-
61 ace up one's sleeve
-
62 ace
n. specialist; kampioen; aas (bij kaarten); begin slag zonder reactie (bij tennis)--------v. een ster zijn, de winner zijn; punt scoren door opslag die niet kan worden teruggespeeld[ ees]♦voorbeelden: -
63 at/behind the wheel
at/behind the wheelaan het roer/stuur, achter het stuur; 〈 figuurlijk〉 aan de leiding -
64 at/on/upon the heels
at/on/upon the heelsop de hielen, vlak achter -
65 back of
back of -
66 backboard
-
67 bang up
-
68 bang
adv. klap, dreun; met lawaai--------interj. boem!--------n. slag; geluid van een explosie; harde slag, dreun; verdovend middel, hennep--------v. slaan, treffen; voortdurend lawaai maken; opzettelijk lawaai maken; een speciale haardracht ("pony") maken waarbij het voorhoofd zichtbaarder wordt; (Agressieve Slang) deelnemen aan geslachtsgemeenschap, een paar vormenbang1[ bæng] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 klap ⇒ dreun, slag2 knal ⇒ ontploffing, schot3 plotselinge inspanning/energie♦voorbeelden:3 start off with a bang • hard aan het werk gaan/van stapel lopen————————bang2♦voorbeelden:bang into someone • iemand toevallig ontmoeten→ bang away bang away/II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 stoten ⇒ bonzen, botsen2 dichtgooien/smijten♦voorbeelden:→ bang out bang out/————————bang3〈 bijwoord〉1 precies ⇒ pats, vlak2 plof ⇒ boem, paf♦voorbeelden:〈 informeel〉 bang on • precies goed/raakbang on time • precies op tijdbang went another million • nog een miljoen naar de maancome bang up against (something) • stuiten op (iets)————————bang41 boem! ⇒ pats!, pang! -
69 bar
n. stang; tralie; tussenschot; wegversperring; salon; bar--------prep. zonder; behalve---------v. op slot doen, sluiten; versperrenbar1[ ba:]♦voorbeelden:bar of gold • baar goudbar of soap • stuk zeep4 a medal with a bar on the ribbon • een medaille met een balk/gesp op het lint→ horizontal horizontal/, parallel parallel/♦voorbeelden:be tried at (the) bar • in openbare terechtzitting berecht wordenIII 〈zelfstandig naamwoord; meestal Bar; the; werkwoord enkelvoud of meervoud〉♦voorbeelden:————————bar2〈werkwoord; barred〉♦voorbeelden:2 bar oneself in/out • zichzelf binnen/buitensluiten————————[ ba:ring] 〈 voorzetsel〉♦voorbeelden:all bar one • alle(n) op één nabar none • zonder uitzondering -
70 barricade
n. versperring, hindernis--------v. barricade, versperringbarricade1[ bærikkeed, bærikkeed] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————barricade2〈 werkwoord〉1 barricaderen ⇒ versperren, afzetten♦voorbeelden: -
71 be at the back of someone
be at the back of someone -
72 be backward in one's studies
be backward in one's studies -
73 be behind schedule
be behind scheduleachter liggen op het schema, vertraging hebben -
74 be behind with the rent
be behind with the rent -
75 be behindhand in paying one's bills
be behindhand in paying one's billsEnglish-Dutch dictionary > be behindhand in paying one's bills
-
76 be behindhand with one's work
be behindhand with one's work -
77 be in arrears
achterop/achter zijn 〈 met betaling〉 -
78 be nowhere
-
79 be over the hump
be over the hump -
80 be put behind bars
be put behind bars
См. также в других словарях:
Achter — (von acht) steht für: Achter (Rudern), ein Ruderboot mit acht Ruderern plus Steuermann Achter Canadier, ein Kanu für acht Paddler plus Steuermann Achter (Fußball), eine Spielposition im Fußball Achterknoten, einen Knoten, zum Anseilen beim… … Deutsch Wikipedia
achter — Adv hinter per. Wortschatz ndd. (10. Jh., Standard 18. Jh.), mndd. achter, mndl. achter, nndl. achter Stammwort. Niederdeutsch für after, seit dem 18. Jh. auch in hochdeutschen Texten. After, aber. deutsch s. After … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
achter — »hinter«: Das aus der nordd. Seemannssprache übernommene Wort (mnd. achter) ist die niederd. Entsprechung von hochd. after »hinter« (vgl. ↑ After) … Das Herkunftswörterbuch
Achter [1] — Achter, 1) sonst in SDeutschland so v.w. Achtkreuzerstücke; 2) früher in Sachsen die anspachschen Mariengroschen; 3) die königl. sächs. Achtpfennigstücke; 4) (Jagdw.), so v.w. Achtender; 5) (Bergw.), so v.w. Achtstündner; 6) ein Zirkel der… … Pierer's Universal-Lexikon
Achter [2] — Achter (Seew.), so v.w. hinter; daher Achtersteven, so v.w. Hintersteven … Pierer's Universal-Lexikon
Ächter — Ächter, s. Acht … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Achter — Achter, der plattdeutsche Ausdruck für hinter, z. B. Achtersteven, soviel wie Hintersteven … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Achter — (niederd.), hinter. Achteraus, hinter dem Schiffe, nach hinten. Achterdeck, der hintere Teil des Oberdecks, auf Segelschiffen beim Großmast beginnend, bis zum Heck reichend. Achterlastig, s. Lastigkeit. Achterlich, von hinten kommend, z.B.… … Kleines Konversations-Lexikon
achter... — achter... [niederdeutsch, von englisch after »hinter«, »nach«], Seemannssprache: hinter , besonders bei Schiffen, z. B. Achterdeck, das hintere Deck; achtern, von mittschiffs nach hinten … Universal-Lexikon
achter — [Network (Rating 5600 9600)] Auch: • achte • achtes … Deutsch Wörterbuch
Achter — Acht (umgangssprachlich); Seitenschlag * * * ạch|te(r, s) 〈Adj.; Ordinalzahl zu „acht“; 〉 der/die/das dem siebten Folgende ● 〈Kleinschreibung〉 das achter Mal; der achter Januar; 〈Großschreibung〉 er war der Achte, der bestraft wurde; er ist der… … Universal-Lexikon