-
1 fréquenter
-
2 souvent
souvent [soevã]〈 bijwoord〉♦voorbeelden:plus souvent qu'à mon tour • veel te vaak, meer dan me lief isadv -
3 absentéiste
absentéiste [aapsãtee.iest]〈m. & v.〉m/fiemand die vaak verzuimt, spijbelaar -
4 couramment
-
5 usité
-
6 absence
absence [aapsãs]〈v.〉1 afwezigheid ⇒ gemis, gebrek♦voorbeelden:briller par son absence • schitteren door afwezigheidil a souvent des absences • hij is er vaak niet bij met z'n gedachtenf1) afwezigheid, gebrek -
7 acolyte
-
8 air
air [er]〈m.〉2 wind3 uiterlijk ⇒ voorkomen, houding, manieren4 wijsje ⇒ lied, melodie, deuntje♦voorbeelden:air conditionné • airconditioningêtre libre comme l'air • zo vrij zijn als een vogeltje in de luchten plein air, au grand air • in de open luchtelle a besoin de changer d'air • ze moet er even uitdonner de l'air, mettre à l'air • luchtens'élever dans l'air, les airs • opstijgenon manque d'air ici • het is hier benauwd〈 informeel〉 avec un air de dire … • met zo'n gezicht van …, zo met een gezicht van …il y a de la bagarre dans l'air • er zit ruzie in de luchtidées dans l'air • eigentijdse ideeënbâtir en l'air • luchtkastelen bouwence sont des contes en l'air • dat is uit de lucht gegrepen〈 argot〉 s'envoyer en l'air • neuken, vrijen〈 informeel〉 envoyer, flanquer, foutre en l'air • wegdoen, -gooien, -smijtenparler en l'air • in het wilde weg pratenavoir toujours un pied en l'air • altijd druk in de weer zijn, opgewonden zijnpromesses en l'air • vage beloftenregarder en l'air • omhoog kijkenêtre une tête en l'air • verstrooid, vergeetachtig zijnavoir (un) grand air • stijl hebben, er voornaam uitzienil a un drôle d'air • hij ziet er vreemd uitil a un faux air de qn. que je connais • hij lijkt een beetje op iemand die ik kenprendre de grands airs (avec qn.) • verwaand, hooghartig zijn (jegens iemand)ça en a tout l'air • het ziet er wel naar uitavoir l'air (de) • lijken, schijnen, er uitziensans avoir l'air de rien • alsof er niets aan de hand isprendre un air • een (voorname) houding aannemenprendre des airs • een hooghartige houding aannemend' un air décidé • vastbesloten4 il en a l'air et la chanson • hij, het lijkt niet alleen zo, hij, het is ook zoairs à boire • drinkliederenairs de danse • dansliederenm1) lucht2) wind3) sfeer4) voorkomen, uiterlijk5) deuntje -
9 ambiguïté
-
10 appétit
appétit [aapeetie]〈m.〉1 trek ⇒ eetlust, honger♦voorbeelden:bon appétit! • smakelijk eten!manger de bon appétit • met smaak etendonner de l'appétit • hongerig makenouvrir l'appétit à qn. • iemands eetlust opwekkenrester sur son appétit • niet aan zijn trekken gekomen zijncela m'a mis en appétit • dat heeft mij zin gegevenl'appétit du pouvoir • de zucht naar macht1. meetlust, honger2. appétitsm plbegeerte, behoefte -
11 applaudissement
applaudissement [aaploodiesmã]〈m., vaak meervoud〉= applaudissements; m (pl)1) applaus, toejuiching2) bijval, goedkeuring -
12 autorité
autorité [ootorrietee]〈v.〉1 gezag ⇒ autoriteit, macht♦voorbeelden:faire autorité • gezaghebbend zijn, als norm geldend' autorité • zo maarde sa propre autorité • op eigen gezagavoir de l'autorité sur qn. • macht over iemand hebben1. fgezag, autoriteit, macht2. autoritésf plgezagsdragers, autoriteiten, overheid -
13 beaucoup
