-
1 pejoratief
-
2 neutraal
2 [zonder sterke lading] neutral ⇒ middle-of-the-road, 〈 pejoratief〉 colourless, 〈 pejoratief〉 indifferent, noncommittal 〈 uitspraak〉3 [sterrenkunde, scheikunde, natuurkunde] neutral♦voorbeelden:1 de neutrale mogendheden • the neutral States, the Neutralsneutraal onderwijs • non-denominational educationneutraal terrein • neutral territoryneutraal blijven, een neutrale houding aannemen • remain neutral/ 〈 staat〉non-aligned, take no side ; 〈 pejoratief〉 sit on the fence -
3 poot
I 〈 de (mannelijk)〉2 [steunsel voor een voorwerp] leg3 [informeel] [been/voet van een mens] leg4 [informeel] [hand] paw5 [informeel] [handschrift] fist6 [informeel] [handtekening] Bfist, AJohn Hancock7 [afdruk van een poot] paw print8 [neerhaal van een letter] leg9 [informeel] [mannelijke homoseksueel] 〈 niet pejoratief〉 gay ⇒ 〈Brits-Engels; slang; pejoratief〉 poof(ter), 〈Amerikaans-Engels; slang; pejoratief〉 fag(ot), faggot♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 iets op poten zetten • set up/start somethinggeen poot aan de grond krijgen • not be able to get something off the ground/get something going; 〈 bij iemand〉 get nowhere (with someone)〈 figuurlijk〉 zijn poten thuishouden • keep one's paws off someone/somethinggeen poot uitsteken/verzetten • not lift a finger6 zijn poot zetten • put one's fist/John Hancockop zijn poot spelen • stand on one's hind legs, kick up a fuss/roween brief op poten schrijven • write a stiff letterII 〈de〉 -
4 bezig
2 [ijverig] busy♦voorbeelden:de wedstrijd is al bezig • the match has already startedhij is bezig de grootste wielrenner van deze tijd te worden • he is (in the process of) becoming the greatest cyclist of our daybezig een opera te schrijven • busy composing an operadruk bezig zijn • be busyals je er toch mee bezig bent • while you are at/about itmet iemand bezig zijn • be engagedHanny is altijd met zichzelf bezig • Hanny is such a self-centred personmet andere dingen bezig zijn • be busy doing other thingsvreselijk lang met iets bezig zijn • be an awful long time over something -
5 boer
3 [lomp persoon] boor ⇒ (country) yokel/bumpkin5 [in samenstellingen] man6 [speelkaart] jack♦voorbeelden:1 〈 spreekwoord〉 wat de boer niet kent dat vreet hij niet • some people don't trust anything they don't know3 een boer op klompen • a country bumpkin, a real peasant4 een boer laten (vliegen) • burp, belchlachen als een boer die kiespijn heeft • laugh on the wrong side of one's face -
6 bont
bont1〈 het〉1 [pels] fur♦voorbeelden:————————bont22 [gemengd] colourful♦voorbeelden:de bonte was • the coloured washiemand bont en blauw slaan • beat someone black and blueeen bont programma • a varied programme -
7 een kleverig goedje
een kleverig goedjeVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een kleverig goedje
-
8 eeuwigdurend
♦voorbeelden: -
9 flonkeren
1 twinkle 〈 voornamelijk van ster〉 ⇒ sparkle 〈 voornamelijk van edelsteen〉, glitter 〈 ook pejoratief〉♦voorbeelden: -
10 gespierd
-
11 kleverig
1 sticky♦voorbeelden: -
12 knutselen
1 [met geringe hulpmiddelen maken] knock together, Bknock up2 [pejoratief] mess/play around with♦voorbeelden: -
13 mengen
♦voorbeelden:1 kleuren mengen • mix/blend coloursthee mengen • blend teameng de suiker door de pap • stir the sugar into the porridgedoor elkaar mengen • mix together2 mijn naam wordt er ook in gemengd • my name was also brought in/dragged inII 〈wederkerend werkwoord; zich mengen〉♦voorbeelden:1 zich mengen in de politiek • get (oneself) involved/mixed up in politicszich in iemands zaken mengen • poke one's nose into someone's business -
14 onverschillig
onverschillig11 [geen verschil uitmakend] immaterial♦voorbeelden:2 hij zat daar met een onverschillig gezicht • he sat there looking completely indifferent/unconcernedzij is me totaal onverschillig • I'm completely indifferent to herhij is onverschillig voor lof/kritiek • he is indifferent to praise/criticism; 〈 informeel〉 praise/criticism leaves him coldII 〈 bijwoord〉♦voorbeelden:————————onverschillig2〈 voorzetsel〉1 regardless of, no matter♦voorbeelden:onverschillig wie/wat/waar/wanneer • regardless of/no matter who/what/where/when -
15 profiteren
♦voorbeelden:zoveel mogelijk profiteren van • make the most of -
16 tentoonspreiden
♦voorbeelden:Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > tentoonspreiden
-
17 toespeling
♦voorbeelden:1 toespelingen maken • drop hints, make insinuations -
18 type
2 [model] type♦voorbeelden:een raar type • an odd characterhij is mijn type niet • he's not my type -
19 veranderlijkheid
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > veranderlijkheid
-
20 verdichtsel
См. также в других словарях:
pejorativ — Adj abwertend per. Wortschatz fach. (20. Jh.) Entlehnung. Entlehnt aus l. peioratus, dem adjektivischen PPP. von l. peiorāre verschlechtern . Ebenso nndl. pejoratief, ne. pejorative, nfrz. péjoratif, nschw. pejorativ, nnorw. pejorativ.… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache