-
61 fine
adj. mooi; (haar)fijn; mager, smal; verkozen; uitstekend; scherp; gepolijst; delicatesse; puur; elegant--------adv. tot het dunne af; mooi, goed; uitstekend--------n. (geld)boete--------v. boete geven; verfijnen, dunner makenfine1[ fajn] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————fine21 fijn ⇒ dun, scherp3 delicaat ⇒ fijn, goed♦voorbeelden:〈 ironisch〉 a fine friend you are! • (een) mooie vriend ben jij!fine and dandy • alles goed en wel, primathat's all very fine • allemaal goed en welfine with me • mij goed/best3 fine workmanship • goed/technisch geraffineerd vakmanschapone of these fine days • vandaag of morgena fine gentleman/lady • een hele meneer/mevrouwnot to put too fine a point/an edge on it • zonder er doekjes om te windencome to/reach a fine pass • in een lastig parket rakenthe fine points of the argument • de subtiele punten van de redeneringfine silver • zilver van hoog gehalte♦voorbeelden:1 I'm fine, thanks • met mij gaat het goed, dank je————————fine3〈 werkwoord〉1 beboeten♦voorbeelden:1 be fined £10 for smoking • £10 boete krijgen wegens roken————————fine41 fijn ⇒ goed, in orde♦voorbeelden:it suits me fine • ik vind het prima2 cut up onions fine • uien fijn/klein snipperen¶ you are cutting it fine if you want to catch your train • dat wordt erg krap als je die trein wil halen -
62 issue
n. onderwerp; formulier; emissie, uitgifte; uitgave; verspreiding; uitkomst; afstammelingen; stroom; afkomst--------v. emissie, uitgifte; uitgeven, uitgaan, resulteren; uitnemen; verspreiden; verdelenissue1[ isjoe:]2 uitgang ⇒ uitmonding, uitstroming♦voorbeelden:2 does this lake have an issue to the sea? • staat dit meer in verbinding met de zee?1 kwestie ⇒ (belangrijk) punt, probleem♦voorbeelden:join/take issue with someone about/on something • het met iemand oneens zijn over ietsmake an issue of something • ergens een punt van makenthe point/matter at issue • het punt dat aan de orde isthey are at issue on this point • op dit punt zijn ze het niet met elkaar eens1 publicatie ⇒ uitgave, emissie2 uitstroming ⇒ afvloeiing, lozing♦voorbeelden:the day of issue • de dag van publicatie————————issue2♦voorbeelden:a cloud of white smoke issued from the chimney • er kwam een witte rookwolk uit de schoorsteenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 uitbrengen ⇒ publiceren, in circulatie/omloop brengen, uitvaardigen♦voorbeelden:they issued a new series of stamps • ze gaven een nieuwe serie postzegels uit -
63 this
adj. deze, dit--------adv. dat; dit--------pron. dit; datthis1[ ðis] 〈voornaamwoord; meervoud: these〉1 dit/deze ⇒ die/dat2 nu ⇒ dit♦voorbeelden:a fine mess, this • een mooie rommel is ditthe points at issue are these: housing, employment, … • de punten waarover het gaat zijn de volgende: huisvesting, tewerkstelling, …this is a rose and that a lily • dit is een roos en dat een leliewhat's all this? • wat is hier (allemaal) aan de hand?this is where I live • hier woon ik〈 Amerikaans-Engels, aan telefoon〉 who is this? • met wie spreek ik?do it like this • doe het zoit's/things are like this • 't zit zo, de zaken liggen zoafter this • hiernaat this • op dit/dat ogenblik¶ this is it! • dit is het einde/geweldig; nu heb ik er genoeg van!they talked about this and that • ze praatten over ditjes en datjesfor all this • niettegenstaande dit alles————————this2〈 bijwoord〉1 zo♦voorbeelden:I know this much, that the idea's crazy • ik weet in elk geval dat het een krankzinnig idee is————————this3〈meervoud: these〉1 dit/deze ⇒ die/dat2 〈 temporele nabijheid〉laatste/voorbije♦voorbeelden:this very moment • op ditzelfde ogenblikdo you want this suit or that one? • wil je dit pak of dat?2 this day • (de dag van) vandaag/hedenshe's so grumpy these days • ze is tegenwoordig zo humeurigthis morning • vanmorgenafter all these years • na al die jaren3 where are you travelling this summer? • waar ga je de komende zomer naar toe?I'm leaving this Wednesday • ik vertrek (aanstaande) woensdag♦voorbeelden:this fellow came cycling along • er kwam een kerel aangefietst -
64 Tomobiki
