-
1 trein
♦voorbeelden:de trein halen • avoir son trainde trein missen • manquer son trainde trein rijdt het station binnen • le train entre en garein de trein stappen • monter dans le trainmet de trein gaan • aller en trainiemand op de trein zetten • mettre qn. dans le trainper trein reizen • voyager en trainverzending per trein • expédition par chemin de feruit de trein stappen • descendre du trainiemand van de trein gaan halen • aller chercher qn. à la garezich voor de trein gooien • se jeter sous le traindat loopt als een trein • ça marche comme sur des roulettes; 〈 verkoop〉 ça se vend comme des petits pains -
2 sleur
♦voorbeelden:de sleur (door)breken • sortir de l'ornièreiemand uit de sleur van het dagelijkse leven halen • arracher qn. au train-train quotidien -
3 bezig
2 [bedrijvig] occupé♦voorbeelden:1 waar zijn we eigenlijk mee bezig? • vous rendez-vous compte de ce que nous sommes en train de faire?hij is altijd bezig met zijn school • il ne pense qu'à son écolede hele dag met iets bezig zijn • 〈 werken〉 passer sa journée à faire qc.; 〈 denken〉 penser toute la journée à qc.bezig zijn met • être occupé à 〈+ onbepaalde wijs of zelfstandig naamwoord〉; être en train de 〈+ onbepaalde wijs〉→ link=bij bij -
4 zijn
zijn11 [algemeen] être3 [gebeuren] arriver4 [+ van][behoren aan] être (à, de)5 [bezig zijn met] être en train de6 [bedragen] s'élever (à)7 [weersgesteldheid] faire8 [leeftijd] avoir♦voorbeelden:1 〈 bijbel〉 God zei: ‘daar zij licht’. En daar was licht • Dieu dit: ‘que la lumière soit’. Et la lumière futdie man is er geweest • 〈 heeft het hoogstwaarschijnlijk niet overleefd〉 cet homme ne va pas s'en tirer; 〈 is gestorven〉 cet homme n'est pluser zijn mensen die … • il y a des gens qui …bang zijn • avoir peurdaar is niets van waar • il n'y a pas un mot de vrai là-dedansdat is te doen • c'est faisablehij is geprezen (geworden) • il a été approuvédat kan wel (zo) zijn • c'est bien possibledat boek is overal te krijgen • ce livre se trouve partouthij is uitgegaan • il est sortihet is maar dat je het weet • à titre d'informationhet is laat • il est tardhet is avond • c'est le soirhet was op een woensdag • c'était un mercredihet is woensdag vandaag • nous sommes mercredizij het • cependantdat is 'm • c'est luiwat is er? • qu'est-ce qu'il y a?〈bijv. in café〉 wat zal het zijn? • et pour Monsieur, Madame?er was eens een koning … • il était une fois un roi …hoe was dat ook weer? • comment était-ce encore?als het ware • pour ainsi direals ik jou was, zou ik … • (si j'étais) à ta place, je …zij het dat … • bien que …,het is of ik hem meer gezien heb • il me semble que je l'ai déjà vuben ik? • c'est à moi?2 hoe ver ben je? • où en es-tu?waar is hij nu toch? • mais où est-il (donc)?er was vroeger iets tussen die twee • il s'est passé qc. entre eux autrefoishet zij zo • soit4 van wie is dat potlood? • à qui est ce crayon?van welke auteur is dat boek? • de quel auteur est ce livre?wij zijn met de trein • nous sommes venus en train————————zijn21 [bijvoeglijk gebruikt]son, sa, ses2 [zelfstandig gebruikt]le sien, la sienne♦voorbeelden:te zijner tijd • en temps utilehet zijne ervan zeggen • donner son avishij wilde er het zijne van weten • il voulut en avoir le coeur net -
5 achterstel
-
6 achterstel
-
7 de alledaagse sleur
de alledaagse sleur -
8 extratrein
-
9 het reilen en zeilen van zijn huishouden
het reilen en zeilen van zijn huishoudenDeens-Russisch woordenboek > het reilen en zeilen van zijn huishouden
-
10 iemand uit de sleur van het dagelijkse leven halen
iemand uit de sleur van het dagelijkse leven halenarracher qn. au train-train quotidienDeens-Russisch woordenboek > iemand uit de sleur van het dagelijkse leven halen
-
11 laat
♦voorbeelden:het wordt laat • il se fait tardwordt het laat? • tu rentres tard?; 〈 lang duren〉 cela va-t-il durer longtemps?hoe laat is het? • quelle heure est-il?hoe laat? • à quelle heure?vragen hoe laat het is • demander l'heurehet is te laat om de trein te halen • il est trop tard pour attraper le trainzo en zo laat • à telle heurelaat in de ochtend • en fin de matinéelaat in de nacht • tard dans la nuitlaat op de dag • tard dans la journéelaat Latijn • bas latineen late Pasen • des Pâques tardiveshet laat maken • s'attarderschandelijk laat • à une heure indueneemt u me niet kwalijk dat ik te laat ben • veuillez excuser mon retardte laat komen • arriver en retardte laat komen voor de trein • rater son train〈 figuurlijk〉 is het weer zo laat? • tu recommences? -
12 met de trein gaan
-
13 reilen
♦voorbeelden:het reilen en zeilen van zijn huishouden • le train(-train) de son ménage -
14 slentergang
-
15 staan
1 [m.b.t. personen, dieren] être debout2 [op steunpunten rusten] se trouver3 [in een toestand, hoedanigheid zijn] être4 [passen, kleden] aller (à qn.)5 [opgetekend, gedrukt zijn] figurer6 [+ op; + onbepaalde wijs][weldra zullen] être sur le point (de)7 [gericht zijn] être dirigé (vers)8 [bij voortduring met iets bezig zijn] être en train (de)10 [stilstaan] rester immobile11 [onaangeroerd zijn] rester intact12 [niet wijken] résister (à)♦voorbeelden:ga er maar aan staan! • essaie un peu!gaan staan • se leverergens aan gaan staan • attaquer qc.ergens onverwacht voor komen te staan • se trouver subitement confronté à qc.iemand laten staan • laisser qn. deboutik kan niet lezen wat daar staat • je ne peux pas lire ce qui est écritovereind staan • se tenir deboutrechtop staan • se tenir droit〈 figuurlijk〉 achter iets staan • soutenir qc.die gebeurtenis staat geheel op zichzelf • cet événement est totalement isoléje staat op mijn tenen • tu me marches sur le piedop zijn tenen staan • être sur la pointe des pieds〈 figuurlijk〉 voor iemand staan • défendre la cause de qn.voor zijn mening staan • défendre son opinion〈 figuurlijk〉 ergens alleen voor staan • être seul face à qc.de kerk staat midden in het dorp • l'église se trouve au milieu du villagedeze stoel staat op drie poten • cette chaise repose sur trois piedshet eten staat op tafel • le repas est sur la tablealleen staan • être seulde kansen staan goed • les chances sont bonneshet water staat hoog • la marée est hauteleeg staan • être inoccupéde bloemen staan er mooi bij • les fleurs sont belleshaar gezicht staat vrolijk • elle a un visage réjouihet staat geschreven • c'est écriter goed bij staan • prospérerzoals de zaken ervoor staan • au point où en sont les chosesergens middenin staan • participer activement à qc.〈 figuurlijk〉 iemand na staan • être proche de qn.buiten iets staan • être en dehors de qc.in zijn twee staan • être en secondezij staat derde in het klassement • elle est troisième au classementde tranen staan hem in de ogen • il a les larmes aux yeuxonder iemand staan • être sous les ordres de qn.de verwarming staat op 18° • le chauffage est à 18°ergens sceptisch tegenover staan • être sceptique à l'égard de qc.7 staat tot 14 als 8 staat tot 16 • 7 est à 14 ce que 8 est à 16dat stáát niet • ça ne va pasdat kapsel staat u goed • cette coiffure vous va bienhet staat niet in van Dale • (le) Van Dale ne le mentionne paswat staat er in de krant? • qu'y a-t-il dans le journal?het staat op haar naam • c'est à son nom7 de zon staat 's middags op deze kamer • l'après-midi, le soleil donne dans cette pièceergens van staan kijken • être très étonné par qc.staan luisteren • être en train d'écouterzich staan te vervelen • s'ennuyerze staat al een uur te wachten • ça fait une heure qu'elle attend(iets) tot staan brengen • arrêter (qc.)sta of ik schiet! • halte ou je tire!laat staan dat … • sans parler de …zijn eten laten staan • ne pas toucher à son repasde alcohol laten staan • ne plus boire (d'alcool)zijn baard laten staan • se laisser pousser la barbeer staat nog wat van gisteren • il en reste encore un peu d'hier12 ervoor staan • être prêt à affronter qc.zij staat voor niets • elle ne recule devant rienhij staat op goede manieren • il exige de bonnes manièreser staat heel wat te doen • il y a encore beaucoup à fairezij ziet hem niet staan • il n'existe pas pour elle -
