-
1 couler
couler [koelee]♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:couler un pas de danse • een danspas glijdend uitvoerencouler un regard vers qn. • een zijdelingse blik op iemand werpencouler la lessive • de was koken1 glijden ⇒ (binnen)sluipen, indringen♦voorbeelden:¶ se la couler douce • een plezierig leven, zorgeloos bestaan hebben, het ervan nemen1. v1) stromen, vloeien3) lekken, lopen [neus, kaas]4) druipen [kaars]5) zinken [schip]6) verdrinken7) (over)gieten8) storten [cement, beton]10) leiden [leven]11) doorbrengen [tijd]12) kelderen, in de grond boren2. se coulerv -
2 doucement
doucement [doesmã]〈bijwoord; ook tussenwerpsel〉1 zacht(jes) ⇒ langzaam, kalm, geleidelijk4 stilletjes ⇒ bij zichzelf, stiekem♦voorbeelden:doucement! • kalm aan, zachtjes aan!1. adv1) zacht(jes)2) voorzichtig3) geleidelijk4) zo zo, niet te best5) heimelijk2. interj -
3 mou
mou1 [moe]〈m.〉1 (het) slappe ⇒ (het) weke, (het) zachte♦voorbeelden:1 donner du mou à • laten vieren, losser makenrentrer dans le mou de qn. • iemand te lijf gaan————————mou2 [moe],mol, molle [mol]1 zacht ⇒ week, slap2 soepel ⇒ buigzaam, lenig3 willoos ⇒ slap, zwak♦voorbeelden:mer molle • vlakke zeede molles ondulations de terrain • flauwe glooiingenplante molle • weke planttemps mou • loom weerhomme mou au travail • man die niet van aanpakken weet→ pâte————————mou3 [moe]♦voorbeelden:1 vas-y mou • kalm aan, voorzichtig= mol; = molle; adj1) zacht, slap2) soepel, lenig3) willoos, slap -
4 politique
politique1 [pollietiek]〈v.〉1 politiek ⇒ beleid, staatkunde♦voorbeelden:politique de clocher • dorpspolitiekfaire de la politique • aan politiek doenpar politique • om tactische redenence n'est pas une politique • dat is tactisch verkeerd————————politique2 [pollietiek]♦voorbeelden:homme politique • politicus, staatsmanun grand politique • groot staatsman1. fpolitiek, beleid2. adj1) politiek2) diplomatiek, voorzichtig -
5 prudent
prudent [pruudã]1 voorzichtig ⇒ omzichtig, bedachtzaam♦voorbeelden:adj1) voorzichtig, omzichtig2) verstandig, raadzaam -
6 bout
bout [boe]〈m.〉3 stukje ⇒ eindje, deeltje♦voorbeelden:1 manger du bout des dents • met lange tanden eten, kieskauwenrire du bout des dents, des lèvres • flauwtjes lachensavoir, connaître qc. sur le bout du doigt • iets op z'n duimpje kennenavoir de l'esprit jusqu'au bout des doigts, des ongles • heel geestig zijnbout filtre • filtermondstukavoir un mot sur le bout de la langue • een woord voor op de tong hebben liggenparler du bout des lèvres • prevelenle bout du nez • het topje van de neusse laver le bout du nez • een kattenwasje doenne pas voir plus loin que le bout de son nez • niet verder kijken dan zijn neus lang ismener qn. par le bout du nez • iemand naar zijn pijpen laten dansenle bout de l'oreille • het tipje van het oormontrer le bout de l'oreille • zich verradenle bout du sein • de tepeltenir le bon bout • op de goede weg zijnjoindre les deux bouts • de eindjes aan elkaar knopenbout à bout • tegen elkaar aanmettre bout à bout • aaneenvoegenpousser qn. à bout • iemand razend, radeloos makenà tout bout de champ • om de haverklaptirer à bout portant • van heel dichtbij schietend' un bout à l'autre • van het begin tot het eindede bout en bout • van het begin tot het eindeon ne sait par quel bout le prendre • je weet niet hoe je met hem om moet gaanêtre à bout de nerfs • op zijn van de zenuwenêtre à bout • ten einde raad zijnmener à bout • tot een goed einde brengenma patience est à bout • mijn geduld is opvenir à bout de qc. • iets klaarspelen, bolwerkenvenir à bout d'un travail • een karwei klarenvenir à bout de qn. • iemands weerstand brekenau bout de • aan het einde van, na afloop van, na〈 figuurlijk〉 au bout du compte • per slot van rekening, tenslottejusqu'au bout des ongles • door en door, op-en-topaller jusqu'au bout • tot het uiterste (door)gaan, doorzetten〈 film〉 bout d'essai • screentest, proefopnameun bout d'homme • een klein mannetjeun bout de lettre • een kort briefjeun bon bout de temps • een flinke tijdfaire un bout de toilette • een kattenwasje doendu bout des doigts • héél voorzichtigm1) einde2) uiteinde, top, punt3) afloop, verloop4) stukje, eindje -
7 ceinture
ceinture [sẽtuur]〈v.〉3 omsluiting ⇒ omheining, ring♦voorbeelden:ceinture de sécurité • veiligheidsgordel〈 luchtvaart〉 attachez vos ceintures! • maak uw veiligheidsgordel vast!; 〈 figuurlijk〉wees voorzichtig!desserrer sa ceinture • zijn riem een gaatje verzetten¶ ceinture! • helemaal niets!f1) gordel, riem, ceintuur2) kring, omheining -
8 forme
forme [form]〈v.〉1 vorm ⇒ gedaante, gestalte3 vorm ⇒ leest, snit, matrijs♦voorbeelden:en forme de • -vormig, in de vorm vansans forme • vormeloos, ondefinieerbaarsous (la) forme de • in de vorm vanmanquer de formes • geen manieren hebbenmettez-y les formes • zeg het voorzichtigavertir qn. dans les formes • iemand officieel waarschuwen→ papier1. f1) vorm, gestalte2) pasvorm, matrijs3) conditie2. formesf pl -
9 jeu
〈m.〉3 stel ⇒ serie, set♦voorbeelden:jeu d'argent • gokspelletjejeux du destin, du hasard • spelingen van het toevaljouer un jeu d'enfer • zeer hoog spel spelenjeu d'équipe • teamsportjeu d'esprit • geestigheidjeu de fléchettes • dartsjeu de hasard • kansspeljeux de main(s) • handtastelijkheden〈 spreekwoord〉 jeu(x) de main, jeu(x) de vilain • van mallen komt vallen, handjesspel, katjesspeljeu de mots • woordenspel, woordspelingjeux d'orgue • orgelregisterjeux de poursuite • krijgertje, tikkertjejeu de scène • stil speljeux de société • gezelschapsspelletjesjeux du stade • wedstrijden in het stadionavoir beau jeu • gemakkelijk, vrij spel hebbenjouer (un) double jeu • een dubbel spel spelen, het achter zijn ellebogen hebbenle grand jeu • het volledige tarokspel〈 spreekwoord〉 heureux au jeu, malheureux en amour • gelukkig in het spel, ongelukkig in de liefdejeu informatique • computerspelletjejouer un jeu serré • voorzichtig spelenjeux télévisés • televisiespelletjesjeu vidéo • videospelletje, videogameaimer le jeu • van gokken houdencacher son jeu • zich niet in de kaart laten kijkencouvrir son jeu • 〈 Algemeen Zuid-Nederlands〉 de kaarten duiken; 〈 figuurlijk〉 zich niet in de kaart laten kijkendécouvrir son jeu • zijn kaarten op tafel leggen, open kaart spelenentrer dans le jeu de qn. • meedoen met iemandêtre en jeu • op het spel staanse faire un jeu des difficultés • de moeilijkheden gemakkelijk overwinnenfaire le jeu de qn. • iemand in de kaart spelense faire un jeu de • genoegen scheppen infaites vos jeux • uw inzet graagjouer le jeu • de regels van het spel volgen, eerlijk spelenmettre en jeu • inzetten, op het spel zetten 〈 ook figuurlijk〉se prendre, se piquer au jeu • hartstochtelijk doorspelen hoewel men verliest; 〈 figuurlijk〉 koppig volhoudenles jeux sont faits • er valt niets meer aan te veranderenjeu à XIII (treize) • rugby met 13 spelersen jeu • die een rol spelen, in 't spel, geding zijnpar jeu • voor de grapce n'est pas de jeu • dat is niet eerlijk, unfairvoir clair dans le jeu de qn. • iemand doorhebbenjouer franc jeu • eerlijk spelen, open kaart spelenjeu de physionomie • uitdrukking van het gezicht, mimiekm1) spel2) speelplaats3) stel, serie, set4) beweging5) speling [techniek] -
10 ménager
ménager1 [meenaazĵee],ménagère [meenaazĵer]♦voorbeelden:→ salon————————ménager2 [meenaazĵee]1 sparen ⇒ zuinig (aan)doen met, met mate gebruiken2 ontzien ⇒ voorzichtig omgaan met, met respect behandelen3 regelen ⇒ zorgen voor, bezorgen4 aanbrengen ⇒ plaatsen, maken♦voorbeelden:1 ménagez vos expressions! • let op uw woorden!ne pas ménager ses paroles • geen blad voor de mond nemenménager son temps • zijn tijd goed, optimaal gebruikenn'avoir rien à ménager • nergens op hoeven te letten→ monture2 zichzelf bezorgen ⇒ zorgen voor, gedaan krijgen♦voorbeelden:se ménager du temps • tijd vrij zien te makenv1) sparen, zuinig zijn (met)3) regelen4) aanbrengen, maken -
11 pas
pas1 [paa]〈m.〉1 pas ⇒ schrede, (voet)stap, (voet)spoor2 tred ⇒ gang, loop3 pas ⇒ doorgang, engte, drempel♦voorbeelden:faire les cent pas • ijsberensalle des pas perdus, les pas perdus • grote halallonger, presser le pas • sneller gaan lopen, 't tempo verhogen, zich haastenarriver sur les pas de qn. • vlak na iemand aankomendoubler le pas • zijn pas versnellenétalonner son pas • zijn passen afmetenmarcher sur les pas de qn. • iemand (na)volgenmarquer le pas • pas op de plaats makenmettre qn. au pas • iemand in het gareel laten lopenne pas quitter qn. d'un pas • voortdurend achter iemand aan lopenretourner, revenir sur ses pas • op zijn schreden terugkeren, een andere koers inslaanà deux, quatre pas (d'ici) • vlakbij, (hier)naastà pas comptés • met afgemeten passenavancer à grands pas • grote vooruitgang boeken, met rasse schreden vooruit gaanà pas de loup • op de tenen (sluipend), heel zachtjespas à pas • stapje voor stapje, voorzichtig aancela ne se trouve pas dans, sous le pas d'un cheval • dat ligt niet voor 't oprapen, dat groeit iemand maar niet op de rugpas de l'oie • ganzenpas, paradepasà pas de tortue • met een slakkengangetjeà pas de velours • zachtjes sluipendau pas • in de pas, stapvoetsau pas de course, au pas de gymnastique • in looppasse mettre au pas • zich schikken, zich aanpassenrouler au pas • stapvoets rijdende ce pas • direct, nu meteen, stante pedepas de (la) porte • drempelêtre dans un mauvais pas • zich in een lastig parket bevindentirer qn. d'un mauvais pas • iemand uit de puree helpencéder le pas à qn. • iemand laten voorgaanprendre le pas sur qn. • voor iemand uitlopen, iemand achter zich laten 〈 ook figuurlijk〉sauter, franchir le pas • de sprong wagen; stervenpas de vis • spoed, schroefgang————————pas2 [paa]〈 bijwoord〉♦voorbeelden:1 si c'est pas malheureux! • wat erg!, erg is dat!pas mal de • heel watne pas, ne … pas • nietpas plus que lui • evenmin als hij, niet meer dan hijpas du tout • helemaal nietpas un(e) • geen enkele, niemandcomme pas un • als geen anderil ne sait pas parler • hij kan niet sprekenil sait ne pas parler • hij weet z'n mond te houden1. m1) pas, voetstap2) tred, loop3) doorgang, engte, drempel2. advniet, geen -
12 précaution
précaution [preekoosjõ]〈v.〉2 voorzichtigheid ⇒ behoedzaamheid, omzichtigheid♦voorbeelden:par précaution • uit voorzorgsans précaution • onvoorzichtigf -
13 préparer
préparer [preepaaree]1 gereed-, klaarmaken ⇒ (toe)bereiden♦voorbeelden:préparer la voie à qn. • de weg voor iemand effenen3 op til zijn ⇒ in aantocht zijn, in de lucht hangen♦voorbeelden:1. v1) gereedmaken2) voorbereiden2. se préparerv -
14 prudemment
-
15 timide
timide [tiemied]1 verlegen ⇒ schuchter, bedeesd2 voorzichtig ⇒ aarzelend, weifelend♦voorbeelden:c'est un timide • hij is erg verlegen, geremdadj1) verlegen2) aarzelend -
16 voiture
voiture [vwaatuur]〈v.〉1 auto ⇒ automobiel, wagen2 voertuig ⇒ rijtuig, wagen, kar♦voorbeelden:voiture de course • raceautovoiture de tourisme • personenautovoiture cellulaire • gevangenwagenvoiture décapotable • cabrioletpetite voiture • invalidenwagenvoiture piégée • autobomvoiture de maître • eigen rijtuigvoiture à bras • handkaren voiture • met de auto3 en voiture! • instappen!→ piedf1) auto2) rijtuig, wagon -
17 attachez vos ceintures!
attachez vos ceintures!maak uw veiligheidsgordel vast!; 〈 figuurlijk〉wees voorzichtig! -
18 avec précaution
avec précaution -
19 du bout des doigts
-
20 jouer un jeu serré
jouer un jeu serré
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Apostasy — (IPA: /əˈpɒstəsi/) is the formal religious disaffiliation or abandonment or renunciation of one s religion, especially if the motive is deemed unworthy. In a technical sense, as used sometimes by sociologists without the pejorative connotations… … Wikipedia
Daan Jippes — at the Frankfurt Book Fair 2009. Born Daniel Jan Jippes October 14, 1945 (1945 10 14) (age 66) … Wikipedia
Martin Lodewijk — Born Martinus Spyridon Johannes Lodewijk 30 April 1939 (1939 04 30) (age 72) Rotterdam, Netherlands Nationality Dutch Area(s) … Wikipedia
Daan Jippes — à Francfort en 2009. Daan Jippes (né Daniel Jan Jippes, 14 octobre 1945 à Amsterdam) est un dessinateur de bande dessinée dont une partie du parcours professionnel s est déroulé au sein des productions Disney. Daan Jippes débute son parcours… … Wikipédia en Français
City Hall of Tilburg — The Paleis Raadhuis, the city hall of municipality Tilburg … Wikipedia
Daan Jippes — en la feria del libro de Helsinki de 2008. Daan Jippes es el nombre artístico de Daniel Jan Jippes, ( Ámsterdam, 14 de octubre de 1945), ilustrador de cómics, y referente en la creación de cómics de Disney en Holanda. Es considerado el dibujante… … Wikipedia Español
Comics II — Den Comics als neuer Gattung der Bildgeschichte gingen Karikaturen und Bildgeschichten voraus. An diese Tradition knüpften die europäischen Comics an; die in den USA entwickelte Form der Comics setzte sich langsam durch. Einen frühen Aufschwung … Universal-Lexikon