-
1 événement
〈m.〉1 (belangrijke) gebeurtenis ⇒ belevenis, voorval♦voorbeelden:attendre un heureux événement • in (blijde) verwachting zijnje suis dépassé par les événements • de dingen groeien me boven het hoofddepuis les événements • sinds de oorlogm2) belevenis, voorval -
2 événement conditionnel
événement conditionnel -
3 événement de première importance
événement de première importanceDictionnaire français-néerlandais > événement de première importance
-
4 événement sportif
événement sportif -
5 attendre un heureux événement
attendre un heureux événementDictionnaire français-néerlandais > attendre un heureux événement
-
6 cet événement a cela de bien que
cet événement a cela de bien quedie gebeurtenis heeft iets goeds, namelijk datDictionnaire français-néerlandais > cet événement a cela de bien que
-
7 on s'en souviendra, de cet événement
on s'en souviendra, de cet événementDictionnaire français-néerlandais > on s'en souviendra, de cet événement
-
8 passer l'éponge sur un événement
passer l'éponge sur un événementDictionnaire français-néerlandais > passer l'éponge sur un événement
-
9 tirer un présage d'un événement
tirer un présage d'un événementDictionnaire français-néerlandais > tirer un présage d'un événement
-
10 un événement désopilant
un événement désopilant -
11 un événement historique
un événement historique -
12 un événement phare
un événement phare -
13 cela
cela [səlaa]♦voorbeelden:1 cet événement a cela de bien que • die gebeurtenis heeft iets goeds, namelijk datcomme cela • zo, op die maniercomment cela? • wat?, hoe dat zo?, hoe bedoel je?qu'à cela ne tienne • dat moet geen belemmering zijnavec cela • bovendienavec cela? • anders nog iets?il y a quelques mois de cela • enkele maanden geledenpour cela • inderdaadadvdat, het voorafgaande -
14 conditionnel
conditionnel [kõdiesjonnel]♦voorbeelden:= conditionnelle; adj -
15 date
date [daat]〈v.〉♦voorbeelden:date limite • deadlinedate limite de consommation • ten minste houdbaar totde fraîche date • pas, recentde vieille, longue date • oud, van oude datumprendre date • een datum afsprekenà la date du …, en date du … • de dato …, gedateerd (op) …être le premier en date • als eerste in aanmerking komen, de oudste rechten hebbenfaire date • een belangrijk evenement zijn, een datum van bijzondere betekenis zijnf -
16 en
en1 [ã]1 〈vervangt een zelfstandig naamwoord (zaaknaam) voorafgegaan door ‘de’ als vast voorzetsel van werkwoord, bijvoeglijk naamwoord of bijwoord〉 ervan ⇒ daarvan, erover, daarover, erop, daarop, ermee, daarmee 〈enz.〉2 〈 vervangt een zelfstandig naamwoord (zaaknaam) dat weggelaten is, of wordt gebruikt bij woorden en uitdrukkingen die hoeveelheden aangeven〉 er(van)♦voorbeelden:il prit un bâton et l'en frappa • hij pakte een stok en sloeg hem ermeeje lui en parlerai • ik zal er met hem over pratenje suis reçu au baccalauréat et j'en suis fier • ik ben voor het eindexamen (middelbare school) geslaagd en ik ben er trots opil en tirera un joli bénéfice • hij zal daar een aardig slaatje uit slaan2 combien de livres avez-vous? j'en ai plusieurs • hoeveel boeken heeft u? ik heb er verscheideneavez-vous des timbres postes? non, je n'en ai plus • heeft u ook postzegels? nee, ik heb er geen meerj'en ai • ik heb er watje n'en ai pas • ik heb er geenvoilà des fruits, prenez-en quelques-uns • hier is fruit, neem er wat van3 j'ai un coffre-fort mais j'en ai perdu la clef • ik heb een brandkast maar ik heb de sleutel ervan verloren————————en2 [ã]〈 bijwoord〉4 〈 wordt niet vertaald〉♦voorbeelden:1 elle en sort • zij komt eruit, zij komt er vandaans'en retourner • rechtsomkeert maken, teruggaanils en sont venus aux mains • ze zijn slaags geraakt————————en3 [ã]〈 voorzetsel〉1 〈 voor namen van landen, landstreken, tijd, hoedanigheid〉in ⇒ te, tijdens, per, bij 〈 blijft soms ook onvertaald〉7 aan♦voorbeelden:en mon absence • in, tijdens mijn afwezigheidteneur en alcool • alcoholgehalteen automne • in de herfstcompte en banque • bankrekeningen classe • in de klas, op schooltélévision en couleur • kleurentelevisieen croix • gekruistdocteur en droit • meester in de rechtenarbres en fleurs • bomen in bloeien France • in Frankrijken dix minutes • in tien minutenpromenade en vélo • fietstochtje, een eindje om per fietsen général • in het algemeenaller en ville • de stad ingaan, naar de stad gaanaller en voiture • per auto gaanêtre fort en mathématiques • goed in wiskunde zijnpeindre qc. en bleu • iets blauw verventraduire un texte en allemand • een tekst in het Duits