-
21 отзывать
vgener. rappelleren, terugroepen, afroepen, smaken, wegroepen -
22 call back
-
23 call in
call in1 opbellen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:call in all gold coins • alle gouden munten uit de circulatie nemen -
24 call
n. roep; telefoontje; visite, bezoek; bel; uitnodiging; aanklacht; moeten--------v. roepen; schreeuwen; uitnodigen; telefoneren; bezoekencall1[ ko:l] 〈 zelfstandig naamwoord〉3 〈 benaming voor〉 signaal ⇒ 〈 leger〉 verzamelsignaal 〈op bugel e.d.〉; 〈 jacht〉 hoornsignaal; (met lokfluitje) nagebootste dierenroep; 〈 brandweer〉 alarm4 (kort/formeel/zakelijk) bezoek5 beroep ⇒ aanspraak, claim6 oproep(ing) ⇒ sommatie, roep(ing); appel, voorlezing van presentielijst 〈 school, parlement e.d.〉; 〈 geldwezen〉 oproep tot aflossing van een schuld, aanmaning7 reden ⇒ aanleiding, noodzaak, behoefte10 telefoontje ⇒ (telefoon)gesprek, belletje♦voorbeelden:within call • binnen gehoorsafstandpay a call on someone • iemand een kort bezoek brengen, bij iemand langsgaanthe actors received a call for eight o'clock • de acteurs moesten om acht uur ophave at/on one's call • tot zijn (onmiddellijke) beschikking hebben〈 geldwezen〉 money at/on call, loan on call • callgeld, daggeldleningthere's no call for you to worry • je hoeft je niet ongerust te makenthere's not much call for figs • er is niet veel vraag naar vijgen→ close close/————————call21 (even) langsgaan/komen ⇒ (kort) op bezoek gaan, aanwippen; stoppen 〈 op station〉♦voorbeelden:〈 informeel〉 call by • (even) aan/binnenwippenplease call in this afternoon • kom vanmiddag even langs alsjeblieftdo call round again • kom vooral nog eens langsthe ship calls at numerous ports • het schip doet talrijke havens aan3 roepen 〈 ook figuurlijk〉 ⇒ zijn roep uiten 〈 van vogel〉; lokken 〈 door nabootsing van dierengeluid〉; 〈 in het bijzonder〉 ritmisch roepen 〈 instructies〉; bij dans♦voorbeelden:call (something) (out) to someone • iemand (iets) toeroepenEdith will call (you) tonight • Edith belt (je) vanavondduty calls (me) • de/mijn plicht roept4 did Joan call (hearts) at all? • hééft Joan wel (harten) geboden?1 afroepen ⇒ oplezen, opsommen3 afkondigen ⇒ bijeenroepen, proclameren4 wakker maken ⇒ wekken, roepen7 het houden op ⇒ zeggen, (een bedrag) afmaken op♦voorbeelden:call to witness • als getuige oproepencall down/in/over • (naar) beneden/(naar) binnen/bij zich roepencall a meeting • een vergadering beleggen/bijeenroepenhow can you call yourself my friend? • hoe kun je beweren dat je mijn vriend(in) bent?call someone a liar • iemand uitmaken voor leugenaaryou call that hard? • noem/vind je dat moeilijk?call (something) one's own • (iets) bezitten, (iets) zijn eigendom (kunnen) noemen〈 informeel〉 what d'you call it? • hoe-heet-het-ook-weer?, dingesbe called after one's grandfather • vernoemd zijn naar zijn grootvadercall away • wegroepencall forth • oproepen, (naar) boven brengencall forward • naar voren roepen -
25 countermand
v. tegenbevel geven; afzeggen, herroepen, afgelasten, afbestellen, annuleren[ kauntəma:nd]2 (door middel van een nieuwe order/bestelling) ongedaan maken ⇒ annuleren♦voorbeelden: -
26 curtain call
-
27 chien
chien1 [sĵjẽ]〈m.〉♦voorbeelden:chien de chasse • jachthondchien de garde • waakhondchien de temps, temps de chien • hondenweerchien courant • jachthond(la rubrique des) chiens écrasés • de gemengde berichtenfaire le jeune chien, être bête comme un jeune chien • zo dartel zijn als een jonge hondattention! chien méchant! • pas op voor de hond!garder à qn. un chien de sa chienne • nog een appeltje met iemand te schillen hebbenn'être pas bon à jeter aux chiens • het aankijken niet waard zijn〈 spreekwoord〉 qui veut noyer son chien l'accuse de la rage • als men een hond wil slaan, kan men licht een stok (knuppel) vindenporter des chiens • een pony dragense regarder en chiens de faïence • elkaar stilzwijgend zitten uit te dagenmalade comme un chien • zo ziek als een honds'entendre, vivre comme chien et chat • als kat en hond levennager comme un chien de plomb • zinken als een baksteenen chien de fusil • met opgetrokken knieën————————chien2 [sĵjẽ],chienne [sĵjen]1. m1) hond2) elegantie, charme, sex-appeal3) haan [geweer]2. chien/chienneadj1) gemeen, hardvochtig2) gierig, zuinig -
28 rappel
rappel [raapel]〈m.〉1 (het) (weer) oproepen ⇒ oproep, (het) terugroepen2 herinnering ⇒ vermaning, herhaling, aanmaning♦voorbeelden:rappel de réservistes • mobilisering van reservistenles acteurs ont eu plusieurs rappels • de toneelspelers werden menigmaal teruggeroependescente en rappel • afdaling met een dubbel touwm1) terugroeping2) oproeping [leger]3) appel4) aanmaning5) herhaling -
29 ressusciter
ressusciter [reesuusietee]1 herleven ⇒ opleven, weer tot bloei komenII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:v1) herleven, opleven6) reanimeren -
30 rompre
rompre [rõpr]♦voorbeelden:2 rompez! • ingerukt!II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 breken ⇒ af-, verbreken♦voorbeelden:rompre un marché • een zaak annulerenrompre les rangs • de gelederen verbreken, inrukkenapplaudir à tout rompre • hard applaudisserenrompre en visière • openlijk aanvallen♦voorbeelden:v1) breken (met)2) inrukken [leger]3) (af)breken4) doorbreken -
31 rompre les chiens
rompre les chiens -
32 trisser
trisser [triesee]II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 het op een lopen zetten ⇒ de benen nemen, ertussenuit knijpen -
33 вызывать
v1) gener. induceren, (доверие) inboezemen, bescheiden, bestellen, citeren (в суд), ontketenen (негодование и т.п.), oproepen, terugroepen (в памяти), uitlokken (на спор и т.п.), veroorzaken, vorderen, afroepen, bewerken, geven, kweken, laten voorkomen, ontbieden, opwekken, provoceren, teweegbrengen (действие, впечатление и т.п.), triggeren (быть причиной ч-л), uitdagen (tot- íà), uittarten (на что-л.), verwekken -
34 отзывать
vgener. rappelleren, terugroepen, afroepen, smaken, wegroepen -
35 terugfluiten
2 [met een fluitje terugroepen] whistle back♦voorbeelden:1 de voltallige Tweede Kamer heeft de minister teruggefloten • the full House blew the whistle on the minister -
36 Hervorruf
-
37 abberufen
abberufen♦voorbeelden: -
38 abrufen
abrufen1 af-, wegroepen ⇒ terugroepen, tot zich roepen -
39 hervorrufen
hervorrufen♦voorbeelden: -
40 zurückberufen
Страницы
- 1
- 2