-
1 chancelant
chancelant [sĵãslã]1 wankelend ⇒ waggelend, wankel, wiebelig2 besluiteloos ⇒ weifelend, aarzelendadj1) waggelend, wankelend2) zwakjes, aangeslagen [gezondheid]3) aarzelend -
2 hésitant
hésitant [eezietã]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., v.〉1 aarzelend ⇒ weifelend, schoorvoetend♦voorbeelden:un(e) hésitant(e) • weifelaar(ster)adjaarzelend, weifelend -
3 indécis
indécis [ẽdeesie]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., v.〉1 besluiteloos ⇒ aarzelend, weifelachtig2 vaag ⇒ onduidelijk, ondefinieerbaar3 onbeslist ⇒ twijfelachtig, onzeker♦voorbeelden:adj1) besluiteloos, aarzelend2) onduidelijk, vaag3) onzeker -
4 timide
timide [tiemied]1 verlegen ⇒ schuchter, bedeesd2 voorzichtig ⇒ aarzelend, weifelend♦voorbeelden:c'est un timide • hij is erg verlegen, geremdadj1) verlegen2) aarzelend -
5 irrésolu
irrésolu [iereezolluu]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., v.〉1 besluiteloos ⇒ aarzelend, weifelend♦voorbeelden:un(e) irrésolu(e) • wankelmoedig mensadj1) besluiteloos2) onopgelost -
6 timidement
-
7 flottant
flottant [flottã]1 drijvend2 zwevend ⇒ golvend, wapperend, fladderend5 onzeker ⇒ aarzelend, besluiteloos♦voorbeelden:2 moteur flottant • zwevende, opgehangen motorrein flottant • wandelende nier, zwerfnierrobe flottante • ruimzittende jurk -
8 réticent
réticent [reetiesã]1 aarzelend ⇒ terughoudend, gereserveerd
Перевод: с французского на все языки
со всех языков на французский- Со всех языков на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский