-
81 over
adj. voorbij, over, klaar, geëindigd, verleden; samenvattend, concluderend; hoger, boven; hoger in autoriteit of positie; extra, teveel; rest-; dienend als en buitenbedekking, extern, over; overblijvend, over, nog niet op, nog niet opgebruikt (Bv.: " I made so much fish for dinner, there is some left over")--------adv. over; omver; teveel; aan de andere kant; nogmaals--------interj. over--------n. extra, overmatige hoeveelheid; toevoegsel; toegevoegde hoeveelheid; (Cricket) serie van ononderbroken ballen (6 in Engeland, 8 in Australië) gegooid door een speler--------pref. te veel; meer; nog meer; meer dan; bovenaan--------prep. boven, over; meer dan--------v. springen overover1[ oovə] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————over25 ten einde ⇒ af, over6 ten einde ⇒ helemaal, volledig7 opnieuw♦voorbeelden:he called her over • hij riep haar bij zichthrow the ball over • gooi de bal naar de overkantshe lives four houses over • ze woont vier huizen verderopover here • hier (te lande)over there • daargindsover against • tegenoverover at your place • bij jou thuishe's over particular • 't is een Pietje preciessome apples were left over • er bleven enkele appelen overa hundred and over • meer dan honderdhe's mud all over • hij zit onder de modderthe show is over • het spektakel is afgelopenit's over and done (with) • het is uitshe thought it over • ze dacht er goed over naI've done it twice over already • ik heb het al twee keer opnieuw gedaanover again • opnieuwover and over again • telkens/altijd weerfive for John (as) over against seven for Pete • vijf voor John tegenover zeven voor Pete————————over3〈 voorzetsel〉6 betreffende ⇒ met betrekking tot, over, om♦voorbeelden:chat over a cup of tea • keuvelen bij een kopje theebuy nothing over fifty francs • koop niets boven de vijftig frankshe hit him over the head • ze sloeg hem op het hoofdthey lived over the post office • ze woonden boven het postkantoorhe has it over Sam • hij wint het van Samwe gained nothing over last year • we hebben geen vooruitgang geboekt ten opzichte van vorig jaarover and above these problems there are others • behalve/buiten/naast deze problemen zijn er nog anderespeak over the phone • door de telefoon sprekenover the past five weeks • gedurende de afgelopen vijf wekenall over England • in/over heel Engelandall this fuss over a trifle • zo'n drukte om een kleinigheid→ be over be over/ -
82 pat
adj. passend--------adv. onmiddelijk; is niet uitstelbaar--------n. klopje--------v. tikken op, (zachtjes) kloppen oppat1[ pæt] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 klopje♦voorbeelden:give oneself a pat on the back • zichzelf feliciteren————————pat21 passend3 paraat♦voorbeelden:————————pat3〈 patted〉1 tikkenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 tikken op ⇒ (zachtjes) kloppen op, aaien♦voorbeelden:————————pat4〈 bijwoord〉♦voorbeelden:3 have/know something (off) pat • iets uit het hoofd/op zijn duimpje kennen -
83 poised
adj. evenwichtig, verstandig[ pojzd]1 evenwichtig ⇒ stabiel, verstandig♦voorbeelden:be poised for victory • op het punt staan om te winnen -
84 prepare
v. bereiden; voorbereiden; maken; klaar zijn om (overeenstemmen; vooral de actie); doen[ prippeə]II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 voorbereiden ⇒ gereedmaken; prepareren, be/instuderen; trainen♦voorbeelden: -
85 prepared
-
86 readiness
n. bereidheid, bereidwilligheid; vlugheid, vaardigheid, gemak[ reddienəs]2 vlugheid ⇒ vaardigheid, gemak♦voorbeelden: -
87 ready for a nightly turnout
-
88 ready for the fray
-
89 ready to hand
ready to hand -
90 ready-made
ready-made1————————ready-made2♦voorbeelden: -
91 ripe
adj. rijp; belegen; ervarenripe1♦voorbeelden:1 he lived to the ripe age of ninety-five • hij bereikte de gezegende leeftijd van vijfennegentig jaar2 of ripe age • volwassen, ervarena ripe judgement • een doordacht oordeelII 〈 bijvoeglijk naamwoord, predicatief〉1 klaar ⇒ rijp, geschikt♦voorbeelden:————————ripe2〈 werkwoord〉→ ripen ripen/ -
92 school crossing patrol
school crossing patrol -
93 serene
adj. kalm, rustig; stil; rustgevend, kalmerend; verheven; klaar, helder[ sərie:n]♦voorbeelden:a serene summer night • een kalme zomeravond -
94 set the chairs
-
95 she is always forward with help
she is always forward with help -
96 shot
adj. afgeschoten; verschoten (verschillende kleuren); vernietigd--------n. schot; schroot; poging; kiekje; slagshot1[ sjot]2 schutter♦voorbeelden:shot across the bows • schot voor de boeg, waarschuwingshot in the dark • slag in de luchtpay one's shot • zijn (deel van de) (drank)rekening betalen(do something) like a shot • onmiddellijk (iets doen)II 〈telbaar en niet-telbaar zelfstandig naamwoord; meervoud vaak: shot〉1 bereik♦voorbeelden:1 out of/within shot • buiten/binnen schot/bereik————————shot2II 〈 bijvoeglijk naamwoord, predicatief〉♦voorbeelden:1 his nerves are shot • hij is kapot/doodmoe〈 informeel〉 be shot of • klaar zijn met, af zijn van————————shot3→ shoot shoot/ -
97 standby
n. paraatheid, klaarstaanstandby1〈zelfstandig naamwoord; meervoud: standbys〉1 reserve2 stand-by————————standby21 reserve- ⇒ nood-, hulp-♦voorbeelden:1 be on standby duty • klaar/paraat moeten staanstandby equipment • nooduitrustingstandby power plant • noodaggregaat -
98 strict
adj. streng, precies, pedant; ernstig; duidelijk; zeker; nauwkeurig; volledig; klaar; totaal[ strikt] 〈 strictness〉1 strikt ⇒ nauwkeurig, precies, streng♦voorbeelden:strict parents • strenge oudersinterpret (a law) strictly • (een wet) strikt interpreterenstrictly speaking • strikt genomenbe strict with • streng zijn voor→ bird bird/ -
99 than
conj. dan--------prep. dan2 〈 voegwoord〉of ⇒ dan, en, toen♦voorbeelden:easier said than done • gemakkelijker gezegd dan gedaanhe would sooner die than give in • hij zou eerder sterven dan toegevennone other than Joe • niemand anders dan Joe2 hardly had she finished than the bell rang • ze was nauwelijks klaar of/toen de bel ging -
100 the
als--------de, hetthe12 〈 met overtreffende trap〉de/het♦voorbeelden:1 so much the better • zoveel/des te beterI'm none the wiser for it • ik ben er niet veel wijzer op geworden(all) the more so because • temeer omdatthe sooner the better • hoe eerder hoe beter2 he finished the fastest • hij was als eerste/het eerste klaar————————the21 de/het2 〈 beklemtoond〉de/het (enige/echte/grote/enz.)3 〈 bij onvervreemdbaar eigendom, in het bijzonder lichaamsdelen〉mijn/jouw/enz.♦voorbeelden:history of the cinema • geschiedenis van de filmthe Duke of Wellington • de hertog van Wellingtonthe earth • de aardethe Italians love spaghetti • (de) Italianen zijn dol op spaghettiplay the piano • piano spelenthe story he told them • het verhaal dat hij hun verteldehelp the blind • help de blindenit shrinks in the washing • het krimpt bij het wassen2 ah, this is the life! • ah, dit is pas leven!〈Brits-Engels; informeel〉 how's the wife? • hoe gaat het met je vrouw?paid by the week • per week betaald
См. также в других словарях:
Klaar — ist der Familienname folgender Personen: Alfred Klaar (ursprünglich: Aaron Karpeles; 1848–1927), Literaturhistoriker, Journalist und Schriftsteller Ernst Klaar (1861–1920), deutscher Autor Norbert Klaar (* 1954), deutscher Sportschütze Sascha… … Deutsch Wikipedia
Klaar — Klaar, Alfred, Schriftsteller, geb. 7. Nov. 1848 in Prag, studierte Rechtswissenschaft in Wien und Prag, widmete sich dann literargeschichtlichen, philosophischen und politischen Studien, war 1868–72 Mitredakteur des »Tagesboten aus Böhmen«, seit … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Klaar — Klaar, Alfred, Schriftsteller, geb. 7. Nov. 1848 in Prag, Prof. an der Technischen Hochschule in Charlottenburg; schrieb: »Das moderne Drama« (3 Bde., 1882 83), »Grillparzer als Dramatiker« (1891) u.a … Kleines Konversations-Lexikon
Klaar Kimming Hörnum — (Hörnum,Германия) Категория отеля: Адрес: Steintal 42, 25997 Hörnum, Германия … Каталог отелей
klaar / afgelopen — kaba … Woordenlijst Sranan
Norbert Klaar — (* 12. Oktober 1954 in Wittenberge) ist ein deutscher Sportschütze aus der DDR. Klaar war 1974 Vizeeuropameister der Junioren und belegte 1995 Platz 27 bei der Europameisterschaft in der Erwachsenenklasse. Im Januar 1976 konnte sich der Feldwebel … Deutsch Wikipedia
Ernst Klaar — (* 25. Dezember 1861 in Chemnitz; † 13. Oktober 1920 in Klotzsche) war ein deutscher Schriftsteller. Inhaltsverzeichnis 1 Leben 2 Werke (Auswahl) 3 Literatur … Deutsch Wikipedia
Sascha Klaar — im Mai 2006 Sascha Klaar (* 2. April 1971 in Mönchengladbach) ist ein deutscher Show Pianist der Genres Rock n Roll und Boogie Woogie. Er wird auch Der Teufel am Piano genannt. Inhaltsverzeichnis … Deutsch Wikipedia
Norbert Klaar — (born 1954) is a German sports shooter and Olympic champion. He won gold medal in the 25 metre rapid fire pistol at the 1976 Summer Olympics in Montréal.[1] References ^ Norbert Klaar . Sports Reference … Wikipedia
Alfred Klaar — (* 7. November 1848 in Prag; † 4. November 1927 in Berlin; ursprünglicher Name Aaron Karpeles) war ein Literaturhistoriker, Journalist und Schriftsteller. Leben Alfred Klaar stammte aus einer jüdischen Familie, ließ sich aber katholisch taufen.… … Deutsch Wikipedia
Birds of the Master — Graphicnovelbox| title = Birds of the Master foreigntitle = Les Oiseaux du Maître publisher = Dargaud date = 1973 series = Valérian and Laureline origpublication = Pilote origissues = 710 to 720 origdate = 14 June 1973 to 16 September 1973… … Wikipedia