-
1 uitspinnen
♦voorbeelden:1 een gebeurtenis uitspinnen • draw/spin out an event -
2 uitspinnen
-
3 uitspinnen
v. spin out -
4 een gebeurtenis uitspinnen
een gebeurtenis uitspinnendraw/spin out an eventVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een gebeurtenis uitspinnen
-
5 spin out
uitspinnen (verhaal); rekken (tijd)spin out -
6 belabour
v. bekritiseren, voor gek zetten; uitspinnen; ervan langs geven♦voorbeelden: -
7 drag out
-
8 draw out
uitlokkendraw outII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 aan de praat krijgen ⇒ eruit halen, uithoren♦voorbeelden: -
9 spin
n. ritje; vrille; ommetje (korte rit)--------v. spinnen; draaien; verdraaien; omdraaienspin1[ spin] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:¶ in a (flat) spin • in paniek, van de kaart————————spin2♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:2 spin a story • een verhaal spinnen/verzinnen -
10 filer
filer [fielee]1 langzaam weglopen ⇒ wegvloeien, uitlopen 〈 kaas〉 ⇒ te hoog opschieten 〈 struiken〉 ⇒ walmen 〈 kaars〉♦voorbeelden:l'argent lui file entre les mains • hij heeft een gat in z'n handII 〈 overgankelijk werkwoord〉4 schaduwen ⇒ heimelijk volgen, de gangen nagaan van♦voorbeelden:v2) walmen [kaars]3) snel gaan4) ladderen [kous]5) spinnen6) afrollen7) schaduwen8) geven -
11 auswalzen
auswalzen1 (uit)walsen, uitrollen♦voorbeelden:¶ einen Vorfall breit auswalzen • een gebeurtenis breed uitspinnen, uitmeten -
12 breittreten
-
13 einen Vorfall breit auswalzen
een gebeurtenis breed uitspinnen, uitmetenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > einen Vorfall breit auswalzen
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский