-
61 met de politie kennis maken
met de politie kennis maken————————entrer en contact avec, qc.————————entrer en contact avec qn., -
62 mijzelf vleiend met een gunstig antwoord
mijzelf vleiend met een gunstig antwoord————————entortiller pour obtenir qc.————————entortiller qn. pour obtenirDeens-Russisch woordenboek > mijzelf vleiend met een gunstig antwoord
-
63 naar
naar1♦voorbeelden:er naar aan toe zijn • être mal en pointik heb me naar gezocht • j'ai cherché comme un fouik heb me naar gelachen • j'étais mort de riredaar word je naar van • c'est à vous soulever le coeur————————naar2〈 voorzetsel〉1 [in de richting van] 〈 plaats van bestemming〉 à⇒ en ⇒ 〈m.b.t. persoon〉 chez ⇒ 〈 in de richting van〉vers, pour2 [volgens het voorbeeld van; overeenkomstig] d'après♦voorbeelden:de weg naar het dorp • le chemin du villagenaar de bakker gaan • aller chez le boulangernaar Frankrijk gaan • aller en Francenaar beneden gaan • descendrenaar boven gaan • monternaar huis gaan • rentrer (chez soi)naar school gaan • aller à l'écolehij keerde zich naar mij • il se tourna vers moinaar iemand toegaan • aller chez qn.naar Amsterdam vertrekken • partir pour Amsterdamnaar voren • en avant2 het ziet er naar uit, dat … • on peut s'attendre à 〈+ zelfstandig naamwoord〉; on peut s'attendre à ce que 〈+ aanvoegende wijs〉de kwaliteit is er dan ook naar • la qualité est en rapport avec le prixdat is er naar • cela dépend→ link=behoren behoren————————naar3〈 voegwoord〉1 à ce que♦voorbeelden:naar men zegt • à ce qu'on dit -
64 niet
niet1♦voorbeelden:II 〈 het〉♦voorbeelden:te niet doen • abolirte niet gaan • disparaître————————niet2〈 bijwoord〉2 [toch, immers] pourtant♦voorbeelden:is 't niet? • pas vrai?ik kan niet komen • je ne peux pas venirals ik me niet vergis • si je ne me trompeik ook niet • moi non pluswaarom niet? • pourquoi pas?niet alleen …, maar ook • non seulement …, mais (encore)het betaalt goed, daar niet van • ça paie bien, là n'est pas le problèmedan niet! • tant pis!niet eens • même pasniet slecht • pas malvolstrekt niet • pas du toutniet dat … • ce n'est pas que …het is lekker, of niet? • c'est bon, n'est-ce pas?2 heb ik het je niet gezegd? • je te l'avais bien dit!hoe vaak heb ik niet gedacht … • j'ai bien souvent pensé …wat heb ik hen niet dikwijls gewaarschuwd • et pourtant je les ai souvent avertisniet waar? • n'est-ce pas?————————niet31 (ne …) rien♦voorbeelden: -
65 nou
nou1〈 bijwoord〉→ link=nu nu¹————————nou2〈 voegwoord〉→ link=nu nu²————————nou31 → link=nu nu³♦voorbeelden:¶ ben je nou helemaal! • non, mais des fois, tu es dingue!kom je nou? • alors, tu viens?meen je dat nou? • sérieusement?schiet nou eens op! • dépêche-toi donc!wie doet nou zoiets? • qui peut donc faire une chose pareille?nou ja, wat zou dat • et puis aprèsdat is nou niet bepaald eenvoudig • le moins qu'on puisse en dire, c'est que ce n'est pas simpledat is nou toch wel wat overdreven • ça, c'est un peu exagéré quand mêmewaar bleef je nou? • où étais-tu donc?wanneer ga je nou ook weer weg? • quand est-ce que tu pars déjà?nou en? • et alors?en nou jij weer • à toi maintenantnou, en of! • et comment!nou ja zeg! • eh ben, mon salaud!nou moe! • fichtre!toe nou alsjeblieft • je t'en supplienou, komt er nog wat van? • alors, c'est pour aujourd'hui ou pour demain?als je me nou! • c'est pas vrai!nou, reken maar! • tu peux compter là-dessus!nou dat is leuk! • ah, c'est gai!nou, dat was het dan • voilà, c'est toutnou, tot ziens • bon, eh bien, au revoir -
66 nu
nu1〈 bijwoord〉1 [algemeen] maintenant2 [m.b.t. een voorafgaand woord] donc♦voorbeelden:wat nu weer? • quoi encore?wat nu? • et maintenant?nu en dan • de temps à autretot nu (toe) • jusqu'à présentvan nu af aan • désormaisvan nu tot volgend jaar • d'ici à l'année prochainehet nu • le présentnu ben ik klaar • me voilà prêtnu eens … dan weer • tantôt … tantôtreeds van nu af aan • d'ores et déjà————————nu2〈 voegwoord〉♦voorbeelden:1 nu ik dat weet, ben ik gerust • maintenant que je sais cela, je suis rassuré————————nu31 [als aansporing, aandrang] alors2 [m.b.t. verbazing, ongeloof] ça alors, eh!6 [m.b.t. de voortzetting, beëindiging] bon♦voorbeelden:1 stil nu toch! • tais-toi (donc)!waar zat je nu? • où étais-tu (donc)?2 hoe kan dat nu? • comment est-ce possible?3 wie komen er nu precies? • qui vient au juste?4 de mensen zijn nu eenmaal zo • que voulez-vous, les gens sont comme çanu ja, wat dan nog? • enfin oui, et alors?5 hoe kun je dat nu doen? • franchement, comment peux-tu faire cela?6 nu, om weer op ons onderwerp te komen • bon, pour en revenir à nos moutons -
