-
101 ook
3 [zelfs] even5 [dienovereenkomstig] therefore♦voorbeelden:1 zijn er ook brieven? • are there any letters?wat hij zegt gebeurt ook • whatever he says goesAn was ook van de partij • Ann came along toomag ik ook eens wat zeggen? • may I say something too?ik ben er ook nog • I'm here toohij kookte, en heel goed ook • he did the cooking and very well toohet is mooi, en nog goedkoop ook • it is beautiful and cheap as wellmisschien doet hij het, misschien ook niet • maybe he'll do it and (then again) maybe he won'thij heeft niet gewacht, en ik trouwens ook niet • he didn't wait and neither did Izo vreselijk moeilijk is het nu ook weer niet • it's not all that difficult (after all)dat hebben we ook weer gehad • so much for that, that's over and done withze lust geen appels, en ook geen sinaasappels • she doesn't like apples or orangesniet alleen …, maar ook … • not only …, but also …morgen kan ook nog • tomorrow will be all right tooik hou van tennis en hij ook • I like tennis and so does he‘prettig weekend.’ ‘jij ook’ • ‘have a nice weekend.’ ‘(and) you too’‘je bent een stommeling.’ ‘jij ook’ • ‘you're an idiot.’ ‘so are you/you too’ik ben ook maar een mens • I'm only humanopa praatte ook zo • grandpa used to talk like that (too)mij ook goed! • suits medat is ook wat moois! • 〈 ironisch〉 that's a bit much!dat is waar ook! • that's true, of course!; 〈 bij het plots te binnen schieten〉 oh, I almost forgot!zo denk ik er ook over • I feel the same way about itook al is hij niet rijk • even though he's not rich4 hoe jong ik ook ben … • as young as I may be/am …jij zegt ook maar alles, wat je voor de mond komt • you say whatever pops into your headalles, maar dan ook alles! • absolutely everythingrepareer het hoe dan ook • fix it however you canhoe het ook zij, laten we nu maar gaan • anyway, let's go nowhoe dan ook • anyhowwat er ook gebeure • whatever happens, come what maywat je ook doet • whatever you doheb je je sjaal of wat je ook kwijt was gevonden? • have you found your scarf or whatever it was you had lost?wie (dan) ook • whoeverik heb zijn hulp aangenomen, ook al is die vrijwel niets waard • I have accepted his help, even though it's hardly worth anythinghoe zeer zij zich ook inspande • as hard as she tried5 hij is dan ook gestraft • and therefore/so he's been punished6 heb je haar ook voorbij zien gaan? • did you see her go past by any chance?kun je me ook zeggen waar hij woont? • could you tell me where he lives, (please)?(dat is) maar goed ook! • and a good thing too!jij hebt ook nooit tijd! • you never have any time!hoe heet hij ook weer? • what was his name again? -
102 origine
1 origin♦voorbeelden:1 zij zijn van Franse origine • they are of French origin; 〈 met betrekking tot personen ook〉 they are of French extractionin origine • originally -
103 peil
1 [niveau] level, standard2 [bepaalde stand] mark, level3 [hoogtemerk] mark4 [maat] gauge♦voorbeelden:een hoog peil van beschaving • a high level of civilizationhet debat stond op een laag peil/op een hoog peil • the debate was of a low/high standardhet peil van de conversatie daalde • the level of conversation droppedde leraren klagen dat het peil zakt • teachers are complaining that standards are fallinghet onderwijs staat er op een hoog peil • their standard of education is highdat is beneden peil • that is below the markhaar gedrag is beneden alle peil • her behaviour is disgracefulop peil brengen • bring up to (the required) standardzijn conditie op peil brengen/houden • get oneself into condition, keep fit/in shape3 boven Normaal Amsterdams Peil • above Amsterdam ordnance datum/zero4 er is geen peil op te trekken • there is no telling/knowing what will happenop hem is geen peil te trekken • he is quite unpredictable -
