-
21 kaart
1 [speelkaart] card4 [toegangskaart] ticket5 [ansichtkaart] card♦voorbeelden:de kaarten zijn geschud • 〈 figuurlijk〉 the die is cast, decisions have been made2 〈 figuurlijk〉 dat is doorgestoken kaart • it's been arranged behind our backs, it's rigged; it's a frame up 〈 gearrangeerde beschuldiging〉〈 figuurlijk〉 dat is geen haalbare kaart • it's not a viable proposition, it's not practicable/workable〈 figuurlijk〉 zich in de kaart laten kijken • show one's cards/hand3 de gele/rode kaart krijgen • be shown the yellow/red cardgroene kaart • Bgreen cardmag ik de kaart van u • may I have the menu, please?die plaats staat niet op de kaart • that place isn't on the map -
22 nabij
nabij1♦voorbeelden:de nabije omgeving • the immediate surroundingsin de nabije toekomst • in the near futurede wanhoop nabij zijn • be close to despairiets van nabij meemaken • experience something at first hand————————nabij2〈 voorzetsel〉♦voorbeelden:1 om en nabij de duizend gulden • roughly/around/about a thousand guildershij is om en nabij de vijftig • he's about fifty, he's fiftyish -
23 afzetten
5 [van/tegen iets afduwen] push off7 [laten uitstappen] drop ⇒ set/put down9 [laten bezinken/neerslaan] deposit♦voorbeelden:3 je moet je niet overal zo laten afzetten! • don't pay through the nose for everything!een klant voor tien gulden afzetten • cheat a customer out of ten guildersde straat was afgezet met soldaten • the street was lined with soldierszich afzetten tegen (iets/iemand) • react against (something/someone)1 [snel afkomen] come/rush (up to)2 [zich afzetten voor een sprong] take off♦voorbeelden:1 op iemand komen afzetten • make/go for someone -
24 benaderen
3 [aanpakken] approach4 [rekenkundig] calculate/estimate (roughly)♦voorbeelden:gemakkelijk/moeilijk te benaderen • (un)approachable -
25 bevriend
♦voorbeelden:1 een bevriende mogendheid • a friendly nation/powervan bevriende zijde vernemen • hear from friends/a friendbevriend raken met iemand • become friends with someonegoed bevriend zijn (met iemand) • be close friends (with someone) -
26 dood
dood1〈de〉1 [levenloosheid] death♦voorbeelden:klinische dood • clinical deathom de dooie dood niet! • no way! not on your life!2 een gewelddadige/natuurlijke dood sterven • die a violent/natural deatheen zachte/langzame dood • a gentle/slow deathaan de dood ontsnappen • escape deathdat is/wordt zijn dood • that will be the death of himde dood vinden • meet one's deathde dood nabij zijn • be close to deathmet de dood voor ogen • face to face with deathten dode (toe) opgeschreven zijn • be doomed to die, be a dead man/womaniemand ter dood veroordelen • condemn/sentence someone to deathiemand ter dood brengen • put someone to deathtot de dood ons scheidt • till death us do part————————dood23 [als versterking] 〈zie voorbeelden 3〉♦voorbeelden:dood of levend • dead or alivedood en begraven • dead and buriedhij was op slag dood • he died/was killed instantlymeer dood dan levend • more dead than alivezo dood als een pier • dead as a doornail, stone deadhij is op sterven na dood • he is dying: it's just a matter of time2 een dooie boel • a dull affair, a dead placeover het dode punt heen helpen • remove the deadlockdode vingers • dead fingerseen dode vulkaan • an extinct volcanoop zijn dooie gemak • at one's leisure -
27 innig
♦voorbeelden:dat is mijn innige overtuiging • it is my profound convictionhet is haar innige wens • it is her fervent wishiemand innig liefhebben • love someone very dearly -
28 klein
klein1〈 het〉1 small♦voorbeelden:in het klein verkopen • retail, sell (by) retailde wereld in het klein • the world in a nutshell/in miniaturein het klein beginnen • begin/start in a small way/on a small scaleeen Marilyn Monroe in het klein • a mini Marilyn Monroe————————klein23 [gering in aantal/hoeveelheid] small5 [niet voornaam/groots] small6 [niet helemaal] little♦voorbeelden:1 een klein eindje • a short distance/little wayeen kop kleiner dan … • a head shorter than …te kleine schoenen • tight shoes, shoes that are too smallhij is klein gebouwd • he is short (in stature)klein van stuk • of small stature/buildzij is klein voor haar leeftijd • she is small for her ageklein maar dapper • small but tough/gameklein maar fijn • good things come in small packages〈 spreekwoord〉 wie 't kleine niet eert, is het grote niet weerd • he that will not stop for a pin will never be worth a pounddaar is hij nog te klein voor • he is still too young for thathebt u het niet kleiner? • have you got nothing smaller?7 met een klein stemmetje • in a timid/small voiceklein van geest • petty, narrow-mindedII 〈 bijwoord〉1 [op kleine wijze] small♦voorbeelden: -
29 scherp
scherp1〈 het〉1 [snede van wapen] edge2 [kogels] ball♦voorbeelden:met scherp schieten • fire (with) live ammunition————————scherp21 [goed snijdend, geslepen] sharp2 [met een fijne punt] sharp(-pointed)4 [de zintuigen pijnlijk aandoend] sharp ⇒ pungent, hot, spicy 〈 voedsel〉, cutting 〈 kou, wind〉, biting 〈 kou, wind〉5 [streng] strict, severe9 [zonder veel speelruimte] 〈zie voorbeelden 9〉♦voorbeelden:scherpe rand • sharp edgedeze stok loopt scherp toe in een punt • this stick tapers off to a pointeen scherp licht • a glaring lightscherpe mosterd/kerrie • hot mustard/curryscherpe tabak • pungent tobaccoeen scherpe wind • a cutting windscherpe taal • trenchant languageop scherpe toon zijn instructies geven • rasp out one's instructionseen scherpe vraag • a pointed questionscherp uitvallen tegen iemand • lash out at someoneiemand/iets scherp veroordelen • condemn someone/something stronglyscherp gekant zijn tegen • be strongly opposed toeen scherp contrast vormen • be in sharp contrast withniet scherp omlijnd • not well-definedzich scherp aftekenen tegen • stand out boldly againstiets scherp uit laten komen • throw something into reliefscherp luisteren • listen intentlyscherp zien/horen • have a keen eye/earscherp concurreren • compete closely10 scherp zand • sharp/gritty sand -
30 versperren
♦voorbeelden:iemand de weg versperren • bar someone's wayde weg versperren • block the roadeen kanaal met gezonken schepen versperren • close off a canal with sunken ships -
31 weinig
weinig11 little, not much/a lot♦voorbeelden:weinig geld verdienen • not earn much (money)weinig of/tot geen geld • little or no moneydat kost weinig moeite • it's not much troublein weinig tijd • in a short timedat heeft weinig zin • there's not much point (in it)zij at weinig • she didn't eat muchhet heeft er nog weinig van • 〈 het lijkt er nog niet op〉 it doesn't look like much yet; 〈 het is niet waarschijnlijk〉 it doesn't look like iter weinig van weten • not know a lot about itje zegt zo weinig • you're not saying muchhij verdient niet weinig • he earns quite a lotdat is al te weinig/veel te weinig • that's insufficient/inadequateiemand te weinig teruggeven • short-change someonetwintig pond te weinig hebben • be twenty pounds shortiemand te weinig betalen • underpay someonehet weinige dat ik bezit • the little I possess————————weinig2〈 bijwoord〉1 [met betrekking tot een hoeveelheid/graad] little2 [met betrekking tot tijd] hardly ever♦voorbeelden:weinig bemoedigend • not particularly encouraginger weinig om geven • care little about itweinig overtuigend • rather unconvincingdat scheelt maar weinig • it's a close thingweinig waarschijnlijk • hardly likelyweinig thuis zijn • not be in often————————weinig31 few, not many♦voorbeelden:er waren maar weinig mensen • there were only a few peopleweinig of/tot geen mensen • few if any peopleer maar weinig hebben • not have manyhet zijn er te weinig • there aren't enough -
32 beschieten
♦voorbeelden:een vesting beschieten • shell a fortress -
33 familiair
♦voorbeelden:1 een familiaire kerel • a friendly guy/chapfamiliair met iemand omgaan • be on intimate terms with someone -
34 gevecht
♦voorbeelden:het gevecht staken/beginnen • cease/open combatiemand buiten gevecht stellen • put someone out of actioneen gevecht van man tegen man • man-to-man combatin hevig gevecht gewikkeld (met) • in close combat (with)een gevecht op leven en dood • a life-or-death struggle -
35 goed bevriend zijn (met iemand)
goed bevriend zijn (met iemand)Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > goed bevriend zijn (met iemand)
-
36 huis
1 [gebouw (als woning)] house2 [huisgezin] home3 [(vorstelijk) geslacht] House♦voorbeelden:huis en haard • hearth and homehet huis des Heren • the house of Godhet huis alleen hebben • have the house to oneselfeen eigen huis hebben • own one's own houseopen huis houden • have an open Bday/ Ahouseeen uitverkocht huis • a full houseeen huis vol hebben • have a housefulhij doet in/bezit huizen • he deals in/owns propertyhet ouderlijk huis verlaten, uit huis gaan • leave homehuis aan huis (verkopen) • (sell) door-to-dooraan huis gebonden • housebound, tied to one's housebezorging aan huis • home deliverydicht bij huis • near homeeen huis in een rij • a Bterraced/ Arow househuis in de stad • town houseiemand in huis hebben/nemen • have a/take in a lodgerin huis is het veel warmer • it's much warmer insidepantoffels voor in huis • slippers for indoorsniets in huis hebben • have no food/drinks in the houseik ga/moet naar huis • I'm off, I must be getting back/homemee naar huis nemen • take homenaar huis sturen • send home; 〈 arbeiders ook〉 lay off; 〈 patiënten〉 discharge; 〈 soldaten〉 demobilizeeen meisje naar huis brengen • see/take/walk a girl homeiemand uit zijn huis zetten • turn someone out (of his house)nu de kinderen het huis uit zijn • now that the children have all lefteen huis van drie verdiepingen • a three-storeyed houseik kom van huis • I have come from homedan zijn we nog verder van huis • 〈 figuurlijk〉 then we will be even worse off, that's not going to get us anywheretuin vóór het huis • front gardeneen tweede huis • a second homeLauriergracht 78 huis • Bground floor flat/Afirst-floor apartment, 78 Lauriergracht〈 figuurlijk〉 van huis uit • originally, by birthvan huis weglopen • run away from homehet Koninklijk huis • the Royal Family -
37 iemand tegen zich aan drukken
iemand tegen zich aan drukkenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand tegen zich aan drukken
-
38 kaal
1 [haarloos] bald2 [geplukt] featherless3 [afgesleten] (thread)bare4 [ontbladerd; onbegroeid] bare5 [onbedekt] bare6 [arm] penniless7 [schraal] meagre♦voorbeelden:kaal worden • go baldzo kaal als een biljartbal/knikker zijn • be (as) bald as a coot/an eggde bomen worden kaal • the trees are losing their leavesiemand kaal plukken • squeeze someone dry -
39 met rasse schreden naderen
met rasse schreden naderenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > met rasse schreden naderen
-
40 na
na1〈 bijwoord〉♦voorbeelden:op een paar uitzonderingen na • with a few exceptionsde op één na grootste/sterkste • the second biggest/strongestde grootste componist op B na • the greatest composer after Bhet op drie na grootste bedrijf • the fourth-largest companyik neem koffie na • I'll have coffee to finish withop drie gulden na • all but three guildersde goeden niet te na gesproken • with the exception of the good ones————————na2〈 voorzetsel〉1 [achter] after2 [later dan] after♦voorbeelden:1 de ene blunder na de andere maken • make one blunder after the other/anothereen getal met drie cijfers na de komma • a figure with three decimal placesna elkaar • one after the otherna u! • after you!na drie uur is de winkel gesloten • the shop is closed after three
См. также в других словарях:
close to someone's heart — close/dear to (someone s) heart if something is dear to someone s heart, it is very important to them. Animal rights is an issue very close to my heart … New idioms dictionary
close to someone's heart — close/dear/near/to someone’s heart phrase very important or interesting to someone a topic that is obviously very close to his heart Thesaurus: importantsynonym Main entry … Useful english dictionary
close — close1 W1S1 [kləuz US klouz] v ▬▬▬▬▬▬▬ 1¦(shut)¦ 2¦(move parts together)¦ 3¦(shut for period of time)¦ 4¦(stop operating)¦ 5¦(end)¦ 6 close an account 7¦(in money markets)¦ 8 close a deal/sale/contract etc 9¦(offer finishes)¦ … Dictionary of contemporary English
close — 1 verb 1 SHUT (I, T) to shut something so that there is no longer a space or hole, or to become shut in this way: Ann closed her book and stood up. | close a door/window/gate: Would you mind if I closed the window? | close the… … Longman dictionary of contemporary English
close — close1 [kləʊs] adjective 1》 only a short distance away or apart in space or time. ↘dense: close print. ↘(close to) very near to (being or doing something). 2》 denoting someone who is part of a person s immediate family, typically a parent … English new terms dictionary
close quarters — noun a situation of being uncomfortably close to someone or something • Usage Domain: ↑plural, ↑plural form • Hypernyms: ↑site, ↑situation … Useful english dictionary
Close to Me (The Cure song) — Close to Me Single by The Cure from the album The Head on the Door Released … Wikipedia
Close to Home (band) — Close to Home Origin Cincinnati, Ohio, USA Genres Post hardcore Years active 2005–present Labels Artery Recordings, Razor Tie … Wikipedia
close — Ⅰ. close [1] ► ADJECTIVE 1) only a short distance away or apart in space or time. 2) (of a connection or resemblance) strong. 3) denoting someone who is part of a person s immediate family. 4) (of a relationship or the people conducting it) very… … English terms dictionary
Close to Home (1989 TV series) — Close to Home Genre Sitcom Created by Brian Cooke Directed by Nic Phillips (1989) Ian Hamilton (1989–90) Alistair Clarke (credited as Alistair Clark 1990) Starring … Wikipedia
Close To Me — Single par The Cure extrait de l’album The Head on the Door Face A Close to Me Face B A Man Inside My Mouth Sortie 17 septembre 1985 Enregistrem … Wikipédia en Français