-
21 circulaire
circulaire [sierkuuler]1 〈 alleen bijvoeglijk naamwoord〉cirkel-, kringvormig ⇒ cirkel-, rond- ⇒ 〈 alleen bijwoord〉 in een cirkel, in het rond, kringsgewijs♦voorbeelden:mouvement circulaire • rondgaande beweging, rondgaand verkeerraisonnement circulaire • cirkelredeneringscie circulaire • cirkelzaagvoyage circulaire • rondreisune circulaire • rondschrijven, rondzendbrief, circulaire→ billet1. f 2. adjcirkelvormig, cirkel-, rond- -
22 communiquer
communiquer [kommuuniekee]♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 (mee)delen ⇒ kennisgeven van, inzage geven in, openbaar maken♦voorbeelden:communiquer un renseignement • een inlichting verstrekken1. v1) communiceren2) meedelen, openbaar maken3) overbrengen [ziekte, warmte]2. se communiquerv1) overslaan (naar) [vuur]2) elkaar [iets] meedelen -
23 coup
coup [koe]〈m.〉1 slag ⇒ klap, steek, stoot, (plotselinge, korte, abrupte) beweging/GRAMT.♦voorbeelden:d'un coup d'aile • in een rukd'un coup de baguette (magique) • als bij toverslag〈 informeel〉 un coup de bambou • een zonnesteek; een vlaag van waanzincoup de barre • 〈 scheepvaart〉ruk aan het roer, plotselinge verandering; 〈 figuurlijk〉plotselinge vermoeidheid, hoge rekeningcoup de bec • snauw, sneerdonner un coup de brosse à qc. • iets (even) afborstelencoup de canon • kanonschotcoup de chance • gelukkig toeval, meevallercoup de chien • plotselinge storm; oproerdonner un coup de collier • er flink tegenaan gaanavoir un joli coup de crayon • goed (kunnen) tekenencoup de désespoir • wanhoopsdaadcoup d'éclat • meesterlijke zet〈 figuurlijk〉 un coup d'épée dans l'eau • een slag in de lucht, verspilde moeitecoup d'essai • eerste poging, begincoup d'Etat • staatsgreepboire le coup de l'étrier • een glaasje op de valreep drinkendonner un coup de fer à qc. • iets even opstrijkencoup de feu • schotcoup de fil • telefoontjecoup de folie • onbezonnen daad, aanval van waanzincoup de force • gewelddaad, overrompeling, coup de forcecoup de foudre • donderslag; 〈 figuurlijk〉liefde op het eerste gezicht, onverwachte ramp, slechte tijding〈 figuurlijk〉 donner un coup de fouet • aansporen, oppeppencoup de froid • verkoudheidcoup de gosier • schreeuwdonner, pousser un coup de gueule • losbrullen, een bek opzettencoup de hasard • bof, meevallercoup de langue • bitse, hatelijke opmerkingun petit, un dernier coup de lime • de laatste hand, de afwerkingcoup de main • hulp, handreiking, steun; 〈 leger〉overrompeling, aanslagdonner un coup de main • een handje helpenfaire un coup de main • een aanslag plegenavoir le coup de main • de vaardigheid hebben〈 figuurlijk〉 〈 informeel〉 recevoir le coup de masse • een zware klap (te verwerken) krijgen 〈 emoties〉〈 figuurlijk〉 un coup de massue • een harde slag, een gevoelige slagcoup de mer • stortzee, zware golfcoup d'oeil • blik, oogopslag, uitzichtavoir le coup d'oeil • kijk op de dingen hebbendu premier coup d'oeil • op het eerste gezichtjeter un coup d'oeil (rapide) sur qc. • een vluchtige blik op iets werpen〈 figuurlijk〉 coup de patte • veeg uit de pan, trap nace peintre a le coup de patte • deze schilder kan aardig met het penseel overwegse donner un coup de peigne • een kam door z'n haar halencoup de pied • trap, schopcasser des vitres à coups de pierre • ruiten ingooientuer qn. à coups de pierres • iemand stenigendonner un coup de piston à qn. • iemand aan een baantje helpencoup de poing • stomp, vuistslagcoup de poing (américain) • boksbeugel〈 informeel〉 avoir le, un coup de pompe • de man met de hamer tegenkomen, opeens niet meer kunnen〈 informeel〉 coup de pompe • man met de hamer, plotselinge uitputting, vermoeidheidun coup de pot • mazzel, gelukdonner le coup de pouce • de laatste hand aan iets leggencoup de poussière • mijngasontploffingon lui a fait le coup du presse-citron • ze hebben hem als een citroen uitgeknepencoup de pub • reclamestuntcoup de réparation • strafschopcoup de sang • beroerte, plotselinge woedecoup de semonce • schot voor de boegcoup de sifflet • fluitsignaalcoup de soleil • zonnesteek; zonnebrandcoup du sort • speling van het lot, tegenslagdonner un coup de téléphone à qn. • iemand opbellencoup de théâtre • plotselinge ommekeer, onverwachte wendingse flanquer un coup de torchon • vechtendonner un coup de tube à qn. • iemand een telefoontje gevencoup de veine • geluk, gelukkig toevalcoup de vent • rukwind, windstootcheveux en coup de vent • slordig, los zittend haarentrer en coup de vent • binnenstormencoup bas • stoot onder de gordelêtre aux cent coups • in alle staten zijn, doodsangsten uitstaandonner le dernier coup, le coup décisif • de genadeslag geven〈 informeel〉 coup fourré • gemene, onverwachte streek, luizenstreek〈 sport en spel〉 coup franc • vrije trap, slagmauvais coup • gemene streek, lelijke klapcoup monté • afgesproken werk, doorgestoken kaart〈 informeel〉 sale coup • rotstreek; zware slagcoup sec • droge knal, klap〈 figuurlijk〉 accuser le coup • de klap incasseren, er een klap van krijgenavoir le coup • er de slag van hebben〈 informeel〉 avoir un coup dans l'aile, dans le nez • (licht) aangeschoten zijn, te diep in het glaasje gekeken hebben〈 informeel〉 boire un coup • iets drinken, er eentje nemencalculer son coup • de zaak precies uitrekenen, uitkienencompter les coups • alleen maar toekijken, neutraal zijn〈 informeel〉 discuter le coup • babbelen, kletsen〈 informeel〉 être dans le coup • er bij betrokken zijn, er van wetenexpliquer le coup • de toestand, gang van zaken uiteenzettenfaire coup double • twee vliegen in één klap slaanfaire les cent coups, les quatre cents coups • een losbandig, rusteloos leven leiden, erop los leven, van alles uithalen 〈 kind〉en ficher, mettre un coup • flink de handen uit de mouwen stekenne pas en ficher un coup • geen klap uitvoerenfrapper des coups en l'air • vergeefse moeite doenfrapper un grand coup • een zware slag toebrengen, een grote slag slaanfrapper à coups redoublés • hard en vaak slaanmarquer le coup • een bijzonderheid benadrukken, een bepaalde gebeurtenis niet ongemerkt voorbij laten gaanmaintenant j'ai pris le coup • nu weet ik hoe het moetil en a pris un coup • dat heeft hem geen goed gedaanrendre coup pour coup • een klap, slag teruggevenrisquer, tenter le coup • het erop wagentenir le coup • standhouden, het uithoudenvaloir le coup • de moeite lonen, waard zijnen venir aux coups • handgemeen wordenà coup sûr • vast en zeker, beslistà tous (les) coups, à tout coup • telkens, bij elke gelegenheidtout à coup • plotselingaprès coup • naderhand, achterafau, du premier coup • bij de eerste keerau coup de midi • klokslag 12 uurd' un (seul) coup • in één keer, plotselingtout d' un coup • ineens, plotselingdu coup • bijgevolg, daaromdu même coup • tegelijkertijd, bij