-
101 Harry weer in de bocht hoor!
Harry weer in de bocht hoor!Harry is at it again!Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > Harry weer in de bocht hoor!
-
102 aan
aan11 [zich aan het lichaam bevindend] on3 [in werking, brandend] on4 [aan de gang] on♦voorbeelden:daar is niets aan • 〈 gemakkelijk〉 there's nothing to it; (it's a) piece of cake; 〈 saai〉 it's a waste of time; 〈 niet stuk〉 there's nothing the matter with itII 〈 bijwoord〉1 [na plaatsaanduidend bijwoord] 〈 vaak onvertaald, zie voorbeelden〉2 [in samengestelde werkwoord] 〈 vaak onvertaald, zie voorbeelden〉3 [op genoemde wijze] 〈 vaak onvertaald, zie voorbeelden〉♦voorbeelden:daar zijn we nog niet aan toe • we haven't got that far yet2 stel je niet zo aan! • stop carrying on like that!3 rustig aan! • calm down!, take it easy!¶ er goed/beroerd aan toe zijn • be (doing) well, be in a bad wayvan nu af aan • from now onvan voren af aan • from the beginningvan jongs af aan • from childhoodjij kunt ervan op aan dat … • you can count on it that …————————aan2〈 voorzetsel〉1 [met betrekking tot een fysieke verbondenheid] on ⇒ at, by2 [met betrekking tot een figuurlijk verbondenheid] by, with3 [bij werkwoord die een beweging aanduiden] to4 [tengevolge van] of, from5 [wat betreft] of6 [in de macht van] up to♦voorbeelden:aan een krant werken • work on a newspaperKoen stond aan het raam • Koen stood at the windowaan zee/de kust/een gracht wonen • live by the sea/on the coast/on a canaldoen aan • do, go in fortwee aan twee • two by twohij geeft les aan de universiteit • he lectures at the universityer is geen beginnen aan • that's impossibleaan wal gaan • go ashoreaan het werk gaan aan iets • go to work on somethinghoe kom je aan dat spul? • how did you get hold of that stuff?6 het is aan mij ervoor te zorgen dat … • it's up to me to see that …hij heeft het aan zijn hart • he's got heart troublehij is aan het joggen • he's out jogginghij is aan het strijken • he's (busy) ironingze zijn aan vakantie toe • they could do with a holiday -
103 aangroeien
-
104 aanhoudend
2 [met geringe tussenpozen] continual ⇒ repeated, time and again 〈 alleen bijwoord〉, always 〈 alleen bijwoord〉♦voorbeelden: -
105 aanwaaien
1 [zonder moeite eigen worden] come naturally to2 [door de wind aangevoerd worden] blow about/along♦voorbeelden: -
106 ademhalen
-
107 af
af1〈 het〉♦voorbeelden:————————af2I 〈 bijwoord〉1 [met betrekking tot een verwijdering] off, away2 [+ van] [met betrekking tot het uitgangspunt] from3 [met betrekking tot een verwijderd/gescheiden zijn] away, off4 [naar beneden] down♦voorbeelden:1 af en aan • back and forth, to and fromensen liepen af en aan • people came and wentaf en toe • (every) now and thenklaar? af! • get set! go!2 van die dag af • from that day (on/onward(s))van de grond af • from ground levelde nieuwigheid is er een beetje af • the novelty has worn off a bitde verf is er af • the paint has come offver af • a long way offhij woont een eindje van de weg af • he lives a little way away from the roadvan iemand af zijn • be rid of someoneu bent nog niet van me af • you haven't seen the last/back of mede trap af • down the stairsaf! • (get) down!; 〈 tegen hond ook〉 down boy/girl!goed/beter/slecht af zijn • have come off well/better/badlydaar wil ik (van) af zijn • I wouldn't like to sayop 't onbeleefde af • to the point of rudenessik weet er niets van af • I don't know anything about itII 〈 bijvoeglijk naamwoord〉4 [spel] out♦voorbeelden:2 het werk is af • the work is done/finishedde voorstelling was af • the performance was perfect -
108 afzoenen
1 [door zoenen goedmaken, wegnemen] kiss away2 [veelvuldig zoenen] cover with kisses♦voorbeelden:het afzoenen • kiss and be friends (again) -
109 alle
alle1♦voorbeelden:hij had alle reden om • he had every reason tote allen tijde • at any timeboven alle twijfel • beyond all doubtvoor alle zekerheid • just in case————————alle21 all ⇒ every, each, 〈 met betrekking tot personen, zelfstandig ( gebruikt); ook〉 everyone, 〈 met betrekking tot personen, zelfstandig ( gebruikt); ook〉 everybody♦voorbeelden:van alle kanten • from all sidesin aller ogen • in the eyes of everybodyin alle opzichten • in all respectsallen gingen weer naar huis • everyone went home againhet verbaasde allen die het hoorden • it surprised everyone who heard ithij is ons aller vriend • he is a friend to all of uszij gingen met zijn allen • they went all togethergeen van allen wist het • not one of them knewalle twee haar oorbellen • both (of) her earringsallen zonder uitzondering • everyone without exception -
110 allen gingen weer naar huis
allen gingen weer naar huisVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > allen gingen weer naar huis
-
111 alles nog eens op een rijtje zetten
alles nog eens op een rijtje zettenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > alles nog eens op een rijtje zetten
-
112 alles staat (weer) op losse schroeven
alles staat (weer) op losse schroeveneverything's unsettled/in the air (again)Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > alles staat (weer) op losse schroeven
-
113 als ik je er nog een keer op betrap …
als ik je er nog een keer op betrap …if I catch you at it again …Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > als ik je er nog een keer op betrap …
-
114 als je (mij) dat nog een keer lapt
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > als je (mij) dat nog een keer lapt
-
115 anderhalf keer zoveel
anderhalf keer zoveelhalf as much/many againVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > anderhalf keer zoveel
-
116 anderhalf
♦voorbeelden:anderhalf maal zoveel • half as much/many againanderhalf maal zo hoog • one and a half times as highanderhalf uur • an hour and a half -
117 anderzijds
♦voorbeelden:1 het is waar, maar anderzijds … • it's true, but then again/on the other hand … -
118 bal
I 〈de〉1 [sport] ball2 [tot een ronde bol gevormde massa] ball3 [gulden] ±quid♦voorbeelden:een balletje trappen • kick a ball (about)op de bal spelen, niet op de man • play the ball, not the man〈 spreekwoord〉 wie kaatst, moet de bal verwachten • if you make a jest, you must take a jesteen balletje slaan • hit a ball4 het is zo koud dat je ballen eraf vriezen • it's cold enough to freeze the balls off a brass monkey6 een rechtse bal • a conservative/right-wing snobhet zijn (echte) ballen • they think they're really somethingde ballen van iets begrijpen • not understand a damn thing about somethinggeen bal uitvoeren • not do a (bloody) stroke (of work)geen bal van iets snappen/weten • not understand/know a damn thing about somethinghet kan me geen bal schelen • I couldn't care less〈 informeel〉 de ballen! • cheers!II 〈 het〉♦voorbeelden: -
119 bedenken
3 [als geschenk doen toekomen aan] remember♦voorbeelden:als men bedenkt, dat … • considering (that) …II 〈wederkerend werkwoord; zich bedenken〉♦voorbeelden:1 zij zal zich wel tweemaal bedenken voordat … • she'll think twice before …zonder zich te bedenken • without a moment's thoughtik hoop dat hij zich zal bedenken • I hope he'll reconsider -
120 been
2 [lichaamsdeel met betrekking tot een dier] leg3 [bot; stof waaruit botten bestaan] bone5 [met betrekking tot een kous; met betrekking tot een voorwerp] leg♦voorbeelden:een houten been • a wooden legop het verkeerde been gezet worden • 〈 sport〉 be wrong-footed; 〈 figuurlijk〉 be misled; 〈informeel; figuurlijk〉 be sent barking up the wrong treehij brak zijn been • he broke his legde benen strekken • stretch one's legsmet de benen over elkaar • with one's legs crosseder was veel volk op de been • a great many people were aboutik kan niet meer op mijn benen staan • I can't keep on my feet any longereen leger op de been brengen • raise an armyop de been blijven • remain on one's feetweer op de been zijn • be up and about (again)hij is al de hele dag op de been • he's been on his feet all daystevig op zijn benen staan • be steady on one's legsgoed ter been zijn • be a good walkerzich de benen uit het lijf lopen • run one's legs off〈 spreekwoord〉 het zijn sterke benen die de weelde kunnen dragen • it is no easy matter to bear prosperity decently
См. также в других словарях:
Again — A*gain (?; 277), adv. [OE. agein, agayn, AS. ongegn, onge[ a]n, against, again; on + ge[ a]n, akin to Ger. gegewn against, Icel. gegn. Cf. {Gainsay}.] 1. In return, back; as, bring us word again. [1913 Webster] 2. Another time; once more; anew.… … The Collaborative International Dictionary of English
Again — is the title of the following songs or albums: * Again (1949 song), recorded by many singers including Doris Day, Vic Damone and Vera Lynn * Again (1993 album), by Alan Stivell * Again (Alice in Chains song), by Alice in Chains * Again (2002… … Wikipedia
again — [ə gen′; ] also, esp. Cdn & Brit [, əgān′] adv. [ME agen, ayein < OE ongegn, ongean < on , up to, toward + gegn, direct: orig. separable prefix meaning “directly up to,” hence, “facing, opposite”] 1. Rare back in response; in return [answer … English World dictionary
Again — Single par Yui Sakakibara Face A Again Face B Beautiful day Sortie 25 octobre 2006 … Wikipédia en Français
+Again — Manhwa Auteur Ko Jin Ho Éditeur Samyang Publishing … Wikipédia en Français
again — (adv.) late O.E. agan, from earlier ongean toward, opposite, against, in exchange for, from on on (see ON (Cf. on)) + gegn against, toward, compounded for a sense of lined up facing, opposite, and in the opposite direction, returning. For gegn,… … Etymology dictionary
again — [adv1] another time; repeated afresh, anew, anon, bis, come again, encore, freshly, newly, once more, one more time, over, over and over, recurrently, reiteratively, repeatedly; concepts 553,799 again [adv2] in addition additionally, also,… … New thesaurus
Again — A*gain , Agains A*gains , prep. Against; also, towards (in order to meet). [Obs.] [1913 Webster] Albeit that it is again his kind. Chaucer. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
again — index anew, de novo Burton s Legal Thesaurus. William C. Burton. 2006 … Law dictionary
again — ► ADVERB 1) once more. 2) returning to a previous position or condition. 3) in addition to what has already been mentioned. ORIGIN Old English … English terms dictionary
again — a|gain W1S1 [əˈgen, əˈgeın US əˈgen] adv [: Old English; Origin: ongean opposite, back ] 1.) one more time used when something has happened or been done before ▪ Can you say that again? I didn t hear. ▪ I ll never go there again. ▪ Mr Khan s busy … Dictionary of contemporary English