-
21 sehnen
sehnen, sich1 (vurig) verlangen ⇒ hunkeren, smachten, snakken♦voorbeelden:1 ein sehnendes Verlangen • een hevig, vurig verlangensich nach dem Bett sehnen • naar (zijn) bed verlangen -
22 aspire
v. sterk verlangen, streven[ əspajjə]1 sterk verlangen ⇒ streven, aspireren♦voorbeelden:1 aspire after/to something • naar iets streven/verlangen -
23 thirst
n. dorst, dorstigheid; lust--------v. dorsten; verlangenthirst1[ θə:st] 〈zelfstandig naamwoord; geen meervoud〉♦voorbeelden:————————thirst2〈 werkwoord〉1 sterk/vurig verlangen♦voorbeelden:1 thirst after/for • snakken/smachten naarthirst after revenge • op wraak belust zijn -
24 commander
commander [kommãdee]1 het bevel voeren (over) ⇒ bevelen, zeggenschap hebben (over), gezag uitoefenen (over)♦voorbeelden:commander à qn. de se taire • iemand bevelen zijn mond te houdenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 het bevel voeren over ⇒ bevelen, heersen (over)2 (ver)eisen ⇒ verlangen, noodzakelijk maken5 in werking stellen ⇒ aandrijven, bedienen♦voorbeelden:commander que 〈+ aanvoegende wijs〉 • verlangen, vereisen dat♦voorbeelden:1. v1) bevelen, heersen (over)2) beheersen, beteugelen3) (ver)eisen, verlangen4) bestellen5) in werking stellen, bedienen2. se commandervmet elkaar in verbinding staan [kamers] -
25 réclamer
réclamer [reeklaamee]1 bezwaar maken ⇒ protesteren, protest aantekenenII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 verlangen ⇒ nodig hebben, vereisen3 dringend vragen ⇒ dringend verzoeken, verlangen♦voorbeelden:v1) protesteren2) (op)eisen, (terug)vorderen3) verlangen, nodig hebben -
26 ache
n. pijn; leed--------v. pijn lijden, pijn voelen; verlangenache1[ eek] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————ache2〈 werkwoord〉♦voorbeelden:ache for • hunkeren naar -
27 anxiety
n. bezorgdheid; vurig verlangen[ æng(k)zajjətie] 〈meervoud: anxieties〉1 bezorgdheid ⇒ ongerustheid, vrees -
28 call for
af/ophalen, vereisencall for1 komen om ⇒ (komen) af/ophalen2 wensen ⇒ verlangen, vragen♦voorbeelden:1 I'll call for you at eight • ik haal je om acht uur op/afcall for the waiter • de ober roepenthat calls for a drink! • daar moet op gedronken worden!not called for • onnodig, overbodig; misplaatst -
29 demand
n. eis; navraag, aanvraag--------v. vereisen, eisen; navragendemand1[ dimma:nd] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 eis ⇒ verzoek, verlangen2 aanspraak ⇒ claim, vordering5 → demand note demand note/♦voorbeelden:satisfy all demands • aan alle eisen tegemoet komenlittle demand for doctors • weinig vraag naar artsenbe in great demand • erg in trek zijn————————demand2〈 werkwoord〉1 eisen ⇒ verlangen, vorderen♦voorbeelden: -
30 desire
n. lust; wil; verzoek--------v. tevreden maken, tevreden zijn; verzoekendesire1[ dizzajjə] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————desire2〈 werkwoord〉1 wensen ⇒ verlangen, begeren♦voorbeelden:1 leave much/nothing to be desired • veel/niets te wensen overlaten -
31 expect
v. verwachten; denken[ ikspekt]1 verwachten ⇒ wachten op, voorzien2 verwachten ⇒ rekenen op, verlangen♦voorbeelden:I did not expect this • ik was hierop niet voorbereidexpect too much of someone • te veel van iemand verlangen3 I expect you're coming too • jij komt zeker ook? -
32 itch
n. jeuk; verlangen--------v. jeuken; jeuk hebben; graag willenitch1[ itsj] 〈zelfstandig naamwoord; voornamelijk enkelvoud〉♦voorbeelden:he has an itch to go abroad • hij wil dolgraag naar het buitenland————————itch2〈 werkwoord〉♦voorbeelden: -
33 long
adj. lang; langdurig; niet voor rede vatbaar (gevaar)--------adv. lang; langdurig; gedurende--------n. lange tijd; lang iets--------v. verlangen (naar); smachten; uitzien (naar); missenlong1[ long] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:before long • binnenkort, spoedighe won't stay for long • hij zal niet (voor) lang blijven————————long2〈bijvoeglijk naamwoord; longer [longgə], longest [longgist]〉 〈→ Sporttermen: CricketSporttermen: Cricket/〉2 groot ⇒ meer dan, lang♦voorbeelden:long finger • middelvingerover the long haul • op lange termijntake a long look at something • iets lang/aandachtig bekijken/onderzoekenof long standing • al lang bestaand, van ouds gekendto cut a long story short • om kort te gaan, samengevatin the long term • op den duur, op de lange duur2 long dozen • groot dozijn, dertiencotton is in long supply • er is een ruime voorraad katoenhe stands a long chance • hij maakt weinig kanslong sale • verkoop à la hausse¶ the long arm of the law • de lange/machtige arm der wet〈 Brits-Engels〉 not by a long chalk • op geen stukken na, bijlange nietlong division • staartdelinglong drink • longdrinklong johns • lange onderbroekin the long run • uiteindelijklong shot • kansloos deelnemer; gok, waagstuk〈 Amerikaans-Engels〉 by a long shot • veruit, met gemaknot by a long shot • op geen stukken na, bijlange nietlong suit • fort, sterk puntlong in the tooth • lang in de mond, aftandstake a long view/take long views • dingen op de lange termijn bekijkenhave come a long way • van ver gekomen zijn, erg veranderd zijngo a long way (towards) • voordelig (in het gebruik) zijn, veel helpen, het ver schoppen£1 doesn't go a long way these days • met een pond kom je tegenwoordig niet ver meer————————long3〈 werkwoord〉————————long4〈 bijwoord〉♦voorbeelden:all night long • de hele nachtthe promotion was long due • de promotie liet lang op zich wachtendon't be long • maak het kortas/so long as • zo lang, mitsno/not any longer • niet langer/meer〈 informeel〉 so long! • tot dan!, tot ziens!he's long about his work • hij doet lang over zijn werkbe long in doing something • lang over iets doen -
34 will
n. testament--------n. wil; testament; wilskracht; keuze--------v. willen, hulpwerkwoord voor aangeven van toekomstige tijd--------v. willen; zullen; kunnen; wilskracht tonen; gebieden; beslissenwill1[ wil]♦voorbeelden:1 wil ⇒ wilskracht; wens, verlangen♦voorbeelden:1 good/ill will • goede/slechte wila strong/weak will • een sterke/zwakke wilshe has a will of her own • ze heeft een eigen willetjeagainst his will • tegen zijn wil/zinhe did it of his own free will • hij deed het uit vrije wil/uit eigen beweging〈 spreekwoord〉 where there's a will there's a way • waar een wil is, is een weg¶ at will • naar goeddunken/believenwith a will • vastberaden, enthousiast————————will2♦voorbeelden:willing and wishing are not the same • willen en wensen zijn tweeII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 〈 juridisch〉(bij testament) vermaken/nalaten2 door wilskracht (af)dwingen ⇒ bevelen, zijn wil opleggen aan♦voorbeelden:2 can you will yourself into contentment? • kan jij jezelf tot tevredenheid dwingen?————————will3〈 would〉1 willen ⇒ wensen, verlangen♦voorbeelden:tell whatever lies you will • vertel maar zoveel leugens als je wilII 〈 hulpwerkwoord〉♦voorbeelden:1 〈 emfatisch〉 I said I would do it and I will • ik heb gezegd dat ik het zou doen en ik zal het ook doen〈 formeel〉 will you have some more tea? • wilt u nog meer thee?will you hurry up, please? • wil je opschieten, alsjeblieft?shut the door, will you/won't you? • doe de deur dicht, alsjeblieftaccidents will happen • ongelukken zijn niet te vermijdenI will lend you a hand • ik zal je een handje helpenthis will get you nowhere • zo kom je nergenscandidates will produce their certificates • de kandidaten moeten hun getuigschriften overleggen→ would would/ -
35 yearn
v. genieten; smachten; behoefte hebben aan; verlangen naar[ jə:n]♦voorbeelden: -
36 yearning
-
37 letch
n. (spreektaal) man met willekeurige sexuele relaties, iemand die zich inlaat met veel voorkomende en/of kritiekloze sexuele ontmoetingen; begeerte, hevig verlangen (in zijzonder sexueel verlangen) -
38 liquorish
adj. (Archaïsch) wellustig, vol seksueel verlangen; met verlangen naar lekkernijen; hebzuchtig -
39 lust of the flesh
vleselijk verlangen (sexueel verlangen) -
40 sensual desire
sensueel verlangen, vleselijk verlangen
См. также в других словарях:
Verlangen — Verlangen … Deutsch Wörterbuch
Verlangen — Verlangen, verb. regul. act. & imperson. welches in einer doppelten Bedeutung üblich ist. 1. Ein lebhaftes Wollen nach einem entfernten Gute empfinden, mit beygemischter Unruhe oder Unlust über der Erwartung, wovon sich sehnen ein stärkerer Grad… … Grammatisch-kritisches Wörterbuch der Hochdeutschen Mundart
verlangen — »begehren, fordern«: Mhd. verlangen »sehnlichst begehren« ist eine Präfixbildung zu dem einfachen Verb mhd. langen, ahd. langēn »verlangen, gelüsten«, dem engl. to long »sich sehnen« und aisl. langa »sich sehnen« entsprechen. Die Verben sind von … Das Herkunftswörterbuch
Verlangen — »begehren, fordern«: Mhd. verlangen »sehnlichst begehren« ist eine Präfixbildung zu dem einfachen Verb mhd. langen, ahd. langēn »verlangen, gelüsten«, dem engl. to long »sich sehnen« und aisl. langa »sich sehnen« entsprechen. Die Verben sind von … Das Herkunftswörterbuch
verlangen — V. (Grundstufe) etw. sehr haben wollen Synonym: fordern Beispiel: Der Polizist verlangte den Ausweis von mir. Kollokation: eine Entschädigung verlangen verlangen V. (Aufbaustufe) etw. nötig machen, etw. erfordern Synonyme: benötigen, brauchen,… … Extremes Deutsch
verlangen — Vsw std. (14. Jh.), spmhd. verlangen neben belangen, ahd. belangēn, kelangēn, as. langōn Stammwort. Aus g. * lang ǣ Vsw. sich sehnen , auch in anord. langa, ae. longian. Das Wort wird häufig an lang1 angeschlossen, doch gehört es etymologisch mit … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
verlangen — verlangen, verlangt, verlangte, hat verlangt 1. Jeden Tag Überstunden? Das können Sie nicht verlangen. 2. Wie viel verlangen Sie für das Auto? 3. Frau Müller, Sie werden am Telefon verlangt … Deutsch-Test für Zuwanderer
Verlangen — ↑Desiderium, ↑Konkupiszenz, ↑Nisus … Das große Fremdwörterbuch
verlangen — [Aufbauwortschatz (Rating 1500 3200)] Auch: • Forderung • fordern • Gebühr • Kosten • nehmen • … Deutsch Wörterbuch
verlangen — gieren (nach); (sich) sehnen (nach); lechzen (nach); (etwas) vermissen; (sich etwas) ausbedingen; fordern; (auf etwas) pochen (umgangssprachlich); insistieren; (auf etwas) be … Universal-Lexikon
Verlangen — Hang; Lust; Affinität; Anziehung; Tendenz; Begierde; Geneigtheit; Neigung; Gier; Bedürfnis; Begehren; Sehnsucht; … Universal-Lexikon