-
1 install
-
2 settle in
zijn nieuwe woning betrekken; zich redden, zich installeren, acclimatiserensettle in————————settle in -
3 induct
v. installeren, inhuldigen[ indukt]1 installeren ⇒ inhuldigen, bevestigen2 introduceren ⇒ als lid opnemen/toelaten -
4 settle
n. een bank met hoge leuning--------v. regelen; bijleggen; regeling treffen; bevolken; vaststellen; betalen; vestigen, koloniseren; wonen; (be)landensettle1[ setl] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————settle21 gaan zitten ⇒ zich neerzetten, neerstrijken♦voorbeelden:darkness settled on the town • duisternis daalde neer op de stadsettle back in a chair • gemakkelijk gaan zitten in een stoelwe haven't yet settled in • we zijn nog niet op ordesettle for something • genoegen nemen met ietssettle into new surroundings • wennen aan een nieuwe omgevingsettle (down) to something • zich ergens op concentreren, zich ergens toe zetten→ settle down settle down/♦voorbeelden:settle with someone • rekening/schulden betalen aan iemand→ settle down settle down/2 vestigen 〈 in woonplaats, maatschappij〉 ⇒ 〈 bij uitbreiding〉 aan een goede baan helpen, aan de man/vrouw brengen7 schikken ⇒ bijleggen, tot een schikking komen8 〈 informeel〉 afrekenen met 〈 alleen figuurlijk〉 ⇒ tot zwijgen brengen, doen ophouden; betaald zetten♦voorbeelden:4 she settled her mother among the pillows • zij legde haar moeder comfortabel neer tussen de kussensshe settled herself in the chair • zij nestelde zich in haar stoel6 that settles it! • dat doet de deur dicht!settle into • zich thuis doen voelen insettle on • vastzetten op -
5 upgrade
n. (in computers) bijwerken, het installeren van een nieuwe verbeterde versie van een programma of het installeren van een nieuw onderdeel in de computer; verbeteren--------v. verbeteren, vernieuwenupgrade1♦voorbeelden:————————upgrade2〈 werkwoord〉 -
6 adjust
v. aanpassen; afstellen; aanmeten; installeren; regelen; i.d. praktijk brengen[ ədzjust]1 regelen ⇒ in orde brengen, rechtzetten2 afstellen ⇒ instellen, bijstellen4 (zich) aanpassen ⇒ in overeenstemming brengen, harmoniseren♦voorbeelden: -
7 enthrone
-
8 fit up
-
9 inaugurate
v. inwijden, inhuldigen, onthullen, openen (nieuw tijdperk)[ inno:gjoereet]2 (feestelijk/plechtig) openen -
10 institute
n. instituut; instelling; de wet; principe; gewoonte--------v. instellen, stichten; installeren, aanstellen, beginnen,oprichteninstitute1[ institjoe:t] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————institute2〈 werkwoord〉1 stichten ⇒ invoeren; op gang brengen, in/opstellen♦voorbeelden: -
11 invest
v. investeren; uitreiken; toekennen; inwerken; kleden, aankleden; toedekken, bedekken; kronen; versieren[ invest]II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
12 lay
adj. gewoon; amateur; ondeskundig; niet priesterlijk; wereldlijk--------n. lied, vers, ballade--------n. toestand; leg (v. kip); stand van zaken; wip, nummertje; plechtig lied, zang; iem. die bed deelt--------v. neerleggen; leggen; dekken; voorleggen (voor mij); opleggen; plaatsen; veroorzaken; klaarmaken; wedden; wonenlay1[ lee] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:1 〈 Amerikaans-Engels〉 the lay of the land • de natuurlijke ligging van het gebied/stuk grond; 〈 figuurlijk ook〉 de stand van zaken→ easy easy/————————lay22 leken- ⇒ amateur-, ondeskundig♦voorbeelden:lay preacher • lekenpriesterlay sister • lekenzuster————————lay31 wedden♦voorbeelden:1 leggen ⇒ neerleggen/vleien4 verdrijven ⇒ doen bedaren/verdwijnen5 beleggen ⇒ bekleden, be/overdekken (met)7 naar voren brengen ⇒ uiten, in/uitbrengen♦voorbeelden:2 the scene of the story is laid in … • het verhaal speelt zich af in …lay a snare/trap • een strik/val zettenlay flat • tegen de grond slaanlay low • tegen de grond werken; (vernietigend) verslaan; 〈 figuurlijk〉 vellen 〈 bijvoorbeeld van ziekte〉lay waste • verwoesten4 lay someone's doubts • iemands twijfel(s) wegnemen/sussen6 lay a wager • een weddenschap aangaan/afsluiten8 lay a penalty (up)on someone • iemand een boete/straf opleggen→ lay aside lay aside/, lay by lay by/, lay down lay down/, lay off lay off/, lay on lay on/, lay open lay open/, lay out lay out/, lay up lay up/————————lay4→ lie lie/ -
13 put in
een verzoek indienen, solliciteren; binnenlopenput in♦voorbeelden:put in for leave • verlof (aan)vragen3 put in at a port • een haven binnenlopen/aandoenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 (erin) plaatsen/zetten/brengen ⇒ inlassen, invoegen2 opwerpen♦voorbeelden:1 put in an/one's appearance • zich (eens) laten zien/vertonenput in a comma here! • las hier een komma in!put in the horses • de paarden inspannen3 put in guards for the President's protection • bewakers aanstellen voor de bescherming van de presidentthe Conservative Party was put in • de Conservatieve Partij kwam aan de machtwe had another hour to put in • we moesten nog een uur passerenput in a claim for damages • een eis tot schadevergoeding indienen -
14 telegraphy
-
15 wire
adj. van draad gemaakt; op draad gelijkend--------n. metaaldraad; kabel, draad; ijzerdraad; snaar; prikkeldraad; telefoon kabel; telegraaf; telegram; val (om iet te vangen)--------v. telegraferen; met een draad vastmaken; bedraden (elek.); telegram verzenden; elektronisch afluisterapparaat installerenwire1[ wajjə]♦voorbeelden:2 by wire • telegrafisch, per telegram→ live live/♦voorbeelden:————————wire2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 met (een) dra(a)d(en) vastmaken/verbinden -
16 Installation Program
installatie programma, serviceprogramma dat hulp biedt bij het installeren van programma's op de harde schijf -
17 PNP
n. Plug-en-Play,insteken en werken, hardware norm voor het eenvoudig installeren van nieuwe apparatuur -
18 hardware installation
hardware installatie (het installeren van fisieke onderdelen in computer) -
19 installable
adj. te installeren, kan geïnstalleerd worden voor gebruik; kan in computer geïnstalleerd worden (Computers) -
20 instate
v. (in ambt) installeren, opnemen in
- 1
- 2
См. также в других словарях:
installieren — Vsw erw. fremd. Erkennbar fremd (16. Jh.) Hybridbildung. Entlehnt aus ml. installare in ein Amt einsetzen , zu ml. stallus Stuhl (Zeichen der Amtswürde, vgl. Lehrstuhl). Dieses eine Latinisierung von d. Stall. Abstraktum: Installation; Nomen… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache