-
21 afhouden
II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [verwijderd houden] keep off/out2 [aftrekken, inhouden] keep back♦voorbeelden:〈 sport〉 iemand (van de bal) afhouden • screen/shield the ballde ogen niet kunnen afhouden van iets • not be able to take/keep one's eyes off something -
22 thuishouden
1 [in huis houden] keep at home2 [bij zich houden] keep/lay off♦voorbeelden:2 hou je handen thuis! • keep/lay off me!, (keep your) hands off (me)! -
23 vrijhouden
♦voorbeelden:2 een plaats vrijhouden • keep a place/seat (free), reserve/hold a place/seatde weg vrijhouden • keep the road open/clear -
24 behouden
behouden11 safe♦voorbeelden:hij is gelukkig behouden gebleven • luckily he is unharmediemand behouden aan land brengen • bring someone safely ashore————————behouden22 [niet opgeven] maintain, keep3 [in leven houden] save♦voorbeelden:zijn zetel behouden • retain one's seat -
25 gaande
2 [aan de hand] going on ⇒ up♦voorbeelden:een gesprek gaande houden • keep a conversation goingde zaken gaande houden • keep things going2 gaande zijn • be going on/in progress -
26 hoogte
1 [verticale afmeting] height3 [vrije ruimte boven iets anders] height4 [met betrekking tot klanken] pitch5 [wiskunde] height6 [aardrijkskunde] level ⇒ 〈 latitude〉 latitude, 〈 met betrekking tot hemellichaam〉 elevation, 〈 met betrekking tot hemellichaam〉 altitude♦voorbeelden:op gelijke hoogte met de vloer • level/flush with the floorop geringe/grote hoogte vliegen • fly at (a) high/low altitude〈 figuurlijk〉 tot op zekere hoogte hebt u gelijk • to some/a certain extent you're right〈 figuurlijk〉 Nederland is leuk tot op zekere hoogte • Holland is nice as/so far as it goesop een hoogte van 7000 m • at a height/an altitude of 7000 m.ter hoogte van zijn schouders • at shoulder height〈 figuurlijk〉 de prijzen gingen de hoogte in • prices went up/rose; 〈 sterker〉 prices rocketed/soared5 lengte, breedte en hoogte • length, breadth and heighter staat een file ter hoogte van Woerden • there is a Atraffic jam near Woerdeniemand op de hoogte brengen/stellen • acquaint someone with something, inform someone about/of something; 〈 informeel〉 fill someone in on somethingvolledig van iets op de hoogte zijn • be well informed about/acquainted with something; 〈 informeel〉 be well up on somethingindien u verhinderd bent wordt u verzocht ons hiervan op de hoogte te stellen • please let us know if you are unable to come -
27 onderhouden
onderhouden♦voorbeelden:1 iemand ernstig over iets onderhouden • give someone a good talking to about something; remonstrate with someone on something2 een briefwisseling onderhouden • carry on/maintain a correspondencezijn spullen onderhouden • keep one's things in orderhet huis was slecht onderhouden • the house was in bad repairII 〈wederkerend werkwoord; zich onderhouden〉 -
28 stilhouden
♦voorbeelden:ze houdt haar mond niet stil! • she does keep on!hou je stil! • be quiet♦voorbeelden: -
29 afstand
2 [het afstaan/opgeven] renunciation♦voorbeelden:erg op een afstand zijn tegen iemand • be very standoffish to someone2 afstand doen van • renounce, disclaimafstand doen van de troon • abdicate, renounce the throneafstand doen van zijn bezit/vrijheid • part with one's possessions, give up one's freedomafstand doen van een kind ten gunste van de vader • cede a baby to the fatherhij heeft afstand gedaan van al zijn rechten • he has relinquished/ 〈 schriftelijk〉 signed away all his rights -
30 beperken
1 [met een grens afsluiten] limit, restrict3 [kleiner maken] reduce, decrease ⇒ restrict♦voorbeelden:iemand in zijn vrijheid beperken • restrict someone's freedomtot het minimum/zoveel mogelijk beperken • keep (down) to a minimumtot het minimum beperken • reduce to a minimum, minimizeII 〈wederkerend werkwoord; zich beperken〉1 [zich houden bij] restrict/confine (oneself to) -
31 binnenhouden
-
32 contact
1 [aanraking] contact♦voorbeelden:het contact is verbroken • we've been cut offhet dagelijks contact onderhouden met • be daily in touch with, keep day-to-day contact withcontact opnemen met iemand (over iets) • contact someone, get in touch with someone (about something)wisselende seksuele contacten • multiple sexual contactsin contact blijven met • keep in touch withiemand in contact brengen met • put someone in contact/touch with -
33 doorbijten
1 [met kracht bijten] bite (hard)2 [voortgaan met bijten] keep biting ⇒ continue biting/to bite, 〈 figuurlijk〉 keep trying, 〈 figuurlijk〉 keep at it♦voorbeelden:2 even doorbijten! • just grin and bear it!II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [stukmaken, verdelen] bite through -
34 doordraaien
1 [verder draaien] keep turning ⇒ continue turning/to turn, 〈 figuurlijk〉 go on, 〈 figuurlijk〉 keep moving♦voorbeelden:1 de motor laten doordraaien • keep the engine running/onII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [door iets heen laten gaan] twist/put through2 [met betrekking tot groenten] withdraw (from the market)♦voorbeelden: -
35 hand
1 [lichaamsdeel] hand♦voorbeelden:in andere handen komen • change handsblote handen • bare handsdie zaak is in goede/slechte handen • that matter is in good/bad handsin goede/verkeerde handen vallen • 〈 figuurlijk〉 fall into the right/wrong handsiemand de helpende hand bieden • lend someone a (helping) handniet met lege handen komen • not come empty-handed〈 figuurlijk〉 uit de losse hand • roughly, in an improvised wayiets met vaste hand doen • do something with a sure touch〈 figuurlijk〉 met vaste/krachtige hand regeren • rule with a firm/iron handhij is in veilige handen • he is in safe handsiemand (de) handen vol werk geven • give someone no end of work/troublede handen vol hebben aan iemand/iets • have one's hands full with someone/somethinghij heeft de handen meer dan vol • he has enough/too much on his platedat kost handen vol geld • that costs lots of moneyiets aan vreemde handen toevertrouwen • entrust something to strangershij heeft de handen niet vrij • he does not have a free hand〈 figuurlijk〉 de vrije hand hebben/krijgen • have/acquire a free handergens zijn handen niet aan vuil willen maken • refuse to soil one's hands with something〈 figuurlijk〉 ik draai er mijn hand niet voor om • 〈 ik heb er geen moeite mee〉 I think nothing of it; 〈 het kan me niet schelen〉 I don't care a rap (for it)iemand de hand drukken/geven/schudden • give someone one's hand, shake hands with someonedan kunnen we elkaar de hand geven • we're in the same boat〈 figuurlijk〉 iemand de hand boven het hoofd houden • 〈 aan zijn kant staan〉 stand by someone; 〈 iemand beschermen die iets misdaan heeft〉 protect someone〈 figuurlijk〉 de handen op elkaar krijgen • earn/get applause〈 figuurlijk〉 de hand op iets/iemand leggen • lay hands on someone/somethingiemands hand lezen • read someone's palmde hand lichten met het reglement • disregard the regulationselkaar de hand reiken • hold out a hand to each other 〈 ook figuurlijk〉; 〈 figuurlijk〉 reach out to each otherhanden schudden • shake handshij steekt geen/nooit een hand uit • he never does a stroke of workde hand over het hart strijken • 〈 figuurlijk〉 be lenient/soft-heartedhij kan zijn handen niet thuishouden • he can't keep his hands to himselfdaar wordt vaak de hand mee gelicht • that is often skimped/not taken seriously(mijn) hand erop! • you have/here's my hand on it!handen omhoog! (of ik schiet) • hands up!/ 〈 informeel〉stick 'em up! (or I'll shoot)handen thuis! • hands off!〈 figuurlijk〉 iets aan de hand hebben • 〈 met iets bezig zijn〉 have something going/on; 〈 bij iets betrokken zijn〉 be involved in somethingaan de hand van deze berekeningen • on the basis of these calculationsiemand een middel aan de hand doen tegen huiduitslag • put someone on to a good remedy for a rashniks aan de hand! • there's nothing the matteraan de hand van deze ervaringen concludeer ik … • in view of these experiences I conclude …iets achter de hand hebben • 〈 figuurlijk〉 have something to fall back on; 〈 heimelijk〉 have something up one's sleevewat geld achter de hand houden • keep some money for a rainy dayik heb mijn gummetje altijd vlak bij de hand • I always have my rubber near at handin de handen klappen • clap one's handsiemand iets in handen spelen • put something someone's wayiemand iets in de hand duwen/stoppen • slip/thrust something into someone's hands; 〈 figuurlijk〉 palm/fob someone off with somethingeen bewijs in handen hebben • have evidencehet onderzoek is in handen van N. • the investigation is being conducted by N.de markt in handen hebben • control/have control of the marketde politie heeft de zaak nu in handen • the police have the case in handde macht in handen hebben • have powerde toestand in de hand hebben • have the situation in handin handen vallen van de politie/de vijand • fall into the hands of the police/enemy〈 figuurlijk〉 iets met beide handen aangrijpen • jump at something; 〈 aanbod, gelegenheid ook〉 seize (upon) somethingmet de hand gemaakt/geschreven • hand-made/handwritten〈 figuurlijk〉 iemand naar zijn hand zetten • force/mould/bend someone to one's will, manage someone, twist someone round one's (little) fingeriets om handen hebben • have something to do〈 figuurlijk〉 iemand onder handen nemen • take someone in hand/to taskiemand op (de) handen dragen • 〈 figuurlijk〉 worship/idolize someonehand over hand toenemen • increase hand over fist, gain ground rapidlyiemand iets ter hand stellen • hand something (over) to someoneiets ter hand nemen • take something up, take something in hand, undertake somethinger komt niets uit zijn handen • he doesn't get anything doneuit de hand lopen • get out of handiemand het werk uit (de) handen nemen • take work off someone's handsiets van de hand doen • sell/part with/dispose of somethingvan hand tot hand gaan • be passed from hand to handgoed/duur van de hand gaan • sell well/at high prices 〈 van koopwaren〉dat is de meest voor de hand liggende conclusie • that is the most obvious conclusiongeen hand voor iemand/iets uitsteken • not lift a finger for someone/somethinghij heeft er geen hand naar uitgestoken • 〈 niets aan gedaan〉 he hasn't done a stroke of work on it; 〈 niets van gegeten〉 he hasn't touched itgeen hand voor ogen kunnen zien • 〈 figuurlijk〉 not be able to see one's hand in front of one('s face)ik heb maar twee handen! • I have only (got) one pair of hands!een verhaal van de hand van • a story (written) by3 de zieke is aan de beterende hand • the patient is on the mend/getting betteraan mijn rechter/linker hand • on my right/left (hand/side)aan de winnende hand zijn • be winning〈 figuurlijk〉 iemand op zijn hand hebben/krijgen • have/get someone on one's side¶ wat is er daar aan de hand? • what's going on there?〈 figuurlijk〉 alsof er niets aan de hand was • as if nothing had happened/was wronger is iets aan de hand • there's something the matter/upiets/iemand in de hand werken • encourage something/someone; 〈 iets ook〉 make for something; 〈 iemand ook〉 play into someone's hands〈 van personen〉 zwaar op de hand zijn • be heavy/ponderousop handen zijn • be (near) at hand/imminent/forthcomingvan de hand in de tand leven • live from hand to moutheen verzoek/voorstel van de hand wijzen • refuse a request 〈 verzoek〉; turn down a proposal 〈 voorstel〉 -
36 handhaven
1 [in stand houden] maintain ⇒ 〈 kwaliteit, peil ook〉 keep up, 〈 orde ook〉 keep, 〈 orde ook〉 preserve, uphold 〈 een traditie, de wet, een besluit〉, enforce 〈 een reglement, verbod〉2 [niet terugnemen] maintain ⇒ stand by, 〈 niet ontslaan〉 retain, 〈 niet ontslaan〉 keep on 〈 personeel〉♦voorbeelden:II 〈wederkerend werkwoord; zich handhaven〉1 [zich staande houden] hold one's own♦voorbeelden:1 vele kleine ondernemers konden zich moeilijk handhaven • many small businessmen found it hard to hold their own -
37 hoofd
1 [lichaamsdeel] head3 [persoon] head6 [(van personen) leider, meerdere] head ⇒ chief, leader, 〈 school〉 principal (teacher), 〈 school〉 headmaster 〈 mannelijk〉, headmistress 〈 vrouwelijk〉♦voorbeelden:een hoofd groter/kleiner zijn (dan) • be a head taller/shorter (than)met een kaal/rood hoofd • bald-headed/red-faced〈 figuurlijk〉 iets het hoofd bieden • stand/face up to something 〈 moeilijkheden〉; meet, defy 〈 concurrentie, aanvallen〉het hoofd buigen • 〈 figuurlijk〉 bow one's head, give in/submit (to)het hoofd in de nek gooien • 〈 letterlijk〉 fling/throw/toss back one's head; 〈 figuurlijk〉 bristle/bridle up〈 figuurlijk〉 het hoofd laten hangen • hang one's head, be downcasthet hoofd schudden bij/over • shake one's head at/overwat hangt ons nu weer boven het hoofd? • 〈 figuurlijk〉 what's hanging over our heads now?, what's in store for us now?〈 figuurlijk〉 hij groeit mij boven het hoofd • he's leaving me behind/standingheb je geen ogen in je hoofd! • can't you look where you're going?licht/zwaar in het hoofd zijn • be light-headed, have a heavy head〈 figuurlijk〉 met zijn hoofd in de wolken lopen • have one's head in the clouds; 〈 gelukkig zijn〉 walk on airiemand een verwijt naar het hoofd slingeren • hurl a reproach at someone('s head)het succes is hem naar het hoofd gestegen • success has gone to his head〈 figuurlijk〉 hij kreeg van alles naar zijn hoofd • 〈 figuurlijk〉 he had all kinds of abuse thrown at himeen beloning op iemands hoofd zetten • put a price on someone's headmen kon er wel over de hoofden lopen • it was choc-a-bloc with peopleiemand voor het hoofd stoten • offend someoneeen hoofd hebben als een boei • have a face as red as a beetroot2 uit het blote hoofd spreken • speak ad lib/off the cuff〈 figuurlijk〉 het hoofd verliezen/niet verliezen • lose/keep one's headhij heeft veel aan zijn hoofd • he has a lot of things on his mindje bent niet goed bij je hoofd! • you're out of your (tiny) minddat is mij door het hoofd gegaan/geschoten • it slipped my mindzich iets in het hoofd zetten • get something in(to) one's headhoe haalt hij het in zijn hoofd? • where does he get such an idea?zij kreeg het in haar hoofd om • she took it into her head tozoiets komt niet in mijn hoofd op • it would never enter my head/mind to do such a thingfeiten in zijn hoofd stampen • cramde drank stijgt hem naar het hoofd • the drink is going to his headiets uit het hoofd kennen • learn something by heart/roteik zal die gekheid wel uit mijn hoofd laten • I know better than to do something crazy like thatiemand iets uit zijn hoofd praten • talk someone out of somethingdat zou ik maar uit mijn hoofd zetten • I'd forget it if I were youuit het hoofd spelen/zingen • play/sing from memoryhet hoofd koel houden • keep one's head, stay level-headedper hoofd • per head/capitaper hoofd van de bevolking • per head of (the) population〈 spreekwoord〉 zoveel hoofden, zoveel zinnen • so many men, so many opinions〈 figuurlijk〉 hij stelde zich aan het hoofd van de beweging • he assumed the leadership of the movementaan het hoofd staan van • be at the head of; 〈 leger〉 be in command of; 〈 bedrijf, departement〉 be in charge of7 hoofdbureau • head/main officehoofdingang • main entranceuit hoofde van zijn functie van/als • in his capacity as -
38 iets warm houden
iets warm houden〈 figuurlijk〉 keep something to the fore, keep something alive; 〈 letterlijk〉 keep something warm/hotVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iets warm houden
-
39 leven
leven1〈 het〉3 [levensduur] life, lifetime5 [morele handel en wandel] life7 [verschijnselen/werkzaamheden in een kring] life♦voorbeelden:het leven begint bij 40 • life begins at 40zijn leven geven voor zijn land • lay down one's life for one's countryvoor hun leven wordt gevreesd • there are fears for their liveszijn leven hangt aan een zijden draad(je) • his life hangs by a threadde aanslag heeft aan twee mensen het leven gekost • the attack cost the lives of two peoplezo is het leven • that's lifedat kostte hem het leven • that killed him/cost him his lifehet leven laten/erbij inschieten • lose one's lifezijn leven loopt op een eind • his end is drawing nearhet leven schenken aan • give birth toiemand het leven schenken • spare someone's lifezijn leven duur verkopen • sell one's life dearly, fight to the bitter endzijn leven wagen • risk one's lifebij leven en welzijn • if all is welliets in leven houden • keep something alivenog in leven zijn • be still alivein leven blijven • stay/keep aliveiemand naar het leven staan • be after someone's bloodom het leven komen • lose one's life, be killediemand om het leven brengen • kill someoneop gewelddadige wijze om het leven komen • meet (with) a violent deathhet leven van alle dag • everyday liferennen alsof je leven ervan afhangt • run for one's lifezijn leven niet (meer) zeker zijn • be not safe here (anymore)als je leven je lief is • if you value your lifeeen organisatie in het leven roepen • set up an organizationtekenen/schilderen naar het leven • draw/paint from life/natureuit het leven gegrepen • true to life, taken/drawn from (real) lifezijn hele verdere leven • for the rest of his lifezijn leven slijten • spend one's daysdat heb ik nog nooit van mijn leven gezien • I have never seen that in my lifevan zijn leven niet • never (in all my life)heb je van je leven! • well, I never!hij is voor zijn leven invalide • he will be an invalid for the rest of his lifevoor het leven benoemd • appointed for lifeeen lidmaatschap voor het leven • a life membershipvoor het leven getekend • marked for lifeiemand het leven zuur maken • make someone's life a miseryzijn eigen leven leiden • lead one's own life〈 figuurlijk〉 zijn eigen leven gaan leiden • lead/assume a life of its own 〈bijvoorbeeld van verhaal/gerucht〉een gemakkelijk leven hebben • have an easy lifeeen nieuw leven beginnen • turn over a new leafzijn leven beteren • mend one's wayszij heeft geen leven bij die man • that man makes her life a miseryhoe staat het leven? • how's life?een losbandig leven leiden • lead a wild life6 mijn/hun leven lang • all my life/their livesbij/tijdens zijn leven • in/during his lifetime7 het maatschappelijk/het huiselijk leven • public/private lifein het volle leven staan • be in touch with things10 een onderneming nieuw leven inblazen • breathe/inject new life into a firmleven in de brouwerij brengen • stir/liven things up, get things goinger kwam leven in de brouwerij • things were beginning to liven upiets/iemand weer tot leven brengen • bring something/someone to life again¶ een bruin leven • a good/an easy lifehij heeft ook het eeuwige leven niet • he won't last for everde bescherming van het ongeboren leven • protection of the unborn child————————leven22 [met betrekking tot zaken/voorstellingen] live (on)3 [zich voeden] live on4 [zijn dagen doorbrengen] live5 [zich gedragen] live♦voorbeelden:mens, durf te leven • come on, live a littlehij heeft niet lang meer te leven • he has not long to liveeeuwig leven • live eternallyen zij leefden nog lang en gelukkig • and they lived happily ever afterlanger leven dan iemand • outlive someonehaar ouders leven niet meer • her parents are no longer aliveleef je nog? • are you still alive?in leven en sterven • till death do us part〈 figuurlijk〉 te weinig om te leven en te veel om te sterven • hardly sufficient to keep body and soul togetherhij weet van voren niet dat hij van achteren leeft • 〈 aartsdom〉 he is not all there; 〈 de kluts kwijt〉 he's completely at sixes and sevensbij veel mensen leeft het idee … • many people still have the idea …leeft die vaas nog? • is that vase still in one piece?de kermis leeft niet meer bij de mensen • fun fairs no longer appeal to peoplewat er leeft binnen de organisatie • what is going on inside the organizationmet deze man is/valt niet te leven • you can't live with that manin angst leven • live in fearmet iemand in vrede leven • live in peace with someonewe leven toch in een vrij land? • it's a free country, isn't it?naar iets toe leven • look forward to somethingstil gaan leven • retirezij leven langs elkaar heen • they have little to say to each othergoed kunnen leven • be comfortably offzij kan er goed van leven • she can live well from itzij moet ervan leven • she has to live on ithij heeft genoeg om van te leven • he has enough to get byvan dit vak kun je niet leven • you can't make a living out of this tradeleve de koningin! • long live the Queen!deze romanpersonages leven • these characters are true to lifeweten wat er leeft onder de bevolking • know what people are thinkingII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [een leven leiden] live♦voorbeelden:1 een eenzaam leven leven • lead a solitary/lonely life -
40 maat
I 〈de〉2 [eenheid] measure3 [gematigdheid] moderation♦voorbeelden:in belangrijke mate • to a considerable extentin niet geringe mate • to no small extent/degreeextra grote maten • outsizesin hoge mate • greatly, highly, to a great degree, to a large extentincourante maten • off-sizesin meerdere of mindere mate • to a greater or lesser extentin ruime mate • in great measurein toenemende mate • increasingly, more and morein voldoende mate • sufficientlyin welke mate …? • to what extent/degree …?in zekere mate • to a certain extent/degreede maat van iets bepalen/nemen • measure something, take the measurements of somethingmaat elf hebben/dragen • take/wear (a) size elevenwelke maat hebt u? • what size do you take?iemand de maat nemen • take someone's measure(ments)neem maar een maat groter • try a size bigger/larger〈 figuurlijk〉 onder de maat blijven • not come up to scratch/expectationsiets op maat snijden/zagen • cut/saw (down) to sizematen voor droge en natte waren • dry and liquid measureszij weten geen maat te houden • they don't know where to draw the linealles met mate • everything in moderation(geen) maat kunnen houden • be (un)able to keep time〈 figuurlijk〉 in/uit de maat lopen • march in time/out of time, (not) keep stepop de maat van de muziek dansen • dance to the (beat of the) musictegen de maat in • against the beatuit de maat zijn • be off one's stroke, be out of timeII 〈 de (mannelijk)〉
См. также в других словарях:
Keep — (k[=e]p), v. t. [imp. & p. p. {Kept} (k[e^]pt); p. pr. & vb. n. {Keeping}.] [OE. k[=e]pen, AS. c[=e]pan to keep, regard, desire, await, take, betake; cf. AS. copenere lover, OE. copnien to desire.] 1. To care; to desire. [Obs.] [1913 Webster] I… … The Collaborative International Dictionary of English
keep — [kiːp] verb kept PTandPP [kept] 1. [transitive] to store something that will be useful: • The Credit Reference Agency keeps files on individuals debt records. • You should keep a supply of forms. 2 … Financial and business terms
Keep — Keep, v. i. 1. To remain in any position or state; to continue; to abide; to stay; as, to keep at a distance; to keep aloft; to keep near; to keep in the house; to keep before or behind; to keep in favor; to keep out of company, or out reach.… … The Collaborative International Dictionary of English
keep — vb 1 Keep, observe, celebrate, solemnize, commemorate are comparable when they mean to pay proper attention or honor to something prescribed, obligatory, or demanded (as by one s nationality, religion, or rank), but they vary widely in their… … New Dictionary of Synonyms
keep — [kēp] vt. kept, keeping [ME kepen < OE cœpan, to behold, watch out for, lay hold of, akin to MLowG kapen, ON kopa, to stare at < ? IE base * ĝab , to look at or for] 1. to observe or pay regard to; specif., a) to observe with due or… … English World dictionary
keep — ► VERB (past and past part. kept) 1) have or retain possession of. 2) retain or reserve for use in the future. 3) put or store in a regular place. 4) (of a perishable commodity) remain in good condition. 5) continue in a specified condition,… … English terms dictionary
Keep — Keep, n. 1. The act or office of keeping; custody; guard; care; heed; charge. Chaucer. [1913 Webster] Pan, thou god of shepherds all, Which of our tender lambkins takest keep. Spenser. [1913 Webster] 2. The state of being kept; hence, the… … The Collaborative International Dictionary of English
keep — keep; green·keep·er; house·keep; house·keep·er; keep·able; keep·er·ing; keep·er·ship; keep·sake; store·keep; keep·er; … English syllables
Keep — 〈f. 20; Seemannsspr.〉 Kerbe, Rille * * * Keep, die; , en [aus dem Niederd. < mniederd. kēp, wohl verw. mit ↑ kappen] (Seemannsspr.): Rille, Kerbe (in einer Boje, einem Block, Mast o. Ä.), die einem darumgelegten Tau Halt gibt. * * * I Keep … Universal-Lexikon
keep — I (continue) verb be constant, be steadfast, carry forward, carry on, endure, extend, forge ahead, go on, keep going, last, lengthen, live on, maintain, move ahead, never cease, perpetuate, perseverare, persevere, persist, press onward, progress … Law dictionary
keep — The construction keep + object + from + ing verb is idiomatic in current English: • His hands held flat over his ears as if to keep his whole head from flying apart Martin Amis, 1978. The intransitive use of keep + from + ing verb is recorded in… … Modern English usage