-
1 link
link1〈de〉♦voorbeelden:1 een link leggen tussen … • établir un rapport entre …de missing link • le chaînon manquant————————link2♦voorbeelden:linke waar • de la marchandise carottéehet is me te link • c'est trop risqué -
2 link
-
3 link
dangereux, périlleux, redoutable -
4 de missing link
-
5 een link leggen tussen …
een link leggen tussen …établir un rapport entre … -
6 het is me te link
het is me te link -
7 zo link als een looie deur
zo link als een looie deur -
8 in
in1I 〈 bijwoord〉1 [van richting] dans⇒ en♦voorbeelden:tegen de wind • contre le venttussen twee huizen in • entre deux maisons→ link=dag dagII 〈 bijvoeglijk naamwoord〉1 [binnen] in♦voorbeelden:2 een disco die toen in was • une discothèque ‘in’ à l'époquedat liedje was in • cette chanson était à la mode————————in2〈 voorzetsel〉1 [m.b.t. een plaats] dans⇒ en, à2 [m.b.t. een richting]en♦voorbeelden:in bed • au litin Europa • en Europein Frankrijk • en Francein het 17e-eeuwse Frankrijk • dans la France du XVIIe sièclein de hand • à la mainin Le Havre • au Havrehij is in huis • il est làin het land • dans le paysin het land van • au pays dein de lucht • dans l'airin Nederland • aux Pays-Baspijn in de buik • mal au ventrehij woont in de stad • il habite en villede stad in gaan • aller en villein onze stad • dans notre villein (volle) zee • en (pleine) merhet staat in de Grote van Dale • cela se trouve dans le Grand van Dalezij woont in de Vondelstraat • elle habite Rue Vondeliets in zich hebben • en avoir le talentin het begin • au débutin het jaar 1600 • en l'an 1600in de ochtend • le matinin de pauze • pendant la pausein een uur • en une heurein 1982 • en 1982→ link=grond grond, link=handomdraai handomdraai, link=lente lente, link=slaap slaap, link=zomer zomerin groepjes • en groupesin stukken slaan • briser en morceauxhij is in de twintig • il a dans les vingt ans -
9 als hij niet meewerkt, hang je
als hij niet meewerkt, hang jes'il ne marche pas, tu es fichu -
10 als tweede eindigen
als tweede eindigen -
11 hangen
1 [neerwaarts gestrekt gehouden worden] pendre2 [in neerwaartse richting afwijken; overhellen] pencher3 [boven de grond gehouden worden] être suspendu4 [tot straf opgehangen zijn] être pendu5 [vast (blijven) zitten] être attaché (à)6 [verlangen] aspirer (à)♦voorbeelden:de zeilen hangen slap • les voiles pendenthet koord hangt slap • la corde est trop lâchede teugels laten hangen • lâcher la bridede wolken hangen laag • les nuages sont bashet schilderij hangt scheef • le tableau est de travers〈 van personen〉 over iets, iemand hangen • se pencher sur qc., qn.uit het lood hangen • surplombermet hangen en wurgen • à grand-peine〈 figuurlijk〉 als hij niet meewerkt, hang je • s'il ne marche pas, tu es fichu〈 figuurlijk〉 aan iemand blijven hangen • rester collé à qn. sans trop savoir pourquoizijn betoog hing van platheden aan elkaar • son exposé était cousu de platitudeshet hangt erom • rien n'est encore décidéII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [bevestigen] (sus)pendre♦voorbeelden:zijn jas aan de kapstok hangen • accrocher son manteau (au portemanteau) -
12 in 1982
in 1982→ link=grond grond, link=handomdraai handomdraai, link=lente lente, link=slaap slaap, link=zomer zomer -
13 kat
♦voorbeelden:een cyperse kat • un chat tigréde Gelaarsde Kat • le Chat bottéer uitzien als een verzopen kat • être trempé comme une soupede kat uit de boom kijken • se tenir sur la réservede kat in het donker knijpen • agir en dessousmaak dat de kat wijs! • à d'autres!dat weet de (onze) kat ook • ce n'est pas bien sorcierde kat zit in de gordijnen • ça va chaufferzo vals als een kat • méchant comme un âne rougezich als een kat in een vreemd pakhuis voelen • se sentir tout à fait dépaysézo nat als een kat • trempé comme un canard, comme une soupede kat de bel aanbinden • attacher le greloteen kat in de zak kopen • acheter chat en pochekat in het bakkie • c'est du gâteau〈 spreekwoord〉 als de kat van huis is, dansen de muizen in het voorhuis (op tafel) • quand le chat n'est pas là, les souris dansent〈 spreekwoord〉 men moet de kat niet bij het spek zetten, op het spek binden • il ne faut pas enfermer le loup dans la bergerie4 iemand een kat geven • lancer des piques à qn. -
14 klein
♦voorbeelden:de kleine man, luiden • les petites genseen kleine woordenschat • un vocabulaire pauvreklein gebouwd zijn • être de petite taillehebt u het niet kleiner? • vous n'avez pas la monnaie?het vliegtuig maakt de afstanden kleiner • l'avion rapproche les distanceseen kledingstuk kleiner maken • rétrécir un vêtementklein schrijven • avoir une écriture finedie broek is hem te klein • ce pantalon est trop étroit pour luiuiterst klein verschil • différence minimeklein van geest • mesquinde kleine • 〈 baby〉 le petit, la petiteeen kleine drie kilometer • trois kilomètres au (grand) maximumin het klein • en miniaturein het klein verkopen • vendre au détailtwee is kleiner dan drie • deux est inférieur à troisklein maar dapper • petit de taille, mais grand de coeur〈 spreekwoord〉 wie 't kleine niet eert, is 't grote niet weerd • celui qui ne se baisse pas pour ramasser une épingle n'est pas digne de trouver une livre¶ iemand klein krijgen • mater qn.zich klein maken • se faire tout petit→ link=beer beer, link=boodschap boodschap, link=kopje kopje, link=kort kort, link=middenstander middenstander -
15 mond
♦voorbeelden:ik heb het uit zijn eigen mond • je le tiens de sa propre bouche〈 figuurlijk〉 hij heeft een grote monddat is een hele mond vol • on en a plein la bouche〈 figuurlijk〉 met open mond naar iets kijken • regarder qc. bouche béeeen scheve mond • une bouche torduezijn mond nog vol hebben • avoir encore la bouche pleinemet een volle mond praten • parler la bouche pleinedoe je mond dan open! • mais il faut te faire entendre!dat gaat je mond voorbij • ça te passe sous le nezzijn mond houden • tenir sa languezijn mond opendoen • élever sa voixiemand de mond snoeren • imposer (le) silence à qn.de oppositie de mond snoeren • bâillonner l'opposition〈 figuurlijk〉 ga je mond maar spoelen! • quel langage ordurier!zijn mond staat geen ogenblik stil • c'est un moulin à parolesde mond vertrekken • faire un rictusbij monde van • par la bouche debepaalde woorden in de mond nemen • prononcer certaines paroleswat los in de mond zijn • 〈 lichtzinnig〉 parler sans réfléchir; 〈 onfatsoenlijk〉 avoir un langage peu soignédat woord ligt hem in de mond bestorven • il n'a que ce mot à la boucheiemand woorden in de mond leggen • faire dire qc. à qn.〈 figuurlijk〉 iemand iets in de mond geven • mettre les mots dans la bouche de qn.iemand naar de mond praten • caresser qn. dans le sens du poiliets uit zijn mond sparen • s'enlever les morceaux de la bouche(als) uit één mond spreken • tenir le même langage (que qn.)het gerucht ging van mond tot mond • la rumeur se répandit de bouche à oreilleheb je geen mond? • tu as avalé ta langue?zij heeft er geen mond over open gedaan • elle n'en a pas soufflé motzeven monden te voeden hebben • avoir sept bouches à nourrireen mond als een hooischuur • une bouche fendue jusqu'aux oreillesmet de mond vol tanden staan • en être (tout) interdit〈 spreekwoord〉 bitter in de mond maakt het hart gezond • ce qui est amer à la bouche, est doux au coeur -
16 tweede
1 deuxième♦voorbeelden:de tweede december • le deux décembrein de tweede klas zitten • 〈 lager onderwijs〉 être en cours élémentaire (CE 1); 〈 voortgezet onderwijs〉 ±être en cinquièmein, op de tweede plaats • deuxièmementhij is een tweede Vondel • c'est un nouveau Molièreten tweede • deuxièmementWillem de Tweede • Guillaume deuxals tweede eindigen • arriver deuxième -
17 zijn mond staat er gewoon naar
zijn mond staat er gewoon naar -
18 d'r
-
19 eigen
eigen1〈 het〉♦voorbeelden:¶ ik was mijn eigenik dacht bij mijn eigen dat • je me suis dit comme ça que————————eigen21 [algemeen] propre3 [vertrouwd] intime (avec)♦voorbeelden:onze eigen literatuur • la littérature de notre pays3 zich iets eigen maken • se familiariser avec qc.met iemand eigen zijn • être intime avec qn. -
20 goed
goed1〈 het〉♦voorbeelden:liggende goederen • biens immeublesroerend en onroerend goed • biens meubles et immeublesik kan daar geen goed meer doen • tout ce que je fais est mal prisgoed doen • faire le bieniemand goed doen • faire du bien à qn.het zal u veel goed doen • cela vous fera grand bieniets goeds • qc. de bonhij lust graag wat goeds • il aime les bonnes choseshoud dat mij ten goede • ne le prenez pas en mauvaise partten goede komen (aan) • profiter (à)verandering ten goede • (une) améliorationzich ten goede keren • tourner bienwe hebben nog een diner te goed • nous avons encore un dîner en perspectiveik heb nog vier vakantiedagen te goed • il me reste encore quatre jours de vacances (à prendre)je houdt het van mij te goed • je te revaudrai çadat hebben we nog te goed • ce n'est que partie remisedat heb je nog van me te goed • je dois encore te rendre cela; 〈 als dreigement〉 tu ne perds rien pour attendre!wollen goed • lainagehij heeft zijn zondagse goed aan • il porte ses habits du dimanche————————goed2♦voorbeelden:een goed jaar geleden • il y a une bonne année (de cela)is dat je goeie pak? • c'est ton beau costume?hij is een goede veertiger • il a la quarantaine bien sonnéeeen goed verliezer • un bon perdantdoe maar goed wat zout in de soep • n'hésite pas à bien saler la soupeik ben het goed zat • j'en ai par-dessus la têteik ben wel goed maar niet gek • je ne suis pas tombé sur la têtehet goed doen • bien marcherhij kan het er goed van doen • il a de quoi, il a les moyensals ik het goed heb • si je ne me trompewij hebben het goed • nous ne manquons de rien〈 ironisch〉 is het nou goed? • ça y est, maintenant?het is mij goed • (je suis) d'accordhet is ook nooit goed! • tu (il) n'es (n'est) jamais contenthij kan geen goed meer doen • on critique tout ce qu'il faitdat komt wel weer goed • ça va s'arrangergoed kunnen leren • apprendre facilementer goed op staan • 〈 letterlijk〉 être bien (sur une photo); 〈 figuurlijk〉 avoir réussi; 〈 ironisch〉 avoir tout gâchéhij heeft goed praten • il a beau direhet eten ruikt goed • le repas sent bondie jas staat je goed • ce manteau te va bienhij was niet zo goed of hij moest betalen • il a bien fallu qu'il paiedat was maar goed ook! • heureusement!zou u zo goed willen zijn … • voudriez-vous avoir la gentillesse de …het zou goed zijn, als je … • il serait bon que tu …net goed! • (c'est) bien fait!ook goed! • d'accord!dat touw is precies goed • c'est exactement la corde qu'il nous, me fautalles goed en wel maar … • c'est bien beau (tout ça), mais …ik was nog maar goed en wel thuis of … • j'étais à peine à la maison que …goed zo! • très bien!zo goed en zo kwaad als het gaat • tant bien que malgoed bij zijn • être éveillézij zijn weer goed met elkaar • ils se sont réconciliésdat is goed om te weten • c'est bon à savoirwaar is dat goed voor? • à quoi ça sert?hij is nergens goed voor • il n'est bon à riengoed voor ƒ 1000,- • bon pour 1000 florinshij is goed voor een paar ton • 〈m.b.t. bezit〉 il a bien quelques briques; 〈m.b.t. verdienen〉 il se fait bien quelques briqueshij is er niet te goed voor • il en est bien capabledat is een goeie! • elle est bien bonne!dat is te veel van het goede • c'est trop, vraimenthet goede doen • faire le bienniet veel goeds • pas grand-chose de bonzich niet goed voelen • ne pas se sentir bienzij is er goed mee • cela l'arrange bienze is onderweg niet goed geworden • elle a eu un malaise en cours de routezo goed als • pratiquementhet boek is zo goed als af • le livre est pratiquement terminé
См. также в других словарях:
Link — Link … Deutsch Wörterbuch
LINK — ist der Familienname folgender Personen: Arthur Link (* 1914), US amerikanischer Politiker Caroline Link (* 1964), deutsche Regisseurin Charlotte Link (* 1963), deutsche Schriftstellerin Christoph Link (* 1933), deutscher Rechtswissenschaftler… … Deutsch Wikipedia
Link — may refer to:ComputingInternet* Links (web browser), a web browser for Unix like systems * Reciprocal link, two way links to and from websites, also known as link swaps , link exchanges and link partners * Hyperlink, a reference in a hypertext… … Wikipedia
Link — ist der Familienname folgender Personen: Amelie Plaas Link (* 1989), deutsche Schauspielerin Arthur Link (1914–2010), US amerikanischer Politiker Caroline Link (* 1964), deutsche Regisseurin Charlotte Link (* 1963), deutsche Schriftstellerin… … Deutsch Wikipedia
Link 16 — (TADIL J) тип военной тактической сети обмена данных, близкому к реальному. Используется США и странами НАТО. Является одной из составных частей семейства тактических сетей передачи данных TADIL (англ. Tactical Digital Information Link … Википедия
Link 4 — is a non secure data link used for providing vector commands to fighters. It is a netted, time division link operating in the UHF band at 5,000 bits per second. There are 2 separate Link 4s : Link 4A and Link 4C. Link 4A TADIL C is one of several … Wikipedia
Link 16 — Link 16, von engl. Link für Verbindung, bezeichnet einen militärischen Datenaustauschstandard für Datenlinks der NATO. Link 16 ist als der digitale Datendienst des Kommunikationsverfahrens MIDS im NATO Standardization Agreement STANAG 5516… … Deutsch Wikipedia
Link 1 — (NATO Originalbezeichnung: Tactical Data Exchange for Air Defence, S series) ist ein NATO Standard für taktische Datenlinks der Luftverteidigung. Inhaltsverzeichnis 1 Definition 2 Geschichte 3 Nutzung … Deutsch Wikipedia
Link 22 — is a NATO standard for wireless information interchange between military units. Link 22 is also a very robust Ad Hoc Mobile Multi Radio Network, specialized in Military Tactical Information exchange.The development of Link 22 started in 1992 as… … Wikipedia
Link 16 — is a military inter computer data exchange format of NATO, the North Atlantic Treaty Organisation.With Link 16, military aircraft as well as ships and ground forces may exchange their tactical picture in near real time. Link 16 also supports the… … Wikipedia
Link 11 — (v. engl. link für Verbindung) bezeichnet einen militärischen Datenaustausch Standard für Datenlinks der NATO, der speziell bei der Marine, aber auch in Teilen bei der Luftwaffe (Link 11B) genutzt wird. Link 11 wurde Anfang der 1960er Jahre durch … Deutsch Wikipedia