-
1 pull out
terugtrekken; zich terugtrekken; eruit gaan; vertrekken; zich herstellen; gaan inhalen; eruit trekkenpull out3 vertrekken ⇒ wegrijden, optrekken♦voorbeelden:pull out of politics • uit de politiek gaan4 the driver who pulled out had not seen the oncoming lorry • de bestuurder die zijn baan verliet had de naderende vrachtauto niet gezienII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 verwijderen ⇒ uitdoen, uittrekken♦voorbeelden: -
2 pull out of
vertrekken uit -
3 pull out a tooth
-
4 pull out of London
pull out of London -
5 pull out of politics
pull out of politics -
6 pull-out force
uittrekkracht -
7 pull-out switch
uittrekschakelaar -
8 pull-out tool
uittrekgereedschap -
9 Gaza Pull-Out plan
n. Onafhankelijkheidsplan, plan dat was voorgesteld door vroegere Israëlische minister-president Ariel Sharon (aangenomen en in wet vastgesteld door de regering in augustus 2005) voor verwijdering van elke permanente Israëlische aanwezigheid in de Gaza-strook en terugtrekking uit 4 nederzettingen in noordelijke Westelijke Jordaanoever -
10 to pull out
uitschuivenuittrekken -
11 to pull out of alignment
scheeftrekkenEnglish-Dutch technical dictionary > to pull out of alignment
-
12 to pull out of true
scheeftrekken -
13 pull all the stops out
-
14 pull
n. trekken; invloed; aankomst; lezen (in druk); handvat (om te trekken)--------v. trekken; slepen; eruit trekken; aanspannen; scheurenpull1[ poel]4 (trek)knop ⇒ trekker, handvat♦voorbeelden:a long pull across the hills • een hele klim over de heuvels♦voorbeelden:2 have a pull on someone • invloed/macht over iemand hebben♦voorbeelden:————————pull21 trekken ⇒ getrokken worden, plukken, rukken4 bewegen♦voorbeelden:this table pulls apart easily • deze tafel gaat gemakkelijk uit elkaarpull at/on a pipe • aan een pijp trekken3 the bus pulled away • de bus reed weg/trok opthe car pulled ahead of us • de auto ging voor ons rijdenthe car pulled alongside ours • de auto kwam naast de onze rijden, de auto stopte naast de onzepull for the shore • naar de kust varenthe train pulled into Bristol • de trein liep Bristol binnen→ pull back pull back/, pull in pull in/, pull off pull off/, pull out pull out/, pull over pull over/, pull round pull round/, pull through pull through/, pull together pull together/, pull up pull up/II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 trekken (aan) ⇒ (uit)rukken, naar zich toetrekken; uit de grond trekken; tappen; zich verzekeren van, (eruit) halen♦voorbeelden:pull a chair up to the table • een stoel bijschuiven (aan tafel)pull customers • klandizie trekkenhe pulled a gun on her • hij richtte een geweer op haarpull a tooth • een kies trekkenpull votes • stemmen trekken/winnenhe pulled on his shirt • hij trok zijn overhemd aanthe current pulled him under • de stroming sleurde hem mee2 what's this man trying to pull? • wat probeert deze man me te leveren?→ pull back pull back/, pull down pull down/, pull in pull in/, pull off pull off/, pull out pull out/, pull over pull over/, pull round pull round/, pull through pull through/, pull together pull together/, pull up pull up/ -
15 pull the chestnuts out of the fire
de hete kastanjes uit het vuur halen, iemand van dienst zijnEnglish-Dutch dictionary > pull the chestnuts out of the fire
-
16 get/pull/take your finger out!
get/pull/take your finger out!laat je handen eens wapperen! -
17 string
n. veter, lont, snaar; rij (ook in computers); serie; kolom; vezel; (in computers) een rij tekens die als een enkele informatie wordt gezien--------v. rijgen, snoeren; besnaren; bespannen; spannen; afristen, afhalen (bonen)string1[ string] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 koord ⇒ touw(tje), garen3 snaar5 aaneenschakeling ⇒ snoer, ris(t); reeks, sliert; streng♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 have someone on a string • iemand in zijn macht hebben/houden; iemand aan het lijntje houden5 string of cars • rij/file auto's¶ have two strings/a second string to one's bow • op twee paarden wedden, meer pijlen op zijn boog hebbenplay second string • de tweede viool spelenwith no strings attached • zonder kleine lettertjes/beperkende bepalingen————————string2II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 (aan elkaar) rijgen ⇒ ritsen, aaneenschakelen♦voorbeelden:¶ strung up • zenuwachtig, gespannen, opgewonden→ string along string along/, string out string out/ -
18 stake
n. staak, paal; brandstapel; inzet, belang; prijzengeld; op het spel staan--------v. vastbinden aan een staak, stutten; afpalen, afbakenen; aanspraak maken op; verwedden, inzettenstake1[ steek] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:2 go to the stake • op de brandstapel sterven; 〈 figuurlijk〉 de zure vruchten plukken (van een onverstandig besluit)3 have a stake in something • zakelijk belang hebben/betrokken zijn bij ietslose one's stake • zijn inzet/de weddenschap verliezenbe at stake • op het spel staanthe issue at stake • waar het om gaat————————stake2〈 werkwoord〉3 spietsen♦voorbeelden:¶ 〈Amerikaans-Engels; informeel〉 stake out • posten bij, in de gaten houden 〈 bijvoorbeeld (huis van) misdadiger〉 -
19 stop
n. halte; achterstand; eind, einde; pauze; verstopping; halte--------v. stoppen; ophouden met; staken; eindigen; versperren; tegenhoudenstop1[ stop] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 einde ⇒ beëindiging, het stoppen; pauze, onderbreking3 afsluiting ⇒ blokkade, belemmering♦voorbeelden:1 bring to a stop • stopzetten, een halt toeroepenput a stop to • een eind maken aan————————stop2〈 stopped〉1 ophouden ⇒ tot een eind komen, stoppen2 halt houden ⇒ stilhouden, tot stilstand komen♦voorbeelden:they stopped short of doing it • ze gingen niet zover, dat ze het dedenstop at nothing • tot alles in staat zijnstop in • binnenblijvenstop off • zijn reis onderbrekenstop over • de (vlieg)reis onderbrekenstop to tea • blijven etenII 〈 overgankelijk werkwoord〉2 verhinderen ⇒ afhouden, tegenhouden3 blokkeren ⇒ afsnijden, tegenhouden, stoppen4 een eind maken aan ⇒ stopzetten, beëindigen5 ophouden met ⇒ staken, beëindigen♦voorbeelden:stop up a leak • een lek dichten2 stop thief! • houd de dief!stop someone (from) getting into trouble • zorgen dat iemand niet in moeilijkheden raaktstop a cheque • een cheque blokkerenstop a fee out of one's wages • contributie van iemands salaris inhoudenstop muttering • ophouden met foeterenstop it! • hou op! -
20 belt
n. riem; ketting; gebied--------v. omgorden, aangorden; een rammel gevenbelt1[ belt] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 gordel ⇒ (broek)riem, ceintuur♦voorbeelden:hit below the belt • onder de gordel slaan/treffenunder one's belt • in zijn bezit, binnen————————belt2〈 werkwoord〉2 een pak slaag/rammel geven (met een riem)3 van een riem/gordel/band voorzien♦voorbeelden:¶ belt out • brullen, bulken→ belt up belt up/
- 1
- 2
См. также в других словарях:
pull-out — pull outs 1) N COUNT: usu N n In a newspaper or magazine, a pull out is a section which you can remove easily and keep. ...an eight page pull out supplement. 2) N SING: oft N from/of n When there is a pull out of armed forces from a place, troops … English dictionary
pull-out — pull|out [ˈpulaut] n 1.) the act of an army, business etc leaving a particular place ▪ The pull out of troops will begin soon. 2.) part of a book or magazine that is designed to be removed and read separately ▪ a pull out on home PCs … Dictionary of contemporary English
pull-out — pullˈ out adjective Denoting a section of a magazine, etc that can be removed and kept separately (see also ↑pull out below) • • • Main Entry: ↑pull … Useful english dictionary
Pull Out — is a feature documentary directed by Jyllian Gunther, released in 2004. It reflects on Gunther s past relationships and why they failed.AwardsThe film was an official selection of the following award organizations: *Hamptons International Film… … Wikipedia
pull out — ► pull out withdraw or retreat. Main Entry: ↑pull … English terms dictionary
pull out of — pull out (of (something)) to stop being involved in something. She s considering a run for governor if Mr. Lamb pulls out of the race … New idioms dictionary
pull out — (of (something)) to stop being involved in something. She s considering a run for governor if Mr. Lamb pulls out of the race … New idioms dictionary
pull|out — «PUL OWT», noun, adjective. –n. 1. a withdrawal, especially of troops: »The pullout may start this week; Gaza troops will exit by the overland motor route (Wall Street Journal). 2. the action of an aircraft in recovering from a dive and returning … Useful english dictionary
pull out — index abandon (withdraw), disinter, educe, eviscerate, extirpate, extract, leave (depart) … Law dictionary
pull out — [v] quit abandon, depart, evacuate, exit, get off, go, leave, retire, retreat, shove off, stop, stop participating, take off, withdraw; concepts 119,121,195 Ant. continue, persevere, start … New thesaurus
pull out — 1) PHRASAL VERB When a vehicle or driver pulls out, the vehicle moves out into the road or nearer the centre of the road. [V P prep] She pulled out into the street... [V P] He was about to pull out to overtake the guy in front of him. 2) PHRASAL… … English dictionary