-
21 couvrir
couvrir [koevrier]3 beschermen ⇒ beschutten, rugdekking geven, dekken4 verbergen ⇒ verhullen, bemantelen, vergoelijken♦voorbeelden:couvrir un enfant chaudement • een kind warm aankleden, goed inpakkencouvrir un livre • een boek kaftencouvrir une table d' une nappe • een tafellaken op tafel leggenla foule couvre la place • het plein staat vol met mensenles feuilles couvrent le sol • de grond is bezaaid met bladerencouvrir qn. de huées • iemand uitjouwencouvert de taches • onder de vlekken5 les applaudissements ont couvert la fin de son discours • zijn laatste woorden gingen in het applaus verlorenêtre couvert par une assurance • verzekerd zijn, gedekt zijncouvrir par chèque • per cheque betalen→ jeul'émetteur couvre cette région • de zender kan in dit gebied ontvangen worden♦voorbeelden:se couvrir de gloire • zich met roem overladen1. v1) (af-, be-, over-, toe)dekken2) kleden3) kaften [boek]5) beschermen6) verbergen, verhullen7) overstemmen, overschreeuwen8) dekken [kosten, risico's]9) omvatten11) afleggen [afstand]12) uitvoerig berichten (over), verslaan13) dekken [dieren]2. se couvrirv4) betrekken [lucht] -
22 crasse
-
23 dérisoire
dérisoire [deeriezwaar]♦voorbeelden:salaire dérisoire • belachelijk laag loonadj1) bespottelijk, belachelijk2) onbeduidend -
24 dieu
〈m.〉1 god♦voorbeelden:être beau comme un dieu • een goddelijke schoonheid bezittenjurer ses grands dieux • bij hoog en laag bewerenfaire de qc. son dieu • ergens mee dwepen→ secret1. m1) god2) idool2. m -
25 émulsion
émulsion [eemuulsjõ]〈v.〉f -
26 en
en1 [ã]1 〈vervangt een zelfstandig naamwoord (zaaknaam) voorafgegaan door ‘de’ als vast voorzetsel van werkwoord, bijvoeglijk naamwoord of bijwoord〉 ervan ⇒ daarvan, erover, daarover, erop, daarop, ermee, daarmee 〈enz.〉2 〈 vervangt een zelfstandig naamwoord (zaaknaam) dat weggelaten is, of wordt gebruikt bij woorden en uitdrukkingen die hoeveelheden aangeven〉 er(van)♦voorbeelden:il prit un bâton et l'en frappa • hij pakte een stok en sloeg hem ermeeje lui en parlerai • ik zal er met hem over pratenje suis reçu au baccalauréat et j'en suis fier • ik ben voor het eindexamen (middelbare school) geslaagd en ik ben er trots opil en tirera un joli bénéfice • hij zal daar een aardig slaatje uit slaan2 combien de livres avez-vous? j'en ai plusieurs • hoeveel boeken heeft u? ik heb er verscheideneavez-vous des timbres postes? non, je n'en ai plus • heeft u ook postzegels? nee, ik heb er geen meerj'en ai • ik heb er watje n'en ai pas • ik heb er geenvoilà des fruits, prenez-en quelques-uns • hier is fruit, neem er wat van3 j'ai un coffre-fort mais j'en ai perdu la clef • ik heb een brandkast maar ik heb de sleutel ervan verloren————————en2 [ã]〈 bijwoord〉4 〈 wordt niet vertaald〉♦voorbeelden:1 elle en sort • zij komt eruit, zij komt er vandaans'en retourner • rechtsomkeert maken, teruggaanils en sont venus aux mains • ze zijn slaags geraakt————————en3 [ã]〈 voorzetsel〉1 〈 voor namen van landen, landstreken, tijd, hoedanigheid〉in ⇒ te, tijdens, per, bij 〈 blijft soms ook onvertaald〉7 aan♦voorbeelden:en mon absence • in, tijdens mijn afwezigheidteneur en alcool • alcoholgehalteen automne • in de herfstcompte en banque • bankrekeningen classe • in de klas, op schooltélévision en couleur • kleurentelevisieen croix • gekruistdocteur en droit • meester in de rechtenarbres en fleurs • bomen in bloeien France • in Frankrijken dix minutes • in tien minutenpromenade en vélo • fietstochtje, een eindje om per fietsen général • in het algemeenaller en ville • de stad ingaan, naar de stad gaanaller en voiture • per auto gaanêtre fort en mathématiques • goed in wiskunde zijnpeindre qc. en bleu • iets blauw verventraduire un texte en allemand • een tekst in het Duits vertalenil y a en lui qc. de mystérieux • hij heeft iets geheimzinnigsen moi-même, je pensais … • ik dacht bij mezelf …cela ne me concerne en rien • dat gaat mij niets aancela fait en tout deux cents francs • dat is dan in het totaal tweehonderd frankfaire les choses en grand • de zaken groots aanpakkense déguiser en arlequin • zich als clown vermommenen cercle • cirkelvormigparler en connaisseur • als een kenner pratenen ce moment • op dit ogenbliken ce monde • op deze werelden sabots • op klompenen Sicile • op Siciliëêtre en voyage • op reis zijnen arrière • naar achterenen avant • naar vorenen entrant il dit bonjour • bij het binnenkomen groette hijpauvre en matières premières • arm aan grondstoffen1. proner(van), erover, erop, etc.2. adv1) ervandaan, eruit2) daarom, erom, erdoor3) op weg3. prép1) in, te, tijdens, per, bij, naar [landen]2) als, -vormig [eigenschap]3) op [plaats, tijd]4) bij het5) tot [begin-, eindpunt]6) aan7) van [materiaal]8) over [tijd] -
27 faible
faible1 [febl]〈m.〉3 zwak ⇒ voorkeur, voorliefde♦voorbeelden:les économiquement faibles • de minder draagkrachtigenavoir un faible pour qn., qc. • een zwak voor iemand, iets hebben————————faible2 [febl]1 zwak ⇒ slap, krachteloos, flauw♦voorbeelden:1 c'est un esprit faible • hij, zij heeft geen helder verstandse sentir les jambes faibles • zich slap in de benen voelenpoint faible • zwak puntvent faible à modéré • zwakke tot matige windavoir la vue faible • slechte ogen hebben→ espritteneur faible en or • laag goudgehalte1. m1) zwakke(re)2) slappeling3) voorliefde2. adj1) zwak, slap2) gering, onbeduidend -
28 gîte
gîte [zĵiet]〈m.〉1 onderkomen ⇒ onderdak, verblijfplaats3 (erts-, kolen)laag♦voorbeelden:revenir au gîte • thuiskomenm1) onderkomen2) leger, hol [haas]3) ertslaag, kolenlaag -
29 grossier
grossier [groosjee],grossière [groosjer]1 grof ⇒ lomp, ruw(weg)2 ongemanierd ⇒ lomp, onbeschaafd3 plat ⇒ grof, choquerend♦voorbeelden:une idée grossière • een vaag ideese tromper grossièrement • zich schromelijk vergissenplaisirs grossiers • laag-bij-de-grondse pleziertjes= grossière; adj1) grof, lomp, ruw2) ongemanierd, onbeschaafd3) plat, ongepast, vulgair -
30 ignoble
ignoble [ienjobl]1 laag(hartig) ⇒ gemeen, onwaardig2 weerzinwekkend ⇒ walgelijk, afgrijselijk♦voorbeelden:adj1) laaghartig, gemeen -
31 mauvais
mauvais [moove]〈bijvoeglijk naamwoord; ook bijwoord, m., v.〉1 slecht ⇒ verkeerd, ongunstig2 boos(aardig) ⇒ gemeen, laag, vals♦voorbeelden:mauvais joueur • speler die niet tegen zijn verlies kanmauvaise odeur • vieze lucht, stankun mauvais quart d'heure • een benauwd kwartiertjel'avoir mauvaise • er beroerd aan toe zijnil fait mauvais • het is slecht weerça sent mauvais! • dat stinkt!; 〈 figuurlijk〉daar zit een luchtje aan!〈 informeel〉 pas mauvais ça! • niet gek!le mauvais • het kwade; de deugnietle Mauvais • de duiveladj1) slecht, verkeerd2) boos, gemeen, vals -
32 mer
mer [mer]〈v.〉♦voorbeelden:mer de mots • woordenvloedla mer du Nord • de Noordzeemer de sable • woestijnla mer est basse, haute • het is laag, hoog waterhaute, pleine mer • volle, open zeemettre un bateau à la mer • met een schip zee kiezentenir la mer • op zee varenc'est la mer à boire • dat is onbegonnen werkce n'est pas la mer à boire • het is niet zo vreselijk moeilijkf -
33 midi
midi [miedie]〈m.〉2 zuiden♦voorbeelden:c'est midi (sonné) • dat kun je op je buik schrijvenle Midi • Zuid-Frankrijkm1) middaguur, 12 uur2) zuiden -
34 panne
panne [paan]〈v.〉1 pech ⇒ panne, (bedrijfs)stoornis, storing♦voorbeelden:être en panne • pech hebbenêtre en panne d'essence, en panne sèche • zonder benzine staanf1) pech, defect, storing2) trijp3) bladvet4) hamerpin -
35 placard
placard [plaakaar]〈m.〉2 aanplakbiljet ⇒ plakkaat, affiche♦voorbeelden:m1) wandkast4) dikke laag -
36 plaine
-
37 plat
plat1 [plaa]〈m.〉2 schotel ⇒ gerecht, gang3 plat ⇒ vlakke, platte kant♦voorbeelden:plat cuisiné • kant-en-klaargerechtplat régional • plaatselijke specialiteit3 le plat de l'épée • de vlakke kant van het lemmet, het blad van het zwaardplat de la main • vlakke handmettre les petits plats dans les grands • vorstelijk onthalen————————plat2 [plaa]1 vlak ⇒ plat, effen2 vlak ⇒ alledaags, onbeduidend3 laag ⇒ nederig, kruiperig♦voorbeelden:à plat • plat, leegbatterie à plat • lege accu〈 figuurlijk〉 être à plat • op zijn; gedeprimeerd zijnmettre qc. à plat • iets (plat) neerleggenvin plat • verschaalde wijn1. m1) schaal2) schotel, gerecht, gang3) vlakke, platte kant2. adj1) vlak, plat, effen2) alledaags, banaal3) nederig, kruiperig4) smakeloos, slap -
38 ras
ras [raa]1 kortgeknipt ⇒ kaal, kortgeschoren, glad, kortharig♦voorbeelden:3 à ras, au ras de • dicht aan de rand van, dichtbij, vlak langs, overcoupé à ras • kortgekniptà ras bords • tot aan de rand gevuldrobe ras du cou • jurk met gladde, ronde hals¶ au ras des marguerites, des pâquerettes • platvloers, laag-bij-de-grondsadj1) kaal, zeer kort [haar]2) vlak, open -
39 sous-estimer
-
40 tarif
tarif [taarief]〈m.〉2 prijslijst ⇒ prijsopgave, prijzen♦voorbeelden:1 le plein tarif • de volle som, het volle pondtarif réduit • korting(sprijs), laag tariefm1) tarief2) prijslijst
См. также в других словарях:
laag — laag·te; … English syllables
Laag — bezeichnet: eine Fraktion von Neumarkt in Südtirol; siehe Laag (Neumarkt) eine Gemarkung der Gemeinde Waidhofen ein Dorf der Gemeinde Rheden in Niederlande ein Ort in Somalia, siehe Laag (Somalia) Laag ist der Familienname folgender Personen:… … Deutsch Wikipedia
Laag — Laag, Laagsteine, s. Grenze … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Laag (Neumarkt) — Laag Italienische Bezeichnung: Laghetti … Deutsch Wikipedia
Laag-Soeren — in der Gemeinde Rheden (Dunkelrot) … Deutsch Wikipedia
Laag-Keppel — liegt an der Oude IJssel und ist ein kleiner Ort in der niederländischer Provinz Gelderland (Geldern). Schloss Keppel … Deutsch Wikipedia
Laag Holland Bed en Breakfast — (Пюрмеренд,Нидерланды) Категория отеля: Адрес: Tjasker 17, 1444 GR Пю … Каталог отелей
Laag-Nieuwkoop — is a village in the Dutch municipality of Breukelen.Between 1815 and 1942, Laag Nieuwkoop was a separate municipality, consisting of the village, the nearby hamlet of Gieltjesdorp, and Zuideinde (the south end of Portengen).External links*… … Wikipedia
Laag-Soeren — is a village in the Dutch province of Gelderland. It is located about 4 km northwest of Dieren, in the municipalities of Rheden and Brummen. The largest part of the village lies in Rheden … Wikipedia
Laag-Nieuwkoop — 52°7′56″N 4°59′1″E / 52.13222, 4.98361 … Wikipédia en Français
Laag-Caestert — 50°46′15″N 5°41′59″E / 50.77083, 5.69972 … Wikipédia en Français