-
41 prodigal son
de verloren zoon (uit het Nieuwe Testament) -
42 prospective son-in-law
aanstaande schoonzoon -
43 the Father the Son and the Holy Ghost
de Vader de Zoon en de Heilige Geest (het heilige driehoek,drie figuren van de God in het Christendom)English-Dutch dictionary > the Father the Son and the Holy Ghost
-
44 the carpenter's son
zoon v. timmerman, Jezus -
45 the eldest son
de oudste zoon -
46 the lost son
de verloren zoon (iem. die zich van de familie afgetrokken heeft) -
47 put
n. kogelwerpen--------v. plaatsen, leggen, zetten; stoppen; stellen; merkenput1[ poet] 〈 zelfstandig naamwoord〉3 → putt putt/————————put2♦voorbeelden:¶ stay put • blijven waar je bent, op zijn plaats blijven————————put32 → putt putt/♦voorbeelden:1 the ship put into the port • het schip voer/stevende de haven binnen〈 voornamelijk Brits-Engels〉 put (up)on someone • iemand last/ongemak bezorgen→ put about put about/, put back put back/, put down put down/, put in put in/, put out put out/, put over put over/, put to put to/, put up put up/II 〈 overgankelijk werkwoord〉5 werpen ⇒ stoten, jagen7 uitdrukken ⇒ zeggen, stellen8 vertalen ⇒ overbrengen, omzetten♦voorbeelden:put an end to (one's life) • een eind maken (aan zijn leven)put a/one's finger to one's lips • de vinger voor de lippen/mond leggen 〈 als aanmaning tot zwijgen〉put one's hand on something • de hand leggen op ietsput an idea/thought into someone's head • iemand op een idee brengenput a knife between someone's ribs • iemand een mes tussen de ribben stekenput a match to something • iets aansteken/in brand stekenput money in(to) something • geld steken in ietsput pen to paper • pen op papier zettenput pressure (up)on • pressie uitoefenen opput a price on something • een prijskaartje hangen aanput one's signature to something • zijn handtekening plaatsen onder ietsput someone on the train • iemand op de trein zettenput a stop to something • een eind maken aan ietsput one's trust in • zijn vertrouwen stellen inthe death of his son put years on him • de dood van zijn zoon heeft hem ouder gemaaktput oneself into something • zich geheel/zijn beste krachten aan iets gevenput safety above cost • veiligheid boven kosten stellenput someone across the river • iemand overzettenput something before something else • iets prefereren/stellen boven iets andersput behind bars • achter de tralies zettenput something behind oneself • zich over iets heen zetten, met iets brekenput in order • in orde brengenput in an awkward position • in een moeilijk parket brengenput in(to) touch with • in contact brengen metput into circulation • in omloop brengenput into effect • ten uitvoer brengenput into power • aan de macht brengenput someone off his food • iemand de eetlust benemenput someone off his game • iemand van zijn spel afleidenput someone off learning • iemand de zin om te leren ontnemenput someone off smoking • iemand van het roken afbrengenput someone on antibiotics • iemand antibiotica voorschrijvenput someone on his guard • iemand waarschuwenput on the right track • op het goede spoor brengenput out of business • failliet doen gaan, ruïnerenput someone out of temper • iemand uit zijn humeur brengenput a Bill through Parliament • een wetsvoorstel door het parlement krijgenput one's children through university • zijn kinderen universitaire studies laten voltooienput the children to bed • de kinderen naar bed brengenput to death • ter dood brengenput a poem to music • een gedicht op muziek zettenput the children to school • de kinderen op school doenput one's son to a trade • voor zijn zoon een beroep vindenput oneself/someone to work • zich/iemand aan het werk zettenput to good use • goed gebruik maken vanput £100 towards the cost • £100 in de kosten bijdragen〈 informeel〉 put someone through it • iemand een zware test afnemen/zwaar op de proef stellenput to flight/rout • op de vlucht drijvenput someone to (great) inconvenience • iemand (veel) ongerief bezorgenput someone to trouble • iemand last/ongemak bezorgenput £1,000,000 on the