-
1 recevoir
recevoir [rəsvwaar]1 (bezoek) ontvangen ⇒ gasten uitnodigen, een feest gevenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 krijgen ⇒ ontvangen, opvangen, ondergaan♦voorbeelden:recevoir une averse • in een stortbui terechtkomenrecevoir des blessures • verwondingen oplopen〈 informeel〉 qu'est-ce qu'il a reçu! • die is goed te pakken genomen!v1) ontvangen, krijgen3) onthalen -
2 accueil
accueil [aakuj]〈m.〉♦voorbeelden:terre d'accueil • gastlandfaire bon accueil à qn. • iemand goed ontvangenfaire bon accueil à une idée • welwillend reageren op een ideefaire un accueil enthousiaste à un film • een film enthousiast ontvangenm1) onthaal, ontvangst2) balie, receptie -
3 accueillir
-
4 avant
avant1 [aavã]〈m.; ook bijvoeglijk naamwoord〉1 voorkant ⇒ voorstuk, voorste deel3 voorhoedespeler ⇒ aanvaller, spits♦voorbeelden:asseyez-vous à l'avant • gaat u voorin zitten→ traction————————avant2 [aavã]〈bijwoord; ook bijvoeglijk naamwoord〉1 van tevoren ⇒ eerder, eerst♦voorbeelden:1 d' avant • ervoor, daarvoorplus avant • steeds verder, meeren avant • naar voren, vooruit, voorwaartsse mettre en avant • zich op de voorgrond plaatsen→ marche————————avant3 [aavã]〈 voorzetsel〉1 voor♦voorbeelden:1 avant cela • daarvooravant peu • binnenkortne faites rien avant d' avoir reçu ma lettre • doe niets voordat u mijn brief ontvangen hebt, alvorens mijn brief ontvangen te hebben1. m1) voorkant2) voorhoede, front3) aanvaller, spits2. adjvoorste, voor-3. adv1) van tevoren, eerder, eerst2) vooraan, vooruit, voorwaarts4. prép 5. avant deprép6. avant queconj -
5 bras
bras [braa]〈m.〉1 arm3 mankracht ⇒ werkkracht, arbeider♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 avoir un bras de fer • onverbiddelijk, streng zijnbras d'honneur • obsceen gebaar voor lulbaisser les bras • (de moed) opgeven, zich gewonnen gevencette nouvelle m'a cassé bras et jambes • ik ben kapot van dat nieuws〈 figuurlijk〉 couper bras et jambes à qn. • iemand versteld doen staan; 〈 ook〉iemand vleugellam maken, iemand uitputtenouvrir les bras à qn. • iemand met open armen ontvangen; 〈 ook〉iemand vergeven, iemand de helpende hand reikentendre les bras vers qn. • iemands hulp inroepen〈 figuurlijk〉 les bras m'en tombent • nou breekt m'n klomp, ik sta pafbras dessus, bras dessous • arm in arm, gearmd〈 figuurlijk〉 se réfugier dans les bras de qn. • bij iemand z'n heil, z'n toevlucht zoeken〈 figuurlijk〉 avoir qc., qn. sur les bras • voor iets, iemand te zorgen hebben, opgescheept zitten met iets, iemandbras de vigne • wijnranktravailler à pleins bras • uit alle macht werkentomber sur qn. à bras raccourcis • zich als een razende op iemand werpen¶ à bout de bras • op armlengte; op eigen krachtà force de bras • met de sterke armdépenser de l'argent à tour de bras • met geld smijtenm1) arm2) macht3) zwengel4) armleuning5) (zee)engte6) bras [aan ra]7) voorpoot, schaar, vin -
6 mine
mine [mien]〈v.〉1 uiterlijk ⇒ voorkomen, gezicht♦voorbeelden:mine de proscrit • boeventronieavoir la mine longue, allongée • een lang gezicht trekkenavoir bonne, mauvaise mine • er goed, slecht uitzienfaire bonne, grise, mauvaise mine à qn. • iemand vriendelijk, onvriendelijk, slecht ontvangenavoir triste mine • er belabberd uitzienfaire triste mine • sip kijken, een lang gezicht trekkenfaire triste mine à qn. • iemand koeltjes ontvangenfaire des mines • zich aanstellenEcole des Mines • Hogere School voor MijnbouwIngénieur des Mines • mijnbouwkundig ingenieur4 crayon à mine dure, tendre • hard, zacht potloodmine flottante, dérivante • drijvende mijnmouiller des mines • mijnen leggenfaire la mine • mokken, pruilenfaire mine de • doen alsof, aanstalten maken omça ne paie pas de mine • dat ziet er onooglijk uitil ne paie pas de mine • hij oogt niet, heeft zijn uiterlijk niet mee〈 informeel〉 mine de rien • zonder iets te laten merken, alsof er niets aan de hand is1. f1) voorkomen, gezicht2) mijn3) potloodstift2. f plgelaatsuitdrukkingen, gebaren -
7 percevoir
-
8 recueillir
recueillir [rəkujjier]1 ver-, inzamelen ⇒ bijeenbrengen, opvangen2 opnemen ⇒ ontvangen, herbergen3 erven♦voorbeelden:recueillir des fonds • geld inzamelenrecueillir le fruit d'une bonne action • de vruchten plukken van een goede daadrecueillir des renseignements • inlichtingen inwinnenrecueillir 100.000 voix • 100.000 stemmen krijgenv1) verzamelen, bijeenbrengen2) opvangen3) opnemen4) ontvangen5) erven -
9 toucher
toucher1 [toesĵee]〈m.〉♦voorbeelden:2 être doux, rude au toucher • zacht, ruw aanvoelen————————toucher2 [toesĵee]♦voorbeelden:1 n'y touche pas! • afblijven!sans avoir l'air d'y toucher, avec son, un air de ne pas y toucher • met een schijnheilig gezichtcet enfant touche à tout • dat kind komt, zit overal aantoucher à un sujet délicat • een teer onderwerp aanroerenne pas toucher à son capital • zijn kapitaal niet aansprekentoucher au but • het doel genaderd zijntoucher au port • de haven bereikenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 aanraken ⇒ betasten, voelen4 ontvangen ⇒ innen, incasseren8 vluchtig meedelen ⇒ bespreken, informeren♦voorbeelden:sa maison touche la mienne • zijn huis grenst aan het mijnetoucher qn. • met iemand in contact komenoù peut-on vous toucher? • waar kan men u bereiken?je l'ai touché par téléphone • ik heb telefonisch contact met hem gehadtoucher de près qn. • iemand direct aangaan1. m1) tastzin4) aanslag [muziek]5) digitaal onderzoek [medisch]2. v1) aanraken2) aanspreken, komen (aan)6) (be)spelen [muziek]7) bijten [vis]8) raken, treffen9) ontvangen, innen10) aangaan, betreffen12) bespreken, informeren -
10 ne faites rien avant d' avoir reçu ma lettre
ne faites rien avant d' avoir reçu ma lettredoe niets voordat u mijn brief ontvangen hebt, alvorens mijn brief ontvangen te hebbenDictionnaire français-néerlandais > ne faites rien avant d' avoir reçu ma lettre
-
11 baptême
baptême [baatem]〈m.〉1 doop ⇒ (het) dopen, doopsel♦voorbeelden:recevoir le baptême • gedoopt worden2 baptême de l'air • luchtdoop, eerste vliegtochtrecevoir le baptême du feu • voor de eerste maal iets moeilijks doormaken, de vuurdoop ontvangenbaptême de la ligne • doop onder de liniem -
12 botte
botte [bot]〈v.〉2 laars♦voorbeelden:la botte de l'Italie • de laars van Italië〈 informeel〉 en avoir plein les bottes • er van balen, het spuugzat zijnlécher les bottes de, à qn. • iemands hielen likken, voor iemand kruipenêtre à la botte de qn. • van iemand bevelen ontvangen→ foinf1) (hoge) laars2) bos, bundel, boeket3) stoot [van degen] -
13 chaleur
chaleur [sĵaalur]〈v.〉♦voorbeelden:chaleur spécifique • soortelijke warmtedonner de la chaleur • warmte gevenil fait une chaleur terrible • het is verschrikkelijk warmaccueillir qn. avec chaleur • iemand hartelijk ontvangenfemelle en chaleur • loops wijfje→ vaguef1) warmte, hitte2) krolsheid, loopsheid3) vuur, enthousiasme4) warme tijd -
14 couvrir
couvrir [koevrier]3 beschermen ⇒ beschutten, rugdekking geven, dekken4 verbergen ⇒ verhullen, bemantelen, vergoelijken♦voorbeelden:couvrir un enfant chaudement • een kind warm aankleden, goed inpakkencouvrir un livre • een boek kaftencouvrir une table d' une nappe • een tafellaken op tafel leggenla foule couvre la place • het plein staat vol met mensenles feuilles couvrent le sol • de grond is bezaaid met bladerencouvrir qn. de huées • iemand uitjouwencouvert de taches • onder de vlekken5 les applaudissements ont couvert la fin de son discours • zijn laatste woorden gingen in het applaus verlorenêtre couvert par une assurance • verzekerd zijn, gedekt zijncouvrir par chèque • per cheque betalen→ jeul'émetteur couvre cette région • de zender kan in dit gebied ontvangen worden♦voorbeelden:se couvrir de gloire • zich met roem overladen1. v1) (af-, be-, over-, toe)dekken2) kleden3) kaften [boek]5) beschermen6) verbergen, verhullen7) overstemmen, overschreeuwen8) dekken [kosten, risico's]9) omvatten11) afleggen [afstand]12) uitvoerig berichten (over), verslaan13) dekken [dieren]2. se couvrirv4) betrekken [lucht] -
15 douter
douter [doetee]1 twijfelen (aan) ⇒ betwijfelen, in twijfel trekken♦voorbeelden:à n'en pas douter • zonder twijfeldouter de qn. • iemand niet vertrouwen〈que + aanvoegende wijs〉 je doute fort qu' il vous reçoive • ik betwijfel zeer of hij u zal ontvangen〈ne pas douter que + aantonende wijs〉 je ne doute pas qu' il viendra • ik ben er zeker van dat hij komt〈ne pas douter que + aanvoegende wijs〉 je ne doute pas qu' il (ne) vienne, mais • ik twijfel er niet aan of hij komt, maar〈ne pas douter que + voorwaardelijke wijs〉 je ne doute pas qu' il accepterait, si j'insistais • ik twijfel er niet aan of hij zou ja zeggen als ik aandrong1 vermoeden ⇒ bevroeden, denken♦voorbeelden:je ne me doutais de rien • ik had niets in de gatenje me doute que c'est difficile • ik realiseer me dat het moeilijk isje me doute que ce sera difficile • ik vermoed dat het moeilijk zal zijn1. vbetwijfelen, twijfelen (aan)2. se douter (de)v3. se douter (que)vinzien, zich realiseren (dat) -
16 encaisser
encaisser [ãkessee]〈 werkwoord〉1 incasseren ⇒ verzilveren, innen, invorderen, ontvangenv1) incasseren, innen2) slikken, verdragen3) inbedden, indijken [waterbouw] -
17 fête
fête [fet]〈v.〉1 feest ⇒ feestelijkheid, plechtige viering3 naamdag♦voorbeelden:être de la fête • van de partij zijn2 le 11 novembre, fête de l'Armistice • 11 november, gedenkdag van de Wapenstilstandles dimanches et fêtes • (op) zon- en feestdagenla fête des mères, des pères • moeder-, vaderdagfête des morts • Allerzielen, dodendagfête des Rois • Driekoningenfaire fête à qn. • iemand zeer hartelijk ontvangense faire une fête de • zich verheugen opfaire la fête • fuiven, pierewaaientroubler la fête • de vreugde verstorenêtre à la fête • in zijn schik zijnne pas être à la fête • in de moeilijkheden zitten, het zwaar te verduren hebbenêtre en fête • in een feestelijke stemming zijn→ jour1. f1) feest2) feestdag3) naamdag4) plezier, genot2. fêtesf pl -
18 gris
gris1 [grie]〈m.〉♦voorbeelden:gris souris • muisgrijs————————gris2 [grie]2 triest ⇒ monotoon, druilerig, somber3 aangeschoten ⇒ dronken, tipsy♦voorbeelden:1 vin gris •〈 lichtgekleurde rosé〉il fait gris • de lucht is betrokken→ nuitvie grise • eentonig bestaanadj1) grijs2) triest, somber3) aangeschoten -
19 honneur
honneur [onnur]〈m.〉♦voorbeelden:homme d'honneur • man van eerà qui ai-je l'honneur? • met wie heb ik het genoegen?c'est à l'honneur • dat heeft een ereplaatsêtre l'honneur de la famille • het sieraad van de familie zijnfaire un (grand) honneur à qn. • iemand een grote eer bewijzenfaire honneur à ses obligations, engagements • zijn verplichtingen nakomenfaire honneur à un plat • een gerecht eer aandoenfaire honneur à une traite • een wissel honorerense faire honneur de qc. • trots zijn op ietsremettre en honneur qc. • iets in ere herstellenêtre à l'honneur • gehuldigd wordenc'est tout à son honneur • dat strekt hem tot eeravec honneur • eervolêtre en honneur • in de mode zijn, zeer gewaardeerd zijn 〈 van zaken〉en l'honneur de • ter ere vanpour l'honneur • voor de eer, gratissauf votre honneur • met alle respectsur l'honneur, sur son honneur • op zijn erewoordfaire à qn. les honneurs de la maison • iemand gastvrij ontvangen1. m 2. honneursm pl1) eerbetoon, hulde2) hoge kaarten -
20 hospitalité
См. также в других словарях:
Frauenkirche — oder Liebfrauenkirche ist ein Kurzwort für „Kirche Unserer Lieben Frau“. Dies war seit dem Mittelalter einer der Ehrentitel Mariens, der Mutter Jesu (s. Marienverehrung). Für weitere Marienkirchen siehe Liste der Marienkirchen. Inhaltsverzeichnis … Deutsch Wikipedia
Liebfrauen — Frauenkirche oder Liebfrauenkirche ist ein Kurzwort für „Kirche Unserer Lieben Frau“. Dies war seit dem Mittelalter einer der Ehrentitel Mariens, der Mutter Jesu (s. Marienverehrung). Für weitere Marienkirchen siehe Liste der Marienkirchen.… … Deutsch Wikipedia
Liebfrauenkathedrale — Frauenkirche oder Liebfrauenkirche ist ein Kurzwort für „Kirche Unserer Lieben Frau“. Dies war seit dem Mittelalter einer der Ehrentitel Mariens, der Mutter Jesu (s. Marienverehrung). Für weitere Marienkirchen siehe Liste der Marienkirchen.… … Deutsch Wikipedia
Liebfrauenkirche — Frauenkirche oder Liebfrauenkirche ist ein Kurzwort für „Kirche Unserer Lieben Frau“. Dies war seit dem Mittelalter einer der Ehrentitel Mariens, der Mutter Jesu (s. Marienverehrung). Für weitere Marienkirchen siehe Liste der Marienkirchen.… … Deutsch Wikipedia
Liste der Frauenkirchen — Frauenkirche oder Liebfrauenkirche ist ein Kurzwort für „Kirche Unserer Lieben Frau“. Dies war seit dem Mittelalter einer der Ehrentitel Mariens, der Mutter Jesu (s. Marienverehrung). Für weitere Marienkirchen siehe Liste der Marienkirchen.… … Deutsch Wikipedia
Vor Frue Kirke — Frauenkirche oder Liebfrauenkirche ist ein Kurzwort für „Kirche Unserer Lieben Frau“. Dies war seit dem Mittelalter einer der Ehrentitel Mariens, der Mutter Jesu (s. Marienverehrung). Für weitere Marienkirchen siehe Liste der Marienkirchen.… … Deutsch Wikipedia
Mariä-Empfängnis-Kirche — Mariä Empfängnis Kirche, auch Mariä Unbefleckte Empfängnis, St. Mariä Empfängnis, oder Maria Immaculata Kirche heißen Kirchen und Kapellen, die dem Glaubensgeheimnis der Unbefleckten Empfängnis der Gottesmutter geweiht sind (Patrozinium… … Deutsch Wikipedia
Jan Stuyt — (21 August 1868, Purmerend 11 July 1934, The Hague) was a Dutch architect. Stuyt started his architectural career in 1883 at the office of A.C. Bleys (1842 1912), whose neo Romanesque style would become of great influence on Stuyt. In 1891 Stuyt… … Wikipedia
Verbes irreguliers neerlandais — Verbes irréguliers néerlandais Infinif OVT Participe passé Traduction Bakken Bakte Gebakken Cuire Barsten Barstte Gebarsten Éclater Bederven Bedorf Bedorven Corrompre Bedriegen Bedroog … Wikipédia en Français
Verbes irréguliers néerlandais — Infinif OVT Participe passé Traduction Bakken Bakte Gebakken Cuire Barsten Barstte Gebarsten Éclater Bederven Bedorf Bedorven Corrompre Bedriegen Bedroog Bedrogen … Wikipédia en Français
Subjunctive in Dutch — The subjunctive mood in Dutch is a verb mood typically used in dependent clauses to express a wish, command, emotion, possibility, uncertainty, doubt, judgment, opinion, necessity, or action that has not yet occurred. It is also referred to as… … Wikipedia