67 plus
plus1♦voorbeelden:er zijn minnen, maar ook plussen • il y a du pour et du contre————————plus2〈 bijwoord〉1 plus♦voorbeelden:1 plus 15 °C • plus 15 (°C)vijfenzestig plus • de plus de 65 ansplus a • plus a————————plus3〈 voorzetsel〉1 plus♦voorbeelden:twee plus drie is vijf • deux et trois font cinq -
68 schaak
schaak1〈 het〉♦voorbeelden:————————schaak21 échec♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 iemand schaak zetten • tenir qn. en échec————————schaak31 échec (au roi)! -
69 te
te11 [in combinatie met hangen, liggen, lopen, staan, zitten] 〈 niet vertalen〉2 [doel, bestemming; in onvolledige en beknopte (bij)zinnen]à⇒ de 〈 soms niet vertalen〉3 [iets toekomstigs]à♦voorbeelden:2 iets te drogen hangen • mettre qc. à sécherte kennen geven • faire savoirtrachten te • essayer dete weten • à savoirzo te zien • à première vueer is veel te doen • il y a beaucoup à faireniet te vergeten • à ne pas oublier————————te2〈 bijwoord〉1 [algemeen] trop2 [+ vergrotende trap] d'autant♦voorbeelden:te laat • trop tardte veel • tropdat is een beetje té • ça dépasse les bornesdat gaat me te ver • il ne faut pas exagérerte is nooit goed • l'excès en tout est un défaut————————te3〈 voorzetsel〉1 [algemeen]à♦voorbeelden:te huur • à louerte land, ter zee en in de lucht • sur terre, sur mer et dans l'airte middernacht • à minuit -
70 vals spelen
vals spelen————————vals spelen————————vals spelen -
71 voorkomen
voorkomen1〈 het〉♦voorbeelden:1 nu krijgt de zaak een geheel ander voorkomen • l'affaire se présente maintenant sous un jour totalement différenthij heeft een gunstig voorkomen • il présente bien————————voorkomen21 prévenir♦voorbeelden:iemands wensen voorkomen • aller au devant des désirs de qn.————————voorkomen31 [vóór iemand, iets anders komen] devancer2 [gebeuren] arriver3 [aangetroffen worden] se trouver5 [toeschijnen] paraître♦voorbeelden:die planten komen overal voor • ces plantes poussent partout4 vandaag komt de zaak van V. voor • aujourd'hui l'affaire de V. est plaidée5 dat komt mij bekend voor • cela me dit qc.dat komt mij vreemd voor • cela me semble bizarrehet laten voorkomen alsof … • faire croire que …het komt mij voor, dat … • il me semble que … -
72 waar
waar1〈de〉♦voorbeelden:waar voor zijn geld krijgen, willen • en avoir, vouloir pour son argent————————waar21 vrai♦voorbeelden:1 een waar beeld geven van iets • donner une représentation fidèle de qc.de ware oorzaak • la cause réelledaar is geen woord van waar • il n'y a pas un mot de vrai dans tout celahet is maar al te waar • ce n'est que trop vrai't is toch niet waar! • ce n'est pas vrai?dat is waar gebeurd • c'est authentiquehet is te mooi om waar te zijn • c'est trop beau pour être vraihet bleek waar te zijn • cela s'avéra justeeerlijk waar! • (ma) parole (d'honneur)!niet waar? • n'est-ce pas?zo waar (als) ik leef, (als) ik hier sta • aussi vrai que je m'appelle Xiets niet voor waar aannemen • ne pas tenir qc. pour vraiwaar of niet? • vrai ou non?II 〈 bijwoord〉1 [algemeen]où♦voorbeelden:een probleem waar hij niet aan gedacht had • un problème auquel il n'avait pas penséwaar woon je? • où habites-tu?waar (dan) ook • où que ce soitwaar kom je vandaan? • d'où viens-tu?————————waar3〈 voegwoord〉 -
73 wee
wee1I 〈de〉II 〈 het〉————————wee2♦voorbeelden:wee om het hart worden • avoir mal au coeur————————wee31 [droefheid, pijn, ontsteltenis] aïe!2 [bedreiging] malheur!♦voorbeelden:1 o wee! • oh là là!2 wee u! • malheur à vous! -
74 welkom
welkom1〈 het〉♦voorbeelden:1 iemand een feestelijk welkom bereiden • fêter l'arrivée de qn.iemand een hartelijk welkom bereiden • réserver un accueil chaleureux à qn.————————welkom21 bienvenu♦voorbeelden:een welkome gast • un visiteur bienvenueen bezoeker welkom heten • souhaiter la bienvenue à un visiteurergens niet welkom zijn • être indésirable qp.————————welkom3♦voorbeelden:¶ welkom thuis! • sois, soyez le bienvenu, la bienvenue! -