16 sukkeldrafje
♦voorbeelden: -
17 sukkelgangetje
♦voorbeelden: -
18 vaart
♦voorbeelden:in volle vaart • à toute allurein, met volle vaart tegen iets oprijden • heurter qc. à pleine vitessemet volle vaart rijden • conduire à toute allurein volle vaart doorrennen • courir sur sa lancéevaart geven • donner de la vitessewat meer vaart geven • pousser la vitesseveel vaart hebben • aller à grande vitesseweinig vaart hebben • aller à petite vitessede vaart erin houden • ne pas laisser traîner les choseshet zal zo'n vaart niet lopen • cela n'ira pas jusque-làvaart maken • filer bon trainvaart minderen • ralentirvaart zetten • reprendre de la vitesseergens vaart achter zetten • activer les chosesiets in zijn vaart stuiten • freiner l'élan de qc.de kleine vaart • le cabotagede wilde vaart • le trampingeen schip in de vaart brengen • lancer un navireveel schepen in de vaart hebben • avoir une grande flottede vaart op Spanje • la navigation pour l'Espagneeen schip uit de vaart halen • désarmer un navire -
19 zitten
1 [algemeen] être2 [+ onbepaalde wijs][bezig zijn met] être en train de3 [m.b.t. kleding] aller4 [+ op][lid zijn van, beoefenen] faire (de qc.)5 [gevangen gehouden worden] faire de la taule♦voorbeelden:het blijft niet zitten • cela ne tient paser eens voor gaan zitten • 〈 ergens werk van maken〉 s'y mettre; 〈 de tijd nemen〉 prendre son temps (pour)hoe zit dat in elkaar? • 〈 juiste toedracht〉 qu'est-ce qu'il en est exactement?; 〈m.b.t. mechanisme〉 comment est-ce que cela fonctionne?daar zit 'm de moeilijkheid • voilà le hicergens heel aardig zitten • être très bien qp.〈 figuurlijk〉 er zit iets achter • il y a qc. là-dessoushet zit er (dik) in • il y a (bien) des chanceshet zit er dik in dat … • il y a gros à parier que …er zit niets anders op dan … • il n'y a rien d'autre à faire que de … 〈+ onbepaalde wijs〉dat zit wel goed • pas de problèmeshet zit los • cela ne tient paszit stil! • ne bouge pas!hij zit altijd thuis • il ne sort jamais de chez luiwaar zit hij toch? • où peut-il bien être?aan het raam zitten • être à la fenêtreaan tafel zitten • être à tableaan de koffie zitten • être en train de prendre le café〈 figuurlijk〉 ik zit al een uur boven mijn opstel • cela fait déjà une heure que je travaille à ma rédactionin het bestuur zitten • être membre du comitéin het derde jaar zitten • être en troisième annéenog in de kleine kinderen zitten • avoir encore des enfants en bas âgehet zit in de familie • c'est dans la familleonder de verf zitten • être couvert de peintureop een kantoor zitten • travailler dans un bureauop school zitten • aller à l'écoleer zit een vlek op je jurk • il y a une tache sur ta robe〈 met een gebaar naar de keel〉 het zit me tot hier! • j'en ai jusque-là!zit! • assis!die stoel zit lekker • cette chaise est confortablehet zit eraan te komen • ça vientwegens diefstal zitten • être en prison pour volwij zijn (hier) blijven zitten • nous sommes restés iciergens mee blijven zitten • ne pas arriver à se débarrasser de qc.op school blijven zitten • redoubler une classe〈 figuurlijk〉 laat maar zitten • 〈doe niets; ook m.b.t. gesprek〉 laisse(z) tomber; 〈m.b.t. wisselgeld〉 garde(z) la monnaiehij heeft zijn vrouw laten zitten • il a abandonné sa femme〈 figuurlijk〉 het er niet bij laten zitten • 〈 er werk van maken〉 s'occuper de qc.; 〈 iemand belonen〉 exprimer sa gratitudeiets niet op zich laten zitten • ne pas accepter qc.die zit! • 〈 rake opmerking〉 c'est bien envoyé!daar zit het hem niet in • ce n'est pas çadaar zit wat in • il y a du vrai là-dedans〈 figuurlijk〉 en als dat gebeurt, dan zit je • et si cela arrive, te voilà dans le pétrinerdoorheen zitten • n'en plus pouvoirhet zit erop • voilà une bonne chose de faite!de vakantie zit erop • les vacances sont terminéesdat zal hem niet glad zitten • il le payera cherdat idee zit mij niet lekker • cette idée ne me plaît pashet zit dat meisje niet mee • cette fille n'a pas de chancewaar zit het hem in? • à quoi cela tient-il?aan iets zitten • toucher à qc.achter iemand, iets aan zitten • courir après qn., qc.hoe zit het dan met …? • qu'en est-il de …?〈 figuurlijk〉 met iets zitten • ne pas savoir que faire de qc.met een probleem zitten • avoir un problème -
20 expres
1. m(train m) express m2. bwexprès, intentionellement
См. также в других словарях:
train — [ trɛ̃ ] n. m. • XIIe; de traîner I ♦ 1 ♦ Vx File de bêtes de somme qui suivent qqn. Train de mulets. ♢ Mod. File de choses traînées ou entraînées. « Un train de péniches derrière un remorqueur » (Vercel). Train de bois de flottage : troncs d… … Encyclopédie Universelle
Train (militaire) — Ne doit pas être confondu avec Chemin de fer militaire. Dans le vocabulaire militaire, le train désigne une unité spécialisée dans la logistique, le transport (matériel, munitions, ravitaillement…) et l appui au mouvement (circulation… … Wikipédia en Français
Train régimentaire — Train (militaire) Ne doit pas être confondu avec Chemin de fer militaire. Dans le vocabulaire militaire, le train désigne une unité spécialisée dans la logistique, le transport (matériel, munitions, ravitaillement…) et l appui au mouvement… … Wikipédia en Français
train-train — [ trɛ̃trɛ̃ ] n. m. inv. • fin XVIIIe; altér. de trantran « son du cor » (1561 onomat.) sous l infl. de train ♦ Marche régulière sans imprévu. ⇒ routine. « le train train universitaire, d ordinaire si emmitouflé, si routinier dans l habitude et si … Encyclopédie Universelle
Train (band) — Train Origin San Francisco, California, United States Genres Rock, roots rock, pop rock, jam band[1] Years active 19 … Wikipedia
Train order operation — is a system by which the railroads of North America conveyed operating instructions before the days of centralized traffic control, direct traffic control, and the use of track warrants conveyed by radio.Train order operation still exists on a… … Wikipedia
Train Simulator series — Train Simulator (トレインシミュレータ, toreinshimyurēta or abbreviated TS ) is a Japanese train simulation game series produced by Ongakukan. The game is significant as it is was one of the earliest of its kind since the series started in 1995. No versions … Wikipedia
Train Simulator — (jap. トレインシミュレータ, Torein Shimyurēta) ist eine japanische Eisenbahnsimulationsreihe von Ongakukan mit dem Musiker Minoru Mukaiya als Produzenten. Die Serie zählt in seinem Genre zu einer der ersten, da das erste Spiel 1995 erschien. Keines der… … Deutsch Wikipedia
train — TRAIN. s. m. Alleure. Il se dit principalement des chevaux, & autres bestes de voiture. Le train de ce cheval est doux, est incommode. ce cheval va grand train. il se fait tard, allons bon train, grand train. ce cocher nous a menez beau train. On … Dictionnaire de l'Académie française
Train of Thought (canción) — «Train Of Thought (1986)» Sencillo de A ha del álbum Hunting High And Low Formato 7 y 12 Duración (4:11) (Duración de la Canción) Discográfica Warner Bros. Records … Wikipedia Español
Train — Train, n. [F. train, OF. tra[ i]n, trahin; cf. (for some of the senses) F. traine. See {Train}, v.] 1. That which draws along; especially, persuasion, artifice, or enticement; allurement. [Obs.] Now to my charms, and to my wily trains. Milton.… … The Collaborative International Dictionary of English