diezelfde gelegenheidêtre hors du coup • nergens vanaf wetenau coup par coup • een voor eenpour le coup • deze keer〈 juridisch〉 pour coups et blessures • vanwege toegebracht lichamelijk letsel; 〈 Algemeen Zuid-Nederlands〉 voor slagen en verwondingensous le coup de • onder de invloed, dreiging vansur le coup • op slag, onmiddellijk, meteensur le coup de midi • klokslag 12 uurcoup sur coup • achtereenvolgens, vlak na elkaar→ pierrem1) slag, klap, klop, steek, stoot, bons, dreun, trap, schop2) snee3) beet4) ruk5) worp6) daad, streek7) teug, slok8) zet -
24 déborder
déborder [deebordee]1 overlopen ⇒ overvol zijn, overstromen♦voorbeelden:cet enfant déborde de vie et de santé • dat kind is zeer levendig en blaakt van gezondheidje suis débordé (de travail) • ik ben overstelpt met werk, ik heb het razend druk→ goutteII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 uitsteken uit, buiten, boven♦voorbeelden:v1) overstromen2) uitsteken (boven, buiten)3) lostrekken, afhalen [dekens]4) omtrekken [leger] -
25 défaut
défaut [deefoo]〈m.〉1 gebrek ⇒ tekort, ontoereikendheid2 gebrek ⇒ fout, onvolkomenheid, zwakke plek3 zwakheid ⇒ fout, verkeerdheid, verzuim, nalatigheid♦voorbeelden:défaut d'organisation • gebrekkige organisatiedéfaut de vitamines • vitaminegebrekfaire défaut • ontbrekenà défaut de • bij gebrek aanpécher par défaut • al te weinig doendéfaut de fabrication • fabricagefoutdéfaut de prononciation • spraakgebreksans défauts • vlekkeloos→ excèsc'est là son moindre défaut • dat is zijn grootste gebrek nog nietêtre en défaut • in gebreke blijven(sur)prendre qn. en défaut • iemand op een tekortkoming betrappenfaire défaut • niet verschijnen, verstek laten gaanm1) gebrek, tekort2) fout, tekortkoming3) verzuim, nalatigheid4) verstek [juridisch] -
26 douceur
douceur [doesur]〈v.〉4 genot ⇒ (het) aangename, heerlijkheid5 zachtheid ⇒ vriendelijkheid, zachtmoedigheid♦voorbeelden:3 en douceur • in alle rust, zachtjesatterrissage en douceur • zachte landings'éclipser en douceur • zonder opzien te baren ervandoor gaanelle est d'une douceur angélique • zij is engelachtigc'est la douceur même • hij, zij is de zachtmoedigheid zelveemployer la douceur • iets met zachte hand proberen te doenprendre qn. par la douceur • iemand zachtjes aanpakken1. f1) zoetheid2) zachtheid, mildheid3) rust, kalmte4) genot, heerlijkheid2. douceursf pl -
27 ébranlement
ébranlement [eebrãlmã]〈m.〉1 schudding ⇒ trilling, beving2 schok ⇒ stoot, hort3 schok ⇒ verwarring, ontdaanheid4 (het) aan het wankelen brengen ⇒ (het) ondermijnen, (het) aantastenm1) schudding, beving2) schok4) vertrek [trein] -
28 encre
encre [ãkr]〈v.〉1 inkt♦voorbeelden:gomme à encre • inktgumnuit d'encre • inktzwarte, pikdonkere nachtencre indélébile • merkinkt, niet-uitwasbare inktlettre de la même encre • brief in dezelfde bijtende stijlencre sympathique • sympathetische inktécrire à qn. de sa plus belle encre • iemand een brief op poten sturenfaire couler beaucoup d'encre • veel pennen in beweging brengenf -
29 faux
