-
1 rijden
1 [zich voortbewegen] rouler3 [schaatsen] patiner4 [op en neer gaan] se balancer♦voorbeelden:auto's die te dicht op elkaar rijden • voitures qui se suivent de trop prèshet rijden van de treinen • la marche des trainsveel rijden • faire de la routeop elkaar rijden • entrer en collisionachteruit rijden • faire marche arrière〈 sport en spel〉 iemand eraf rijden • lâcher qn.rijden in een formule I • courir en formule Ihet rijden in de stad • la conduite en villehet rijden op de grote weg • la conduite sur routeII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [vervoeren] transporter♦voorbeelden:1 [(op) een rijdier voortbewegen] monter3 [over iets rijden] renverser (qn., qc.)♦voorbeelden:het is twee uur rijden • c'est à deux heures de routeverboden in te rijden • sens interdituiterst rechts rijden • serrer à droitestapvoets rijden • rouler au pasin een auto rijden • conduire une voiturehij rijdt als een gek • il roule comme un fou3 iemand ondersteboven rijden • renverser qn. -
2 aanvoeren
-
3 overbrengen
-
4 punteren
wwaller/transporter en barge -
5 rijden
-
6 roeien
-
7 aanvliegen
1 [aanvallen] se jeter sur2 [luchtvaart] transporter par avion3 [luchtvaart] s'approcher de♦voorbeelden:1 [in een richting vliegen] se précipiter (vers)2 [snel ontbranden] s'enflammer tout à coup♦voorbeelden:woedend vloog hij op mij aan • il me sauta dessus, furieuxtegen iets aanvliegen • entrer en collision avec qc. -
8 aanvoeren
1 [leiden] diriger2 [met een vervoermiddel aanbrengen] transporter3 [als bewijs naar voren brengen] alléguer♦voorbeelden:een leger aanvoeren • commander une arméede stoet aanvoeren • marcher en tête du cortègeverzachtende omstandigheden aanvoeren • invoquer des circonstances atténuanteszelfverdediging aanvoeren • invoquer la légitime défenseargumenten voor een stelling aanvoeren • invoquer des arguments à l'appui d'une thèseals voorwendsel aanvoeren dat • prétexter que -
9 afvoeren
1 [naar elders (ver)voeren] transporter (qc.), emmener (qn.)2 [naar beneden, afwaarts voeren] faire descendre3 [schrappen] rayer♦voorbeelden: -
10 al wat draagbaar was werd het huis uit gesjouwd
al wat draagbaar was werd het huis uit gesjouwdDeens-Russisch woordenboek > al wat draagbaar was werd het huis uit gesjouwd
-
11 bestuiven
2 [plantkunde] transporter le pollen sur♦voorbeelden: -
12 draagbaar
draagbaar1〈de〉————————draagbaar2♦voorbeelden:al wat draagbaar was werd het huis uit gesjouwd • tout ce que l'on pouvait transporter a été retiré de la maison -
13 geestvervoering
-
14 iemand in geestvervoering brengen
iemand in geestvervoering brengentransporter qn.Deens-Russisch woordenboek > iemand in geestvervoering brengen
-
15 land
♦voorbeelden:land aandoen • faire escaleland bezitten • posséder des terresaan land gaan • descendre à terreop het land werken • travailler aux champsover land vervoeren • transporter par voie de terrete land en ter zee • sur terre et sur merland (in zicht)! • terre!land van herkomst • pays d'originehet land van de rijzende zon • l'Empire du Soleil levanthet Heilige Land • la Terre Saintewe leven in een vrij land! • 〈 om te protesteren tegen een verbod〉 on est en république!het land verdedigen • défendre la patriehij is al een week weer in het land • il est revenu au pays il y a une semainehij is nog in het land van de levenden • il est toujours au royaume des vivantshier te lande • au pays〈 spreekwoord〉 in het land der blinden is eenoog koning • au royaume des aveugles, les borgnes sont roishet land aan iets hebben • avoir horreur de qc.het land aan iemand hebben • ne pas pouvoir sentir qn.het land krijgen aan iets, iemand • prendre qc., qn. en grippe -
16 over land vervoeren
over land vervoeren -
17 overbrengen
2 [meedelen; overdragen] transmettre3 [verklikken] rapporter4 [bedrag overboeken] transférer♦voorbeelden:2 iemands groeten overbrengen • transmettre les amitiés de qn. -
18 overdragen
1 [overbrengen] transporter2 [doen overgaan] transmettre3 [overboeken] transférer♦voorbeelden:2 zijn gevoelens op iemand anders overdragen • reporter ses sentiments sur qn.een misdadiger aan de politie overdragen • remettre un criminel entre les mains de la justice -
19 overvliegen
1 [over iets heen vliegen] survoler2 [figuurlijk] s'élancer♦voorbeelden:1 wij zien ieder jaar de wilde ganzen overvliegen • chaque année nous voyons passer les oies sauvagesde oceaan overvliegen • traverser l'océan en avionII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [vliegend overbrengen] transporter en avion -
20 roeien
1 [d.m.v. riemen een vaartuig voortbewegen] ramer♦voorbeelden:met dubbele riemen roeien • nager en couplenaar de overkant roeien • ramer vers la rive opposéeII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [roeiend vervoeren] transporter en canot♦voorbeelden:1 [de roeisport beoefenen] faire de l'aviron2 [met de vlerken zwaaien] battre (des ailes)♦voorbeelden:
- 1
- 2
См. также в других словарях:
transporter — [ trɑ̃spɔrte ] v. tr. <conjug. : 1> • v. 1180; lat. transportare, de portare « porter » I ♦ Faire changer de place. A ♦ (Compl. concret) 1 ♦ Déplacer d un lieu à un autre en portant. Transporter un colis chez qqn. Transporter ses meubles,… … Encyclopédie Universelle
Transporter 3 — Theatrical release poster Directed by Olivier Megaton Produced by Luc Besson … Wikipedia
Transporter — may refer to vehicles or transport: * transporter , a business or person involved in the transport of goods or people * transporter , a vehicle used to transport objects or material, especially a heavy hauler or related type of truck *… … Wikipedia
Transporter 3 — Título Transporter 3 Ficha técnica Dirección Olivier Megaton Guion Luc Besson Robert Mark Kamen … Wikipedia Español
Transporter 2 — Título Transporter 2 Ficha técnica Dirección Louis Leterrier Guion Luc Besson, Robert Mark Kamen Música … Wikipedia Español
transporter — {{/stl 13}}{{stl 8}}rz. mnż I, D. a, Mc. transportererze {{/stl 8}}{{stl 20}} {{/stl 20}}{{stl 12}}1. {{/stl 12}}{{stl 7}} urządzenie mechaniczne przemieszczające materiały (zwłaszcza sypkie) w sposób ciągły; przenośnik : {{/stl 7}}{{stl… … Langenscheidt Polski wyjaśnień
transporter — Transporter, Mutare, Transferre, Asportare, Transportare, Alio conferre. Se transporter quelque chose, et s attribuer, Ad se transducere. Se transporter en quelque lieu, Deportare se aliquo. Se transporter sur les lieux, In rem praesentem ire. B … Thresor de la langue françoyse
transporter — trans‧port‧er [trænˈspɔːtə ǁ ˈspɔːrtər] noun [countable] TRANSPORT 1. a long heavy vehicle used for moving other vehicles from one place to another: • a car transporter 2. a company that moves goods from one place to another: • a five day strike… … Financial and business terms
transporter — Transporter. v. a. Porter d un lieu en un autre. Transporter des meubles, des marchandises d une Province à l autre, d une ville en une autre. On dit en termes de Pratique, Se transporter sur les lieux, pour dire, Se rendre sur les lieux: & cela… … Dictionnaire de l'Académie française
Transporter — Trans*port er, n. One who transports. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
transpòrtēr — m 〈G transportéra〉 1. {{001f}}uređaj namijenjen kontinuiranom prenošenju materijala (npr. sirovine, poluproizvoda, gotovog proizvoda) na manje udaljenosti, ob. tekuća traka 2. {{001f}}prom. vozilo za prijevoz tereta različitih specijalnih namjena … Veliki rječnik hrvatskoga jezika