beaucoup [bookoe]〈 bijwoord〉1 veel ⇒ zeer, heel♦voorbeelden:c'est déjà beaucoup • dat is al heel watc'est beaucoup dire • dat is kras gezegdêtre beaucoup pour qn. • veel voor iemand betekenenil s'en faut de beaucoup • dat scheelt veelbeaucoup sont de notre avis • veel mensen zijn het met ons eensils travaillent beaucoup • ze werken hardbeaucoup mieux • veel beterbeaucoup trop • veel te veelavoir beaucoup de choses à faire • veel te doen hebbenbeaucoup de gens • veel mensende beaucoup • verreweg, veruitil y est pour beaucoup • het is in grote mate aan hem te dankenmerci beaucoup • dank u zeeradv(de)1) veel2) zeer, heel -
14 bien
bien1 [bjẽ]〈m.〉1 weldaad ⇒ (het) goede, welzijn, welvaart2 bezit(ting) ⇒ vermogen, goed♦voorbeelden:1 un homme de bien • een fatsoenlijk, integer manle bien commun, général, public • het algemeen welzijngrand bien vous fasse! • wel bekome het u!le souverain bien, le bien suprême • het opperste goed, gelukdire du bien de qn., parler en bien de qn. • gunstig over iemand sprekenc'est un bien • dat is een gelukfaire le bien • goed doen, charitatief zijnce voyage lui fait beaucoup de bien • die reis doet hem heel goedcela fait du bien • dat doet een mens goedprendre son bien où on le trouve • je toe-eigenen wat van je gading isvouloir le bien de qn. • het beste met iemand voorhebbenmener qc. à bien • iets tot een goed einde brengenchanger qc. en bien • iets ten goede veranderenen tout bien tout honneur • in alle eer en deugdpour son bien • voor zijn eigen bestwil2 biens de consommation • verbruiksgoederen, consumptiegoederenbiens de famille • familiebezitbiens vacants • onbeheerde goederenavoir du bien • vermogend zijnavoir des biens au soleil • onroerende goederen, land bezitten————————bien2 [bjẽ]〈bijwoord; ook bijvoeglijk naamwoord, tussenwerpsel〉1 goed ⇒ wel, mooi, fatsoenlijk2 zeer ⇒ veel, erg4 werkelijk ⇒ echt, zeer zeker5 〈 als uitroep〉wel! ⇒ welnu!♦voorbeelden:1 avoir l'air bien • er goed, mooi uitzienun homme bien • een betrouwbaar manun type bien • een aardige ventse conduire bien • zich netjes gedragenêtre bien avec qn. • goed met iemand kunnen opschietenfaire bien • juist handelen, goed passen, goed staanfaire bien (de) • er goed aan doen (om)ça fait bien de parler anglais • het staat goed als je Engels spreektc'est bien fait! • net goed!c'est bien fait pour lui! • dat is z'n verdiende loon!on mange bien ici • je kunt hier lekker etennous sommes bien ici • we voelen ons hier lekkerça va bien? • gaat het goed?〈 schertsend〉 nous voilà bien! • nou zitten we mooi in de puree!tant bien que mal • zo goed en zo kwaad als het gaatni bien ni mal • tamelijk goed2 bien blanc • helemaal wit, spierwitelle est bien jeune pour voyager seule • ze is wel heel jong om alleen te reizenbien sûr • natuurlijkbien souvent • heel vaakbien d' autres • vele anderenil en a vu bien d' autres • hij heeft heel wat meegemaakt〈 België〉 assez bien de • heel wat, veelbien de, bien des • heel wat, (heel) veeldepuis bien des années • sinds vele jarenil part bien demain? • hij vertrekt toch morgen?5 il le fait bien, pourquoi pas moi? • hij doet het toch ook, waarom ik dan niet?j'irais bien avec vous • ik zou wel met u mee willennous verrons bien • we zullen wel zienvouloir bien • wel willenou bien • ofweleh bien! • welnu!si bien que • zodat1. m1) (het) goede, welzijn2) bezit(ting), vermogen2. adj, advgoed, mooi, fatsoenlijk3. adv1) zeer, veel, erg2) heel veel, ruimschoots3) werkelijk, echt4. bien queconj5. interj -
15 brasseur
