-
1 femme
femme [faam]〈v.; ook bijvoeglijk naamwoord〉1 vrouw♦voorbeelden:femme de chambre • kamermeisjefemme de charge • werksterfemme enfant • kindvrouwtjefemme au foyer • huisvrouwfemme de lettres • schrijfstermaîtresse femme • energieke vrouwfemme médecin • vrouwelijke artsfemme de ménage • werksterprofesseur femme • lerares, vrouwelijke hoogleraarraisonnement de femme soûle • absurde redeneringfemme de mauvaise vie • slechte vrouwpetite bonne femme • klein meisjesale bonne femme • rotwijfvieille bonne femme • oud vrouwtje〈 informeel〉 bonne femme • vrouw, wijffemme vénale • veile vrouwcourir les femmes • achter de vrouwen aan zittenêtre très femme • op-en-top een vrouw zijnêtre femme à • het soort vrouw zijn datchercher femme • een vrouw zoekenprendre femme • trouwendemander pour femme • ten huwelijk vragenprendre pour femme • trouwen met→ remède1. f1) vrouw2) echtgenote2. femme(-)adj -
2 dame
dame [daam]〈v.〉1 dame ⇒ vrouw (van standing), lady♦voorbeelden:dame patronesse • beschermvrouwejouer à, faire la grande dame • de dame uithangenjeu de dames • damspelaller à dame • een dam halenles dames du Sacré-Coeur • de zusters van het Heilig Hartf1) dame2) koningin [schaken]3) vrouw [kaarten]4) dam [dammen] -
3 maître
maître1 [metr],maîtresse [metres]〈m., v.〉1 heer, vrouw ⇒ meester(es), gebieder, baas2 onderwijzer(es) ⇒ leermeester, schoolmeester, voorganger♦voorbeelden:maître, maîtresse de maison • heer, vrouw des huizesêtre maître de son sujet • zijn onderwerp beheersenêtre maître, le maître • de baas zijnêtre son maître • zijn eigen baas zijnêtre maître de soi • zich beheersenêtre maître de son destin • het lot in eigen handen hebbenêtre maître de faire qc. • vrij zijn iets te doenmaître à penser • geestelijk leermeesterse rendre maître de • zich meester maken van, bemachtigense rendre maître d'un incendie • een brand meester wordense rendre maître d'un secret • achter een geheim komenle capitaine est le maître après Dieu • de kapitein is schipper naast Godil est passé maître dans l'art de mentir • hij is heel handig geworden in het liegenen maître • met gezagrégner en maître • de onmiskenbare heerser, meester zijnparler en maître • op gebiedende toon sprekenmaître nageur • badmeester; zwemleraarmaître auxiliaire • leraar met tijdelijke aanstellingmaître de chapelle • kapelmeestermaître compagnon • werkbaas, meesterknechtmaître de conférences • lectormaître d'école • (school)meester, onderwijzermaître de l'heure • persoon van wie actuele gebeurtenissen afhangen(à la) maître d'hôtel • met boter- en peterseliesaus4 maître Aliboron • steiloor, domme bemoeialmaître Renard • Reinaert de Vosmaître anonyme • onbekende meester————————maître2 [metr],maîtresse [metres]1 hoofd- ⇒ belangrijkste, meester-♦voorbeelden:maître autel • hoofdaltaarmaître coq, queux • meester-kokmaîtresse femme • kranige vrouwl'oeuvre maîtresse • het belangrijkste werkpoutre maîtresse • hoofdligger, -balk1. m (f - maîtresse)1) heer/vrouw, meester/-eres, baas/bazin2) onderwijzer/-eres, schoolmeester2. = maîtresse; adjbelangrijkste, hoofd-, meester- -
4 arabe
arabe [aaraab]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., m. & v.〉1 Arabisch♦voorbeelden:un(e) Arabe • Arabier, Arabische (vrouw)1. mArabisch [taal]2. m/fArabier/Arabische vrouw3. adj -
5 arbitre
arbitre [aarbietr]〈m.〉1 scheidsman, -vrouw ⇒ arbiter♦voorbeelden:m1) arbiter, scheidsman/-vrouw -
6 barreur
barreur [baarur],barreuse [baareuz]〈m., v.〉1 stuurman, -vrouwm (f - barreuse)stuurman/-vrouw -
7 blanchisseur
blanchisseur [blãsĵiesur],blanchisseuse [blãsĵieseuz]〈m., v.〉1 wasbaas, -vrouwm (f - blanchisseuse)wasbaas/-vrouw -
8 créature
-
9 féminin
féminin [feemienẽ]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m.〉1 vrouwelijk ⇒ de vrouw eigen, van, voor de vrouw♦voorbeelden:adj -
10 fort
fort1 [for]〈m.〉2 sterkste gedeelte ⇒ dikste, breedste gedeelte5 sjouwer ⇒ zakkendrager, lastdrager♦voorbeelden:————————fort2 [for]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m.〉1 sterk ⇒ krachtig, machtig, flink2 hard ⇒ stevig, vasthoudend, taai3 begaafd ⇒ intelligent, handig, behendig4 hevig ⇒ fel, scherp, luid, hoog5 fors ⇒ dik, zwaar, gezet♦voorbeelden:recourir à la manière forte • zijn toevlucht nemen tot geweldville forte • versterkte stadc'est plus fort que moi • ik kan niet andersà plus forte raison • zoveel te meerêtre fort de • steunen opse faire fort de • zich wel in staat achten omle plus fort c'est que • het sterkste is nog datça c'est fort! 〈 België〉, ça c'est fort de café! • dat is kras!→ raisonforte tête • stijfkopêtre fort en calcul • goed zijn in rekenenêtre fort en gueule • niet op zijn mondje gevallen zijngoût fort • scherpe, sterke smaakhaleine forte • doordringende adempayer le prix fort • de volle prijs betalentabac fort • zware tabakfort en gueule • snoeverig————————fort3 [for]〈 bijwoord〉2 sterk♦voorbeelden:parler fort • hard pratenpousser fort • hard duwenrespirer fort • diep ademhalensentir fort • sterk ruiken1. m1) sterkste kant/gedeelte2) vesting3) midden, hart4) sjouwer2. adj1) sterk, krachtig2) hard, stevig3) begaafd, handig4) hevig, fel5) luid6) fors, dik, zwaar3. adv1) zeer, heel, erg2) sterk -
11 médiateur
médiateur [meedjaatur],médiatrice [meedjaatries]〈m., v.; ook bijvoeglijk naamwoord〉1 bemiddelaar(ster) ⇒ scheidsman, tussenpersoon2 ombudsman, -vrouw♦voorbeelden:m (f - médiatrice)1) bemiddelaar/-rster2) ombudsman/-vrouw -
12 noble
noble [nobl]1 edel ⇒ statig, nobel♦voorbeelden:style noble • verheven stijldécliner noblement une aumône • een aalmoes waardig afslaan2 un(e) noble • edelman, -vrouw, edele1. m/fedelman/-vrouw2. adj1) edel, nobel2) adellijk, van adel -
13 perdre
perdre [perdr]2 afnemen ⇒ verminderen, zwakker worden♦voorbeelden:y perdre • erop achteruitgaanperdre sur une marchandise • verlies lijden op een artikelII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 verliezen ⇒ kwijtraken, erbij inschieten2 verspillen ⇒ verknoeien, verspelen3 ruïneren ⇒ te gronde richten, in zijn goede naam aantasten♦voorbeelden:sans perdre une syllabe • zonder ook maar één woord te missenn'avoir rien à perdre, mais tout à gagner • nee heb je, ja kun je krijgentu ne le connais pas? tu n'y perds rien • ken je hem niet? daar mis je niets aanperdre de vue • uit het oog verliezen2 vous ne perdez rien pour attendre! • u komt heus nog wel aan uw trekken!vous n'auriez pas un instant à perdre? • hebt u niet een ogenblikje voor me?♦voorbeelden:v1) verliezen2) afnemen, zwakker worden3) lekken4) vloeien [vrouw]5) kwijtraken6) verspillen7) ruïneren -
14 technicien
technicien [tekniesjẽ],technicienne [tekniesjen]〈m., v.; ook bijvoeglijk naamwoord〉2 vakman, -vrouw ⇒ specialist(e)♦voorbeelden:m (f - technicienne)1) technicus2) vakman/-vrouw, specialist/-e -
15 voisin
voisin [vwaazẽ]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., v.〉♦voorbeelden:un(e) voisin(e) • buurman, -vrouw1. m (f - voisine)buurman/-vrouw2. = voisine; voisinadj1) naburig -
16 femme de mauvaise vie
-
17 maîtresse femme
-
18 sur la proposition de
————————sur la proposition deop voorstel|sur proposition de|faire des propositions à une femme" een vrouw oneerbare voorstellen doen -
19 syndicaliste
syndicaliste [sẽdiekaaliest]〈m. & v.; ook bijvoeglijk naamwoord〉1 vakbondsman, -vrouw ⇒ vakverenigingsman, -vrouw♦voorbeelden: -
20 affaire
affaire [aafer]〈v.〉1 zaak ⇒ aangelegenheid, kwestie2 affaire ⇒ geschiedenis, zaak3 (rechts)zaak ⇒ politiezaak, proces5 (handels)zaak ⇒ bedrijf, onderneming♦voorbeelden:c'est (une) affaire de goût • het is een kwestie van smaakaffaire d'honneur • erezaakc'est l'affaire d'une seconde • het is een kwestie van een seconde〈 schertsend〉 la belle affaire! • is dat alles?, het is me wat!c'est toute une affaire, ce n'est pas une mince affaire, ce n'est pas une affaire petite • dat is geen kleinigheidj'ai là votre affaire • ik heb wat u zoektavoir affaire à qn. • met iemand te maken hebben, te doen krijgenil connaît son affaire • hij weet van wantenc'est ton affaire • dat is jouw zaakce n'est pas une affaire • zo erg is 't (nu ook weer) nietêtre à son affaire • in zijn element zijncela doit faire l'affaire • dat moet voldoende zijnj'en fais mon affaire • ik neem 't op meprendre une affaire en main • een zaak ter hand nemen, aanpakkense tirer d'affaire • zich uit een moeilijke situatie reddentirer qn. d'affaire • uit de problemen helpen3 affaire de moeurs • zedenmisdrijf, zedenschandaalaffaire pénale, criminelle • strafzaakAffaires étrangères • Buitenlandse Zakense retirer des affaires • stil gaan levenêtre dans les affaires • zakenman, -vrouw zijn1. f1) aangelegenheid, kwestie2) rechtszaak, proces3) transactie4) (handels)zaak, onderneming2. affairesf pl1) handel, (geld)zaken, belangen2) spullen3. affairéadjdruk bezig, bedrijvig
См. также в других словарях:
vrouw — noun or vrow ˈvr]au̇, ˈfr], ]ō ( s) Etymology: Dutch vrouw & Afrikaans vrou woman, married woman, wife, from Middle Dutch vrouwe lady, woman more at frow 1. : a Dutch or Afrikaner woman 2 … Useful english dictionary
Vrouw Maria — ( Lady Mary ) was a Dutch wooden two masted merchant carrying a valuable cargo of art objects, captained by Raymund Lourens, that sank on October 9 1771 in the outer archipelago of the municipality of Nagu, Finland, 11 kilometers south east of… … Wikipedia
Vrouw tussen hond en wolf — Femme entre chien et loup Femme entre chien et loup (Vrouw tussen hond en wolf) est un film franco belge de André Delvaux sorti en 1979. Sommaire 1 Synopsis 2 Fiche technique 3 Distribution … Wikipédia en Français
vrouw — /vrddow/; Eng. /vrow/, n, pl. vrouwen /vrddow euhn/, Eng. vrouws. Dutch. 1. a woman; wife; lady. 2. (used as a title before the name of a married woman) Mrs. * * * … Universalium
vrouw — n. housewife; woman … Dictionary of difficult words
vrouw — uma … Woordenlijst Sranan
De vrouw Clasina — Directed by Maurits Binger Release date(s) 1915 Country Netherlands Language Silent … Wikipedia
Man, Vrouw, Hondje — Directed by Nicole van Kilsdonk Written by Olivier Nilsson Julien, Nicole van Kilsdonk Release date(s) May 12, 1999 Running time … Wikipedia
Onze-Lieve-Vrouw-Lombeek — Lombeek Notre Dame Onze Lieve Vrouw Lombeek … Wikipédia en Français
De Familie van mijn Vrouw — Directed by Jaap Speyer Written by A. Duprez (play), Cor Hermus (writer) Release date(s) February 22, 1935 Running time … Wikipedia
Onze-Lieve-Vrouw ten Troost — The Onze Lieve Vrouw ten Troost Kerk (Church of Our Lady of Consolation), simply known as the Troostkerk, is a basilica in Vilvoorde, Belgium. The history of the church and its Carmelite monastery (the oldest in Western Europe) go back 800 years … Wikipedia