104 plan
1 [wijze waarop men te werk wil gaan] plan2 [voornemen] plan4 [niveau] plane, level♦voorbeelden:1 een plan maken (voor …) • draw up a plan for something, plan somethinghet plan voorleggen/opperen om • propose (…ing)wat ben je van plan? • what are you going/intending to do?volgens de plannen verlopen • go according to plan/scheduleeen plan beramen/maken • devise a planiemands plannen dwarsbomen/verijdelen • upset/defeat someone's plansheb je plannen voor vanavond? • have you any plans/are you doing anything tonight?plannen maken voor • make plans/arrangements forhet plan opvatten (om) • plan (to)een plan smeden (tegen) • scheme/plot (against)een plan uitvoeren • carry out a planwe waren net van plan om … • we were just about/going to …ik ben vast van plan te gaan • I fully intend to goik was al een tijdje van plan langs te komen • I've been meaning to come over5 〈 figuurlijk〉 naar het tweede plan verwijzen • push into the background; 〈 zelf meer aandacht trekken dan iemand anders〉 upstage -
105 protestant
-
106 roepen
2 [oproepen] call♦voorbeelden:schande roepen over iets • be outraged by somethingeen roepende in de woestijn • a voice (crying) in the wildernessvelen zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren • many are called, but few are chosenII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 [in een toestand brengen; door roepen wekken] call3 [bij opbod verkopen] auction (off)♦voorbeelden:1 een dokter/de politie roepen • call a doctor/the policeiemand op het matje roepen • carpet someonede ober roepen • call the waiteriemand voor de rechter roepen • summons someoneje komt als geroepen • (you're) just the person we needik zal je om zeven uur roepen • I'll call you at seven♦voorbeelden:2 om hulp roepen • call/cry (out) for helpdat kind roept om zijn moeder • the child is calling for its mother -
107 schelen
1 [onderling verschillen] make a difference2 [afwijken] differ3 [verschil uitmaken] make a difference4 [ter harte gaan] concern, matter 〈zie voorbeelden 4〉5 [ontbreken] 〈zie voorbeelden 5〉6 [mankeren] be the matter♦voorbeelden:2 zij scheelt een hoofd met hem • she's a head taller/shorter than himzij schelen niet veel in leeftijd • they are nearly the same ageze schelen twee maanden • they are two months apartals het jou niets kan schelen • if it's all the same to youkan mij wat schelen! • what do I care!wat kon het schelen! • who cares?het kon hem bitter weinig/absoluut niet schelen • he couldn't care lesshet scheelde niet veel of ik was gekomen • I very nearly camehet scheelde weinig, of hij was verdronken • he narrowly escaped being drowned6 wat scheelt je? • what's the matter with you? -
108 schijn
3 [vertoon] show, appearances♦voorbeelden:op de uiterlijke schijn afgaan • judge by (outward) appearancesde schijn aannemen van eerlijkheid • assume an appearance of honestyschijn bedriegt • appearances are deceptivedie ruwheid is maar schijn • that/his/her coarseness is only on the surfacede schijn ophouden tegenover/voor de familie • keep up appearances in front of the familyde schijn redden • save appearancesik wil niet de schijn wekken dat … • I don't want you/anyone to get the idea that …in schijn • seeminglynaar alle schijn • to all appearancesdit gevecht is maar (voor de) schijn • this fight is just make-believevoor de schijn • for the sake of appearancesde schijn is tegen mij • appearances are against mehet heeft er alle schijn van dat • there is every appearance that3 schone schijn • glamour, cosmetics, gloss4 geen schijn van kans hebben • not have the ghost of a chance, not have a dog's chancegeen schijn van bewijs • not a scrap of evidence -
109 slaan
3 [door slagen op, van de plaats, in een toestand brengen] beat (up)4 [door slagen doen ontstaan] 〈zie voorbeelden 4〉6 [met betrekking tot het oog, de blik] turn8 [verslaan] beat♦voorbeelden:met de koppen tegen elkaar slaan • bang their heads togethereen paal in de grond slaan • drive a stake into the groundeen put slaan • sink a well, bore a wellgeld slaan • mint coins5 een fles rum achterover slaan • sink/tuck away a bottle of rumeen mantel om iemand heen slaan • wrap a coat round someonede armen om de hals van iemand slaan • fling one's arms around someone's neckde armen/benen over elkaar slaan • fold one's arms, cross one's legs6 acht slaan op • take heed/notice of something2 [met betrekking tot hart, pols] beat3 [door slagen geluid voortbrengen] strike5 [+ op] [betreffen] refer to6 [begin maken met] 〈zie voorbeelden 6〉7 [plotseling op een plaats/in een toestand komen] 〈zie voorbeelden 7〉♦voorbeelden:met de deur slaan • slam the doorwild om zich heen slaan • lash outde golven slaan over het dek • the waves are breaking over the decker maar op los slaan • hit wildly/blindly at someone5 waar slaat dit nu weer op? • what is the meaning of this?dat slaat op mij • that is meant for/aimed at medat slaat nergens op • that makes no sense at allde vlam sloeg in de pan • the pan caught firede rook slaat op je keel • the smoke gets you in the throatover de kop slaan • overturn -
110 talloos
♦voorbeelden:talloze keren • countless timeswij zijn met tallozen • our numbers are legiontalloos veel • innumerable, (in) countless numbers -
111 thuis
thuis1〈 het〉♦voorbeelden:mijn thuis • my homebericht van thuis krijgen • receive news from homehet is bijna een tweede thuis • it's a home away from home————————thuis2〈 bijwoord〉1 [naar huis] home2 [in huis] at home♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 samen uit, samen thuis • we stick together, we're in this togetherwel thuis! • safe journey!vanmiddag ben ik thuis • I'll be at home this afternoonik ben voor niemand thuis • I'm not at home/in to/for anyonedoe maar of je thuis bent • make yourself at homeze doet thuis vertaalwerk • she takes in translationszich ergens thuis gaan voelen • settle down/inhij gaf niet thuis • 〈 niet meewerken〉 he wouldn't play ball; 〈 niet reageren〉 he appeared not to notice/not to hear (me), he didn't bite〈 sport〉 spelen we zondag thuis? • are we playing at home this Sunday?niemand thuis treffen • find nobody at homeiemand (bij zich) thuis uitnodigen • ask someone round/to one's housezich ergens thuis voelen • feel at home/ease somewherehij was niet thuis • he wasn't in/at home, he was outhij woont nog thuis • he's still living at homebij ons thuis • at our place, in our home, back homebij jou thuis • (over) at your place〈 figuurlijk〉 ergens in thuis raken • find one's feet, start to find/know one's way around in something〈 figuurlijk〉 in iets (goed) thuis zijn • be well up in/on something, be at home with/in/on something -
112 tierig
-
113 velen zijn geroepen en weinigen zijn uitverkoren
velen zijn geroepen en weinigen zijn uitverkorenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > velen zijn geroepen en weinigen zijn uitverkoren
-
114 vlotten
1 go/proceed smoothly♦voorbeelden:de onderhandelingen vlotten nogal • the negotiations are getting on rather wellhet werk vlotte goed • work was bowling alonghet werk wil niet vlotten • we are not making progress/headway -
115 volgen
1 [achternagaan; gaan langs; navolgen] follow♦voorbeelden:1 een spoor/de weg volgen • follow a trail/track/the roadiemand een nieuwe koers doen volgen • make someone change coursewij laten de lijst met de namen hieronder volgen • the names are listed belowin die opvatting kan ik u niet volgen • I cannot share that viewik kan je niet volgen • I don't follow you2 [voortvloeien] follow (on)3 [met betrekking tot een rang] come/rank after♦voorbeelden:nadere instructies volgen • further instructions will followhier volgen de namen van de winnaars • the names of the winners are as followswie volgt? • who's next?op elkaar volgen • follow one anotherals volgt • as follows2 zij liet er dadelijk op volgen dat … • she quickly added that …dat volgt logisch uit het voorafgaande • that follows (on) logically from what has already been said/donedaaruit volgt dat … • it follows that … -
116 voorkomen
voorkomen1 prevent♦voorbeelden:we moeten voorkomen dat hij hier weggaat • we must prevent him from leaving————————voorkomen1〈 het〉1 [uiterlijk] appearance2 [het aangetroffen worden] occurrence, incidence♦voorbeelden:hij heeft een representatief voorkomen • he has a presentable appearancehet voorkomen hebben van • bear the semblance of————————voorkomen21 [vóór iemand/iets anders komen] get/draw ahead2 [gebeuren] occur, happen3 [aangetroffen worden] occur, be found4 [voor het gerecht verschijnen] appear5 [toeschijnen] seem, appear6 [voor het huis komen] come round♦voorbeelden:3 die planten komen overal voor • those plants grow/are found everywhere5 dat komt mij bekend voor • that rings a bell/sounds familiarhet is niet zo goed als hij laat voorkomen • it's not as good as he'd have you believehet laten voorkomen alsof … • make it appear as if …het komt mij voor, dat … • it seems to me that … -
117 vragen
1 [een vraag stellen] ask (for)2 [verzoeken] ask, demand ⇒ request♦voorbeelden:1 een politieagent de weg vragen • ask a policeman for/to show one the wayals ik vragen mag, bent u getrouwd? • may I ask whether you are married?zou ik u iets mogen vragen? • would you mind if I asked you a question?; 〈 informeel〉 can I ask you something?daar vraag je (me) wat • you've got me therenu vraag ik je! • I ask you!, really (now)!als je het mij vraagt • if you ask me/want my opinionvragen hoe laat het is • ask (for) the timede rekening vragen • ask/call for the billII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [uitnodigen] ask, invite2 [verlangen] ask, request3 [nodig hebben, verlangen om te bezitten] ask, demand♦voorbeelden:2 hoeveel vraagt hij voor zijn huis? • how much does he want for his house?van iemand het onmogelijke vragen • demand/expect the impossible from someonegevraagd: typiste • wanted: typistje vraagt te veel van jezelf • you're asking/demanding too much of yourselfdat mag ik niet van u vragen • I couldn't ask that of you3 veel aandacht vragen • demand/ask a great deal of attention1 [informeren] ask (after/about), inquire (after/about)3 [kaartspel] [een bod doen] bid, call♦voorbeelden:daar wordt niet naar gevraagd • that's beside the pointdat is om moeilijkheden vragen • that's asking for trouble -
118 waarvan
1 [vragend] what … from/of 〈enz.〉3 [onbepaald] whatever … from♦voorbeelden:1 waarvan maakt hij dat? • what does he make that of/from?; of/from what does he make that?2 100 academici, waarvan ongeveer de helft chemici • 100 graduates, of whom about half are chemistseen gelegenheid waarvan ieder gebruik zal maken • an opportunity of which everybody will make use/(that) everybody will seizeop grond waarvan • on the basis of whichmedeklinkers waarvan het eerste deel stemloos is • 〈 ook〉 consonants whose first portions are voicelessdat is een onderwerp waarvan hij veel verstand heeft • that is a subject he knows a lot about -
119 wachten