taxes • de belastingen met £1.000.000 verhogenput a proposal before/to a meeting • een vergadering een voorstel voorleggenput someone onto someone • iemand aan iemand voorstellen/bij iemand introducerenhow shall I put it? • hoe zal ik het zeggento put it bluntly • om het (maar) ronduit/cru te zeggenbe hard put (to it) to do something • iets nauwelijks aankunnen, het erg moeilijk hebben om iets te doenput under • verdoven, onder narcose brengenput it/one/something across someone • het iemand flikken, iemand beetnemenI put it to him that he was wrong • ik hield het hem voor dat hij het verkeerd hadput oneself to it to do something • zich ertoe zetten iets te doen→ put about put about/, put across put across/, put ahead put ahead/, put aside put aside/, put away put away/, put back put back/, put behind put behind/, put by put by/, put down put down/, put forth put forth/, put forward put forward/, put in put in/, put off put off/, put on put on/, put out put out/, put over put over/, put through put through/, put to put to/, put together put together/, put up put up/ -
48 be up
be up2 op zijn ⇒ opstaan, wakker zijn3 op zijn ⇒ over/voorbij/om zijn6 aan de gang/hand zijn ⇒ gaande zijn♦voorbeelden:the river is up • de rivier staat hoogthe sun is up already • de zon is al ophis sleeves were up • hij had zijn mouwen opgestroopt〈 sport〉 be one up on someone • een punt voorstaan op iemand; 〈 figuurlijk〉 iemand een slag voor zijn〈 informeel〉 it's all up with him • het is met hem gedaan/afgelopen4 Mary/Mary's case is up (in court) this afternoon • Maria/Maria's zaak komt vanmiddag voorbe up for discussion • ter discussie staanbe up for election • verkiesbaar zijnmy son is up at Oxford • mijn zoon studeert in Oxfordwhat's up with you? • wat is er met jou aan de hand?7 who's up? • wie is er aan de beurt?〈 informeel〉 be up against it • in de puree/rats zittenbe well up in something • goed op de hoogte zijn van iets -
49 cater
-
50 devolve
v. belanden, neerkomen, terechtkomen1 neerkomen ⇒ terechtkomen, belanden♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 afschuiven ⇒ delegeren, overdragen♦voorbeelden: -
51 father
n. vader; pater--------v. voortbrengen (van kinderen); vaderschap accepteren; vader zijn voor-; uitvinden; adopterenfather1[ fa:ðə] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:¶ 〈formeel; eufemistisch〉 be gathered to one's fathers • tot de vaderen vergaderd worden, sterven→ heavy heavy/————————father2〈 werkwoord〉1 vader zijn/worden van/voor♦voorbeelden: -
52 favourite
adj. favoriet, lievelings-favourite1♦voorbeelden:————————favourite2♦voorbeelden:¶ 〈 Amerikaans-Engels〉 favourite son • 〈 ongeveer〉 uitverkoren zoon 〈 presidentskandidaat, voorgedragen door delegatie van zijn eigen staat〉 -
53 glue
n. lijm--------v. lijmen; vast plakkenglue1[ gloe:] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 lijm————————glue2〈werkwoord; tegenwoordig deelwoord ook gluing〉1 lijmen ⇒ plakken, vastkleven2 persen (tegen) ⇒ dichtbij houden/blijven♦voorbeelden: -
54 intend
-
55 less
adj. minder--------adv. minder--------conj. zonder--------n. minder--------prep. minder; minless1[ les] 〈bijvoeglijk naamwoord; fungeert als vergrotende trap van little/small〉1 kleiner♦voorbeelden:————————less2〈voornaamwoord; vergrotende trap van little, informeel ook van few〉1 minder♦voorbeelden:far/much less than usual • veel minder dan normaal〈 informeel〉 less of your cheek! • wat minder brutaal jij!————————less3〈bijwoord; vergrotende trap van little〉1 minder♦voorbeelden:he couldn't care less • het kon hem niet schelenmore or less • min of meerspeak less quickly • niet zo vlug sprekenthis doesn't make things any the less difficult • dit maakt er de zaken niet makkelijker op————————less4〈 voorzetsel〉1 zonder ⇒ verminderd met, op … na♦voorbeelden:the whole family less one son • de hele familie op één zoon na————————less5〈determinator; vergrotende trap van little, informeel ook van few〉1 minder♦voorbeelden: -
56 pass
n. pas; stand van zaken; doorgang; slagen bij een examen; doorgeven van een bal; handbeweging--------v. voorbijgaan, passeren; aangeven; slagen; inhalen; goedkeurenpass1[ pa:s] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 passage ⇒ (berg)pas; doorgang, vaargeul♦voorbeelden:it/things had come to such a pass that • het was zo ver gekomen dat————————pass21 (verder) gaan ⇒ (door)lopen, voortgaan2 voorbijgaan ⇒ passeren; voorbijkomen; overgaan, eindigen3 passeren ⇒ er door(heen) (ge)raken/komen6 aanvaard/aangenomen worden ⇒ slagen 〈 voor examen(onderdeel)〉; door de beugel kunnen 〈 grove taal bijvoorbeeld〉10 overgemaakt/overgedragen worden♦voorbeelden:pass from a solid to an oily state • van een vaste in een olieachtige stof overgaanpass to other matters • overgaan naar/tot andere zakenpass on the left • s inhalenpass unnoticed • niet opgemerkt wordeneverything must pass • aan alles moet een einde komenno passing (permitted) • geen doorgangplease, let me pass • mag ik er even langswe are only passing through • we zijn enkel op doorreispass as/for • doorgaan voor, dienen alscome to pass • gebeuren〈 juridisch〉 pass on/upon a constitutional question • een uitspraak doen/vonnis vellen over een grondwettelijke kwestie→ pass away pass away/, pass between pass between/, pass by pass by/, pass into pass into/, pass off pass off/, pass on pass on/, pass out pass out/, pass over pass over/, pass through pass through/II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 passeren ⇒ voorbijlopen, voorbijtrekken2 oversteken ⇒ gaan/lopen door, komen over4 goedkeuren ⇒ aanvaarden, bevestigen5 slagen in/voor6 komen door ⇒ aanvaard/bekrachtigd worden door♦voorbeelden:pass the salt • het zout doorgevenpass the word (a)round • vertel het verderpass in • inleverenpass an opinion • een oordeel/idee geven -
57 peer group
peer group♦voorbeelden:1 my son seems so much younger than his peer group • mijn zoon lijkt zoveel jonger dan zijn leeftijdgenoten -
58 prodigal
adj. verkwistend; gul--------n. de verloren zoon; berouwvol zondaar; verkwister; iem. met een hang naar luxeprodigal1[ proddigl] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————prodigal2〈bijvoeglijk naamwoord; zelfstandig naamwoord: prodigality〉♦voorbeelden: -
59 push
n. druk; compressie; aanval; initiatief; hulp--------v. duwen; wegduwen; drukken; initiatief nemen; hasjiesj verkopenpush1[ poesj]1 duw ⇒ stoot, zet, ruk♦voorbeelden:〈voornamelijk Brits-Engels; informeel〉 at a push • als het echt nodig is, in geval van nood2 druk ⇒ nood, crisis♦voorbeelden:1 to get a job like that you need a lot of push • om zo'n baan te krijgen moet je heel wat aankunnen2 if/when it comes/came to the push • als het erop aankomt/aankwam————————push21 duwen ⇒ stoten, schuiven, dringen2 vorderingen maken ⇒ vooruitgaan, doorgaan, verder gaan3 zich (uitermate) inspannen ⇒ doorzettingsvermogen/ondernemingslust hebben♦voorbeelden:2 push ahead/along/forward/on • (rustig) doorgaan/verder gaanpush by/past someone • iemand voorbijdringenpush ahead/along/forward/on with • vooruitgang boeken/opschieten metII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 stimuleren ⇒ bevorderen, promoten, voorthelpen, pushen3 druk uitoefenen op ⇒ lastig vallen, aandringen bij♦voorbeelden:1 push the button • op de knop/bel drukkenpush the car • de auto aanduwenpush a door open • een deur openduwenhe pushes the matter too far • hij drijft de zaak te ver doordon't push your sister to take that decision • zet je zus niet aan tot dat besluitpush one's way through a crowd • zich een weg banen door een menigteI pushed myself to do it • ik dwong mezelf het te doen〈informeel; figuurlijk〉 push someone about/around • iemand ruw/slecht behandelen; iemand commanderen, iemand met minachting behandelenthey pushed our work aside • ze schoven ons werk terzijde; 〈 figuurlijk〉 ze gaven ons werk geen kanspush back one's hair • zijn haar naar achteren strijkenpush back the enemy • de vijand terugdringenhe was pushed down • hij werd ondergeduwdpush oneself forward • zich op de voorgrond dringenpush someone forward as a candidate • iemand als kandidaat naar voren schuivenpush over a lady • een dame omverlopenpush over a table • een tafel omgooienthat pushed prices up • dat joeg de prijzen omhoogpush someone into action • iemand tot actie dwingenthe disaster pushed all other news off the front pages • de ramp verdrong al het andere nieuws van de voorpagina'spush one's work onto someone else • zijn werk op iemand anders afschuiven/aan iemand anders opdringenshe pushed him to the verge of suicide • ze dreef hem bijna tot zelfmoordpush oneself • zichzelf promoten, zichzelf weten te verkopen3 don't push your luck (too far)! • stel je geluk niet te veel op de proef!he is pushed (for time/money) • hij heeft bijna geen tijd/geld, hij zit krap (in zijn tijd/geld)he pushed me for money • hij probeerde geld van mij los te krijgen¶ push home • uitvoeren, toedienen, krachtig ondernemen/uiteenzettenthe attack was pushed home with considerable force • de aanval werd met veel kracht uitgevoerd -
60 show off
verfraaien; doen uitkomen, beter doen uitkomen; opscheppen; opscheppershow offII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:she likes to show off her son • ze loopt graag te pronken met haar zoon
См. также в других словарях:
Són — Son cubain Son (cubain) Origines stylistiques changui Origines culturelles Cuba Instrument(s) typique(s) tres, bon … Wikipédia en Français
Son — ist: Isone, Gemeinde im Kanton Tessin (veralteter deutscher Name) Son (Ardennen), Gemeinde im Département Ardennen, Frankreich der Oberlauf des französischen Flusses Son Sonnette ein Ortsteil der Gemeinde Son en Breugel, Nordbrabant Son… … Deutsch Wikipedia
Son — Son, n. [OE. sone, sune, AS. sunu; akin to D. zoon, OS., OFries., & OHG. sunu, G. sohn, Icel. sonr, Sw. son, Dan. s[ o]n, Goth. sunus, Lith. sunus, Russ. suin , Skr. s[=u]nu (from s[=u] to beget, to bear), and Gr. ? son. [root]293. Cf. {Sow}, n.] … The Collaborative International Dictionary of English
SON — DNA binding protein, also known as SON, is a human gene.cite web | title = Entrez Gene: SON SON DNA binding protein| url = http://www.ncbi.nlm.nih.gov/sites/entrez?Db=gene Cmd=ShowDetailView TermToSearch=6651| accessdate = ] PBB Summary section… … Wikipedia
Son — es un término que puede referirse a: Música Son: el nombre común de varios géneros musicales de origen afro caribeño mestizo que se cultivan en varios países de la cuenca del mar Caribe, entre los que se cuentan: República Dominicana: Guatemala:… … Wikipedia Español
SON — steht für: den Landkreis Sonneberg in Thüringen (Kfz Kennzeichen) Sonora, mexikanischer Bundesstaat, siehe Kfz Kennzeichen (Mexiko) eine mit dem japanischen Zen vergleichbare Schule des Buddhismus in Korea, siehe Son (Buddhismus) eine japanische… … Deutsch Wikipedia
Son Mi-na — (* 8. Oktober 1964) ist eine ehemalige südkoreanische Handballspielerin. Sie nahm an zwei Olympischen Spielen teil und sprach 1988 den Olympischen Eid. Son Mi na hatte ihr olympisches Debüt bei den Olympischen Sommerspielen 1984 in Los Angeles.… … Deutsch Wikipedia
Son of Ra — or SAR ( SA for Son and R for Ra or Re) is a title used in occult societies.It was used in Ordre de la Rose Croix Catholique, given only to highest initiates of the Order.SAR was also used by the ancient kings of Assyria.Another explanation for… … Wikipedia
SON-9 — (NATO reporting name Fire Can) is a type of RussianSoviet fire director radar for 57 mm and 100 mm anti aircraft guns.It was widely employed during the Vietnam war.ee also* *SON 30 *SON 50External links* [http://www.fas.org/man/dod… … Wikipedia
SON-50 — (NATO reporting name Flap Wheel) is a type of RussianSoviet fire director radar for 57 mm anti aircraft guns.It has been widely employed during the Vietnam war.ee also*SON 9 *SON 30External links* [http://www.fas.org/man/dod 101/sys/land/row/s 60 … Wikipedia
SON-30 — (NATO reporting name Fire Wheel) is a type of RussianSoviet fire director radar for 130 mm anti aircraft guns.ee also*SON 9 *SON 50External links* [http://www.fas.org/man/dod 101/sys/land/row/aaa.htm Anti Aircraft Artillery] … Wikipedia