-
1 zaak
8 [staatskwestie] affair9 [belang dat men behartigt] cause♦voorbeelden:1 het is de gewoonste zaak ter wereld om … • it is the most natural thing in the world to …algemene zaken • general affairszich met zijn eigen zaken bemoeien • mind one's own businessgemene zaak maken met iemand • be in league/collusion with someoneonverrichter zake terugkeren • return without having achieved one's aim; 〈 met niets verkregen〉 come back empty-handedhoe staan de zaken? • how are things?iemands zaken waarnemen/behartigen • look after someone's affairsdat is jouw zaak • that is your concerneen zaak van gewicht • a matter of (some) importanceeen zaak van ondergeschikt belang • a minor matter/pointde zaak in kwestie • the matter at hand3 goede zaken doen (met iemand) • do good business/trade (with someone)er worden goede zaken gedaan in … • trade is good in …zaken zijn zaken • business is businessin zaken gaan • go into businessover zaken spreken • talk businesshij is hier voor zaken • he is here on businesseen zaak runnen/hebben • run a businessik ben de hele dag op de zaak • I am at work all day; 〈 met betrekking tot een winkel〉 I am at the shop all dayeen auto van de zaak • a company carweten hoe de zaken ervoor staan • know how things stand/what the score isnu de zaken er zo voor staan • things being as they are, now things have come to this, such being the casewat is zijn rol in de zaak? • where does he fit/come in?de zaak is deze … • the point is …ter zake doen • 〈 belangrijk zijn〉 matter, be to the point; 〈 van invloed zijn〉 be significant; 〈 betrekking hebben〉 be relevantter zake komen • come to the pointdat doet hier niet(s) ter zake • that is irrelevant/beside the pointkennis van zaken hebben • know one's factszeker zijn van zijn zaak • be sure of what one's doingde zaak Menten • the Menten case8 Binnenlandse Zaken • Domestic/Internal AffairsBuitenlandse Zaken • Foreign Affairslopende zaken • current business, business in handvechten voor een verloren/hopeloze zaak • fight for a lost cause, fight a losing battle¶ het is zaak om … • the thing is to …niet veel zaaks zijn • be not up to much, be not a lot of good, be poor/indifferent, be a poor show/affair -
2 geval
4 [vreemd voorwerp] affair ⇒ thing, 〈 techniek, technologie ook〉 contraption, 〈 techniek, technologie ook〉 device♦voorbeelden:neem het geval Jansen • take the Jansen affairvan geval tot geval • case by case2 dat is met hem ook het geval, hij zit met hetzelfde geval • he's in the same position, it's the same with himin uw geval zou ik het nooit doen • in your position I'd never do thaternstige/lichte gevallen • 〈 zieken, misdadigers〉 serious/minor casesin het gunstigste geval • at besttypisch geval • typical instancein het uiterste geval • at worst, if (the) worst comes to (the) worstals dit het geval is • if such is the caseik doe het in geen geval • I won't do it on any account/under any circumstancesin dat geval • in that casezelfs in dat geval • even then/soin elk/ieder geval • anyway, anyhowin geval van oorlog/brand/ziekte • in the event of war/fire/illnessin negen van de tien gevallen • nine times out of tenin voorkomende gevallen • as the occasion arisesin welk geval • in which casein enkele gevallen • in some casesvoor het geval dat • (just) in case5 wat wil nou het geval? • guess what, what do you think about this?het geval wilde • as luck would have it -
3 geschiedenis
2 [geschiedwetenschap, les, boek] history♦voorbeelden:dat is een andere geschiedenis • that's another storydat vermeldt de geschiedenis niet • the story doesn't sayde algemene/vaderlandse/oude/nieuwe geschiedenis • general/national/ancient/modern historywanneer hebben we geschiedenis? • when have we got history?de geschiedenis herhaalt zich • history repeats itselfde geschiedenis ingaan als … • go down in history as …geschiedenis maken/schrijven • make/write historyin de geschiedenis vermeld worden • be on record, be recordeddat behoort tot de geschiedenis • that is history3 een gekke/onaangename/oude/beroerde 〈enz.〉 geschiedenis • a silly/an unfortunate/an old/a nasty/ 〈enz.〉business/affair -
4 kant
1 [weefsel] lace4 [grensvlak van een lichaam] side ⇒ face, surface, 〈 figuurlijk〉 aspect, 〈 figuurlijk〉 facet, 〈 figuurlijk〉 angle, 〈 figuurlijk〉 view6 [plaats waar twee vlakken samenkomen] edge7 [richting] way, direction8 [plaatsbepaling met betrekking tot een scheidslijn; helft van het lichaam] side9 [deel/uiteinde van een gebied/lichaam] side, end10 [partij, kamp] side, part(y)♦voorbeelden:gekloste kant • bobbin laceopengewerkte kant • openwork laceaan de kant ! • step aside!aan de kant gaan rijden • pull inaan de kant gaan staan • stand/step asidezijn auto aan de kant zetten • pull up/over〈 figuurlijk〉 iemand aan de kant zetten • push someone out; 〈 informeel〉 give someone the push/shoveaan de kant van de weg • at the side of the road, by the roadsidelangs de kant blijven staan • stay on the sideline(s)het schip ligt aan/voor de kant • the ship is moored/berthednaar de kant komen • swim ashoreop de kant klimmen • climb ashoreiemand van de kant afduwen • push someone inzich van zijn goede kant laten zien • show one's good sidede goede kant van een zaak • the positive side of somethingiemands sterke/zwakke kanten • someone's strong/weak pointsde vlakke kant van een plank • the face of a plank〈 figuurlijk〉 aan de ene kant wel, aan de andere kant niet • on the one hand yes, on the other (hand), no; yes and nodeze kant boven • this side upiets op zijn kant zetten • put something on its sidehet gaat met hem de verkeerde kant op • he's going to the bad; 〈 bij ziekte〉 he's taken a turn for the worsedeze kant op, alstublieft • this way, pleasedat is de kant van Haarlem op • that's out towards Haarlem, that's out Haarlem wayvan alle kanten • left and right, on all sidesgeen kant meer op kunnen • have nowhere (left) to goik sta aan jouw kant • I'm on your sideiemand aan zijn kant krijgen • win someone over to one's sidevan die kant hebben we niets te vrezen • we have nothing to fear from that quarterde liefde kan niet van één kant komen • love must be a two-sided affairdat hoor je van alle kanten • that's what you hear on all sideswantrouwen van de kant van de bevolking • distrust on the part of the public11 familie van vaders/moeders kant • relatives on one's father's/mother's sidehij is aan de kleine kant • he is on the short sidevan de verkeerde kant zijn • be of the other persuasionwij van onze kant • (we) for our partiets aan kant maken • tidy something upiets niet over zijn kant laten gaan • not take something (lying down)zich/iemand van kant maken • do oneself/someone in, do away with oneself/someone〈 informeel〉 dat klopt van geen kanten • that's all/completely wrong -
5 einde
————————einde, eind1 [plaats] end2 [moment] end ⇒ 〈van toneelstuk/boek/verhaal/film ook〉 ending, cessation 〈 van vijandigheden〉, finish 〈van wedren/loop〉3 [resultaat] upshot, result, conclusion♦voorbeelden:daar moet maar eens een einde aan komen • something has to be done about iter komt geen einde aan • there's no end to itdaar kunnen we niet aan beginnen, dan is het einde zoek • we mustn't start on that because there'd be no end to iteen verhaal met een open einde • an story with an open endingaan zijn einde komen • meet one's endhet was of er nooit een einde aan zou komen • it seemed endlesser kwam geen einde aan • there was no end to them/it 〈enz.〉een einde maken aan iets • 〈 doen ophouden〉 put an end to something; 〈 regelen, bijvoorbeeld met betrekking tot staking/argument/ruzie〉 settlelaten we er nu maar een einde aan maken • let's finish off nowhet einde nadert • the end is near〈 figuurlijk〉 aan het eind van zijn Latijn zijn • be at the end of one's tether; 〈 uitgeput ook〉 be shatteredlelijk aan zijn einde komen • come to meet a nasty endik ben nog niet aan het einde gekomen van mijn betoog • I have not yet finished my argumentik kom hiermee aan het einde van mijn betoog • this brings me to the end of my argumentze loopt op haar/het einde • she's near her timede wereld loopt op haar einde • the world is coming to an endhet loopt met hem op een einde • he's nearing his endop het einde van de middag • in the late afternoonmijn geduld loopt ten einde • my patience is wearing thinten einde raad besloot hij … • not knowing what else to do he decided to …het jaar loopt langzaam ten einde • we are coming to the end of the yearten einde raad zijn • be at one's wits' endtot het einde toe • to the very endvan het begin tot het einde • from beginning to end/start to finishtot het einde der tijden • to the end of timewij moeten tot het einde volhouden • we must see it through3 het einde van de besprekingen was, dat … • the result of the discussions was that …het einde van het liedje was, dat … • the upshot (of the affair)/the end of it was, that …iets tot een goed einde brengen • bring something to a favourable conclusion¶ dat is het einde! • that's fantastic!voor hem is Picasso het einde • he thinks Picasso is the tops/the cat's whiskers, he thinks the world of Picasso -
6 verhouding
2 [relatie] relation(ship)3 [liefdesbetrekking] (love) affair4 [meervoud] [afmetingen] proportions♦voorbeelden:naar verhouding is dat duur • that is comparatively expensivede verhouding tussen lonen en prijzen • the relation/ratio of wages to pricesmaatschappelijke/menselijke verhoudingen • social/human relationships -
7 vreemd
1 [uitheems] foreign, exotic4 [niet van eigen familie] strange, outside, other5 [van andere/onbekende soort] foreign♦voorbeelden:vreemde talen • foreign languagesalle grootspraak is haar vreemd • all boasting is foreign to her (nature)die stem is mij vreemd • that voice is unfamiliar/unknown to medaar sta ik vreemd tegenover • that's unfamiliar to me, I'm not used to thatdat heeft ze van niemand vreemd • it's obvious who she got that from, it runs in the familyII 〈 bijvoeglijk naamwoord, bijwoord〉1 [ongewoon] strange, odd ⇒ unusual2 [verbaasd] surprised♦voorbeelden:1 een vreemde gewoonte • an odd/a strange habitvreemd doen • behave in an unusual way, show/display odd behaviourhij heeft iets vreemds • there's something odd about himwat vreemd! • how extraordinary/odd/peculiar!vreemd genoeg … • strangely enough/strange to say, …het vreemde is, dat … • the odd/strange/funny thing is that … -
8 zaakje
2 [ding] affair♦voorbeelden:1 dat is een vies zaakje • that is a nasty/dirty businesszijn zaakjes geregeld hebben • have got things (well) organizedik vertrouw het zaakje niet • I don't trust the set-up¶ zijn zaakje goed/zaakjes kennen • he knows his stuff/a thing or two -
9 ding
3 [jonge vrouw] thing♦voorbeelden:ik zou er een lief ding voor geven om … • I would give my right arm to …een mooi ding, dat schuurtje • a nice job, that shedandere dingen te doen hebben • have other things to dodoe geen gekke dingen • don't do anything foolishgewone/alledaagse dingen • trivial matters, commonplace thingsde dingen tegen elkaar afwegen • weigh up the pros and consdat zijn zo van die dingen • that's just one of those thingsover die dingen spreekt men niet • one doesn't talk about such thingseen ding is zeker, hij komt niet • one thing is certain, he is not cominger is maar één ding op tegen • there is only one drawback/snagde dingen bij hun naam noemen • call a spade a spadeeen jong/aardig ding • a young thing, a nice/sweet little thing -
10 aantrekken
2 [vaster doen sluiten] tighten5 [aandoen] put on♦voorbeelden:een knoop aantrekken • draw a knot tighter3 zich aangetrokken voelen door/tot iemand/iets • feel attracted to someone/somethingdat trekt mij wel aan • that appeals to menieuwe medewerkers aantrekken • take on/recruit new staffik heb niets om aan te trekken • I have nothing to wearII 〈wederkerend werkwoord; zich aantrekken〉♦voorbeelden:zich verwijten aantrekken • take reproaches to hearttrek het je niet aan • don't let that worry youzich alles persoonlijk aantrekken • take everything personallyzich niets aantrekken van • not care aboutze scheen zich van de hele zaak niets aan te trekken • she seemed unconcerned about the whole affair♦voorbeelden: -
11 kleinigheid
1 [klein geschenk/voorwerp] little thing2 [zaak van weinig belang] small matter/affair ⇒ trifle♦voorbeelden:dat is geen kleinigheid! • that is no small matter -
12 dood
dood1〈de〉1 [levenloosheid] death♦voorbeelden:klinische dood • clinical deathom de dooie dood niet! • no way! not on your life!2 een gewelddadige/natuurlijke dood sterven • die a violent/natural deatheen zachte/langzame dood • a gentle/slow deathaan de dood ontsnappen • escape deathdat is/wordt zijn dood • that will be the death of himde dood vinden • meet one's deathde dood nabij zijn • be close to deathmet de dood voor ogen • face to face with deathten dode (toe) opgeschreven zijn • be doomed to die, be a dead man/womaniemand ter dood veroordelen • condemn/sentence someone to deathiemand ter dood brengen • put someone to deathtot de dood ons scheidt • till death us do part————————dood23 [als versterking] 〈zie voorbeelden 3〉♦voorbeelden:dood of levend • dead or alivedood en begraven • dead and buriedhij was op slag dood • he died/was killed instantlymeer dood dan levend • more dead than alivezo dood als een pier • dead as a doornail, stone deadhij is op sterven na dood • he is dying: it's just a matter of time2 een dooie boel • a dull affair, a dead placeover het dode punt heen helpen • remove the deadlockdode vingers • dead fingerseen dode vulkaan • an extinct volcanoop zijn dooie gemak • at one's leisure -
13 ontgaan
2 [uit het geheugen doen verdwijnen] slip, escape3 [aan het oog/oor ontsnappen] escape, miss ⇒ fail to notice♦voorbeelden:het kon niemand ontgaan dat • no one could fail to notice thatwat hij net zei, is mij ontgaan • I missed/didn't get what he just saidde lol daarvan ontgaat mij • I fail to appreciate the fun in it
См. также в других словарях:
that's my affair — that s my private matter, that s none of your business … English contemporary dictionary
Affair — Part of a series on Love … Wikipedia
affair — [[t]əfe͟ə(r)[/t]] ♦♦ affairs 1) N SING: the N If an event or a series of events has been mentioned and you want to talk about it again, you can refer to it as the affair. The government has mishandled the whole affair... The affair began when… … English dictionary
affair — noun 1 event/situation ADJECTIVE ▪ whole ▪ She saw the whole affair as a great joke. ▪ glittering, grand ▪ I knew that the wedding would be a grand affair. ▪ … Collocations dictionary
affair — n. 1 a concern; a business; a matter to be attended to (that is my affair). 2 a a celebrated or notorious happening or sequence of events. b colloq. a noteworthy thing or event (was a puzzling affair). 3 = love affair. 4 (in pl.) a ordinary… … Useful english dictionary
affair — 1 Affair, business, concern, matter, thing come into comparison only when they are little more than vague or general terms meaning something done or dealt with. Some or rarely all are used interchangeably in certain similar collocations such as… … New Dictionary of Synonyms
affair — (n.) c.1300, what one has to do, from Anglo French afere, O.Fr. afaire (12c., Mod.Fr. affaire) business, event; rank, estate, from the infinitive phrase à faire to do, from L. ad to (see AD (Cf. ad )) + facere to do, make (see FACTITIOUS … Etymology dictionary
AFFAIR Magazine — AFFAIR is the Sindhi news Magazine, Mr. Dr. Ali Ahmed Rind, a known intellectual, political activist, writer and journalist, is editor to this Sindhi news Magazine. He was also working with LATimes and The News. Mr Hamsafar Gadehi, a veteran… … Wikipedia
Affair — Af*fair ([a^]f*f[^a]r ), n. [OE. afere, affere, OF. afaire, F. affaire, fr. a faire to do; L.. ad + facere to do. See {Fact}, and cf. {Ado}.] 1. That which is done or is to be done; matter; concern; as, a difficult affair to manage; business of… … The Collaborative International Dictionary of English
That's Him — Album par Abbey Lincoln Sortie 1957 Enregistrement 28 octobre 1957 Durée 48:48 Genre Jazz Producteur Orrin Keepnews … Wikipédia en Français
affair — ► NOUN 1) an event of a specified kind or that has previously been referred to. 2) a matter that is a particular person s responsibility. 3) a love affair. 4) (affairs) matters of public interest and importance. ORIGIN from Old French à faire to… … English terms dictionary