3 [niet afgehandeld worden; niet beginnen] wait♦voorbeelden:2 een rij wachtenden • a queue/ Alineiemand laten wachten • keep someone waitinghet antwoord liet niet lang op zich wachten • the answer was not long in comingals je denkt dat …, dan kun je lang wachten • if you think that …, you can go on thinkingwachten op een goede gelegenheid • wait for a good opportunitywaar wacht je nog op? • what are you waiting for?met smart op iets zitten wachten • await something anxiouslyhij liet lang op zich wachten • he kept us/me waiting a long timeop zijn beurt wachten • await one's turnhet wachten is op John • it's John we're waiting for〈 telefoon〉 er zijn nog drie wachtenden voor u • hold the line, there are three before youwacht even • wait a minute/momentdat kan wel wachten • that can wait, it'll keepze wachtten met het eten tot iedereen er was • they waited with dinner until everyone was therebrieven die op een antwoord wachten • letters awaiting an answerwacht niet tot het laatste ogenblik • don't leave it till the last minutede dader wacht een straf • the culprit is due for punishmenter wachtte hem een onaangename verrassing • there was an unpleasant surprise in store for himer staan ons moeilijke tijden te wachten • difficult times lie ahead of us¶ wacht maar jij! • (just) you wait!II 〈wederkerend werkwoord; zich wachten〉♦voorbeelden:1 zich ervoor wachten te … • take care not to …wacht u voor de hond! • beware of the dog!wacht u voor zakkenrollers! • beware of pickpockets -
120 wat wil je daarmee zeggen?
wat wil je daarmee zeggen?what are you trying to say?, what are you driving at?Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > wat wil je daarmee zeggen?
См. также в других словарях:
Åre — Hilfe zu Wappen … Deutsch Wikipedia
Are — (symbol a, IPAEng|ɛə(r) or ɑə(r)) is a unit of area, equal to 100 square metres (10 m × 10 m), used for measuring land area. It was defined by older forms of the metric system, but is now outside of the modern International System (SI). [cite… … Wikipedia
ARE — steht für: Are, ein Ort in Estland Ar (Einheit), schweizerisch „Are“, ein Flächenmaß Burg Are, eine Burgruine aus dem Hochmittelalter in der Ortsgemeinde Altenahr im Landkreis Ahrweiler im Land Rheinland Pfalz Are ist der Familienname von Gerhard … Deutsch Wikipedia
are — [ ar ] n. m. • 1793; du lat. area « aire » ♦ Unité de mesure agraire de superficie valant cent mètres carrés (symb. a). Cent ares. ⇒ hectare. ⊗ HOM. Arrhes, ars, art, hart. ● are nom masculin (latin area … Encyclopédie Universelle
Are — 〈f. 19; schweiz. für〉 Ar (Flächenmaß) * * * Are, die; , n (schweiz.): Ar. * * * I Are [zu lateinisch area »Fläche«] die, / n … Universal-Lexikon
Are — Wappen … Deutsch Wikipedia
Aré — de Nevers Aré de Nevers (aussi connu sous le nom de Saint Aré) était évêque de Nevers en France de 548 à 558. Biographie Aré de Nevers avait demandé qu à sa mort on le place dans une barque et qu on l enterre à l endroit où la barque s arrêterait … Wikipédia en Français
Are — [AS. (Northumbrian) aron, akin to the 1st pers. pl. forms, Icel. erum, Goth. sijum, L. sumus, Gr. ?, Skr. smas; all from a root as. ? See {Am} and {Is}, and cf. {Be}.] The present indicative plural of the substantive verb to be; but… … The Collaborative International Dictionary of English
Are — Are, n. [F., fr. L. area. See {Area}.] (Metric system) The unit of superficial measure, being a square of which each side is ten meters in length; 100 square meters, or about 119.6 square yards. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
ARE — Saltar a navegación, búsqueda Meditación Obtenido de ARE … Wikipedia Español
Are — (frz. ar), die Einheit des franz. Flächenmaßes, ein Quadrat von 10 Metres Länge, also 100 Quadrat Metres groß. Das gewöhnliche Flächenmaß, die Hektare, ist gleich 100 Aren, die Dekare 10 Aren, die Are 100 Centiaren … Herders Conversations-Lexikon