos zapatos me quedan demasiado justos these shoes are too tight (for me)1 (exactamente) justes justo lo que quería it's just o exactly what I wantedvive justo al lado he lives just o right next door¡qué fastidio! y justo hoy que pensaba salir what a nuisance, and today of all days, when I was planning to go outsaltó justo a tiempo he jumped just in time o ( colloq) in the nick of timellegamos a lo justo we got there just in timellegó justito en ese momento ( fam); he arrived just o right at that very moment2(ajustado): con el sueldo que gana vive muy justo he only just manages to scrape by on what he earnsme cupo todo, pero muy justo I managed to get everything in, but only just* * *
justo 1◊ -ta adjetivo
1 ‹persona/castigo/sociedad› just, fair;
‹ causa› just
2
son 40 euros justas that's 40 euros exactly;
buscaba la palabra justa he was searching for exactly o just the right wordb) ( apenas suficiente):
andan muy justos de dinero they're very short of money;
teníamos las sillas justas we had just enough chairs for everybodyc) ( ajustado):
justo 2 adverbio
es justo lo que quería it's just o exactly what I wanted;
vive justo al lado he lives just o right next door;
y justo hoy que pensaba salir and today of all days, when I was planning to go outb) ( ajustado):
me cupo todo, pero muy justo I managed to get everything in, but only just
justo,-a
I adjetivo
1 just, fair, right
un castigo justo, a fair punishment
un hombre justo, a just man
2 (adecuado, idóneo) right, accurate
la palabra justa en el momento justo, the right word at the right time
3 (exacto) tengo tres horas justas, I've got just three hours
la medida justa, the exact measurement
4 (preciso) very: en ese justo momento apareció ella, she turned up at that very moment
5 (apretado) (ropa, tiempo) tight: estamos justos de tiempo, we're pressed for time 6 lo justo, just enough
II sustantivo masculino y femenino just o righteous person
los justos, the just, the righteous
III adverbio justo (exactamente) exactly, precisely, just
justo ahora, just now
justo al lado, right beside
justo lo que necesitaba, it's just what I needed
' justo' also found in these entries:
Spanish:
cada
- honesta
- honesto
- justa
- parcial
- pelada
- pelado
- derecho
- después
- momento
- quedar
- sobre
English:
bang
- bustling
- come on
- cue
- dead
- dip
- directly
- due
- fair
- front
- godsend
- jack up
- just
- need
- nemesis
- nick
- nightcap
- past
- retribution
- right
- right-minded
- right-thinking
- square
- square deal
- very
- across
- beyond
- by
- immediately
- make
- plant
- plumb
- pull
- rightful
- smack
- strike
- subsistence
- turn
* * *justo, -a♦ adj1. [equitativo] fair;luchó por una sociedad justa she fought for social justice;no es justo que tenga que hacerlo todo yo it isn't fair that I should have to do it all myself2. [merecido] [recompensa, victoria] deserved;[castigo] just;fue el justo campeón he was the deserved champion4. [exacto] exact;tengo el dinero justo para comprar el libro I've got exactly the right amount of o just enough money to buy the book;estamos los justos para jugar un partido de dobles there's just enough of us for a game of doubles5. [idóneo] right;no encuentro la palabra justa I can't find the right word6. [apretado, ceñido] tight;cabemos cinco, pero un poco justos there's room for five of us, but it's a bit of a squeezeestamos justos de leche we've barely o only just got enough milk;ando justo de dinero I haven't got much money at the moment;viven con lo justo they only just have enough to live on;le quedan las fuerzas justitas he has barely enough strength left;la comida fue muy justa there was barely enough food to go round8. Rel righteous♦ nmRellos justos the righteous;pagarán justos por pecadores the innocent will suffer instead of the guilty♦ adv1. [exactamente] just;justo a tiempo just in time, in the nick of time;justo en medio right in the middle;¿al lado del puente? – justo ahí by the bridge? – exactly o Br spot on2. [precisamente] just;vaya, justo ahora que llego yo se va todo el mundo honestly, everybody's leaving just as I get here* * *I adj1 just, fair2 ( exacto) right, exact;3:este vestido me está muy justo this dress is very tightII adv1 ( exactamente):justo a tiempo just in time;justo después right after, just after;justo en aquel momento just at that moment;¡justo! right!, exactly!2:aprobó muy justo he only just passed;lo justo just enoughlos justos the just pl* * *justo adv1) : justly2) : right, exactlyjusto a tiempo: just in time3) : tightlyjusto, -ta adj1) : just, fair2) : right, exact3) : tightestos zapatos me quedan muy justos: these shoes are too tightjusto, -ta n: just personlos justos: the just* * *justo1 adj1. (razonable) fair¡no es justo! it's not fair!2. (exacto) exact / rightme dio el dinero justo she gave me the right money / she gave me the exact money3. (escaso) just enough4. (apretado) tightjusto2 adv just / exactly -
77 ausgehen
v/i (unreg., trennb., ist -ge-)1. (weggehen, auch zum Vergnügen) go out; zum Essen ausgehen eat out; mein Vater ist ausgegangen my father’s out ( oder isn’t in); sie gehen wenig aus they hardly ever go out, they don’t go out much2. ausgehen von (kommen) von einem Ort: start from ( oder at); Anregung, Vorschlag: come from; Gefühl, Wärme: radiate, emanate; die Sache ging von ihm aus it was his idea; der Plan ging von der Regierung aus the government initiated the plan; von ihm geht eine Ruhe / Begeisterungsfähigkeit aus he radiates calm / enthusiasm3. fig.: ausgehen von (als Grundlage nehmen) take s.th. as a starting point; fig. bei einer Entscheidung etc. von etw. ausgehen base a decision etc. on s.th.; wenn wir davon ausgehen, dass... on the assumption that..., assuming that...; ich gehe davon aus, dass... I’m assuming that..., I’m working on the assumption that...; Sie dürfen davon ausgehen, dass... you can assume ( oder take it as read, Am. given) that...; Sie gehen von falschen Voraussetzungen aus you’re starting from false assumptions4. (resultieren) end, turn out; gut etc. ausgehen turn out well etc.; der Film geht gut / tragisch aus the film has a happy ending / the film has a tragic ending, the film ends tragically ( oder in tragedy); wie ist die Sache ausgegangen? how did it work out ( oder end up)?; wie ist das Spiel ausgegangen? how did the match (Am. game) end?; das Spiel ging 1:3 aus the match (Am. game) ended 1-3; unentschieden ausgehen end in a draw5. Geld, Vorrat etc.: run out; allmählich: run low; uns ging das Geld / der Gesprächsstoff etc. aus we ran out of money / things to say to each other; mir geht bald die Geduld ( mit ihr) aus I’m running out of patience (with her); ihm ging die Luft ( oder der Atem, umg. die Puste) aus he ran out of breath (fig. steam)6. Licht, Feuer etc.: go out; Dial. Kino, Schule etc.: finish8. ( straf) frei ausgehen go unprosecuted ( oder unpunished); get off (scot-free) umg.; leer ausgehen come away empty-handed, end up with nothing* * *(ausfallen) to fall out;(enden) to eventuate; to go out;(erlöschen) to go out;(herstammen) to emanate;(weggehen) to go out;(zu Ende gehen) to run out* * *aus|ge|hen sep irreg aux sein1. vi1) (=weggehen zum Vergnügen) to go out; (= spazieren gehen) to go out (for a walk)er geht selten aus — he doesn't go out much
ihm gehen die Haare aus — his hair is falling out
ihm gehen die Zähne aus — he is losing his teeth
von dem Platz gehen vier Straßen aus — four streets lead or go off (from) the square
von der Rede des Ministers ging eine große Wirkung aus — the minister's speech had a great effect
4) (=abgeschickt werden Post) to be sent offdie áúsgehende Post — the outgoing mail
5) (= zugrunde legen) to start out (von from)gehen wir einmal davon aus, dass... — let us assume that..., let us start from the assumption that...
wovon gehst du bei dieser Behauptung aus? — on what are you basing your statement?
davon kann man nicht áúsgehen — you can't go by that
6)áúsgehen — to be intent on sth
auf Gewinn áúsgehen — to be intent on making a profit
auf Eroberungen áúsgehen (hum inf) — to be out to make a few conquests
7) (=einen bestimmten Ausgang haben ESP SPORT) to end; (= ausfallen) to turn outgut/schlecht áúsgehen — to turn out well/badly; (Film etc) to end happily/unhappily; (Abend, Spiel) to end well/badly
8) (LING = enden) to end9)straffrei or straflos áúsgehen — to receive no punishment, to get off scot-free (inf)
leer áúsgehen (inf) — to come away empty-handed
10) (=zu Ende sein Vorräte etc) to run out; (dial Vorstellung, Schule etc) to finishmir ging die Geduld aus — I lost (my) patience
mir ging das Geld aus — I ran out of money
ihm ist die Luft or die Puste or der Atem ausgegangen (inf) (lit) — he ran out of breath or puff (Brit inf); (fig) he ran out of steam (inf); (finanziell) he ran out of funds
11) (= aufhören zu brennen) to go out12) (inf = sich ausziehen lassen) to come offdie nassen Sachen gehen so schwer aus — these wet things are so hard to take off
2. vr (Aus)es geht sich aus — it works out all right; (Vorräte, Geld etc) there is enough
* * *1) ((with well/badly) to be approved or disapproved of: The story went down well (with them).) go down2) (to become extinguished: The light has gone out.) go out3) (to go to parties, concerts, meetings etc: We don't go out as much as we did when we were younger.) go out4) (to be frequently in the company of (a person, usually of the opposite sex): I've been going out with her for months.) go out5) ((of a supply) to come to an end: The food has run out.) run out6) ((with of) to have no more: We've run out of money.) run out* * *aus|ge·henvi irreg Hilfsverb: sein1. (aus dem Haus gehen, sich vergnügen) to go outer ging aus, um Einkäufe zu machen we went out for shopping▪ ausgegangen sein to have gone out, to be out2. (sich vergnügen) to go outzum Essen \ausgehen to dine outgroß \ausgehen to go out in great style3. (abgehen)von dem Platz gehen vier Straßen aus four streets lead from [or off] the square4. (herrühren, vorgebracht werden)▪ von jdm \ausgehen to come from sbvon wem geht diese Idee aus? whose idea is this?5. (ausgestrahlt werden)▪ etw geht von jdm/etw aus sb/sth radiates sthvon dem Feuer geht ein warmer Schein aus the fire spreads a warm lightgroße Ruhe geht von ihr aus she radiates a feeling of great calm6. (enden) to end▪ gut/schlecht \ausgehen to turn out well/badly; Buch, Film to have a happy/sad end[ing]; Spiel to end well/badlyunentschieden \ausgehen to end in a drawin der ganzen Straße gingen die Lichter aus the whole street went blackmir ist schon wieder das Kaminfeuer/die Zigarette ausgegangen my cigarette/the fire has gone out again8. (zum Ausgangspunkt nehmen)▪ von etw dat \ausgehen Annahme to start [out] from sth; Person to take sth as a starting point; (zugrunde legen) to take sth as a basis; (basieren) to be based on sth; (annehmen) to assume sthwovon gehst du bei deiner Theorie aus? what are you basing your theory on?diese Theorie geht von der falschen Voraussetzung aus this theory is based on the wrong assumptiondavon kannst du nicht \ausgehen you can't go by thatdavon [o von der Annahme] \ausgehen, dass... to assume [or start [out] from the assumption] that...es ist davon auszugehen, dass... it can be assumed that...von der Tatsache/Vorstellung ausgehen, dass... to start [out] from the fact/idea that...9. (sich erschöpfen) to run outdas Brot ist ausgegangen there's no more bread▪ etw geht jdm aus sb runs out of sthuns ist das Brot ausgegangen we've run out of breaduns geht langsam das Geld aus we're running out of moneydeine guten Ausreden gehen dir wohl auch nie aus! (fam) you're never at a loss for a good excusemir geht [allmählich] die Geduld aus I'm losing [my] patienceihm ist die Luft [o (fam) Puste] ausgegangen he ran out of steam fam; (finanziell) he ran out of funds10. (ausfallen) to fall outjdm gehen die Haare/Zähne aus sb's hair is/sb's teeth are falling outdas Kleid geht beim Waschen aus the dress fades when you wash it▪ sich \ausgehen to be enoughes geht sich aus there's enoughdie Milch geht sich für den Kaffee noch aus there's [or we have] just enough milk for the coffeees geht sich aus, dass wir den Bus erreichen we'll manage to catch the bus* * *unregelmäßiges intransitives Verb; mit sein1) go out2) (fast aufgebraucht sein; auch fig.) run outihm geht der Atem od. die Luft od. (ugs.) die Puste aus — he is getting short or out of breath; he is running out of puff (Brit. coll.); (fig.): (er hat keine Kraft mehr) he is running out of steam; (fig.): (er ist finanziell am Ende) he is going broke (coll.)