vertalenil y a en lui qc. de mystérieux • hij heeft iets geheimzinnigsen moi-même, je pensais … • ik dacht bij mezelf …cela ne me concerne en rien • dat gaat mij niets aancela fait en tout deux cents francs • dat is dan in het totaal tweehonderd frankfaire les choses en grand • de zaken groots aanpakkense déguiser en arlequin • zich als clown vermommenen cercle • cirkelvormigparler en connaisseur • als een kenner pratenen ce moment • op dit ogenbliken ce monde • op deze werelden sabots • op klompenen Sicile • op Siciliëêtre en voyage • op reis zijnen arrière • naar achterenen avant • naar vorenen entrant il dit bonjour • bij het binnenkomen groette hijpauvre en matières premières • arm aan grondstoffen1. proner(van), erover, erop, etc.2. adv1) ervandaan, eruit2) daarom, erom, erdoor3) op weg3. prép1) in, te, tijdens, per, bij, naar [landen]2) als, -vormig [eigenschap]3) op [plaats, tijd]4) bij het5) tot [begin-, eindpunt]6) aan7) van [materiaal]8) over [tijd] -
17 éponge
éponge [eepõzĵ]〈v.〉1 spons♦voorbeelden:éponge artificielle, synthétique • kunstsponséponge métallique • pannen-, schuursponsboire comme une éponge • drinken als een sponspasser l'éponge sur un événement • de spons over een gebeurtenis halenpassons l'éponge là-dessus • zand eroverpresser l'éponge • iemand uitwringenf1) spons -
18 historique
historique [iestorriek]♦voorbeelden:un historique • historisch overzichtadj1) historisch2) echt gebeurd -
19 importance
importance [ẽportãs]〈v.〉♦voorbeelden:événement de première importance • zeer belangrijke gebeurtenisquelle importance? • wat doet het er toe?attacher de l'importance à qc. • gewicht hechten aan ietsse donner de l'importance • gewichtig doenêtre pénétré de son importance • verwaand zijnprendre de l'importance • belangrijk wordend' importance • veel, belangrijkusine de moyenne importance • middelgrote fabriekf1) belang, gewicht(igheid)2) aanzien3) omvang, grootte -
20 phare
phare [faar]〈m.〉♦voorbeelden:phare à iode • halogeenstralerphare de recul • achteruitrijlichtphare antibrouillard • mistlamp→ appelm1) koplamp [auto]2) vuurtoren3) lichtbaken
- 1
- 2
См. также в других словарях:
événement — ou évènement [ evɛnmɑ̃ ] n. m. • 1461, a remplacé évent; du lat. evenire, d apr. avènement 1 ♦ Vx Fait auquel vient aboutir une situation. ⇒ résultat. « Jamais, certes, jamais plus beau commencement N eût en si peu de temps si triste événement »… … Encyclopédie Universelle
évènement — événement ou évènement [ evɛnmɑ̃ ] n. m. • 1461, a remplacé évent; du lat. evenire, d apr. avènement 1 ♦ Vx Fait auquel vient aboutir une situation. ⇒ résultat. « Jamais, certes, jamais plus beau commencement N eût en si peu de temps si triste… … Encyclopédie Universelle
Evenement — Événement Un événement (l orthographe évènement est autorisée en France, mais pas dans l intégralité des pays francophones) est un fait qui survient à un moment donné. Il se caractérise par une transition, voire une rupture, dans le cours des… … Wikipédia en Français
Évènement — Événement Un événement ou évènement est un fait qui survient à un moment donné. Il se caractérise par une transition, voire une rupture, dans le cours des choses, et par son caractère relativement soudain ou fugace, même s il peut avoir des… … Wikipédia en Français
evenement — Evenement. s. m. L issuë, le succés de quelque chose. Evenement heureux, fascheux. l évenement de ce procez est douteux. l évenement fit bien voir qu il ne s estoit pas trompé. je ne responds pas, je ne suis pas garand de l évenement. j en prends … Dictionnaire de l'Académie française
evenement — Evenement, Euentus. L issue ou evenement du procez, Fatum controuersiae. Bud. Porter la charge ou le faix et evenement d un procez, Iudicii periculum praestare. B. En tout evenement, In omnem euentum, Vtcunque res cadat. Les doubteux evenemens de … Thresor de la langue françoyse
Evènement — est une collection du Club français du livre qui connut deux séries chronologiques. Première série Collection non numérotée, lancée en 1951, vendue avec une jaquette papier colorée. Les volumes de chaque série avaient une couleur distinctive mais … Wikipédia en Français
Evénement — (fr., spr. Ewenmang), Begebenheit, Vorfall … Pierer's Universal-Lexikon
Evénement — (franz., spr. ewēn māng), Ereignis … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Evénement — (frz., spr. ewen máng), Begebenheit, Ereignis … Kleines Konversations-Lexikon
Événement — (frz. ewenmang), Ereigniß, Begebenheit … Herders Conversations-Lexikon