-
1 onder voorwaarde dat
conj. provided that, providing that, given that -
2 geven
1 [schenken; toebrengen; toekennen; ook figuurlijk] give ⇒ 〈 geld ook〉 donate, 〈 aanreiken ook〉 hand♦voorbeelden:1 Engels/geschiedenis geven • teach English/historydat geeft een gemiddelde van 20 • you get an average of 20geef mij maar een glaasje wijn • I'll have a glass of winegeef mij maar Parijs • give me Paris (any day)kunt u me de secretaresse even geven? • would you please let me talk to the secretary?hij gaf zich de tijd niet om te eten • he didn't take time to eatje zou hem geen vijftig geven • you'd never think he was fiftykun je me het zout geven? • can/could you give/pass/hand me the salt?dat verhaal geeft te denken • that story makes you think〈 kaartspel〉 wie moet er geven? • who's deal is it?weten te geven en te nemen • know how to give and takeik zou heel wat willen geven om te weten … • I'd give a lot to know …zich helemaal aan iets geven • give oneself entirely (over) to something; throw oneself right into something 〈werk enz.〉dan geef ik er nog een autoradio bij • I'll throw in a car radio tooiets er aan geven • give something upgeef hier dat geld • give me that moneyiemand ervan langs geven • let someone have itdaar geef ik geen cent/geen barst om • I couldn't care less/couldn't give a damn about thathet is zaliger te geven dan te ontvangen • it is better to give than to receivehet was hem niet gegeven, zijn vader nog levend te zien • it was not (to be) given to him to see his father alive againgeef op! • (come on,) hand it over!de dokter geeft er wel wat voor • the doctor will have something for it¶ ik geef het je te doen • it's no picnic, it's not the easiest thing in the worldzich helemaal geven, alles geven • give it everything one's gothij gaf niet thuis • 〈 niet meewerken〉 he wouldn't play ball; 〈 niet reageren〉 he appeared not to notice/not to hear (me 〈enz.〉), he didn't bite1 [gesteld zijn op] be fond of2 [erg/hinderlijk zijn] matter♦voorbeelden:niets/geen cent om iemand/iets geven • not care a thing about someone/something2 wat geeft het? • what does it matter?, who cares?dat geeft niks • it doesn't matter a bit/at alldat geeft niet, hoor • it doesn't matter, it's all right -
3 hebben
2 [getroffen zijn door] have, be3 [in genoemde omstandigheden verkeren] have, be4 [(gevoelens) koesteren] have ⇒ be5 [beschikken over] have (got)6 [krijgen] have8 [met betrekking tot iets dat gedaan kan/moet worden] have9 [aantreffen] be, have11 [verdragen] stand, take12 [+ aan] [nut ondervinden van] be of use (to)♦voorbeelden:1 heb jij een auto? • have you got a car?ze heeft een boetiekje/reclamebureau • she has a boutique/an advertising agencyiemands hele hebben en houden • all someone's belongingsiets moeten hebben • need somethingiets willen hebben • want somethinghet heeft er veel van dat … • it looks very much as if …iets bij zich hebben • be carrying something, have something with oneiets vrolijks over zich hebben • make a cheerful impression, have a certain cheervan wie heeft hij dat? • who/where has he got that from?veel van iemand/iets hebben • look very much/be very like someone/somethingik heb het niet van mezelf • I haven't thought/dreamt that up myselfwat heb je? • what's the matter/wrong with you?wat heb je toch? • what's come over you?iets aan de voet hebben • have something wrong with one's foot/foot trouble3 ik hoop dat je mooi weer hebt • I hope you'll have good weather/the weather will be finehet koud/warm hebben • be cold/hothoe heb ik het nu met je? • what's up with you?ik wist niet hoe ik het had • I didn't know what to make of ithoe heb je het gehad? • did you have a good time?, how did you get on?hebben jullie wel eens wat met elkaar? • is there anything between you?hij heeft iets tegen mij • he has grudge against mehij heeft er niets op tegen • he has no objectionshoe wilt u het hebben? • how would you like it? 〈 bijvoorbeeld bij bank, met betrekking tot geld〉ze heeft het helemaal • she's really got itik heb al veel plezier gehad van mijn nieuwe p.c. • my new pc has given me a lot of pleasureik heb het • I've got itvan wie heb je dat? • who told/gave you that?ik heb nooit Spaans gehad • I've never learned Spanishik moet nog een tientje van hem hebben • he still owes me ten guilders〈 beledigend〉 wat moet je (van me) hebben? • what do you want (from me)?ik moet er niets van hebben • I want nothing to do with itdat heb je ervan • that's what you getzo, dat hebben we ook weer gehad • well, that's that(het) met iemand te doen hebben • be/feel sorry for someonedagelijks met iemand te doen hebben • see someone every daydaar heb je het al • I told you soje hebt/men heeft ook groene • there are/you get green ones as wellwat zullen we nu hebben • hey, what's this?(kijk eens) wie we daar hebben • look who's here!zo wil ik het hebben • that's how I want itiets (gedaan) willen hebben • want (to see) something donedaar heb ik je • (I've) got you thereik heb hem zover • I've managed to persuade himeen klap van heb ik jou daar • a stunning blow/mighty thump11 hij kan veel/niet veel hebben • he can take a lot, he can't take much〈 ironisch〉 nou, daar heb ik veel aan! • oh, a (fat) lot of good that will do menu weten we tenminste wat we aan elkaar hebben • at least now we know where we standwat heb je aan een mooie auto als je niet kunt rijden? • what's the use of a beautiful car if you can't drive?¶ 〈 sport〉 die had je makkelijk kunnen hebben • that one should have been yours 〈met betrekking tot bal terugslaan/stoppen enz.〉ik moest je net hebben • you're just the person I want/have been looking formoet je net Freek hebben • you can imagine Freek's reaction!iedereen heeft het erover • everybody's talking about ithij had het niet meer • it was all just too much for himwel heb ik ooit! • well, I never!ik heb het niet op hem • I don't like/trust himik zal het er met hem over hebben • I'll talk to him about itik weet niet waar je het over hebt • I don't know what you're talking aboutdaar heb ik het straks nog over • I'll come (back) to that later on/in a momentnu we het daar toch over hebben • now that you mention it …daar wil ik het nu niet over hebben • I won't go into that nowik heb het tegen jou • I'm talking to youiemand als vriend hebben • be friends with someoneII 〈 hulpwerkwoord〉1 [ter aanduiding van de voltooide tijd bij werkwoord] have♦voorbeelden:1 gelachen dat we hebben • did we have a laugh!had ik dat maar geweten • if (only) I had known (that)had dat maar gezegd • if only you'd told me (that)ik heb met hem op school gezeten • I went to school with himhij had gezwommen • he had been swimming -
4 horen
1 [met het gehoor waarnemen] hear♦voorbeelden:het is wel te horen dat je verkouden bent • you can hear that you've got a coldnu kun je het me vertellen, hij kan ons niet meer horen • you can tell me now, he is out of earshotzo mag ik het horen • that's what I like to hearzijn naam horen noemen • hear one's name mentionedik heb het alleen van horen zeggen • I only have it on hearsayik hoor het hem nog zeggen • I can still hear him saying itwij hoorden zingen/schreeuwen 〈enz.〉 • we heard singing/shouting 〈enz.〉zichzelf graag horen praten • like to hear oneself talkhij deed alsof hij het niet hoorde • he pretended not to hear (it)ik hoor je wel! • 〈 met betrekking tot schreeuwen〉 you don't need to shout!; 〈 met betrekking tot herhaling〉 I heard you the first timeik kon aan zijn stem horen dat hij zenuwachtig was • I could tell by his voice that he was nervousze kromp ineen bij het horen van zijn stem • she winced at the sound of his voice1 [geluiden kunnen waarnemen] hear2 [zijn plaats hebben] belong3 [gepast zijn] 〈zie voorbeelden 3〉4 [toebehoren] belong (to)♦voorbeelden:hij hoort slecht • he is hard of hearing〈 spreekwoord〉 wie niet horen wil, moet voelen • he who will not listen to advice must suffer for itwij horen hier niet • we don't belong herede kopjes horen hier • the cups go herebij elkaar horen • belong togetherhij hoort niet bij/tot de vlugsten • he's not one of the fastest3 dat hoor je te weten • you should/ought to know thatvoor wat hoort wat • you scratch my back and I'll scratch yoursze weet niet hoe het hoort • she doesn't know how to behaveje hoort niet te fluisteren in gezelschap • you shouldn't whisper in companydat hoort niet • it's not donedat hoort zo • that's how it should been zo hoort het ook • and that's how it should be tooze weten niet beter of het hoort zo • they don't know any betterdat is niet zoals het hoort • that's not good manners2 [in aanmerking nemen] listen (to)♦voorbeelden:laat eens iets van je horen • keep in touchlaat zijn vrouw het maar niet horen • don't let his wife (get to) know (about it)hij heeft niets van zich laten horen • he hasn't been in touchdat moet je dan nog jaren horen • you'll never hear the last/end of itik moet altijd horen dat ik vergeetachtig ben • I'm constantly being told that I'm forgetfulzij wil geen kwaad van hem horen • she won't hear a word said against himzij wil geen nee horen • she won't take no for an answerhij vertelde het aan iedereen die het maar horen wilde • he told it to anyone who would listenik wist niet wat ik hoorde • I could hardly believe my earstoevallig horen • overhearbij het horen van het nieuws • on hearing the newshij wilde er niets meer over horen • he didn't want to hear any more about itdaar heb ik nooit van gehoord • I've never heard of itdaarna hebben we niets meer van hem gehoord • that was the last we heard from himu hoort nog van ons • 〈 neutraal〉 you'll be hearing from us; 〈 als bedreiging〉 you've not heard the last of thisdaar hoor je nog meer van • you've not heard the last of thisik hoor niets dan goeds van hem • I've heard nothing but good of himnou hoor je het ook eens van een ander • so I'm not the only one who says sodat hoor ik voor het eerst • that's the first I've heard of itzo te horen gaat het goed met hem • it sounds like he's doing wellik hoor het nog wel • let me know (about it)moet je horen wie het zegt! • 〈 ironisch〉 look who's talking!moet je hem horen!, hoor hem! • (just) listen to him!als je hem hoort zou je denken dat • (from) the way he talks you'd think thathoor eens • listen, (I) say -
5 passen
1 [nauwkeurig sluiten] fit5 [schikken] suit6 [+ op] [letten (op), (ervoor) waken] look after, take care of7 [kaartspel] pass♦voorbeelden:ik moest wel vier keer komen passen • I had to go for four fittingshet past precies • it fits like a glovedeze broek past je slecht • these trousers are a bad fitdeze sleutel past op de meeste sloten • this key fits most locksik zoek iets dat hierbij past • I'm looking for something to go with/match thisdie tas past niet bij die jas • that bag doesn't go with that coatze passen goed/slecht bij elkaar • they are well/ill-matchedbij het geheel passen • fit into the picturedat past bij zijn stijl • that's just his styledie kast zou goed in mijn keuken passen • that cupboard would go well in my kitchenhet past niet in mijn plannen • it doesn't suit my planshet past je slecht/niet dit te doen • it ill befits you to do thisop de winkel passen • look after/mind the shoper goed op passen, goed op iets passen • take good care of, keep an eye onpas op het afstapje/je hoofd • watch/mind the step/your headze zijn oud en wijs genoeg om op zichzelf te kunnen passen • they are old enough to take care of themselvesik pas! • pass!II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [nauwkeurig meten] fit2 [precies genoeg betalen] pay with the exact money3 [juist plaatsen] fit4 [kijken of het goed zit] try on♦voorbeelden:met wat passen en meten komen we wel rond • with some juggling we'll managehebt u het niet gepast? • haven't you got the exact change/money?3 iets in/aan elkaar passen • fit in/together -
6 verwachten
1 [rekenen op] expect♦voorbeelden:1 men verwacht moeilijkheden met de bonden • trouble with the (trade) unions is foreseen/anticipateddat kun je van zo iemand verwachten • that is to be expected from someone like thatdaar moet je ook niet alles van verwachten • don't set your hopes too highlang verwacht • long-awaitedop plaatsen waar je ze helemaal niet verwacht • in the most unlikely placesdat had ik wel verwacht • that was just what I had expectedverwacht in dit theater • coming/appearing soon in this theatredat was te verwachten • that was only to be expectedgezien de te verwachten belangstelling • given the anticipated interestdat had ik van haar niet verwacht • 〈 gunstig〉 she has gone beyond my expectations; 〈 ongunstig〉 I hadn't expected that from herik verwacht er veel van • I have high hopes/expectationsmen verwacht dat hij morgen zal vertrekken • he is expected/supposed to leave tomorrow2 ze verwacht een baby • she is expecting (a baby)/is in the family way -
7 ervan
♦voorbeelden:de helft ervan • half of it/them/thatde verbindingen die ervan afgeleid zijn • the combinations derived from itik ben ervan overtuigd/ ervan overtuigd dat • I am convinced of it/convinced thathij kan zich moeilijk ervan losmaken • he has trouble breaking free from italles wat men ervan maken kan • all one can make of ithoeveel hij ook ervan nam, … • no matter how much he took of it, …ik schrok ervan • it gave me a frightde mensen spraken ervan • people talked about itwat vind je ervan? • what do you think of it?de hele stad weet ervan • the whole town knows about itervan weggaan/scheiden • depart/divorceervan weten • know of it -
8 taak
1 [functie, opdracht] task ⇒ job, duty, 〈 verantwoordelijkheid〉 responsibility, 〈 opdracht〉 assignment2 [school(wezen)] assignment♦voorbeelden:ik heb de prettige/aangename taak om … • it is my agreeable duty to …een zware taak op zich nemen • undertake an arduous taskzijn taak aanvangen, van zijn taak ontheven zijn • assume one's duties, be relieved of one's dutieshet is niet mijn taak dat te doen • it is not my place to do thathet is uw taak/de taak van de regering • it is up to you/the governmentde officier belast met de taak om … • the officer charged with the duty of …iemand een taak opgeven/opleggen • set someone a taskeen taak verrichten • perform/discharge a task/duty, do a jobeen belangrijke taak vervullen bij (de verkiezingen) • have/play an important part in (the elections)taak volbracht • mission accomplishedhet als zijn taak zien • see it as one's task/briefzich tot taak stellen iets te doen • make it one's business to do somethingtot taak hebben • have as one's dutytot taak krijgen • be given the task (of)zich van zijn taak kwijten • discharge one's dutyniet voor zijn taak berekend zijn • be unequal to one's task -
9 bepaald
1 [aangewezen] particular, specific♦voorbeelden:1 doe je dat met een bepaald doel? • are you doing that for any particular reason?heb je een bepaald iemand in gedachten? • are you thinking of anyone in particular?vooraf bepaald • predeterminedom bepaalde redenen • for certain reasonsII 〈 bijvoeglijk naamwoord, bijwoord〉1 [beslist] definite♦voorbeelden:het is bepaald onjuist • it is definitely wronghij was bepaald vriendelijk • he was positively friendlyhet is bepaald niet eenvoudig • it is by no means easyniet bepaald slim • not particularly cleverdat is niet bepaald een compliment • that is not exactly a complimenthet was bepaald geen succes • it was anything but a success -
10 naam
♦voorbeelden:een man van naam • a man of repute/standingiemand met naam en toenaam noemen • mention someone by (his full) namede eigen naam • one's maiden namehet kan nadelig zijn voor zijn goede naam • it may harm his reputationeen goede/slechte naam hebben • have a good/bad reputation/namedaardoor heeft het beroep een slechte naam gekregen • this has given the profession a bad namezijn naam eer aandoen • live up to one's reputation/namede rol waarmee hij naam heeft gemaakt • the role that made his namedat mag geen naam hebben • that's not worth mentioningde naam hebben (van) rijk te zijn • be said to be richlaat mijn naam erbuiten • leave my name out of thiszijn hond luistert naar de naam Mao • his dog answers to (the name of) Maonaam maken • make a name for oneself (with/as)een collega wiens naam ik niet zal noemen • a colleague who shall remain namelesszijn naam ophouden • live up to one's name/reputationzijn naam ergens onder zetten • sign one's name to somethingde dingen bij de naam noemen • call a spade a spadehij is in naam eigenaar • he is nominally the owner/the owner in name (only)vrij op naam • no legal charges, no law costseen cheque uitschrijven op naam van • make out a cheque tozij heeft vier boeken op haar naam staan • she has four books to her namehet huis staat op zijn naam • the house is in his namete naam stellen van • put in the name often name van, op naam van • in the name ofuit mijn naam • from me, on my behalfiemand van naam kennen • know someone by namewat was uw naam ook weer? • what did you say your name was?de grote namen in het peloton • the big names among the packin naam der wet • in the name of the lawmet name • particularly, in particular -
11 calcitonine
n. calcitonin, (Medicine) hormone that is produced in the thyroid gland and serves to regulate blood calcium levels (given as a medication to treat hypercalcemia) -
12 cardiograaf
n. cardiograph, electrocardiograph, EKG (machine that records electrical pulses given off by the heart) -
13 hoorcollege
n. lecture, discourse given before an audience (especially one that is instructive) -
14 wortel
n. root; carrot; source, origin; number that multiplied by itself yields a given number (Mathematics) -
15 degelijk
♦voorbeelden:1 een degelijke firma • a reputable/respectable firmeen degelijk persoon • a respectable personII 〈 bijvoeglijk naamwoord, bijwoord〉♦voorbeelden:een degelijke maaltijd • a substantial mealdat huis is degelijk gebouwd • that house is solid♦voorbeelden:¶ wel degelijk • really, actually, positivelyik meen het wel degelijk • I am quite serious -
16 fiat
fiat1〈 het〉♦voorbeelden:fiat krijgen • be given authorization/permission————————fiat2♦voorbeelden:nu fiat, fiat ermee • done!, that's a bargain/deal! -
17 kous
♦voorbeelden:kousen stoppen • darn socksop (zijn) kousen lopen • walk in one's stocking feetmet de kous op de kop thuiskomen • come away with a flea in one's ear -
18 nadenken
nadenken1〈 het〉1 thought♦voorbeelden:————————nadenken21 [denken] think2 [nader overwegen] think, reflect ((up)on), consider♦voorbeelden:even nadenken • let me/ 〈 informeel〉let's think!ik heb er niet bij nagedacht • I did it without thinkingals je er goed over nadenkt • if you think about itik moet/zal er eens over nadenken • I've got to/I'll think about itwe hebben er lang over nagedacht • we have given the matter much/considerable thoughtals je even nadacht zou je zien dat dat niet kan • a moment's thought would show you it won't workover de gevolgen denken ze nooit na • they never (stop to) think about/consider the consequenceszonder erbij na te denken • without (even/so much as) thinking -
19 overwegen
overwegen1 [overdenken] consider ⇒ think over/out♦voorbeelden:het overwegen waard • worth consideringwij overwegen een nieuwe auto te kopen • we are thinking of/considering buying a new caralles overwegende doe ik er beter aan om … • all things considered I had better …ernstig overwogen worden • be under serious considerationik heb mijn antwoord goed overwogen • I have given careful thought/consideration to my responseeen goed overwogen oplossing • a carefully thought-out solutioniets goed/grondig overwegen • turn something over in one's mindhet nog eens goed overwegen • reconsider (the matter)〈 juridisch〉 overwegende, dat … • considering that …♦voorbeelden:1 zij werd verscheurd door woede en angst, maar uiteindelijk overwoog de angst • she was torn between anger and fear, but in the end fear prevailed -
20 pers
I 〈de〉1 [journalisten] press3 [werktuig waarin iets geperst kan worden] press4 [drukpers] (printing) press♦voorbeelden:de pers te woord staan • talk to the press2 een slechte/een goede pers krijgen • be given a bad/good pressbij het ter perse gaan • at the time of going to pressdat boek komt vers van de pers • that book is hot off the pressII 〈 de (mannelijk)〉1 [tapijt] Persian carpet/rug
- 1
- 2
См. также в других словарях:
given that — given, given that These are used as a preposition and conjunction (introducing a subordinate clause) respectively with the meaning ‘(it being) granted or assumed (that)’. The history of their use shows them to be free of the need to be attached… … Modern English usage
given that — ; conjunction • It was surprising the government was re elected, given that they had raised taxes so much. Main entry: ↑givenderived … Useful english dictionary
given that — on the assumption that; since, because … English contemporary dictionary
given — given, given that These are used as a preposition and conjunction (introducing a subordinate clause) respectively with the meaning ‘(it being) granted or assumed (that)’. The history of their use shows them to be free of the need to be attached… … Modern English usage
given — [giv′ən] vt., vi. pp. of GIVE adj. 1. bestowed; presented 2. accustomed, as from habit or inclination; prone [given to lying] 3. stated; specified [a given date] 4. taken as a premise; assumed; granted [given that ABC is a right trian … English World dictionary
That Evening Sun — is a short story by the American author William Faulkner, published in 1931 on the collection These 13 , which included Faulkner s most anthologized story, A Rose for Emily. That Evening Sun is a dark portrait of white Southerners indifference to … Wikipedia
given — giv|en1 [ˈgıvən] the past participle of ↑give given 2 given2 adj [only before noun] 1.) any/a given... any particular time, situation, amount etc that is being used as an example ▪ On any given day in the Houston area, half the hospital beds are… … Dictionary of contemporary English
given — [[t]gɪ̱v(ə)n[/t]] ♦♦♦ 1) Given is the past participle of give. 2) ADJ: det ADJ If you talk about, for example, any given position or a given time, you mean the particular position or time that you are discussing. In chess there are typically… … English dictionary
given — giv|en1 [ gıvn ] adjective only before noun * 1. ) used for referring to a particular thing: PARTICULAR: About 250 students are working with us at any given time. In a given situation, more than one of these methods may be used. 2. ) a given… … Usage of the words and phrases in modern English
given — 1 adjective (only before noun) 1 a given time, date etc is one that has been previously arranged: At a given time we ll all start shouting and cheering. 2 at any given time/point etc at any particular time, point etc: The distance from the centre … Longman dictionary of contemporary English
given — I UK [ˈɡɪv(ə)n] / US adjective [only before noun] * 1) used for referring to a particular thing About 250 students are working with us at any given time. In a given situation, more than one of these methods may be used. 2) a given period has… … English dictionary