3) (ausfallen) < hair> fall out4) (aufhören zu brennen) go out5) (enden) endgut/schlecht ausgehen — turn out well/badly; <story, film> end happily/unhappily
6) (herrühren)von jemandem/etwas ausgehen — come from somebody/something
7)von etwas ausgehen — (etwas zugrunde legen) take something as one's starting point
8)auf Abenteuer ausgehen — look for adventure
auf Eroberungen ausgehen — (scherzh.) set out or be aiming to make a few conquests; s. auch leer 1); straffrei
* * *ausgehen v/i (irr, trennb, ist -ge-)1. (weggehen, auch zum Vergnügen) go out;zum Essen ausgehen eat out;mein Vater ist ausgegangen my father’s out ( oder isn’t in);sie gehen wenig aus they hardly ever go out, they don’t go out much2.ausgehen von (kommen) von einem Ort: start from ( oder at); Anregung, Vorschlag: come from; Gefühl, Wärme: radiate, emanate;die Sache ging von ihm aus it was his idea;der Plan ging von der Regierung aus the government initiated the plan;von ihm geht eine Ruhe/Begeisterungsfähigkeit aus he radiates calm/enthusiasm3. fig:figvon etwas ausgehen base a decision etc on sth;wenn wir davon ausgehen, dass … on the assumption that …, assuming that …;ich gehe davon aus, dass … I’m assuming that …, I’m working on the assumption that …;Sie gehen von falschen Voraussetzungen aus you’re starting from false assumptions4. (resultieren) end, turn out;gut etcausgehen turn out well etc;der Film geht gut/tragisch aus the film has a happy ending/the film has a tragic ending, the film ends tragically ( oder in tragedy);wie ist die Sache ausgegangen? how did it work out ( oder end up)?;wie ist das Spiel ausgegangen? how did the match (US game) end?;das Spiel ging 1:3 aus the match (US game) ended 1-3;unentschieden ausgehen end in a drawuns ging das Geld/der Gesprächsstoff etcaus we ran out of money/things to say to each other;mir geht bald die Geduld (mit ihr) aus I’m running out of patience (with her);der Atem, umgaus he ran out of breath (fig steam)6. Licht, Feuer etc: go out; dial Kino, Schule etc: finish7. Haare, Federn etc: fall out;ihm gehen die Haare aus auch he’s losing his hair8.leer ausgehen come away empty-handed, end up with nothing9.auf etwas (akk)10.12. österr:* * *unregelmäßiges intransitives Verb; mit sein1) go out2) (fast aufgebraucht sein; auch fig.) run outihm geht der Atem od. die Luft od. (ugs.) die Puste aus — he is getting short or out of breath; he is running out of puff (Brit. coll.); (fig.): (er hat keine Kraft mehr) he is running out of steam; (fig.): (er ist finanziell am Ende) he is going broke (coll.)
3) (ausfallen) < hair> fall out4) (aufhören zu brennen) go out5) (enden) endgut/schlecht ausgehen — turn out well/badly; <story, film> end happily/unhappily
6) (herrühren)von jemandem/etwas ausgehen — come from somebody/something
7)von etwas ausgehen — (etwas zugrunde legen) take something as one's starting point
8)auf Eroberungen ausgehen — (scherzh.) set out or be aiming to make a few conquests; s. auch leer 1); straffrei
* * *v.to go out v.to outgo v. -
78 fondo
m.1 bottom.doble fondo false bottomsin fondo bottomlesssu popularidad ha tocado fondo their popularity has reached an all-time low o rock bottom2 back.3 depth.tener un metro de fondo to be one meter deep4 background.sobre fondo negro on a black backgroundal fondo in the background5 heart, bottom.llegar al fondo de to get to the heart o bottom ofel problema de fondo the underlying problemla cuestión de fondo the fundamental issue6 fund (finance) (de dinero).a fondo perdido non-returnablerecaudar fondos to raise fundsfondo de amortización sinking fundfondo de comercio goodwillfondo común kittyfondo de garantía de depósito deposit guarantee fundfondo de inversión investment fundfondo Monetario Internacional International Monetary Fundfondo de pensiones pension fundfondos reservados = contingency funds available to ministries, for which they do not have to account publicly7 catalog, collection.fondo editorial backlist8 reason, basis (fundamento).9 substance.10 stamina (sport) (resistencia).de fondo long-distancede medio fondo middle-distance11 petticoat (combinación). (Colombian Spanish, Mexican Spanish)12 core, root, bottom.13 bed, lowest part.* * *1 (parte más baja) bottom2 (parte más lejana) end, back3 (segundo término) background4 (profundidad) depth5 (aguante) stamina6 FINANZAS fund7 (de libros etc) stock\a fondo perdido nonrecoverable, nonreturnablede... en fondo... abreasten el fondo figurado deep down, at heartreunir fondos to raise fundsfondo común kittyfondo de inversión investment fundfondo de pensiones pension fundFondo Monetario Internacional International Monetary Fundfondo del mar sea bedfondo y forma form and substancefondos bloqueados frozen assetsfondos disponibles available funds, liquid assetsfondos públicos public funds* * *noun m.1) bottom2) back, rear3) background4) fund* * *SM1) [parte inferior] [de caja, botella, lago, mar] bottom; [de río] bed•
los bajos fondos — the underworld•
una maletín con doble fondo — a case with a false bottom, a false-bottomed case•
irse al fondo — to sink to the bottom•
sin fondo — bottomlessla economía tocó fondo y el gobierno tuvo que devaluar la moneda — the economy reached o hit rock bottom and the government had to devalue the currency
hemos tocado fondo y todo indica que la recuperación está muy próxima — the market has bottomed out and all the indications are that a recovery is just around the corner
2) [parte posterior] [de pasillo, calle, nave] end; [de habitación, armario] back•
al fondo, su oficina está al fondo a la izquierda — her office is at the end on the left3) (=profundidad) [de cajón, edificio, bañera] depth¿cuánto tiene de fondo el armario? — how deep is the wardrobe?
•
tener mucho fondo — to be deep4) (=lo fundamental)en el fondo de esta polémica late el miedo al cambio — at the heart o bottom of this controversy lies a fear of change
•
la cuestión de fondo — the basic o fundamental issueel problema de fondo — the basic o fundamental o underlying problem
•
la forma y el fondo — form and contentartículo 2)•
llegar al fondo de la cuestión — to get to the bottom of the matter5) (=segundo plano) backgroundla historia transcurre sobre un fondo de creciente inquietud social — the story takes place against a background of growing social unrest
•
música de fondo — background music•
ruido de fondo — background noisefondo de escritorio, fondo de pantalla — (Inform) (desktop) wallpaper
6)•
a fondo —a) [como adj]•
una limpieza a fondo — a thorough cleanb) [como adv]no conoce a fondo la situación del país — he does not have a thorough o an in-depth knowledge of the country's situation
la policía investigará a fondo lo ocurrido — the police will conduct a thorough investigation of what happened
he estudiado a fondo a los escritores del Siglo de Oro — I have studied Golden Age writers in great depth
•
emplearse a fondo, tuvo que emplearse a fondo para disuadirlos — he had to use all his skill to dissuade themel equipo deberá emplearse a fondo para derrotar a sus adversarios — the team will have to draw on all its resources to beat their opponents
7)•
en el fondo —a) (=en nuestro interior) deep downen el fondo, es buena persona — deep down he's a good person, he's a good person at heart
•
en el fondo de su corazón — in his heart of hearts, deep downb) (=en realidad) reallylo que se debatirá en la reunión, en el fondo, es el futuro de la empresa — what is actually o really going to be debated in the meeting is the future of the company
la verdad es que en el fondo, no tengo ganas — to be honest, I really don't feel like it
en el fondo no quiere irse — when it comes down to it, he doesn't want to leave
c) (=en lo fundamental) fundamentally, essentiallyen el fondo ambos sistemas son muy parecidos — fundamentally o essentially, both systems are very similar
8) (Dep)•
carrera de fondo — long-distance race•
esquí de fondo — cross-country skiing•
corredor de medio fondo — middle-distance runner•
pruebas de medio fondo — middle-distance events9) (=dinero) (Com, Econ) fund; [en póker, entre amigos] pot, kittycontamos con un fondo de 150.000 euros para becas — we have at our disposal a budget of 150,000 euros for grants
su padre le ha prestado bastante dinero a fondo perdido — his father has given him quite a lot of money on permanent loan
Fondo de Compensación Interterritorial — system of financial redistribution between the autonomous regions of Spain
fondo ético — (Econ) ethical investment fund
10) pl fondos (=dinero) funds•
recaudar fondos — to raise funds•
estar sin fondos — to be out of funds, be broke *cheque o talón sin fondos — bounced cheque, rubber check (EEUU)
11) (=reserva) [de biblioteca, archivo, museo] collection12) (=carácter) nature, dispositionde fondo jovial — of cheery o cheerful disposition, cheerful-natured
13) (Dep) (=resistencia) stamina15) Méx•
con o de fondo — serious•
medio fondo — slip17) And (=finca) country estate18) Chile (Culin) large pot ( to feed a large number of people)* * *1)a) ( parte más baja) bottomb) (parte de atrás - de pasillo, calle) end; (- de habitación) backestaban al or en el fondo de la sala — they were at the back of the room
c) ( profundidad)d) ( de edificio) depthe) (en cuadro, fotografía) background2)a) (Lit) ( contenido) contentb) (Der)3) (Fin)a) ( de dinero) fundhacer un fondo común — to start a joint fund o (colloq) a kitty
un cheque sin fondos — a dud o (AmE) rubber check (colloq)
estoy mal de fondos — (fam) I'm short of cash (colloq)
c)a fondo perdido — <inversión/préstamo> non-refundable, non-recoverable
4) (Dep) ( en atletismo)de fondo — <corredor/carrera/prueba> long-distance
5) (de biblioteca, museo) collection6) (Méx) (Indum) slip, underskirt7) (en locs)a fondo — (loc adj) <estudio/investigación> in-depth; (loc adv) <prepararse/entrenar> thoroughly
conoce el área/tema a fondo — she knows the area/subject really well
de fondo — <ruido/música> background (before n); <error/discrepancia> fundamental
en el fondo: en el fondo no es malo deep down he's not a bad person; en el fondo nos llevamos bien we get on all right, really; fondo blanco! (AmL fam) bottoms up! (colloq); tener buen fondo to be a good person at heart; tocar fondo to bottom out; su credibilidad ha tocado fondo — his credibility has hit o reached rock bottom
* * *1)a) ( parte más baja) bottomb) (parte de atrás - de pasillo, calle) end; (- de habitación) backestaban al or en el fondo de la sala — they were at the back of the room
c) ( profundidad)d) ( de edificio) depthe) (en cuadro, fotografía) background2)a) (Lit) ( contenido) contentb) (Der)3) (Fin)a) ( de dinero) fundhacer un fondo común — to start a joint fund o (colloq) a kitty
un cheque sin fondos — a dud o (AmE) rubber check (colloq)
estoy mal de fondos — (fam) I'm short of cash (colloq)
c)a fondo perdido — <inversión/préstamo> non-refundable, non-recoverable
4) (Dep) ( en atletismo)de fondo — <corredor/carrera/prueba> long-distance
5) (de biblioteca, museo) collection6) (Méx) (Indum) slip, underskirt7) (en locs)a fondo — (loc adj) <estudio/investigación> in-depth; (loc adv) <prepararse/entrenar> thoroughly
conoce el área/tema a fondo — she knows the area/subject really well
de fondo — <ruido/música> background (before n); <error/discrepancia> fundamental
en el fondo: en el fondo no es malo deep down he's not a bad person; en el fondo nos llevamos bien we get on all right, really; fondo blanco! (AmL fam) bottoms up! (colloq); tener buen fondo to be a good person at heart; tocar fondo to bottom out; su credibilidad ha tocado fondo — his credibility has hit o reached rock bottom
* * *fondo11 = background, backing, quid, crux, fundus.Ex: In the background has often been the need, at a time of declining financial resources, to demonstrate the relevance of the library to all sectors of society and there can sometimes be detected an element of patronization.
Ex: A picture is a two-dimensional visual representation accessible to the naked eye and generally on an opaque backing.Ex: The important moral crux at the heart of the novel 'The debt collector' is that the odds are stacked against the rehabilitation of violent criminals.Ex: The crux of the process is the development of multiple models.Ex: This is an extremely valuable clinical test that provides information about the circulatory system of the ocular fundus (the back of the eye) not attainable by routine examination.* a fondo = fully, thoroughly, full-scale.* al fondo (de) = at the bottom (of).* artículo de fondo = feature article.* corredor de fondo = long-distance runner.* en el fondo = at heart, deep down, in the back of + Posesivo + mind, in the back of + Posesivo + head, at the back of + Posesivo + head, bottom line, the, in the bottom.* en el fondo de = at the root of.* esquiador de fondo = cross-country skier.* esquí de fondo = cross-country skiing.* fondo del mar = sea bottom, seafloor [sea floor], ocean floor, seabed [sea bed].* fondo del océano = ocean bed, ocean floor.* fondo marino = deep-sea floor.* forma de doble fondo = double-faced mould.* forma de un solo fondo = single-faced mould.* forma de un solo fondo para papel verjurado = single-faced laid mould.* limpiar a fondo = spring-clean, clear out.* limpieza a fondo = spring cleaning.* llegar al fondo de la cuestión = see to the + bottom of things.* llegar al fondo de una Cuestión = get to + the bottom of, get to + the root of.* mar de fondo = groundswell.* material de fondo = backing.* movimiento de fondo = groundswell.* negro sobre fondo blanco = black on white.* pez de fondo = groundfish, bottom fish.* pozo sin fondo = bottomless pit.* ruido de fondo = background noise.* servir de telón de fondo = set + the backdrop.* sin fondo = bottomless.* telón de fondo = background, backdrop.* teniendo como telón de fondo = against + background of.* teniendo esto como telón de fondo = against this background.* tocar fondo = bottom out, hit + rock-bottom, reach + rock-bottom, touch + rock bottom, strike + bottom.fondo33 = backlist, stock, collection, stocking.Ex: They not only provide detailed information about new books and those soon to be published, but also continue to list all of their books still in print (frequently called a ' backlist').
Ex: Consider, for example, the work of the shoe shop manager and the way he arranges his stock of shoes.Ex: While there are a profusion of techniques in existence to gain access to the collections, there is no uniform system.Ex: Because of the lack of stocking space, there are many products that we can order for next day pick-up.* colección de fondos electrónicos = e-collection [electronic collection].* colección de fondos locales = local history collection, local collection.* con suficientes fondos = properly stocked.* consultar los fondos = search + holdings.* dotar de fondos a una biblioteca = stock + library.* exceso de fondos = overstock.* expurgo de fondos bibliográficos = collection weeding, stock weeding.* fondo antiguo = antiquarian materials.* fondo bibliográfico = bookstock [book stock].* fondo circulante = circulating collection.* fondo de acceso restringido = reserve collection.* fondo de consulta en sala = reserve reading collection, reserve collection, reserve shelves, special reserve, reserve book room.* fondo de lectura "formativo-recreativa" = browser collection.* fondo de préstamo por horas = short-loan collection.* fondo de recursos electrónicos de acceso restringido = electronic reserve.* fondo de registros bibliográficos = bibliographic pool, bibliographic record pool.* fondo de revistas = periodical holdings.* fondo documental = document collection.* fondo local = local material.* fondos bibliográficos = holdings, stock.* fondos de acceso libre = open stacks.* fondos de acceso restringido = closed access collection, closed stacks, closed access stacks.* fondos de la biblioteca = library's stock, library materials.* fondos de libre acceso = open access stacks.* fondos de material audiovisual = AV holdings.* fondos de publicaciones periódicas = serial holdings.* fondos de revistas = journal holdings.* fondos indioamericanos = American Indian materials.* fondos integrados = integrated stock.* fondos locales = local history material.* fondos patrimoniales = heritage collection.* ingresar en los fondos = accession.* mención de fondos = holdings statement.* provisto de buenos fondos = stockholding.* renovación de fondos = turnover, stock turnover, turnover of stock.* renovar fondos = turn over.* replanteamiento de los fondos = stock revision.* sección de fondos locales = local studies department, local studies library, local studies collection.* sección para el fondo de consulta en sala = reserve room.* selección de fondos = stock selection.* * *A1 (parte más baja) bottomel fondo del mar the bottom of the seael fondo de la cacerola/bolsa the bottom of the saucepan/bages muy profundo, no consigo tocar fondo it's very deep, I can't touch the bottomen el fondo de su corazón deep down (in his heart)tenemos que llegar al fondo de esta cuestión we must get to the bottom of this matterhay un fondo de verdad en esa historia there is an element of truth in that storyhay en él un fondo de maldad there's a streak of maliciousness in him2 (de un pasillo, una calle) end; (de una habitación) backal fondo, a la derecha at the end, on the rightsiga hasta el fondo del pasillo go to the end of the corridoryo vivo justo al fondo de la calle I live right at the end of the streetencontró la carta al fondo del cajón he found the letter at the back of the drawerestaban sentados al or en el fondo de la sala they were sitting at the back of the room3(profundidad): esta piscina tiene poco fondo this pool is not very deep o is quite shallownecesito un cajón con más fondo I need a deeper drawer4 (de un edificio) depthel edificio tiene poca fachada pero mucho fondo the building has a narrow frontage but it goes back a long way5 (en un cuadro, una fotografía) backgroundestampado blanco sobre fondo gris white print on gray backgroundCompuesto:( Inf) wallpaperB1 ( Lit) (contenido) contentel fondo y la forma de una novela the form and content of a novel2 ( Der):una cuestión de fondo a question of lawC ( Fin)1 (de dinero) fundun fondo para las víctimas del siniestro a fund for the disaster victimstenemos un fondo común para estas cosas we have a joint fund o ( colloq) a kitty for these thingsrecaudar fondos to raise moneyreunió los fondos para la operación he raised the funds o money for the operationno dispone de fondos suficientes en la cuenta he does not have sufficient funds o money in his accountme dio un cheque sin fondos the check he gave me bounced, he gave me a dud check, the bank would not honor the check he gave me ( frml)el departamento no dispone de fondos para este fin the department does not have funds o money available for this purposelos fondos están bloqueados the funds have been frozen3a fondo perdido ‹inversión/préstamo› non-refundable, non-recoverablelo que pagas de alquiler es dinero a fondo perdido the money you spend on rent is money wasted o ( colloq) money down the drainCompuestos:sinking fundventure capital fundventure capital fundgoodwill( Fin) fund of fundsdeposit guarantee fundstrike fundinvestment fundReal Estate Investment Trust, REIThedge fundresearch fundpension fundprovident fundslush fundfighting fundtracker fund(UE) Cohesion Fund(UE) European Development Fund(UE) European Regional Development Fund(UE) European Agricultural Guidance and Guarantee FundInternational Monetary Fund, IMF(UE) European Social Fundmpl public funds (pl)mpl secret funds (pl)D ( Dep)1(en atletismo): de fondo ‹corredor/carrera/prueba› long-distance2 (en gimnasia) push-up, press-up ( BrE)E (de una biblioteca, un museo) collectionCompuesto:list (of titles)F (de una alcachofa) heartH ( en locs):( loc adv) ‹prepararse/entrenar› thoroughlyesto necesita una limpieza a fondo this needs a thorough cleanuna reforma a fondo de las instituciones a sweeping reform of the institutionsestudiar a fondo un problema to study a problem in depthlos próximos días deben ser aprovechados a fondo you/we must make full use of the next few days, you/we must use the next few days to the full‹error/discrepancia› fundamental maquillajede cuatro en fondo four abreasten el fondo: en el fondo no es malo deep down he's not a bad persondiscutimos mucho, pero en el fondo nos llevamos bien we quarrel a lot but basically we get on all right o but we get on all right, reallytener buen fondoor no tener mal fondo to be a good person at heart, to have one's heart in the right placetocar fondo: en el mes de abril el precio tocó fondo in April the price bottomed outya hemos tocado fondo y las cosas empiezan a ir mejor we seem to be past the worst now and things are beginning to go bettersu credibilidad ha tocado fondo his credibility has hit o reached rock bottomme voy a tener que volver porque ya estoy tocando fondo I'm going to have to go back because I'm down to my last few dollars ( o pesos etc)I ( Chi) (olla grande) cauldron, large pot* * *
fondo sustantivo masculino
1
llegaré al fondo de esta cuestión I'll get to the bottom of this matter
(— de habitación) back;
c) ( profundidad):
2 (Lit) ( contenido) content
3 (Fin)
◊ hacer un fondo común to start a joint fund o (colloq) a kittyb)
recaudar fondos to raise money;
un cheque sin fondos a dud o (AmE) rubber check (colloq)
4 (Dep) ( en atletismo):
5 (Méx) (Indum) slip, underskirt
6 ( en locs)
‹ limpieza› thorough;
( loc adv) ‹prepararse/entrenar› thoroughly;
de fondo ‹ruido/música› background ( before n);
en el fondo: en el fondo nos llevamos bien we get on all right, really;
en el fondo no es malo deep down he's not a bad person
fondo sustantivo masculino
1 (parte más profunda) bottom
un doble fondo, a false bottom
2 (interior de una persona) en el fondo es muy tierno, deep down he's very gentle
3 (extremo opuesto) (de una habitación) back
(de un pasillo) end
4 (segundo plano) background
música de fondo, background music
mujer sobre fondo rojo, woman on a red background
5 (núcleo, meollo) essence, core
el fondo del asunto, the core of the matter
6 Prensa artículo de fondo, leading article
7 Dep corredor de fondo, long-distance runner
esquí de fondo, cross-country skiing
8 Fin fund: nos dio un cheque sin fondos, he gave us a bad cheque
familiar fondo común, kitty 9 bajos fondos, underworld
10 (conjunto de documentos, libros etc.) batch: los fondos documentales están en el sótano, the batches of documents are in the basement
♦ Locuciones: tocar fondo, Náut to touch bottom
figurado to reach rock bottom
a fondo, thoroughly
a fondo perdido, non-recoverable funds
' fondo' also found in these entries:
Spanish:
esquí
- F.M.I.
