-
1 zeggen
zeggen1〈 het〉♦voorbeelden:————————zeggen22 [uitspreken] say3 [gebieden] tell4 [vinden] say6 [toezeggen] say♦voorbeelden:wat wil je daarmee zeggen? • what are you trying to say?, what are you driving at?wat ik zeggen wou • by the waywat zeg je me nou? • what's that you are telling me?, what's this?wat zegt u? • (I beg your) pardon?, sorry?wie zal het zeggen? • who can say/tell?ik kan goed timmeren, al zeg ik het zelf • I am good at carpentry, even though I say so myselfdaar is alles mee gezegd • that's all there is to itzeg het maar, het maakt mij niets uit • you decide, it makes no difference to me〈 in winkel〉 zegt u het maar • yes, please?zeg maar wanneer je wilt komen • just say when you want to comeje had een voorstel? zeg het maar • you had a suggestion? let's hear itzeg dat wel • you can say that againbij zichzelf zeggen • say/think to oneselfdat kan niet van iedereen gezegd worden • that doesn't apply to everyoneer is iets te zeggen voor een bloedonderzoek • there is a case for a blood testze zeggen zoveel • you shouldn't believe everything they/people sayzeg maar dat hij moet gaan • tell him to gomen zegt dat hij heel rijk is • he is said/reputed to be very richonder ons gezegd en gezwegen • between ourselveshoe zal ik het zeggen? • how shall I put it?nou je het zegt • now (that) you mention itaardig gezegd • nicely putzo gezegd, zo gedaan • no sooner said than donezonder iets te zeggen • without (saying) a wordzeg maar ‘Tom’ • call me ‘Tom’niets te zeggen hebben • 〈 figuurlijk〉 have no authority, hold no sway, have no sayhet voor het zeggen hebben • be in chargewat zou je zeggen van een kopje thee?/10 uur? • how about a cup of tea?/10 o'clock?wat zeg je me daarvan! • how about that!, well I never!dat is toch zo, zeg nou zelf • it is true, admit ithet zijne ervan zeggen • say one's piecewat leuk, zeg! • that's nice, isn't it!het zegt me niets • it means nothing to meen dat wil wat zeggen • and that is saying something10 laten we zeggen, dat … • let's say that …¶ zeg, wat doe jij daar nou? • hey, what do you think you're doing? -
2 denken
♦voorbeelden:1 het doet denken aan • it reminds one of …dit doet sterk aan omkoperij denken • this savours strongly of briberyik zat net te denken • I was just thinkingwaar zit je aan te denken? • what's on your mind?er anders over gaan denken • change one's mind (about it)denk er nog eens over • give it some more thought, think it overik denk er niet aan • I wouldn't dream of itik moet er niet aan denken • I can't bear to think about itdenk er (maar eens) om! • don't forget!ik denk er net zo over • I feel just the same about itik zal eraan denken • I'll bear it in mindnu ik eraan denk • (now I) come to think of itdenk erom dat het niet weer gebeurt • mind that it doesn't occur againeven denken, hoor • let me seehardop denken • think aloudmin denken over • take a dim view ofaan iets/iemand denken • think/be thinking of something/someoneik probeer er niet aan te denken • I try to put it out of my mindlaten we er niet meer aan denken • let's forget about itik moest er steeds maar aan denken • I couldn't get it out of my headzonder te denken aan het gevaar • without realizing the dangerdaar heb ik geen moment aan gedacht • that never (even) crossed my mind; 〈 vergeten〉 I forgot all about itjij kan alleen maar aan geld denken • all you can think of is moneydaar denken wij in de verste verte niet aan • nothing could be further from our thoughtshij dacht nooit aan zichzelf • he never thought of himselfiemand aan het denken zetten • set someone thinkingik dacht bij mezelf • I thought/said to myselfdenken in geld • think in terms of moneydenk om je hoofd • mind your headals je er goed over denkt, dan … • when one comes to think of it, (then) …er verschillend/anders over denken • take a different view (of the matter)zij denkt er nu anders over • she feels differently (now)stof tot denken geven • give (someone) food for thoughtdat had ik niet van hem gedacht • I should never have thought it of himdat geeft te denken • that makes you thinkwat denk je ervan? hoe denk je erover? • well, what do you think?ik denk er ernstig over om … • I'm seriously thinking of …¶ geen denken aan! • it's out of the question!II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:zou je (dat) denken? • (do) you (really) think so?wat denk je ervan? • what do you think (about/of it)?het zijne ervan denken • have one's own ideas about itwat dacht je van een ijsje? • what would you say to an ice cream?dat dacht je maar, dat had je maar gedacht • that's what you think! 〈klemtoon op ‘you’〉ik dacht van wel/van niet • I thought it was/wasn'twie denk je wel dat je bent? • (just) who do you think you are?wat denk je (eigenlijk) wel! • who do you think you are?2 wat denk je daarmee te bereiken? • what do you hope to achieve by that?wie had dat kunnen denken • who would have thought it?u moet niet denken (dat) … • you mustn't suppose/think (that) …hij denkt te slagen • he expects to/thinks he'll passdat dacht ik al • I thought sodenk dat maar niet • don't you believe itik heb het altijd wel gedacht • I always thought soik zou denken dat • I'm inclined to think thatdacht ik het niet! • just as I thought!…, denk ik • …, I think/supposede beste arts die men zich maar kan denken • the best (possible) doctorje moet maar denken dat het slechts voor heel kort is • try to remember it is only for a short perioddat laat zich denken • I can imaginedenk eens (aan) • imagine!, just think of it!ik dacht bij mezelf dat … • I thougt/said to myself that …ik had zo gedacht … als jij morgen eens naar B. ging • I was thinking … if you went to B. tomorrow4 wat denk je nu te doen? • what do you intend to do now?III 〈wederkerend werkwoord; zich denken; met een bepaling van gesteldheid〉1 [peinzen] think (oneself), imagine♦voorbeelden:denkt u zich eens in mijn positie • put yourself in my position -
3 moeten
moeten1〈 het〉♦voorbeelden:————————moeten2I 〈 hulpwerkwoord〉2 [verplicht zijn, zich verplicht voelen] must ⇒ have to, 〈 voorwaardelijke wijs, of milder〉 should, 〈 voorwaardelijke wijs, of milder〉 ought to♦voorbeelden:1 wat moet ik beginnen zonder jou? • what would I do without you?ik moet er niet aan denken wat het kost • I hate to think what it costsmoeten jullie niet eten? • don't you want to eat?wie moest jij hebben? • who did you want (to see/to speak to)?ik moet er niets van hebben • I don't want to know/to have anything to do with itdat moet ik nog zien • I'll have to seehij moest en zou het hebben • he had to have it〈 informeel〉 wat moet je? • what do you want?〈 informeel〉 wat moet dat? • what's all this about?wat moeten jullie hier? • what are you doing here?wat moest hij van jou? • what did he want from/with you?wat moet dat speelgoed hier? • what are those toys doing here?en toen moest hij zo nodig een vreselijk dure auto kopen • and then he had to go and buy this amazingly expensive carhet huis moet nodig eens geschilderd worden • the house wants re-painting2 ik moet zeggen, dat … • I must say/have to say that …of het moest zijn … • unless it be …moet u nog ver (gaan)? • have you still got a long way to go?3 dat moet je nog eens doen (als je durft)! • do that again (if you dare)!dat moet gezegd (worden) • it has to be saidmoet je eens horen • listen (to this)moet kunnen! • no problem!ik moest dat maar vergeten • I had better/best forget itde trein moet om vier uur vertrekken • the train is due to leave at four o'clockje moest eens weten … • if only you knew …dat moet jij (zelf) weten • it's up to youhet moet al heel slecht weer zijn, wil hij thuis blijven • the weather's got to be pretty bad for him to stay homeje moet vrouw zijn om zoiets te doen • it takes a woman to do something like thatik moet morgen in Utrecht zijn • I'm due in/have (got) to be in Utrecht tomorrowik moet (zo) nodig • I've got to go!hoe moeten we nu verder? • where do we go from here?moet je nu al weg/ervandoor? • are you off already?zo moet (je) het niet (doen) • that's not the way to do ithet is gedaan zoals het moet • it has been done properly/as it shouldals het moet, dan … • if it can't be avoided, then …ze moet er nodig eens uit • she needs a day outik moest wel lachen • I couldn't help laughinghet heeft zo moeten zijn • it had to be/happen (like that)als het moet • if it mustwat moet, dat moet • what must be must bewaar moet dat heen (met die drugs)? • what's the world coming to (with these drugs)?aan een bril moeten • need glassesdat schilderij moet de koningin voorstellen • that painting's supposed to represent the Queenze moet erg rijk zijn • she is said to be very richwat moet dat voorstellen? • what's that supposed to be?1 [mogen, believen] like♦voorbeelden: -
4 al
al1〈 bijwoord〉2 [versterking] all♦voorbeelden:al enige tijd, al vanaf juli • for some time past/now, (ever) since Julyik ben al een uur aan het roepen • I've been calling for the last hourdat is al oud • that's (already) olddat dacht ik al • I thought sois zij er nu al? • 〈 met klemtoon op nu〉 is she here already?is het nu al vier uur? • is it four (o'clock) already?is Jan er al? • is John here yet?ik heb het altijd al geweten • I've known it all alonghoe lang is hij al hier? • how long has he been here?dat wist zij toen al • she knew it even thenal in '82, al voor '82 • as early as '82, even before '82daar heb je het al • there you arezijn komst is al genoeg • just his coming is good enoughal te snel/spoedig/voorzichtig 〈enz.〉 • (far/all) too fast/soon/careful 〈enz.〉ze weten het maar al te goed • they know only too wellhij had het toch al moeilijk • he had enough problems as it wasik zie het hem al doen • I can (just) see him (doing it) now!je kunt ze al krijgen voor een tientje • you can buy them for as little as ten guildershij sprak al lachend • he laughed as he spokezij kwamen al nader en nader • they kept coming closer and closer (all the time)je kunt er al of niet gebruik van maken • you can take it or leave ithet al of niet slagen van … • the success or otherwise of …al naar gelang • depending onze zei heel weinig, als ze al wat zei • she said very little, if anythingdat lijkt er al meer op, dat is al beter • that's more like it————————al22 [met betrekking tot elk deel van een verzameling] all (of)♦voorbeelden:hij was één en al oor • he was all earshet was één en al ellende op tv gisteren • there was nothing but misery on TV yesterdayal met al • all in all————————al3♦voorbeelden:al de kinderen • all (of) the children————————al4〈 voegwoord〉1 though, although ⇒ even though/if♦voorbeelden:1 al ben ik arm, ik ben gelukkig • I may be poor, but I'm happyal zeg ik het zelf • even though I say so myselfhet is duidelijk, al is het moeilijk • it is clear, if difficultal was het alleen maar omdat • if only becauseook al is het erg • bad as it is/may beik deed het niet, al kreeg ik een miljoen • I wouldn't do it for a million pounds -
5 dat
dat11 [zelfstandig (gebruikt)] that2 [bijvoeglijk] that♦voorbeelden:zo, denk je dat? • is that what you think?dat doet maar! • some people!zij heeft dat en dat gezegd • she said such and suchdat is nog eens een man • there's a real man for youdat is het hem nu juist • that's just it, that's the problemziezo, dat is/was dat • right, that's that (then), so much for thatnou, dat is/was het dan • okay, that's that, that was itdat lijkt er meer op • that's more like itwat moet dat? • what's all this about?wat zou dat? • what of it?zij zoeken alleen dat wat voordeel geeft • they only seek (whatever is to) their own advantagemijn boek en dat van jullie • my book and yoursdat mens • that (dreadful) woman1 [beperkend] that, which; 〈 met betrekking tot personen〉 that, who; 〈met betrekking tot personen; 3e en 4e naamval en onmiddellijk na voorzetsels; formeel〉 whom 〈in informeel stijl kan het betrekkelijk voornaamwoord vervallen behalve wanneer het het onderwerp is van de betrekkelijk bijzin〉2 [uitbreidend] which; 〈 met betrekking tot personen〉 who; 〈met betrekking tot personen; 3e en 4e naamval en onmiddellijk na voorzetsels; formeel〉 whom♦voorbeelden:1 het bericht dat hij mij bracht … • the message (that/which) he brought me …het bericht dat mij gebracht werd … • the message that/which was brought me …het jongetje dat ik een appel heb gegeven • the little boy (that/who) I gave an apple tohet kind dat net riep, is mijn zoon • the child that/who just called out is my sonhier woont een meisje dat ik vroeger kende • a girl (that/who) I used to know lives here2 het huis, dat onlangs opgeknapt was, werd verkocht • the house, which had recently been done up, was sold————————dat2〈 voegwoord〉2 [met betrekking tot graadaanduidend gevolg] 〈zie voorbeelden 2〉3 [met betrekking tot reden, oorzaak] that, because4 [met betrekking tot doel] so that5 [met betrekking tot beperking] as far as6 [in uitroepen] 〈zie voorbeelden 6〉♦voorbeelden:1 zij kregen bericht dat hij niet op tijd zou zijn • they got a message (to say) that he would be latein plaats (van) dat je me het vertelt … • instead of telling me, you …de reden dat hij niet komt is … • the reason (why) he's not coming is …uit vrees dat • for fear thatik denk dat hij komt • I think (that) he'll comebehalve dat • except thatzonder dat ik het wist • without me knowingzij zongen dat het een (lieve) lust was • they sang with great gustohet regende dat het goot • it was pouring (down)hij vloekte dat de honden er geen brood van lustten • he swore like a trooper3 hij is kwaad, dat hij niet mee mag • he is angry that/because he can't comeben je ziek dat je zo bleek ziet? • don't you feel well, you look so pale5 is ze handig, dat u weet? • is she any good as far as you know?is hier ook een bioscoop? niet dat ik weet • is there a cinema here? not that I know6 smerig dat het er uit zag! • you should have seen how dirty it was!dat mij nu juist zoiets moest overkomen! • that such a thing should happen to me right now!stommeling dat je bent! • you stupid fool! -
6 ja
ja1〈 het〉♦voorbeelden:1 nee heb je, ja kun je krijgen • nothing ventured, nothing gainedzijn ja tegen mijn nee • it's his word against minede vraag met ja beantwoorden • answer in the affirmative————————ja21 [met betrekking tot bevestiging/toestemming] yes ⇒ 〈 informeel〉 yeah, 〈 bevestiging, inwilliging ook〉 all right, 〈 bevestiging, inwilliging ook〉 OK, 〈 bij stemprocedures ook〉 yea2 [met betrekking tot berusting/toegeving] oh, well3 [als aanknoping] oh, yes6 [met betrekking tot ergernis/ongeduld] well♦voorbeelden:en zo ja • and if soja en amen zeggen • agree with everything (that is said)heeft zij dat gezegd?, ja zeker!/o ja! • did she say that? oh yes!ja! 〈 na klop op de deur〉 • come in!kan ik binnenkomen? ja • may I come in? yes, you may2 het is niet geweldig, maar ja, wat wil je? • it's not fantastic, but then what do you expect?ja, maar … • yes, but …het is niet leuk, maar ja • it's no joke, but there it isnou ja, als ze van hem houdt • (oh) well, if she loves himwel ja, lach er maar om • go on, laugh〈 ironisch〉 ja, ja, eerst zulke verhalen en nu … • well, well, first all this big talk and now …3 o ja, nu ik je toch spreek … • oh, yes, by the way …4 ja nog mooier, hij wilde niet meer naar huis • what's more/worse, he didn't want to go home any moreje zei het net zelf! ja? • you just said so yourself! did I?6 doe me een lol, ja! • knock it off, will you! -
7 juist
3 [correct] correct♦voorbeelden:1 de juiste tijd • the right/correct timejuist! • exactly!precies op het juiste ogenblik • at the right/proper momentis dit de juiste spelling? • is this the right spelling?juist handelen • act correctly4 een juiste beloning • a just/fair rewardII 〈 bijwoord〉1 [precies; met name] just, exactly, of all times/places/people/ 〈enz.〉; 〈 in tegenstellingen〉 no, on the contrary2 [zoëven] just♦voorbeelden:gelukkig? ik ben juist diepbedroefd! • happy? no, I'm terribly sad!daar zit nu juist de fout • that's precisely where the mistake liesdaarom juist • that's exactly why〈 klagend〉 waarom juist hier? • why here (of all places)?de bal ging juist naast • the ball just missedjuist nu komen ze hun geld terugvragen • now of all times they come asking for their money backjuist nu moeten we zien door te zetten • now is precisely the time when we have to push onjuist op dat ogenblik kwam zij binnen • just/right at that moment she came indat is het (hem nu) juist! • that's (just) it! -
8 gerust
♦voorbeelden:1 een gerust geweten/gemoed • an easy/a clear conscience, an easy mindmet een gerust hart de toekomst tegemoet zien • face the future with confidenceik ben niet gerust zolang zij niet thuis is • my mind won't be at rest until she's home(wees maar) gerust, zij komt wel • rest assured that she's coming; 〈 informeel〉 don't worry, she'll comewees daar maar gerust op • (you can) set your mind at rest about thatgerust zijn op iets • feel confident about somethingU kunt gerust zijn • you can set your mind at restik ben er (helemaal) niet gerust op • I am not (at all) happy about itII 〈 bijwoord〉♦voorbeelden:je kunt het gerust aannemen als hij het zegt • you can rely on what he saysik durf gerust te zeggen dat …/die hond aan te raken • I don't hesitate to say that …, I'm not afraid to touch that dogga gerust je gang • (do) go ahead!, feel free to …kom gerust eens langs • feel free to drop indat had je gerust kunnen zeggen • it would have been perfectly all right for you to have said thatje mag gerust bij mij komen wonen • you're welcome to come and live at my placevraag gerust om hulp • don't hesitate to ask for helpje mag gerust weten … • I don't mind telling you … -
9 even
1 [door twee deelbaar] even♦voorbeelden:¶ het is mij om het even • it's all the same/all one to meom het even wat je doet • whatever you doom het even wie/welke • whoever/whichever, no matter who/whichII 〈 bijwoord〉1 [in dezelfde/gelijke mate] (just) as2 [als versterkende bevestiging] just3 [een korte tijd] just ⇒ (just) (for) a moment/while/bit4 [in korte tijd, met weinig moeite] just6 [een weinig] just (a bit)♦voorbeelden:in even grote aantallen/hoeveelheden • in equal numbers/quantitieshij is even oud als ik • he is (just) as old as I amhet is er nog altijd even rommelig • it's as untidy as everhij is even slim als sterk • he is as clever as he is strong2 dat is even mooi! • isn't that something!zij is altijd even opgewekt • she's always nice and cheerfulwas (me) dat even lachen • what a laugh that was!een salaris van maar even drie ton • a salary of no less than Dfl300,0003 het duurt nog wel even • it'll take a bit/while longerhoor eens even • (just) listenmag ik u even storen? • may I disturb you just for a moment?wacht eens even • just wait a momenteens even zien • let me seeheel even • just for a second/minuteeven later/daarna • shortly afterwardsnog even doorzetten • go on for just a bit longerje was net even te laat • you were just a bit too latedit moet toch even worden gezegd • this (just) needs to be saidzij is even in/over de twintig • she is just in her twenties/over twentyals ze het maar even niet hoeven te doen, dan … • if they can possibly manage without doing it, …ho eens even! • whoa! -
10 lang
2 [geruime/een bepaalde tijd durend] long3 [met betrekking tot vloeistoffen] weak♦voorbeelden:een lange vent • a tall guyin het lang zijn • wear a long dresshet is zo lang als het breed is • it's as broad as it's longhij heeft zijn leven lang armoe geleden • he lived a life of povertyheel de zomer lang • all summer long, throughout the summerde tijd valt me lang • time drags/is hanging heavy on my handsII 〈 bijwoord〉2 [gedurende een bepaalde tijd] long♦voorbeelden:lang duren • take a long time, last long/a long timeze leefden lang en gelukkig • they lived happily ever afterlang zal hij leven! • for he's a jolly good fellow!hij maakt het niet lang meer • he won't last much longerlang meegaan • last (a long time)lang opblijven • stay up lateje bent lang weggebleven! • you've been (out/away) a long time!al lang • for a long time (now)je had al lang weg moeten zijn • you should have (been) gone long agoik was al lang en breed thuis • I'd been home for ages (by then)we hebben het er lang en breed over gehad • we've talked about it at great lengthde kinderen zeurden net zo lang tot ze ja zei • the children kept on and on until she said yeslanger dan een jaar • (for) over a year, (for) more than a yearze bleven langer dan ons lief was • they stayed longer than we could have wished2 ik blijf geen dag langer • I won't stay another day/won't stay a day longerhet vriest niet langer • it's stopped freezingze kan niet langer wachten • she can't wait any longer/morehoe langer, hoe liever • the longer the betterdat kan zo niet langer • things can't go on like this3 dat weegt lang geen vier kilo • it weighs nowhere near four kilos, it doesn't weigh anywhere near four kilosdat smaakt lang niet slecht • it doesn't taste at all badhij is nog lang niet zo ver • he hasn't got as far as thatlang niet slecht/gek • not at all badze is lang niet zo groot als Jan • she's not nearly/she isn't anywhere near as tall as Janze waren lang niet allemaal aanwezig • by no means all of them were theredie zaal is lang niet groot genoeg • that room is nowhere/isn't anywhere near big enoughbij lange na niet • not by a long chalk, by no meansbij lange na niet zo goed, lang niet zo goed • not nearly as good -
11 horen
1 [met het gehoor waarnemen] hear♦voorbeelden:het is wel te horen dat je verkouden bent • you can hear that you've got a coldnu kun je het me vertellen, hij kan ons niet meer horen • you can tell me now, he is out of earshotzo mag ik het horen • that's what I like to hearzijn naam horen noemen • hear one's name mentionedik heb het alleen van horen zeggen • I only have it on hearsayik hoor het hem nog zeggen • I can still hear him saying itwij hoorden zingen/schreeuwen 〈enz.〉 • we heard singing/shouting 〈enz.〉zichzelf graag horen praten • like to hear oneself talkhij deed alsof hij het niet hoorde • he pretended not to hear (it)ik hoor je wel! • 〈 met betrekking tot schreeuwen〉 you don't need to shout!; 〈 met betrekking tot herhaling〉 I heard you the first timeik kon aan zijn stem horen dat hij zenuwachtig was • I could tell by his voice that he was nervousze kromp ineen bij het horen van zijn stem • she winced at the sound of his voice1 [geluiden kunnen waarnemen] hear2 [zijn plaats hebben] belong3 [gepast zijn] 〈zie voorbeelden 3〉4 [toebehoren] belong (to)♦voorbeelden:hij hoort slecht • he is hard of hearing〈 spreekwoord〉 wie niet horen wil, moet voelen • he who will not listen to advice must suffer for itwij horen hier niet • we don't belong herede kopjes horen hier • the cups go herebij elkaar horen • belong togetherhij hoort niet bij/tot de vlugsten • he's not one of the fastest3 dat hoor je te weten • you should/ought to know thatvoor wat hoort wat • you scratch my back and I'll scratch yoursze weet niet hoe het hoort • she doesn't know how to behaveje hoort niet te fluisteren in gezelschap • you shouldn't whisper in companydat hoort niet • it's not donedat hoort zo • that's how it should been zo hoort het ook • and that's how it should be tooze weten niet beter of het hoort zo • they don't know any betterdat is niet zoals het hoort • that's not good manners2 [in aanmerking nemen] listen (to)♦voorbeelden:laat eens iets van je horen • keep in touchlaat zijn vrouw het maar niet horen • don't let his wife (get to) know (about it)hij heeft niets van zich laten horen • he hasn't been in touchdat moet je dan nog jaren horen • you'll never hear the last/end of itik moet altijd horen dat ik vergeetachtig ben • I'm constantly being told that I'm forgetfulzij wil geen kwaad van hem horen • she won't hear a word said against himzij wil geen nee horen • she won't take no for an answerhij vertelde het aan iedereen die het maar horen wilde • he told it to anyone who would listenik wist niet wat ik hoorde • I could hardly believe my earstoevallig horen • overhearbij het horen van het nieuws • on hearing the newshij wilde er niets meer over horen • he didn't want to hear any more about itdaar heb ik nooit van gehoord • I've never heard of itdaarna hebben we niets meer van hem gehoord • that was the last we heard from himu hoort nog van ons • 〈 neutraal〉 you'll be hearing from us; 〈 als bedreiging〉 you've not heard the last of thisdaar hoor je nog meer van • you've not heard the last of thisik hoor niets dan goeds van hem • I've heard nothing but good of himnou hoor je het ook eens van een ander • so I'm not the only one who says sodat hoor ik voor het eerst • that's the first I've heard of itzo te horen gaat het goed met hem • it sounds like he's doing wellik hoor het nog wel • let me know (about it)moet je horen wie het zegt! • 〈 ironisch〉 look who's talking!moet je hem horen!, hoor hem! • (just) listen to him!als je hem hoort zou je denken dat • (from) the way he talks you'd think thathoor eens • listen, (I) say -
12 kunnen
kunnen1〈 het〉♦voorbeelden:————————kunnen22 [met betrekking tot mogelijkheid inherent aan onderwerp] 〈 tegenwoordige tijd〉 can/ 〈 verleden tijd〉 could ⇒ it is/was/ 〈enz.〉 possible for … to♦voorbeelden:willen is kunnen • where there's a will there's a wayeen handige man kan alles • a handy man can do anythinghad jij dat gekund? • could you have done that?hij kan er wat van • he's pretty good at ithij liep wat hij kon • he ran as fast as he couldiets beter kunnen dan • be better at something thanhij kon er niet onderuit • he couldn't escape (…ing), he just had toik kan er niet in/uit • I can't get in/outhij kan er niet over uit • he's always talking about ithij kan niet meer • he can't go onbuiten iets kunnen • do without somethingergens tegen kunnen • be able to take something2 dat kan (niet) • it can('t) be done, it's/that's (im)possiblehet deksel kan er niet af • the lid won't come offmorgen kan ik niet • tomorrow's impossible for mehet kan niet op • there's more than enough1 [met betrekking tot mogelijkheid zoals geschat door spreker] may, might, could ⇒ it is possible that …♦voorbeelden:het zou kunnen • could be, maybeIII 〈 hulpwerkwoord〉1 [met betrekking tot toelating] 〈 tegenwoordige tijd〉 can ⇒ be allowed to, 〈 formeel〉 may, 〈 verleden tijd〉 could, 〈 verleden tijd〉 be allowed to, 〈 verleden tijd, indirecte rede, formeel ook〉 might2 [van een bekwaamheid/mogelijkheid gebruik maken] be able to♦voorbeelden:de juf zei dat ik naar huis kon gaan • teacher said that I could go homeje had het me wel kunnen vertellen • you might/could have told me2 de gevangene kon ontsnappen • the prisoner was able to/managed to escape1 [aanvaardbaar zijn] will do♦voorbeelden:1 zo kan het niet langer • it/things can't go on like thishet kan ermee door • it'll do, it's alrightdie trui kán gewoon niet • that sweater's just impossiblezo kan ie wel weer • here we go again -
13 minder
minder13 [geringer van betekenis] minor4 [slechter] worse♦voorbeelden:ik doe het niet voor minder • I won't do it for lesshet niet met minder (willen) doen • refuse to do with less4 het is/smaakt er niet minder om • it is/tastes none the worse for itmijn ogen worden minder • my eyesight is failinghet wordt minder met de omzet/service/kwaliteit • the turnover/service/quality gets worseII 〈 bijwoord〉1 [van graad/wijze/modaliteit] less♦voorbeelden:minder gaan roken • cut down on smokinghet zijn minder de commentaren dan de sensatieverhalen die de aandacht trekken • it is the sensational stories rather than the comments that attract the attentionhoe minder erover gezegd wordt, hoe beter • the less said about it the betterkan het wat minder? • keep it down, please!————————minder2〈 telwoord〉♦voorbeelden:hij heeft niet veel geld, maar nog minder verstand • he has little money and even less intelligencedat is er weer één minder • that'll be one lesshet is iets minder, mag dat? • it's a little less, is that all right?niets minder dan dat • nothing less than thatin minder dan geen tijd was hij terug • he was back in less than no timevijf minuten meer of minder • give or take five minutesgroepen van negen en minder • groups of nine and underin minder dan twee weken na hun huwelijk • within two weeks of their weddingniemand minder dan … • none other than …net iets minder dan 100 gulden/30 seconden • just under a hundred guilders/30 secondsniet minder dan 300 mensen • no less than 300 peopleweinig minder dan • something/little short of -
14 wat
wat1〈 bijwoord〉3 [met betrekking tot verbazing/verbijstering] isn't it/that/he 〈enz.〉 …, aren't they/those 〈enz.〉 … ⇒ how4 [waarom] why♦voorbeelden:1 hij is wat traag • he is a little slow/on the slow side2 hij is er wat blij mee/trots op • he is extremely pleased with/proud of itzo eerlijk als wat • as honest as they comewat lief van je! • how nice of you!wat is het koud! • isn't it cold!, what cold weather!wat ze niet verzinnen tegenwoordig • the things they come up with these dayswat wil je nog meer? • what more do you want?wat zal hij blij zijn! • how happy/pleased he will be!〈 ironisch〉 wat zijn we weer leuk • (are you) trying to be funny?4 wat lacht hij toch? • what's he laughing for/at?————————wat22 [zonder antecedent] what3 [met voorafgaande zin als antecedent] which♦voorbeelden:alles wat je zegt, klopt • everything you say is truedat wat • whatwat mij aangaat • as for me, as far as I am concernedwat dit betreft • as far as this is concerneddoe nou maar wat ik zeg/wat je gezegd wordt • just do as I say/you're toldje kunt doen en laten wat je wilt • you can do what/as you please/like/wantik zal doen wat ik kan • I'll do what(ever) I canje kunt zeggen wat je wilt, maar verlegen is ze niet • (you can) say what you like, (but) she certainly is not shy3 hij zei dat hij het niet gemerkt had, wat natuurlijk niet waar was • he said he hadn't noticed, which was not true obviouslyze zag eruit als een verpleegster, wat ze ook was • she looked like a nurse, which in fact she was tooII 〈 vragend voornaamwoord〉1 [zelfstandig/bijvoeglijk gebruikt] what ⇒ 〈 bij beperkte keuze〉 which, 〈 verbazing uitdrukkend〉 whatever2 [waarom] why♦voorbeelden:1 wat bedoel je? • what(ever) do you mean?; 〈 sterker of ironisch〉 what(ever) are you talking about?wat bedoel je daar nou mee? • just what do you mean by that?; 〈 sterker〉 just what is that supposed to mean?wát ga je doen? • you are going to do what?wat heb je 't liefste, koffie of thee? • which do you prefer, coffee or tea?wat is er? • what's the matter?wat krijgen we nou? • what's this supposed to mean?; 〈 van politieagent〉 what's all this then?(en?) wat mag het zijn? • 〈 met betrekking tot drankje〉 what would you like (to drink); 〈 door winkelbediende gezegd〉 can I help you?wat zeg je? • what did you say?; 〈 informeel〉 sorry?, what?, come again; 〈 beleefd〉 (I beg your) pardon?wat zou dat? • what of it?wat dan nog? • so what?, what of it?wat is het voor iemand? • what's he/she like?wat voor weer is het? • what's the weather like (outside)?wat voor een naam is dat?! • what kind of name is that?!♦voorbeelden:daar vraag je me wat • now you're askingwil je wat drinken? • would you like something to drink?misschien wordt het wel wat tussen die twee • it may come to something between those twoik zal je eens wat zeggen • (just) listen (to me)!; 〈 sterker, als uitdaging〉 just you listen to me!ik zie wat • I (can) see somethingzie jij wat? • do/can you see anything?daar zit wat in • there's something to/in ithet is altijd wat met hem • there's always something up with himwat er ook gebeurt, blijf kalm • whatever happens, stay calmIV 〈 uitroepend voornaamwoord〉1 what♦voorbeelden:1 wat kun jij mooi tekenen • how well you draw!wat kun jij liegen, zeg • what a(n awful) liar you are!wat een mooie benen! • look at those legs!wat een onzin • what (absolute) nonsense————————wat3♦voorbeelden:1 geef me wat suiker/geld • give me some sugar/moneygeef mij ook wat • let me have some toowat meer • a bit/little morewat minder • a bit/little lesseen stuk of wat • two or threeeen dag of wat • a day or so/twoheel wat verdienen • earn quite a bitdat scheelt heel wat/nogal wat • that makes quite a (bit of a) difference————————wat41 what♦voorbeelden:1 wat! komt hij niet? • what! isn't he coming? -
15 weten
