-
41 tweede
1 deuxième♦voorbeelden:de tweede december • le deux décembrein de tweede klas zitten • 〈 lager onderwijs〉 être en cours élémentaire (CE 1); 〈 voortgezet onderwijs〉 ±être en cinquièmein, op de tweede plaats • deuxièmementhij is een tweede Vondel • c'est un nouveau Molièreten tweede • deuxièmementWillem de Tweede • Guillaume deuxals tweede eindigen • arriver deuxième -
42 zijn mond staat er gewoon naar
zijn mond staat er gewoon naar -
43 d'r
-
44 eigen
eigen1〈 het〉♦voorbeelden:¶ ik was mijn eigenik dacht bij mijn eigen dat • je me suis dit comme ça que————————eigen21 [algemeen] propre3 [vertrouwd] intime (avec)♦voorbeelden:onze eigen literatuur • la littérature de notre pays3 zich iets eigen maken • se familiariser avec qc.met iemand eigen zijn • être intime avec qn. -
45 goed
goed1〈 het〉♦voorbeelden:liggende goederen • biens immeublesroerend en onroerend goed • biens meubles et immeublesik kan daar geen goed meer doen • tout ce que je fais est mal prisgoed doen • faire le bieniemand goed doen • faire du bien à qn.het zal u veel goed doen • cela vous fera grand bieniets goeds • qc. de bonhij lust graag wat goeds • il aime les bonnes choseshoud dat mij ten goede • ne le prenez pas en mauvaise partten goede komen (aan) • profiter (à)verandering ten goede • (une) améliorationzich ten goede keren • tourner bienwe hebben nog een diner te goed • nous avons encore un dîner en perspectiveik heb nog vier vakantiedagen te goed • il me reste encore quatre jours de vacances (à prendre)je houdt het van mij te goed • je te revaudrai çadat hebben we nog te goed • ce n'est que partie remisedat heb je nog van me te goed • je dois encore te rendre cela; 〈 als dreigement〉 tu ne perds rien pour attendre!wollen goed • lainagehij heeft zijn zondagse goed aan • il porte ses habits du dimanche————————goed2♦voorbeelden:een goed jaar geleden • il y a une bonne année (de cela)is dat je goeie pak? • c'est ton beau costume?hij is een goede veertiger • il a la quarantaine bien sonnéeeen goed verliezer • un bon perdantdoe maar goed wat zout in de soep • n'hésite pas à bien saler la soupeik ben het goed zat • j'en ai par-dessus la têteik ben wel goed maar niet gek • je ne suis pas tombé sur la têtehet goed doen • bien marcherhij kan het er goed van doen • il a de quoi, il a les moyensals ik het goed heb • si je ne me trompewij hebben het goed • nous ne manquons de rien〈 ironisch〉 is het nou goed? • ça y est, maintenant?het is mij goed • (je suis) d'accordhet is ook nooit goed! • tu (il) n'es (n'est) jamais contenthij kan geen goed meer doen • on critique tout ce qu'il faitdat komt wel weer goed • ça va s'arrangergoed kunnen leren • apprendre facilementer goed op staan • 〈 letterlijk〉 être bien (sur une photo); 〈 figuurlijk〉 avoir réussi; 〈 ironisch〉 avoir tout gâchéhij heeft goed praten • il a beau direhet eten ruikt goed • le repas sent bondie jas staat je goed • ce manteau te va bienhij was niet zo goed of hij moest betalen • il a bien fallu qu'il paiedat was maar goed ook! • heureusement!zou u zo goed willen zijn … • voudriez-vous avoir la gentillesse de …het zou goed zijn, als je … • il serait bon que tu …net goed! • (c'est) bien fait!ook goed! • d'accord!dat touw is precies goed • c'est exactement la corde qu'il nous, me fautalles goed en wel maar … • c'est bien beau (tout ça), mais …ik was nog maar goed en wel thuis of … • j'étais à peine à la maison que …goed zo! • très bien!zo goed en zo kwaad als het gaat • tant bien que malgoed bij zijn • être éveillézij zijn weer goed met elkaar • ils se sont réconciliésdat is goed om te weten • c'est bon à savoirwaar is dat goed voor? • à quoi ça sert?hij is nergens goed voor • il n'est bon à riengoed voor ƒ 1000,- • bon pour 1000 florinshij is goed voor een paar ton • 〈m.b.t. bezit〉 il a bien quelques briques; 〈m.b.t. verdienen〉 il se fait bien quelques briqueshij is er niet te goed voor • il en est bien capabledat is een goeie! • elle est bien bonne!dat is te veel van het goede • c'est trop, vraimenthet goede doen • faire le bienniet veel goeds • pas grand-chose de bonzich niet goed voelen • ne pas se sentir bienzij is er goed mee • cela l'arrange bienze is onderweg niet goed geworden • elle a eu un malaise en cours de routezo goed als • pratiquementhet boek is zo goed als af • le livre est pratiquement terminé -
46 keren
1 [algemeen] tourner2 [teruggaan] retourner♦voorbeelden:〈 leger〉 rechtsom keert! • demi-tour à droite!het keren van het tij • le changement de la marée→ link=half halfII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 [toewenden] tourner3 [afwenden] parer♦voorbeelden:grond keren • retourner la terre2 de rug naar iemand keren • tourner le dos à qn.iets ten goede keren • faire en sorte que les choses tournent bienhet water keren • endiguer l'eauIII 〈wederkerend werkwoord; zich keren〉1 [zich omdraaien] se tourner2 [+ tot][zijn toevlucht zoeken bij] se tourner (vers)3 [+ tegen][zich verzetten tegen] se tourner (contre)♦voorbeelden: -
47 met iemand eigen zijn
met iemand eigen zijnêtre intime avec qn. -
48 slaan
2 〈 in het gezicht〉 gifler (qn.)3 [door een zwaaiende beweging op, van de plaats brengen; ook m.b.t. het oog, de blik] jeter4 [van het speelbord verwijderen] prendre♦voorbeelden:een steen sloeg een barst in het raam • une pierre a fêlé la vitreeiwit slaan • battre les blancs d'oeufsde gevangenen werden geslagen • les prisonniers étaient battuseen spijker in de muur slaan • enfoncer un clou dans le murde trommel slaan • battre le tambouralles kort en klein slaan • tout démolirzich door het werk heen slaan • venir à bout de son travail〈 figuurlijk〉 niet van iemand af te slaan zijn • être toujours pendu aux basques de qn.〈 figuurlijk〉 ergens niet weg te slaan zijn • ne pouvoir être délogé de qp.iemand in elkaar slaan • rouer qn. de coupsiemand in het gezicht slaan • frapper qn. au visagede bal over het hek slaan • envoyer le ballon par-dessus la grillestof uit een tapijt slaan • battre un tapisstof van zijn jas slaan • secouer la poussière de son manteau; épousseter son manteau 〈 met borstel〉2 iemand een mantel om het lichaam slaan • envelopper qn. dans un manteaude armen om de hals van iemand slaan • jeter les bras autour du cou de qn.zijn arm om iemand heen slaan • enlacer qn.de armen over elkaar slaan • croiser les bras2 [m.b.t. hart, pols; ook deur, trom] battre3 [m.b.t. klok] sonner4 [+ op][betreffen] concerner5 [begin maken met] se mettre (à faire qc.)♦voorbeelden:hard slaan • taper durmet de vleugels slaan • battre des ailesmet de armen en benen slaan • se démenerer maar op los slaan, in het wilde weg slaan • taper dans le taser flink op los slaan • ne pas y aller de main mortehet schip slaat aan stukken • le navire se brisehet water slaat tegen het schip • l'eau bat le navirede regen slaat tegen de ruit • la pluie fouette contre la vitrehet slaan van het hart • le battement du coeurhet slaan van de regen • le fouettement de la pluiehet slaat twee uur • deux heures sonnentdat slaat nergens op • ça ne rime à riendat slaat op de huidige situatie • cela se rapporte à la situation actuelleoverboord slaan • passer par-dessus bordde angst slaat hem om het hart • l'angoisse le paralysede rook slaat me op de adem • la fumée me suffoquetegen de grond slaan • tomber par terrede vlammen sloegen uit het dak • les flammes jaillissaient du toit -
49 als een lopend vuurtje rondgaan
als een lopend vuurtje rondgaanDeens-Russisch woordenboek > als een lopend vuurtje rondgaan
-
50 bijten
1 [de tanden in iets zetten; ook scheikunde] mordre2 [sterk prikkelen] brûler♦voorbeelden:1 zijn tanden ergens op stuk bijten • se casser les dents sur qc.ze willen vandaag niet bijten • ça ne mord pas ici aujourd'huiin een appel bijten • croquer dans une pomme〈 figuurlijk〉 om (rauw) in te bijten • beau, belle à croquer 〈 bijvoeglijk gebruikt〉; on en mangerait! 〈 zelfstandig gebruikt〉¶ iets stuk bijten • mordiller qc.doormidden bijten • couper avec les dentsdat bijt elkaar niet • ce n'est pas incompatible -
51 blind
blind1〈 het〉————————blind21 aveugle♦voorbeelden:blinde gehoorzaamheid • obéissance aveugleeen blinde man • un aveugleblinde vlek • point aveugleblind geboren • aveugle de naissanceblind typen • dactylographier sans regarder le clavierblind vliegen • voler sans visibilitézij is aan één oog blind • elle ne voit que d'un oeilik was blind voor zijn gebreken • je ne voyait pas ses défautseen blinde landkaart • une carte muetteeen blinde passagier • un passager clandestineen blinde steeg • un cul-de-sac -
52 boom
♦voorbeelden:de boom des levens • l'arbre de vie〈 figuurlijk〉 je kunt me de boom in! • va te faire fiche!je kunt door de bomen het bos niet meer zien • les arbres cachent la forêttegen een boom oprijden • rentrer dans un arbreeen boom van een kerel • un colosse -
53 dat bijt elkaar niet
-
54 dat komt dik voor elkaar, mekaar!
Deens-Russisch woordenboek > dat komt dik voor elkaar, mekaar!
-
55 dik
2 [van aanzienlijke omvang] 〈 bijvoeglijk naamwoord〉 gros/grosse♦voorbeelden:een dikke mist • un brouillard épaisdik gezaaid • semé druhet er dik bovenop leggen • forcer la dosehet ligt er dik bovenop • ça crève les yeuxdat zit er dik in • il n'y a pas l'ombre d'un doutedik in iets zitten • avoir qc. en abondanceeen dik uur • plus d'une heureeen dikke voldoende • largement la moyennedik tevreden (zijn) • (être) très satisfaitiemand dik verslaan • battre qn. de loineen dikke tien jaar geleden • il y a largement dix ans't is dik in orde • pas de problèmesdat komt dik voor elkaar, mekaar! • sans problèmes!5 dikke vrienden, maatjes zijn • être très ami(s) (avec qn.)het is dik aan tussen hen • c'est le grand amour entre euxdik doen • faire l'importantdik gekleed zijn • être habillé chaudementzich dik maken (over iets) • se faire du mauvais sangzich niet dik maken • ne pas s'en faire -
56 een geestelijke
een geestelijkeun(e) ecclésiastique, un prêtre; 〈 protestant〉 un pasteur -
57 geestelijk
1 [mentaal] 〈bijvoeglijk naamwoord; tegenover lichamelijk〉 intellectuel 〈v.: intellectuelle〉; 〈 psychologie〉 mental; 〈 bijwoord〉 intellectuellement ⇒ 〈 psychologie〉 mentalement♦voorbeelden:geestelijke aftakeling • déchéance intellectuellegeestelijke armoede • pauvreté intellectuellegeestelijk gestoord zijn • être atteint de maladie mentalegeestelijk onvolwassen jongeman • jeune homme immaturehet geestelijke en het wereldlijke • le spirituel et le temporel -
58 heilig
♦voorbeelden:de heilige band van het huwelijk • les liens sacrés du mariagede heilige bossen van de Germanen • les forêts sacrées des Germainseen heilig man • un saintde heilige Mis • la sainte messeeen heilige plaats • un lieu saintde nagedachtenis van haar moeder bewaarde zij heilig • elle conserva pieusement la mémoire de sa mèrehet gaat in de disco's lang niet heilig toe • les discothèques n'abritent pas que des enfants de choeurhem is niets heilig • rien n'est sacré pour luihet weer is slecht vandaag, maar het is nog heilig vergeleken bij gisteren • il fait mauvais aujourd'hui, mais par rapport à hier on ne peut pas se plaindreiemand heilig verklaren • canoniser qn.hij zwoer bij alles wat hem heilig was • il jura ses grands dieuxde zondag moet heilig worden gehouden • le dimanche doit rester le jour du Seigneurhij is een boef, maar nog heilig bij zijn broer vergeleken • c'est un vaurien, mais à côté de son frère c'est un sainthij was in de heilige overtuiging dat zij nog leefde • il était intimement convaincu qu'elle vivait encoreheilige voornemens • de fermes résolutionsik verzeker je heilig dat het waar is • je te jure que c'est vraiik heb het me heilig voorgenomen • j'en ai pris la ferme résolutionje kunt er heilig van op aan • tu peux y compter absolument -
59 helpen
1 [algemeen] aider2 [verzorgen] soigner3 [bedienen] servir4 [castreren, steriliseren] couper♦voorbeelden:God zal me helpen! • que Dieu me vienne en aide!iemand iets helpen dragen • aider qn. à porter qc.ik help het je hopen • je le souhaite autant que toiik zal het u helpen onthouden • je vous y ferai penserzich weten, zien te helpen • savoir se débrouillerbroers moeten elkaar helpen • on doit s'aider entre frères et soeurswij zijn op de wereld om elkaar te helpen • on doit s'aider les uns les autreshet helpt niet, je moet mee • il n'y a rien à faire, tu viens aussiwat helpt het of je hem beklaagt? • à quoi bon le plaindre?zich(zelf) helpen • se tirer d'affaire (tout seul)ik zal hem er wel door helpen • je vais le tirer d'affaireiemand er weer bovenop helpen • remettre qn. sur piediemand ergens vanaf helpen • aider qn. à se défaire de qc.; 〈 ironisch〉 aider qn. à finir qc.wie helpt mij aan een tweedehands fiets? • qui m'aide à trouver un vélo d'occasion?kun je mij aan honderd gulden helpen? • tu peux me prêter cent florins?iemand aan iets helpen • procurer qc. à qn.iemand over de grens helpen • aider qn. à passer la frontièredat helpt tegen hoofdpijn • c'est bon contre le mal de têteiemand uit zijn jas helpen • débarrasser qn. de son manteauhelp! • au secours!welke specialist heeft u geholpen? • quel spécialiste vous a soigné?3 kan ik u helpen? • que désirez-vous?wordt u al geholpen? • on s'occupe de vous?ik kan het niet helpen • je n'y puis rieniets niet kunnen helpen • ne rien pouvoir à qc. -
60 het bloed sprong uit de wond
het bloed sprong uit de wond
См. также в других словарях:
Link — Link … Deutsch Wörterbuch
LINK — ist der Familienname folgender Personen: Arthur Link (* 1914), US amerikanischer Politiker Caroline Link (* 1964), deutsche Regisseurin Charlotte Link (* 1963), deutsche Schriftstellerin Christoph Link (* 1933), deutscher Rechtswissenschaftler… … Deutsch Wikipedia
Link — may refer to:ComputingInternet* Links (web browser), a web browser for Unix like systems * Reciprocal link, two way links to and from websites, also known as link swaps , link exchanges and link partners * Hyperlink, a reference in a hypertext… … Wikipedia
Link — ist der Familienname folgender Personen: Amelie Plaas Link (* 1989), deutsche Schauspielerin Arthur Link (1914–2010), US amerikanischer Politiker Caroline Link (* 1964), deutsche Regisseurin Charlotte Link (* 1963), deutsche Schriftstellerin… … Deutsch Wikipedia
Link 16 — (TADIL J) тип военной тактической сети обмена данных, близкому к реальному. Используется США и странами НАТО. Является одной из составных частей семейства тактических сетей передачи данных TADIL (англ. Tactical Digital Information Link … Википедия
Link 4 — is a non secure data link used for providing vector commands to fighters. It is a netted, time division link operating in the UHF band at 5,000 bits per second. There are 2 separate Link 4s : Link 4A and Link 4C. Link 4A TADIL C is one of several … Wikipedia
Link 16 — Link 16, von engl. Link für Verbindung, bezeichnet einen militärischen Datenaustauschstandard für Datenlinks der NATO. Link 16 ist als der digitale Datendienst des Kommunikationsverfahrens MIDS im NATO Standardization Agreement STANAG 5516… … Deutsch Wikipedia
Link 1 — (NATO Originalbezeichnung: Tactical Data Exchange for Air Defence, S series) ist ein NATO Standard für taktische Datenlinks der Luftverteidigung. Inhaltsverzeichnis 1 Definition 2 Geschichte 3 Nutzung … Deutsch Wikipedia
Link 22 — is a NATO standard for wireless information interchange between military units. Link 22 is also a very robust Ad Hoc Mobile Multi Radio Network, specialized in Military Tactical Information exchange.The development of Link 22 started in 1992 as… … Wikipedia
Link 16 — is a military inter computer data exchange format of NATO, the North Atlantic Treaty Organisation.With Link 16, military aircraft as well as ships and ground forces may exchange their tactical picture in near real time. Link 16 also supports the… … Wikipedia
Link 11 — (v. engl. link für Verbindung) bezeichnet einen militärischen Datenaustausch Standard für Datenlinks der NATO, der speziell bei der Marine, aber auch in Teilen bei der Luftwaffe (Link 11B) genutzt wird. Link 11 wurde Anfang der 1960er Jahre durch … Deutsch Wikipedia