- FMI
- FSE
- lecho
- revolverse
- sentar
- telón
- artículo
- barril
- bien
- carrera
- corredor
- crear
- cuestión
- doble
- maquillaje
- mar
English:
back
- backdrop
- background
- bed
- blunder
- board
- bottom
- bottom out
- bottomless
- clean out
- clear out
- cross-country
- dappled
- depth
- end
- extensive
- floor
- fund
- going-over
- groundswell
- heart
- IMF
- inch
- International Monetary Fund
- kitty
- long-distance
- mutual fund
- pool
- scrub down
- seabed
- sink
- spring-clean
- stuff away
- thoroughly
- thrash out
- underneath
- unit trust
- abreast
- clean
- closely
- deep
- deeply
- disaster
- float
- full
- further
- good
- heavy
- in-depth
- international
* * *fondo nm1. [parte inferior] bottom;el fondo del mar the bottom of the sea;fondos [de embarcación] bottom;dar fondo [embarcación] to drop anchor;echar a fondo [embarcación] to sink;irse a fondo [embarcación] to sink, to founder;sin fondo bottomless;RP Fam¡fondo blanco! bottoms up!;tocar fondo [embarcación] to hit the bottom (of the sea/river);[crisis] to bottom out;su popularidad ha tocado fondo their popularity has reached an all-time low o rock bottom;mi paciencia ha tocado fondo my patience has reached its limit2. [de habitación, escenario] back;al fondo de [calle, pasillo] at the end of;[sala] at the back of;el fondo de la pista the back of the court;los baños están al fondo del pasillo, a la derecha the toilets are at the end of the corridor, on the right3. [dimensión] depth;un río de poco fondo a shallow river;tener un metro de fondo to be one metre deep4. [de cuadro, foto, tela] background;quiero una tela de flores sobre fondo negro I'd like some material with a pattern of flowers on a black background;al fondo in the background5. [de alcachofa] heart6. [de asunto, problema] heart, bottom;el problema de fondo the underlying problem;la cuestión de fondo the fundamental issue;llegar al fondo de to get to the heart o bottom of;el gobierno quiere llegar al fondo de la cuestión the government wants to get to the bottom of the matter;en el fondo [en lo más íntimo] deep down;[en lo esencial] basically;en el fondo está enamorada de él deep down, she loves him;en el fondo, no es mala persona deep down, she's not a bad person;en el fondo tus problemas son los mismos basically, you have the same problems8. [de obra literaria] substance9. [de dinero] fund;a fondo perdido [préstamo] non-returnable;no estamos dispuestos a invertir a fondo perdido we're not prepared to pour money down the drain;fondos [capital] funds;nos hemos quedado sin fondos our funds have run out;un cheque sin fondos a bad cheque;estar mal de fondos [persona] to be badly off;[empresa] to be short of funds;recaudar fondos to raise fundsEcon fondo de amortización sinking fund;fondos bloqueados frozen funds;fondo de cohesión cohesion fund;Fin fondo de comercio goodwill;fondo de compensación interterritorial interterritorial compensation fund;fondo común kitty;poner un fondo (común) to set up a kitty;Fin fondo de crédito permanente evergreen fund;fondo de emergencia contingency fund;UE fondos estructurales structural funds; Fin fondo ético ethical fund; UE Fondo Europeo de Desarrollo European Development Fund; UE Fondo Europeo de Desarrollo Regional European Regional Development Fund;fondo de fideicomiso trust fund;Fin fondo de garantía de depósitos deposit guarantee fund; Fin fondo de inversión investment fund; Fin fondo de inversión ético ethical investment fund;fondo de inversión inmobiliaria real estate investment fund;Fondo Monetario Internacional International Monetary Fund;Fondo Mundial para la Naturaleza World Wildlife Fund;Econ fondo de pensiones pension fund;fondos públicos public funds;Fin fondo de renta fija non-equity fund, bond fund; Fin fondo de renta variable equity fund;fondos reservados = contingency funds available to ministries, for which they do not have to account publicly;Fin fondo rotativo revolving fund; UE Fondo Social Europeo European Social Fund;fondo vitalicio life annuity10. [fundamento] reason, basis;sus acciones tienen siempre un fondo humanitario everything she does is for humanitarian reasons11.hacer algo a fondo [en profundidad] to do sth thoroughly;hicimos una lectura a fondo we read it through carefully;hacer una limpieza a fondo to have a thorough clean;el juez ha ordenado una investigación a fondo the judge has ordered a full enquiry o an in-depth investigation;emplearse a fondo to do one's utmost12. [de biblioteca, archivo] catalogue, collectionfondo editorial backlistmedio fondo middle-distance running;carrera de fondo long-distance race;esquí de fondo cross-country skiing;de medio fondo middle-distancefondo en carretera [ciclismo] road racing16. Carib, Méx [prenda] petticoat18. RP [patio] back patio* * *m1 bottom;doble fondo false bottom;fondo marino seabed;tocar fondo fig reach bottom;los bajos fondos the underworld sg2 ( profundidad) depth;hacer una limpieza a fondo de algo give sth a thorough clean, clean sth thoroughly;emplearse a fondo fig give one’s all;ir al fondo de algo look at sth in depth;en el fondo deep down4 PINT, FOT background;música de fondo background music6 COM fund;fondos pl money sg, funds;a fondo perdido non-refundable;sin fondos cheque dud7 DEP:de medio fondo middle distance atr8 ( disposición):tiene buen fondo he’s got a good heart* * *fondo nm1) : bottom2) : rear, back, end3) : depth4) : background5) : sea bed6) : fundfondo de inversiones: investment fund8) fondos nmpl: funds, resourcescheque sin fondos: bounced check9)a fondo : thoroughly, in depthen fondo : abreast* * *fondo n1. (en general) bottom2. (de calle, pasillo) end3. (de habitación) back4. (segundo término) background -
79 Mittel
Mittel npl 1. FIN resources, funds; 2. GEN agent, means; 3. IND agent; 4. MEDIA tool; 5. PERS resources, means; 6. WIWI means, resources • Mittel bereitstellen FIN, MGT, RW appropriate funds • Mittel bewilligen FIN, MGT, RW allocate resources, appropriate funds • Mittel vereinen WIWI pool resources • Mittel zusammenfassen WIWI pool resources • Mittel zuweisen FIN, MGT, RW allocate resources, appropriate funds • über die Mittel verfügen, etw. zu tun GEN have the means to do sth* * *npl 1. < Finanz> resources, funds; 2. < Geschäft> agent, means; 3. < Ind> agent; 4. < Medien> tool; 5. < Person> resources, means; 6. <Vw> means, resources ■ Mittel bereitstellen <Finanz, Mgmnt, Rechnung> appropriate funds ■ Mittel bewilligen <Finanz, Mgmnt, Rechnung> allocate resources, appropriate funds ■ Mittel vereinen <Vw> pool resources ■ Mittel zusammenfassen <Vw> pool resources ■ Mittel zuweisen <Finanz, Mgmnt, Rechnung> allocate resources, appropriate funds ■ über die Mittel verfügen, etw. zu tun < Geschäft> have the means to do sth* * *Mittel
(Durchschnitt) average, mean, (Geldmittel) means, funds, resources, purse, capital, money, (parl.) money, supplies (Br.), appropriation, (Unterhalt) support (US), (Vermögen) fortune, (Vorrat) supply;
• aus eigenen Mitteln out of one=s resources;
• aus Mangel an Mitteln from deficiency of means, for lack of funds;
• im Mittel on an average;
• im Besitz hinreichender Mittel independent;
• im Besitz verfügbarer Mittel in funds;
• mit reichlichen Mitteln ausgestattet well-financed;
• nicht aus öffentlichen Mitteln unterstützt non-provided;
• ohne Mittel penniless, destitute, without resources, stranded;
• unter Anwendung unerlaubter Mittel by unlawful means;
• angelegte Mittel invested capital;
• langfristig angelegte Mittel long-term (funded) capital;
• arithmetisches Mittel (maths.) arithmetic mean;
• aufgebrachte Mittel funds raised;
• aufgenommene Mittel borrowed funds, borrowings;
• aufgewandte Mittel money employed;
• ausländische Mittel foreign capital;
• ausreichende finanzielle Mittel sufficiency of money;
• nicht ausreichende Mittel insufficient means, inadequate resources;
• begrenzte Mittel limited resources (means);
• benötigte Mittel necessary funds;
• bereitgestellte Mittel appropriated funds;
• neu bereitgestellte Mittel new appropriations;
• bereitstehende Mittel available funds;
• bescheidene Mittel limited means;
• beschränkte Mittel limited resources;
• betriebsfremde Mittel outside capital;
• betriebsnotwendige Mittel permanent working capital;
• bewährtes Mittel proved remedy;
• bewilligte Mittel allocated funds;
• zur Defizitdeckung bewilligte Mittel deficiency appropriations;
• vom Parlament (parlamentarisch) bewilligte Mittel budgetary appropriations, money provided by Parliament (Br.);
• billige Mittel easy money;
• brachliegende Mittel idle (unemployed) funds, dead capital;
• eigene Mittel own funds, resources of one=s own, (Bilanz) capital and reserves;
• eingebrachte Mittel capital invested;
• entsprechende Mittel adequate means;
• erforderliche Mittel necessary funds;
• festliegende Mittel frozen capital, tied-up funds, lockup (Br.);
• finanzielle Mittel financial resources;
• flüssige Mittel available (liquid, current) funds, funds on (in) hand, ready money, quick (liquid, US) assets (resources), liquid (spare) capital, (Bilanz) cash;
• fremde Mittel borrowed (third-party, outside) funds, borrowed capital;
• geringfügige Mittel limited means;
• gewogenes Mittel weighted mean;
• gleitendes Mittel moving average (MAV);
• greifbare Mittel available funds;
• haftende Mittel amount guaranteed, guarantee fund[s];
• hinreichende Mittel sufficient funds;
• investierte Mittel capital invested;
• kurzfristige Mittel quick assets;
• langfristige Mittel long-term funds;
• liquide Mittel available (current, liquid) funds, liquid (US) (current) assets, liquid capital;
• sofort verfügbare liquide Mittel spot cash;
• öffentliche Mittel the public purse, public funds (money);
• private Mittel private means (funds);
• reichliche Mittel ample funds (means);
• staatliche Mittel government grant;
• alle uns zur Verfügung stehenden Mittel the whole of our resources;
• zur Handelsausweitung zur Verfügung stehende Mittel means of extending the trade;
• zusätzliche für die Masseverteilung zur Verfügung stehende Mittel surplus estate funds;
• die mir zur Verfügung stehenden Mittel the money at my command;
• überschüssige Mittel surplus funds;
• unerschöpfliche Mittel endless resources;
• vagabundierende Mittel hot money;
• verbrauchte Mittel exhausted means;
• verfügbare Mittel available means (funds), funds at deposit (disposal);
• frei verfügbare Mittel loose funds;
• verplante Mittel budgeted means;
• nicht verteilte (verwendete) Mittel unapplied (unappropriated) funds;
• von der Bank verwaltete Mittel bank funds;
• treuhänderisch verwaltete Mittel trustee investment (Br.), trust funds;
• im Haushaltsplan nicht vorgesehene Mittel unbudgeted appropriations;
• zur Deckung vorhandene Mittel coverage;
• wirtschaftliche Mittel economic resources;
• zweckbestimmte (zweckgebundene) Mittel earmarked (appropriated) funds;
• Mittel der Direktwerbung direct-mail media;
• Mittel für die Forschung research funds;
• Mittel gegen die Inflation deflationary instrument;
• liquide Mittel erster Ordnung primary liquidity;
• liquide Mittel dritter Ordnung tertiary liquidity;
• Mittel einer Pensionskasse pension fund money;
• Mittel der Verkaufsförderung sales-promotion aids;
• Mittel für die Warenbeschaffung merchandise budget;
• Mittel für den Wohnungsbau funds for housing;
• Mittel für Zahlungen appropriations for payments;
• Mittel abschöpfen to siphon off funds;
• nur einwandfreie Mittel anwenden to use only proper means;
• Mittel aufbringen to fund-raise, to raise funds;
• Mittel aufstocken to increase resources;
• öffentliche Mittel bestimmungsgemäß ausgeben to use public money only for legitimate purposes;
• mit Mitteln ausstatten to endow with capital;
• sich schwer tun, mit seinen Mitteln auszukommen to have a hard fight to make both ends meet;
• seinen Mitteln gemäß beitragen to contribute according to one=s means;
• sich mit allen Mitteln um eine Position bemühen to jockey for a position;
• notwendige Mittel bereitstellen to make the necessary funds available;
• Mittel beschaffen to procure capital, to raise funds;
• nur unbedeutende Mittel besitzen to have inadequate means;
• Mittel bewilligen to grant the money, (parl.) to vote the appropriations (supplies, Br.);
• zusätzliche Mittel in Höhe von 156 Mio. Dollar bewilligen to vote $ 156 million in extra money;
• seine Mittel einsetzen to make a draft on one=s means;
• seine Mittel schwerpunktartig einsetzen to make the most of one=s resources;
• Mittel entziehen to strip off funds;
• seine Mittel erschöpfen to exhaust one=s resources;
• Mittel festlegen to tie (lock, Br.) up funds, to immobilize capital;
• Mittel und Wege finden to provide instruments;
• ausreichend liquide Mittel haben to be liquid;
• nur beschränkte Mittel haben to have only limited resources;
• nicht genügend Mittel haben to be deficient in means;
• alle (seine) Mittel aufgebraucht haben to be at the end of one=s resources;
• keine Mittel mehr zur Verfügung haben to run (be) out of funds, to be in want of money;
• reichliche Mittel [zur Verfügung] haben to have ample means [at one=s disposal];
• Mittel investieren to put out funds;
• bereitgestellte Mittel um 4% kürzen to trim one=s appropriations by 4 per cent;
• reichlich mit Mitteln versehen sein to have ample means, to be flush of money;
• Mittel zur Verfügung stellen to ladle out funds;
• öffentliche Mittel unterschlagen to misappropriate public funds (Br.), to misapply public money;
• mit öffentlichen Mitteln unterstützen to subsidize;
• über bedeutende Mittel verfügen to have large resources;
• nur über beschränkte Mittel verfügen to have only limited resources;
• [nur] über geringe Mittel verfügen to be short of money;
• über umfangreiche Mittel verfügen to have ample resources;
• erhebliche kommunale Mittel verschlingen to run away with a lot of ratepayers= money;
• mit Mitteln versehen to furnish with (put in) funds;
• Mittel verweigern (parl.) to refuse supplies;
• Mittel anderen als den vorgesehenen Zwecken zuführen to alienate funds from their proper destination;
• j. ohne Mittel zurücklassen to leave s. o. penniless;
• Mittelabflüsse efflux of funds;
• Mittelabschöpfung siphoning off funds;
• Mittelabzweigung von einem Fonds fund diversion;
• kurzfristige Mittelanlage short-term investment of funds;
• Mittelaufbringung fund raising, mobilization (raising, procurement) of funds;
• Mittelaufkommen accumulation of capital, inflow;
• Mittelaufnahme der öffentlichen Hand public borrowing. -
80 knapp werden
to run short* * *1) (not to have enough of: I'll have to go to the supermarket - we're low on coffee and sugar.) be low on2) (to cause oneself not to have enough of something: Save this carton for tomorrow, or else we'll go short (of milk).) go short3) ((of a supply) to become insufficient: Our money is running short.) run short4) ((with of) not to have enough: We're running short of money.) run short* * *ausdr.to run short expr.
См. также в других словарях:
run short — not have enough, be not enough in quantity We ran short of money during our trip to Europe … Idioms and examples
short — [shôrt] adj. [ME < OE scort, akin to ON skort, short piece of clothing, OHG scurz, short < IE * (s)kerd < base * (s)ker , to cut, SHEAR < CURT] 1. not extending far from end to end; not long or not long enough 2. not great in span,… … English World dictionary
run — run1 W1S1 [rʌn] v past tense ran [ræn] past participle run present participle running ▬▬▬▬▬▬▬ 1¦(move quickly using your legs)¦ 2¦(race)¦ 3¦(organize/be in charge of )¦ 4¦(do something/go somewhere quickly)¦ 5¦(buses/trains etc)¦ … Dictionary of contemporary English
run — run1 [ rʌn ] (past tense ran [ ræn ] ; past participle run) verb *** ▸ 1 move quickly with legs ▸ 2 control/organize ▸ 3 machine: work ▸ 4 liquid: flow ▸ 5 try to be elected ▸ 6 vehicle: travel ▸ 7 be shown/performed ▸ 8 reach amount/rate ▸ 9… … Usage of the words and phrases in modern English
run — 1 /rVn/ verb past tense ran past participle run present participle running MOVE QUICKLY ON FOOT 1 (I) to move quickly on foot by moving your legs more quickly than when you are walking: I had to run to catch the bus. | Two youths were killed when … Longman dictionary of contemporary English
money — moneyless, adj. /mun ee/, n., pl. moneys, monies, adj. n. 1. any circulating medium of exchange, including coins, paper money, and demand deposits. 2. See paper money. 3. gold, silver, or other metal in pieces of convenient form stamped by public … Universalium
Money market fund — This article is about the type of mutual fund. For the type of bank deposit account, see Money market account. A money market fund (also known as money market mutual fund) is an open ended mutual fund that invests in short term debt securities… … Wikipedia
Run — A run consists of a series of bid and offer quotes for different securities or maturities. Dealers give to and ask for runs from each other. The New York Times Financial Glossary * * * ▪ I. run run 1 [rʌn] verb ran PASTTENSE [ræn] … Financial and business terms
run — A run consists of a series of bid and offer quotes for different securities or maturities ( maturity). dealers give and ask for runs from each other. Bloomberg Financial Dictionary * * * ▪ I. run run 1 [rʌn] verb ran … Financial and business terms
run — [[t]rʌ̱n[/t]] ♦ runs, running, ran (The form run is used in the present tense and is also the past participle of the verb.) 1) VERB When you run, you move more quickly than when you walk, for example because you are in a hurry to get somewhere,… … English dictionary
run — runnable, adj. runnability, n. /run/, v., ran, run, running, n., adj. v.i. 1. to go quickly by moving the legs more rapidly than at a walk and in such a manner that for an instant in each step all or both feet are off the ground. 2. to move with… … Universalium