weten1〈 het〉♦voorbeelden:buiten/zonder mijn weten • without my knowledgenaar/bij mijn (beste) weten • to (the best of) my knowledge————————weten2♦voorbeelden:1 dat weet zelfs een kind! • even a fool knows that!zij die het kunnen weten zeggen … • the well-informed say …ik had het kunnen weten • I might have knownik zal het u laten weten • I'll let you knowzij weet met iedereen om te gaan • she has a way with everyoneweten te ontkomen • manage to escapezich weten te redden • cope, managehij wil (graag) weten, dat hij communist is • he makes no secret about being a communistniets van iemand willen weten • not want to have anything to do with someoneik zou wel eens willen weten waarom hij dat zei • I'd like to know why he said thatje zou eens moeten weten …, als je eens wist … • if only you knewdaar weet ik alles van • I know all about itmet haar weet je het nooit • you never know with herik weet het! • I've got it!het is maar dat u het weet • I thought you ought to know, just so you knowweet je het al, hij is failliet • have you heard the news, he's gone bankruptik ga hier weg; nu weet je het! • I'm leaving this place; so there!voor je het weet, ben je er • you're there before you know itze hebben het geweten • they found out (to their cost)hij wou er niets van weten • he wouldn't hear of itnu weet ik nóg niets! • I'm no wiser than I was (before)!ik weet wat …, weet je wat … • I know what …, you know what …hij weet (niet) wat hij wil • he doesn't know his own mindweten wat je doet • beware what you are abouthij weet wel wat een goede fles wijn is! • he knows a good bottle of wine when he sees one!je weet wie het zegt • look who's talkingwie weet • who knowsje moet het zelf (maar) weten • it's your decisionhij weet niet beter of het hoort zo • he doesn't know any betterje zou beter moeten weten • you should know better (than that), you should have known betterik weet niet beter dan dat hij morgen komt • as far as I know he's coming tomorrowhij weet ervan • he's aware of itik weet het niet meer • I really can't rememberik zou het niet weten • I wouldn't knowhij wist niet hoe gauw hij weg moest komen • he couldn't get away fast enoughals dat geen zwendel is dan weet ik het niet (meer) • if that isn't a fraud I don't know what isik zou niet weten waarom (niet) • I don't see why (not)ik weet nog zo net niet of ik kom • I don't know if I'll comehij heeft ik-weet-niet-hoeveel huizen • he owns I don't know how many housesweet je wel, je weet wel • you knowzeker weten! • no buts about it!weet je het zeker? • are you (absolutely) sure?iets zeker weten • be sure about somethingvoor zover ik weet • as far as I knownaar ik weet • to my knowledgeergens iets op weten • have an answer to somethingte weten • namelyiets te weten komen • find out somethingik weet van niks • I know nothing about itwat weet jij nu van tuinieren? • much you know about gardeningvan geen wijken (willen) weten • stick to one's gunsvan geen ophouden weten • not know when to stopkinderen weten van geen vermoeidheid • children know no fatiguezonder dat iemand het wist, had hij … • unknown to anyone, he had …als je dat maar weet! • keep it in mind!hij wil niet weten dat hij ziek is • he won't admit to being illniet dat ik weet • not that I knowweet je nog? • (do you) remember?〈 informeel〉 weet ik veel! • search me!〈 spreekwoord〉 wat niet weet, dat niet deert • what the eye doesn't see the heart doesn't grieve overje weet wel beter • you know better (than that)ik vermoeid? dat weet ik nog zo (zeker) niet! • me tired? I don't knowik wist niet wat ik zag! • I couldn't believe my eyes!je weet ('t) maar nooit • you never know -
16 dan
dan1〈 bijwoord〉1 [op dat tijdstip] then♦voorbeelden:1 morgen zijn we vrij, dan gaan we uit • we have a day off tomorrow, so we're going outnu eens dit, dan weer dat • first one thing, then anotherhij zei dat hij dan en dan zou komen • he said he'd come at such and such a timehij heeft twee huizen in de stad en dan nog één buiten • he has two houses in town and one in the country as wellzelfs dan/dan nog gaat het niet • even so it won't worken dan? • and then what?3 als de trein niet rijdt, dan kan ik niet komen • if the train isn't running I won't be able to comewat dan nog? • so what!〈 met tegenstellende kracht〉 ook goed, dan niet • all right, we won't thenal dan niet 〈+ bijvoeglijk naamwoord〉 • 〈 bijvoeglijk naamwoord〉 or otherwise, whether 〈 bijvoeglijk naamwoord〉 or noten dan zeggen ze nog dat … • and still they say that …hij heeft niet gewerkt; hij is dan ook gezakt • he didn't work, so not surprisingly he faileddie schrijver had dan toch maar veel succes • but that writer did have considerable success————————dan2〈 voegwoord〉1 [na een vergrotende trap] than2 [na ‘ander(s)’] than, from4 [na ‘te’] to (do/be …), for (that)5 [of] or♦voorbeelden:4 hij is te trots dan dat hij zo iets zou aannemen • he is so proud that he would never accept such an offerhij vroeg of hij morgen dan wel overmorgen zou komen • he asked whether he should come tomorrow or the day after -
17 gemakkelijk
1 [zonder moeite, niet moeilijk] easy♦voorbeelden:dat gaat niet zo gemakkelijk • it's not as easy as thatzij hebben het niet gemakkelijk • they don't have an easy time of itdat is gemakkelijker gezegd dan gedaan • that's easier said than donedat is gemakkelijk te leren • it's easy to learngemakkelijk leren • learn easilydat maakt het er niet gemakkelijker op • that doesn't make things any easierhet zichzelf gemakkelijk maken • make things easy for oneselfiets te gemakkelijk opnemen • not take something seriously enoughjij hebt gemakkelijk praten! • it's all very well for you to talk!het werk valt hem gemakkelijk • the work comes easy to himzo gemakkelijk als wat • a piece of cake2 een gemakkelijke stoel • 〈 soort stoel〉 an easy chair; 〈 een die gemakkelijk zit〉 a comfortable chairiets gemakkelijks aantrekken • put on something comfortableII 〈 bijvoeglijk naamwoord〉♦voorbeelden:1 gemakkelijke kinderen • children that/who are no troublegemakkelijk in de omgang • easy to get on with♦voorbeelden:1 er kunnen gemakkelijk nog mensen onder het puin liggen • there may well be people under the rubble still -
18 erg
erg1〈 het〉2 [opzet] (evil) intention(s)♦voorbeelden:1 hij werd voortdurend bedrogen zonder er erg in te hebben • he was constantly cheated without his realizing it2 ik deed/zei het zonder erg • I did/said it unintentionally————————erg21 [onaangenaam; slecht, schandelijk; hevig] bad♦voorbeelden:erge honger hebben • be very/terribly hungryvan de ergste soort • of the (very) worst kindhet middel is erger dan de kwaal • the cure is worse than the diseasedat is niet erg, hoor • it's not seriousis het erg/vind je het erg als ik er niet ben? • do you mind if I'm not there?de toestand van de patiënt is weer erger geworden • the patient's condition has become (even) more serious/criticalhet erger maken dan het is • make it seem worse than it (really) isiets erg vinden • think something is badhet wordt hoe langer hoe erger • it gets worse the longer it goes onhet had erger kunnen zijn • it could have been (even) worsewat erg voor je! • I feel so sorry for you!wat erg! • how awful/dreadful!zoiets ergs heb ik nog nooit meegemaakt • I've never been through anything that badhet is (zo) al erg genoeg • it's bad enough as it isdes te erger • so much the worsezo erg is het nu ook weer niet • it's not as bad as all thatop het ergste voorbereid zijn • be prepared for the worsthet is meer dan erg • it's absolutely terribleII 〈 bijwoord〉1 [zeer] very♦voorbeelden:een erg(e) grote/mooie • a very big/beautiful onezijn toestand was erg slecht • his condition was serioushij was niet erg vriendelijk • he wasn't very friendlywe hebben erg gelachen • we laughed a lothet spijt me erg • I'm very sorryniet erg waarschijnlijk • not very likelyheeft u lekker gegeten? Niet erg • did you enjoy your meal? Not muchhij ziet er erg slecht uit • he looks awful/dreadful/terriblehij is er heel erg aan toe • he's in a very bad way -
19 neerkomen
2 [treffen] fall ((up)on)3 [de bedoeling hebben] come/boil down (to) ⇒ amount (to)♦voorbeelden:1 waar is het vliegtuig neergekomen? • where did the aeroplane land?met een geweldige smak neerkomen • come down like a ton of bricksdat komt op hetzelfde neer • it comes/boils down to the same thingwaar het op neerkomt is … • the long and the short of it is … -
20 dat had je gerust kunnen zeggen
dat had je gerust kunnen zeggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dat had je gerust kunnen zeggen
- 1
- 2
См. также в других словарях:
that's all she wrote — that is the end of the story, there is no more At the end of the lesson he said, And that s all she wrote. Any questions? … English idioms
that's all she wrote — (and) that s all she wrote informal used to convey that there is or was nothing more to be said about a matter we were arguing about who should pay the bill, but he pulled out a couple of hundreds and that s all she wrote * * * that s all she… … Useful english dictionary
that's all right — it’s/that’s/all right phrase used when someone has thanked you or said sorry to you, to show that you do not mind ‘Thanks for the lift.’ ‘That’s all right.’ Thesaurus: ways of accepting someone s thankssynonym Main entry: all right … Useful english dictionary
When All Is Said and Done (song) — When All Is Said And Done Single by ABBA from the album The Visitors B … Wikipedia
When All Is Said and Done (песня) — У этого термина существуют и другие значения, см. When All Is Said and Done. «When All Is Said And Done» Сингл ABBA из альбома The Visitors Выпущен 1982 (США) Формат 7 сингл Жанр … Википедия
when all is said and done — 1. After all 2. All things considered • • • Main Entry: ↑all * * * when all is said and done mainly spoken phrase when you consider the whole of a situation, and not just one aspect of it When all was said and done it was only a game, not real… … Useful english dictionary
when all is said and done — something that you say when you are about to tell someone the most important fact in a situation. When all is said and done, a child s moral upbringing is the parents responsibility … New idioms dictionary
(and) that's all she wrote N. Amer. — (and) that s all she wrote N. Amer. informal there is nothing more to be said. → write … English new terms dictionary
all — [ ɔl ] function word, quantifier *** All can be used in the following ways: as a determiner (followed by an uncountable or plural noun): They had given up all hope. All children deserve encouragement. as a predeterminer (followed by a word such… … Usage of the words and phrases in modern English
all right — all right1 adjective, adverb MAINLY SPOKEN *** ▸ 1 fairly/very good ▸ 2 going well ▸ 3 for permission ▸ 4 not hurt/sick ▸ 5 for making someone less upset ▸ 6 for admitting something ▸ + PHRASES 1. ) satisfactory or fairly pleasant, but not… … Usage of the words and phrases in modern English
that — [ ðæt ] function word *** That can be used in the following ways: as a determiner (followed by a noun): Give me that hammer. as a demonstrative pronoun (without a following noun): Who gave you that? as a conjunction (connecting two clauses): I… … Usage of the words and phrases in modern English