n. een van de 6 dagen van de Japanse rokuyo kalender met de betekenis "veel geluk gedurende de gehele dag, uitgeazonderd 's middags en een slechte dag voor begrafenissen" -
65 per diem
adj. berekend op dagelijkse basis; dagelijks; per dag betaald--------adv. (Latijns) per dag, dagelijks--------n. hoeveelheid geld gegeven of betaald aan een werknemer om dagelijkse kosten te dekken; (cruise business) dagelijkse kosten die reiziger betaalt voor een cruise -
66 Taian
n. een van de zes dagen van de Japanse rokuyo kalender met de betekenis van "gelukkigste dag, dag van grote vrede" (goede dag voor maken van reisjes en ceremoniën zoals trouwdagen, enz.) -
67 against
prep. tegen; tegenover; aanleunend tegen[ əgenst, əgeenst]♦voorbeelden:against the current • tegen de stroom inevidence against John • bewijs(materiaal) tegen Johnthe odds are against John • de kansen zijn in Johns nadeelvaccination against the measles • inenting tegen de mazelenhouses against a blue sky • huizen die afsteken tegen een blauwe hemelfall against the table • tegen de tafel aan vallen -
68 broad
adj. breed; ruim, wijd; globaal--------n. vrouw, meisje (platte taal)broad1[ bro:d] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:1 the broad of the back • het achterste, het ondereind van de rug————————broad2〈 broadness〉1 breed(gebouwd) ⇒ uitgestrekt, in de breedte2 ruim(denkend) ⇒ liberaal, vrijzinnig3 gedurfd ⇒ onbekrompen, royaal4 duidelijk ⇒ evident, direct5 grof ⇒ plat, lomp♦voorbeelden:broad bean • tuinboonbroad fields • uitgestrekte veldenbroad shoulders • brede schoudersbroadly speaking • in zijn algemeenheidbroad views • ruime opvattingen, liberale denkbeeldenII 〈 bijvoeglijk naamwoord, attributief〉1 ruim ⇒ globaal, ruw♦voorbeelden: -
69 different
adj. anders; bijzonder, speciaal[ difrənt]1 verschillend ⇒ onderscheiden, ongelijk; afwijkend, apart♦voorbeelden: -
70 fly
adj. uitgeslapen, uitgekookt (slang)--------n. vlieg; flap; vlucht; gulp (van de broek); tent opening--------v. vliegen (vogel); vliegen (vliegtuig); besturen v.e. vliegtuig; laten vliegen; wegvluchten; wegrennen; snel voorbijgaan; laten waaien; waaien; overstekenfly1[ flaj] 〈→ Sporttermen: RugbySporttermen: Rugby/〉I 〈telbaar zelfstandig naamwoord; meervoud: flies〉1 vlieg3 〈 in samenstellingen〉gevleugeld/vliegachtig insect♦voorbeelden:not harm/hurt a fly • geen vlieg kwaad doen4 your fly is undone! • je gulp staat open!a fly on the wall • een spion→ Spanish Spanish/♦voorbeelden:————————fly2————————fly33 〈 benaming voor〉 zich snel voortbewegen ⇒ vliegen, (voorbij)snellen; vluchten; omvliegen, vervliegen 〈 van tijd〉; wegvliegen 〈 van geld〉; verdwijnen, optrekken 〈 van mist〉; uit elkaar springen, alle kanten op vliegen 〈 van glas〉♦voorbeelden:fly in/out • aankomen/vertrekken per vliegtuigfly past • (in formatie) over/voorbij vliegenfly to the help of someone • iemand te hulp snellenmake the money fly • met geld smijtentime flies (like an arrow) • de tijd vliegtlet fly • (af)schieten/vuren; laten schieten〈 informeel〉 we're very late, we must fly • we zijn erg laat, we moeten rennenthe door flew open • de deur werd plotseling geopendfly into a rage/passion/temper • in woede ontstekenthe glass flew to bits/into pieces • het glas spatte in stukjes uiteenthe child flew towards its father • het kind vloog zijn vader tegemoetfly upon someone • iemand aanvliegenshe's flying high • het gaat haar voor de windII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
71 other
adj. ander, andere; anders dan; tweede--------adv. anders--------n. ander, andere--------pron. ander, anderenother1[ uðə] 〈 bijvoeglijk naamwoord〉♦voorbeelden:1 none other than John • niemand anders/minder dan JohnI don't want you to be other than what you are • ik wil niet dat je anders zou zijn dan je bent————————other21 (nog/weer) andere(n) ⇒ overige(n), nieuwe♦voorbeelden:one left and the others stayed • één vertrok en de anderen blevensomeone or other • iemandone after the other • na elkaaramong others • onder anderetell one from the other • ze uit elkaar houdenone or other of them • één van hen————————other3〈 determinator〉1 ander(e) ⇒ nog een, verschillend(e)♦voorbeelden:on the other hand • daarentegenkeep the other one • houd de andere maar¶ the other day/night/week • een paar dagen/avonden/weken geleden -
72 rather
adv. vrij, tamelijk, nogal; liever, eerder[ ra:ðə, 〈in betekenis 0.6〉 ra:ðə:]2 juister (uitgedrukt) ⇒ liever/beter gezegd3 enigszins ⇒ tamelijk, nogal, wel4 meer ⇒ sterker, in hogere mate♦voorbeelden:2 she's my wife, or rather she was my wife • zij is mijn vrouw, of liever ze was mijn vrouwa rather shocking experience, rather a shocking experience • een nogal schokkende ervaringbe rather surprised • een beetje verbaasd zijn4 she depends rather on her husband's than on her own income • ze is meer van haar mans inkomen afhankelijk dan van het hare5 It's not raining. Rather, it's a sunny day • Het regent niet. Integendeel, het is een zonnige dag6 ‘Would you like a drink?’ ‘Rather!’ • ‘Een borrel?’ ‘Nou en of!’, ‘Dat sla ik niet af!’ -
73 set up
n. (Slang) lawaai; bedrog; valstrik; hinderlaag; wedstrijd georganiseerd met een tegenstander die makkelijk kan worden verslagen--------v. opzetten; opstellen; activeren; iem. belazeren, de schuld op iem. anders schuiven; iem. oplichtenset up♦voorbeelden:set up for oneself • voor zichzelf beginnenset up in business • een zaak beginnenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 opzetten 〈 bijvoorbeeld tent〉 ⇒ opstellen, monteren 〈 machine〉; zetten 〈 boek〉; stichten, oprichten 〈 school〉; beginnen 〈 winkel〉; aanstellen 〈 comité〉; opstellen 〈 regels〉; organiseren♦voorbeelden:be well set up for/with money • goed voorzien zijn van geld -
74 average out
average out〈 informeel〉♦voorbeelden:1 the profits averaged out at fifty pounds a day • de winst kwam gemiddeld neer op vijftig pond per dagII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:1 if we average out your income over three years at seven thousand pounds • als we uw inkomen over drie jaar op gemiddeld zevenduizend pond schatten -
75 better
adv. beter; op een betere manier--------n. beter, iets wat de voorkeur heeft--------v. verbeterenbetter1[ bettə]♦voorbeelden:1 listen to the advice of your elders and betters • luister naar de raad van mensen die ouder en wijzer zijn dan jijJohn's my better at tennis • John tennist beter dan ik1 wat beter/gunstiger/wenselijker enz. is ⇒ verbetering♦voorbeelden:his emotions got the better of him • hij werd door zijn emoties overmandget the better of something • voordeel halen uit ietsthink (all) the better of someone for • een hogere dunk van iemand krijgen vanwege————————better2〈in betekenis I vergrotende trap van good; in betekenis II vergrotende trap van well〉1 beter♦voorbeelden:do something against one's better judgement • iets tegen beter weten in doenbetter luck next time! • volgende keer beter!he is little better than a thief • hij is nauwelijks beter/meer dan een diefon the better side of forty • nog geen veertigI'm none the better for it • ik ben er niet beter van gewordenII 〈 bijvoeglijk naamwoord, predicatief〉1 hersteld ⇒ genezen, beter————————better3〈 werkwoord〉♦voorbeelden:————————better4〈bijwoord; vergrotende trap van well〉1 beter2 meer♦voorbeelden:teachers are better off than we • leraren hebben het beter dan wijbetter than six • meer dan zes -
76 bright
adj. helder; bend; snugger, pienter; stralend[ brajt]2 opgewekt ⇒ opgeruimd, vrolijk♦voorbeelden:bright as a new pin • zo helder als wat/glaslook on the bright side of things • de dingen van de zonzijde bezienbright red • helderroodshine bright • helder schijnen2 bright eyes • heldere/stralende ogenbright and early • voor dag en dauw -
77 busy
adj. druk; bezet--------v. bezig zijn met; het druk hebben metbusy1[ bizzie] 〈bijvoeglijk naamwoord; busily; busyness〉1 bezig ⇒ druk (bezet), bedrijvig♦voorbeelden:it's been a busy day • het is een drukke dag geweestI'm busy cleaning • ik ben (druk) aan het schoonmakenshe's busy at/with her work • ze is druk aan het werkhe's busy with a book • hij werkt aan een boek2 the line is busy • de lijn is bezet, het toestel is in gesprek————————busy2〈werkwoord; busied〉♦voorbeelden: -
78 hatch
n. incubatie; het uit het ei komen; dag oud kuiken; luik in een schip; patrijspoort--------v. uit het ei komen; broeden; plannen; arceren (van een figuur of grafiek)hatch1[ hætsj] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————hatch2II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
79 late
adj. laat, late; verlaat; laatste, nieuwe; de zojuist overledene; vroeger--------adv. laat; te laat; tot een laat uur; tot een later tijdstip; laatst; tot nu toelate11 te laat ⇒ verlaat, vertraagd3 recent ⇒ van de laatste tijd, nieuw♦voorbeelden:at a late hour • laat (op de dag), diep in de nachtkeep late hours • het (altijd) laat makenin the late thirties • aan het eind van de jaren dertigat the latest • uiterlijk, op zijn laatst3 the late developments • de recente/jongste ontwikkelingenher latest novel • haar nieuwste/laatst verschenen boekthe latest about the war • het laatste nieuws over de oorlog————————late2〈bijwoord; later, ook last〉1 te laat ⇒ verlaat, vertraagd2 laat ⇒ op een laat tijdstip, gevorderd♦voorbeelden:as late as the twentieth century • nog tot in de twintigste eeuw¶ of late • onlangs, kort geleden -
80 overnight
adj. 's nachts; tijdens de nacht; voor een nacht (in een hotel verblijven), overnacht--------adv. tijdens de nacht; tijdens de vooravondovernight1♦voorbeelden:————————overnight2〈 bijwoord〉1 de avond/nacht tevoren♦voorbeelden:travel overnight • 's nachts reizen
См. также в других словарях:
Wat Een Dag — Infobox ESC entry song = flagicon|Netherlands Wat Een Dag caption = year = 1961 country = Netherlands artist = Greetje Kauffeld as = with = language = Dutch languages = composer = Dick Schallies lyricist = Pieter Goemans conductor = Dolf van der… … Wikipedia
DAG (newspaper) — DAG (English: Day) was a freely distributed Dutch language tabloid newspaper in the Netherlands. The paper was released jointly by publishing company PCM and telecommunications company KPN. Its last issue was released on October 1, 2008, but the… … Wikipedia
Één — Saltar a navegación, búsqueda één Nombre público één Programación Generalista Propietario VRT País … Wikipedia Español
één — Nombre público één Programación Generalista Propietario VRT País Fundación … Wikipedia Español
Één — Infobox TV channel name = één logofile = VRT één TV channel Summer logo.png logoalt = één s summer logo country = flagicon|Belgium Belgium launch = 1953 picture format = 625 Lines PAL (analogue), 576i SDTV (digital) owner = VRT former names = NIR … Wikipedia
Wat Een Geluk — Infobox ESC entry song = flagicon|Netherlands Wat Een Geluk caption = year = 1960 country = Netherlands artist = Rudolf Wijbrand Kesselaar as = Rudi Carrell with = language = Dutch languages = composer = Dick Schallies lyricist = Willy van Hemert … Wikipedia
Tag — 1. Alen Doach hîsch, äs mäkest hîsch; un Sangtich hîsch, dâd äs hîsch. (Siebenbürg. sächs.) – Schuster, 368. 2. All Dag is ken Joarmarkt. (Strelitz.) 3. All Dage is kîn Sonndag (kîn Karkmess, sün kîn Fangeldage). (Oldenburg.) 4. All Doag wat Nîgs … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Bløf — Pays d’origine Pays Bas Genre musical Rock Années d activité Depuis 1992 Labels … Wikipédia en Français
Brot — 1. Abgeschnitten Brot hat keinen Herrn. Frz.: Pain coupé n a point de maître. 2. Alles Brot ist dem gesund, der hungert. 3. Alt Braut un drüge Holt helpen hushalten. (Westf.) 4. Alt Brot, alt Mehl, alt Holz und alter Wein sind Kleister. –… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Pferd — (s. ⇨ Ross). 1. A blind Ferd trefft gleich (gerade) in Grüb herein. (Jüd. deutsch. Warschau.) 2. Alte Pferde achten der Peitsche nicht. Lat.: Psittacus senex ferulam negligit. (Gaal, 926.) 3. Alte Pferde gehen nicht durch. Holl.: Het hollen is… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Herman van Veen — (2010) Herman van Veen (* 14. März 1945 in Utrecht, Niederlande; mit vollem Namen Hermannus Jantinus van Veen) ist ein niederländischer Sänger, Violinist, Schriftsteller, Liedertexter und Liederkomponist. In Deutschland wurde er unter anderem mit … Deutsch Wikipedia