brasseur [braasur],brasseuse [braaseuz]〈m., v.〉2 schoolslagzwemmer, -zwemster♦voorbeelden:m (f - brasseuse)1) bierbrouwer/-wster2) schoolslagzwemmer/-mster -
16 campus
-
17 capitaine
capitaine [kaapieten]〈m.〉1 kapitein♦voorbeelden:le capitaine des pompiers • de brandweercommandantle capitaine de, du port • de havenmeestercapitaine de vaisseau • kapitein-ter-zeecapitaine marchand • kapitein bij de koopvaardijm1) kapitein2) bevelhebber3) aanvoerder [sport] -
18 cigale
-
19 circonstance
circonstance [sierkõstãs]〈v.〉♦voorbeelden:dans la circonstance • bij deze gelegenheidde circonstance • gelegenheids-pour la circonstance • voor deze gelegenheid→ concoursf1) omstandigheid, situatie2) gelegenheid, geval -
20 ciseau
ciseau [siezoo]〈m.〉2 beitel♦voorbeelden:une paire de ciseaux • een schaarciseau de menuisier • houtbeitel1. m 2. ciseauxm pl1) schaar2) schaarbeweging [gymnastiek]
См. также в других словарях:
VAAK — ICAO Airportcode f. Akola (India) … Acronyms
VAAK — ICAO Airportcode f. Akola ( India) … Acronyms von A bis Z
vaak genoeg — nofotron … Woordenlijst Sranan
Guru — For other uses, see Guru (disambiguation). A guru (Sanskrit: गुरु) is one who is regarded as having great knowledge, wisdom, and authority in a certain area, and who uses it to guide others (teacher). Other forms of manifestation of this… … Wikipedia
Rien Poortvliet — (august 7 1932 – september 15 1995) was a Dutch draughtsman and painter.Born in Schiedam, he was best known for his [http://images.google.com/images?hl=en q=Rien+Poortvliet btnG=Search+Images gbv=2 drawings] of animals and for Gnomes in the… … Wikipedia
Akola Airport — Infobox Airport name = Akola Airport nativename = nativename a = nativename r = image width = caption = image2 width = caption2 = IATA = AKD ICAO = VAAK type = Public owner = Government of India operator = Airports Authority of India owner oper … Wikipedia
Sandmann — Vilhelm Pedersen: Ole Lukøje, Illustration zu Andersens Märchen Der Sandmann ist eine in der westeuropäischen Mythologie angesiedelte Sagengestalt. Nach der Überlieferung besucht er des Abends die Kinder, streut Schlaf bewirkenden Sand in ihre… … Deutsch Wikipedia
Fag — Fag, v. i. [imp. & p. p. {Fagged} (f[a^]gd); p. pr. & vb. n. {Fagging} (f[a^]g g[i^]ng).] [Cf. LG. fakk wearied, weary, vaak slumber, drowsiness, OFries. fai, equiv. to f[=a]ch devoted to death, OS. f[=e]gi, OHG. feigi, G. feig, feige, cowardly,… … The Collaborative International Dictionary of English
Fagged — Fag Fag, v. i. [imp. & p. p. {Fagged} (f[a^]gd); p. pr. & vb. n. {Fagging} (f[a^]g g[i^]ng).] [Cf. LG. fakk wearied, weary, vaak slumber, drowsiness, OFries. fai, equiv. to f[=a]ch devoted to death, OS. f[=e]gi, OHG. feigi, G. feig, feige,… … The Collaborative International Dictionary of English
Fagging — Fag Fag, v. i. [imp. & p. p. {Fagged} (f[a^]gd); p. pr. & vb. n. {Fagging} (f[a^]g g[i^]ng).] [Cf. LG. fakk wearied, weary, vaak slumber, drowsiness, OFries. fai, equiv. to f[=a]ch devoted to death, OS. f[=e]gi, OHG. feigi, G. feig, feige,… … The Collaborative International Dictionary of English
To fag out — Fag Fag, v. i. [imp. & p. p. {Fagged} (f[a^]gd); p. pr. & vb. n. {Fagging} (f[a^]g g[i^]ng).] [Cf. LG. fakk wearied, weary, vaak slumber, drowsiness, OFries. fai, equiv. to f[=a]ch devoted to death, OS. f[=e]gi, OHG. feigi, G. feig, feige,… … The Collaborative International Dictionary of English