faux1 [foo]I 〈m.〉1 (het) valse ⇒ (het) onware, (het) onechte♦voorbeelden:3 〈 figuurlijk〉 s'inscrire en faux contre une interprétation • de juistheid van een interpretatie aanvechtenII 〈v.〉♦voorbeelden:————————faux2 [foo],fausse [foos]〈bijvoeglijk naamwoord; ook bijwoord〉1 vals ⇒ onwaar, onjuist, verkeerd2 ongegrond ⇒ vals, ijdel3 onecht ⇒ nagemaakt, vervalst, schijn-, imitatie-4 onoprecht ⇒ onwaarachtig, vals♦voorbeelden:faire un faux mouvement • een verkeerde beweging makenfaire un faux pas • een misstap doense trouver dans une fausse position • zich in een scheve positie bevindensituation fausse • dubbelzinnige situatiefrapper à faux • misslaanraisonnement qui porte à faux, en porte à faux • ongefundeerde redeneringfaux ami • vriend die geen vriend isc'est une fausse blonde • ze heeft geblondeerd haarfaux bonhomme • iemand die slechts in schijn goedaardig isfaux col • losse boordc'est une fausse maigre • zij lijkt magerder dan ze isfaire une fausse sortie • net doen alsof men weggaat1. m2) vervalsing3) bedrog2. fzeis [landbouw]3. faux/fausseadj, adv1) vals, onwaar, onjuist2) ongegrond3) onecht, nep4) onoprecht5) onzuiver, vals [muziek] -
30 flot
flot [floo]〈m.〉♦voorbeelden:verser des flots de larmes • tranen met tuiten huilendes flots de lumière • een zee van lichtà (grands) flots • overvloedig, volopm1) golf, vloed2) stroom, massa -
31 frisson
frisson [friesõ]〈m.〉1 huivering ⇒ rilling, (het) beven♦voorbeelden:donner le frisson • doen huiverenm1) huivering, rilling2) (het) ruisen -
32 gaieté
gaieté [geetee]〈v.〉1 vrolijkheid ⇒ opgeruimdheid, blijmoedigheid3 〈 meervoud〉leuke, vrolijke, aardige, komische kanten♦voorbeelden:1 de gaieté de coeur • van harte, uit eigen beweging1. f1) vrolijkheid2) geintje2. gaietésf plleuke, komische kanten -
33 inébranlable
inébranlable [ieneebrãlaabl]1 standvastig ⇒ onwankelbaar, onwrikbaar2 solide ⇒ stevig, waar geen beweging in te krijgen is♦voorbeelden:être, rester inébranlable • onvermurwbaar zijnadj1) standvastig, onwrikbaar2) solide, stevig -
34 ondulation
ondulation [õduulaasjõ]〈v.〉♦voorbeelden:les ondulations des cheveux • de haargolvenune ondulation indéfrisable, permanente • een permanent (wave)f(het) golven, golving -
35 progrès
progrès [progre]〈m.〉1 voortgang ⇒ vooruitgang, ontwikkeling2 (het) zich uitbreiden ⇒ voorwaartse beweging, (het) oprukken♦voorbeelden:faire des progrès, être en progrès • vorderingen makenm1) vooruitgang2) ontwikkeling3) uitbreiding4) (het) oprukken [leger] -
36 réflexe
réflexe [reefleks]〈m.; ook bijvoeglijk naamwoord〉1 reflex ⇒ onwillekeurige beweging, reactie♦voorbeelden:1. m 2. adj -
37 retraite
retraite [rətret]〈v.〉1 pensioen(geld) ⇒ pensioen(uitkering), ouderdomspensioen, AOW(-uitkering)♦voorbeelden:retraite anticipée • vervroegd pensioen, VUTêtre à la retraite • met pensioen zijnmettre qn. à la retraite • iemand pensionerenprendre sa retraite • met pensioen gaan〈 ook figuurlijk〉 battre en retraite • zich terugtrekken, de aftocht blazen→ maisonf2) aftocht, terugtocht3) retraite5) schuilplaats -
38 retraité
retraite [rətret]〈v.〉1 pensioen(geld) ⇒ pensioen(uitkering), ouderdomspensioen, AOW(-uitkering)♦voorbeelden:retraite anticipée • vervroegd pensioen, VUTêtre à la retraite • met pensioen zijnmettre qn. à la retraite • iemand pensionerenprendre sa retraite • met pensioen gaan〈 ook figuurlijk〉 battre en retraite • zich terugtrekken, de aftocht blazen→ maisonadj -
39 rotation
rotation [rottaasjõ]〈v.〉1 omwenteling ⇒ draaiing, draaiende beweging♦voorbeelden:par rotation • bij toerbeurtf1) draaiing2) roulatie, omloop -
40 souche
souche [soesĵ]〈v.〉1 (boom)stronk ⇒ stobbe, knar5 strook ⇒ talon, stok♦voorbeelden:il resta comme une souche • er was geen beweging in hem te krijgenfaire souche • stamvader zijnf1) boomstronk2) wortelstok3) stamvader4) oorsprong5) stok
См. также в других словарях:
Vlaams-socialistische beweging — La Vlaams Socialistische Beweging est le nom de deux organisations politiques flamands distinctes : le premier se situe dans les années 1970 et 1980 et le deuxième a été créé en 2007. Aucun lien direct entre les deux mouvements n existe bien … Wikipédia en Français
Vlaams-Socialistische Beweging — La Vlaams Socialistische Beweging est le nom de deux organisations politiques flamands distinctes : le premier se situe dans les années 1970 et 1980 et le deuxième a été créé en 2007. Aucun lien direct entre les deux mouvements n existe bien … Wikipédia en Français
Encyclopedie van de Vlaamse Beweging — L’Encyclopedie van de Vlaamse Beweging (Encyclopédie du Mouvement flamand) est un ouvrage encyclopédique de référence sur le mouvement flamand, dont les mots clé se réfèrent à des personnes, événements, publications, organisations, mythes et… … Wikipédia en Français
Nationaal-Socialistische Beweging — Die Nationaal Socialistische Beweging in Nederland (NSB) war in der 1. Hälfte des 20. Jahrhunderts eine zunächst faschistische, später nationalsozialistische Partei in den Niederlanden. Die NSB war in der Zeit zwischen den Weltkriegen durchaus… … Deutsch Wikipedia
Ried fan de Fryske Beweging — Der Ried fan de Fryske Beweging (RfdFB) (deutsch: Rat der Friesischen Bewegung) ist eine Organisation, die sich für den Erhalt der friesischen Sprache und Kultur im niederländischen Friesland einsetzt. Der vollständig unabhängige Rat ist eine… … Deutsch Wikipedia
NATIONAAL SOCIALISTISCHE BEWEGING — (NSB; NA TIONALSOCIALIST MOVEMENT) Political party founded in 1931 by Anton Mussert and Cornelis van Geelkerken (1901–1976). It was the Dutch branch of Adolf Hitler’s German National Social ist Workers’Party. The NSB was not popular in the… … Historical Dictionary of the Netherlands
Pierre-Hans Suremont — Jan Pieter Suremont Pieter ou Pierre Jean ou Pierre Hans ou Jan Pieter Suremont (Anvers, 29 janvier 1762 – Anvers, 8 mars 1831) est un compositeur et un musicologue flamand du Royaume des Pays Bas[1],[2] ayant des « qualités esthétiques… … Wikipédia en Français
Pierre-Jean Suremont — Jan Pieter Suremont Pieter ou Pierre Jean ou Pierre Hans ou Jan Pieter Suremont (Anvers, 29 janvier 1762 – Anvers, 8 mars 1831) est un compositeur et un musicologue flamand du Royaume des Pays Bas[1],[2] ayant des « qualités esthétiques… … Wikipédia en Français
Pieter Suremont — Jan Pieter Suremont Pieter ou Pierre Jean ou Pierre Hans ou Jan Pieter Suremont (Anvers, 29 janvier 1762 – Anvers, 8 mars 1831) est un compositeur et un musicologue flamand du Royaume des Pays Bas[1],[2] ayant des « qualités esthétiques… … Wikipédia en Français
Suremont — Jan Pieter Suremont Pieter ou Pierre Jean ou Pierre Hans ou Jan Pieter Suremont (Anvers, 29 janvier 1762 – Anvers, 8 mars 1831) est un compositeur et un musicologue flamand du Royaume des Pays Bas[1],[2] ayant des « qualités esthétiques… … Wikipédia en Français
ИНДОНЕЗИЯ — Республика Индонезия (Republik Indonesia), гос во в Юго Вост. Азии, на о вах Малайского архипелага. Площ. 1904,3 тыс. км2. Нас. ок. 98 млн. чел. (1962). Столица г. Джакарта. Нас. говорит более чем на 150 языках и диалектах. Гос. язык… … Советская историческая энциклопедия