75 zeker
zeker1♦voorbeelden:1 iets op een zekere plaats opbergen • mettre qc. en lieu sûr(op) zeker spelen • jouer sur du velourshet zekere voor het onzekere nemen • ne pas lâcher la proie pour l'ombreiets zeker weten • être certain de qc.zeker weten! • pour sûr!het is zo zeker als 2 + 2 vier is • c'est aussi sûr que 2 et 2 font quatreergens zeker van zijn • être sûr de qc.je bent daar zeker van stralend weer • tu es assuré d'y avoir un temps splendide————————zeker21 certain♦voorbeelden:zekere heren willen altijd wat aanmerken • il y en a qui ont toujours qc. à redireeen zekere toon aannemen • prendre un certain toneen zekere vrees • une certaine craintezo zeker als tweemaal twee vier is • c'est sûr comme deux et deux font quatre————————zeker3♦voorbeelden:¶ wel zeker! • certainement! -
76 zo is het wel genoeg
———————————————— -
77 zo
zo1〈 bijwoord〉1 [overeenstemmend met een werkelijkheid] ainsi3 [op deze wijze] comme ça4 [aanstonds] bientôt5 [zeer] si♦voorbeelden:dat is zo • c'est effectivement le caszo iemand • une personne pareillezo iets heb ik nog nooit gezien • je n'ai jamais vu une chose pareilleik zoek zo iets • je cherche qc. comme çaen zo verder • et ainsi de suiteeen jaar of zo • à peu près un anzo groot is hij nou ook weer niet! • il n'est pas si grand que ça!zo helder als kristal • aussi clair que du cristalzo koud is het nog niet geweest • il n'a pas encore fait si froid que çahij is zo oud als ik • il a le même âge que moihij is zo verstandig geweest om … • il a eu la sagesse de …, il a été assez sage pour …minstens (zeker, net) zo interessant • tout aussi intéressantonze vijver is ongeveer zo bij zo • notre étang fait à peu près tant sur tantom zo en zo laat • à telle heure3 o, gaat dat zo! • ah! c'est comme ça qu'on fait!zo moet je het doen • c'est ainsi qu'il faut fairehet is zo gebeurd • ce sera fait en un instantik kom zo • j'arrive tout de suite5 is het al zo laat? • il est déjà si tard?die fiets is nog zó • cette bicyclette est encore en excellent étatdie vrouw is zó • cette femme est fantastiquedat heb ik al zo dikwijls gehoord • je l'ai déjà entendu (dire) si souvent————————zo2〈 voegwoord〉1 si♦voorbeelden:zo ja, waarom, zo nee, waarom niet • si oui, pourquoi?, si non, pourquoi pas?zo niet, dan … • sinon …————————zo31 [verrassing, verwondering] tiens!2 [voldaanheid] bien!♦voorbeelden:1 hoe zo? • comment cela?o zo • tu parles!2 zo, dat is dat! • voilà! c'est fait! -
78 zoveel
zoveel1♦voorbeelden:¶ zoveel is zeker, dat … • toujours est-il que …————————zoveel2〈 bijwoord〉♦voorbeelden:voor zoveel ik weet • pour autant que je sache————————zoveel31 [evenveel, min of meer bepaald] autant2 [veel, meestal onbepaald] tant♦voorbeelden:zoveel mogelijk • le plus possibleiemand zoveel mogelijk kansen geven • donner le maximum de chances à qn.hij werkt zoveel hij kan • il travaille autant qu'il peutdat scheelt altijd zoveel • c'est toujours ça de gagnézoveel zijn er niet! • il n'y en a pas trente-six!net zoveel • (tout) autantdat is tweemaal zoveel • ça fait deux fois autantzoveel werk • tant de travailzoveel geef ik er niet om • je n'y tiens pas particulièrementhij is zoveel als stuurman • il est bel et bien pilotedat betekent zoveel als niets • c'est insignifiantzoveel betekenen als • équivaloir à -
79 als één man
-
80 ander
ander12 [zich onderscheidend] different♦voorbeelden:een andere keer misschien! • maybe some other timegeen andere keuze hebben dan … • have no option but …de andere sekse, het andere geslacht • the opposite sex(de) een of andere voorbijganger • some passer-bymet andere woorden • in other wordsop de één of andere manier/wijze • one way or anotherom de één of andere reden • for some reason, for one reason or another2 dat is andere koek • 〈 iets anders〉 that's something else altogether; 〈 beter, groter〉 that's more like itik ben nu een ander mens • I'm a different man/woman nowdat is een (ge)heel andere zaak/kwestie • that's quite a different matter, that's a different matter altogether————————ander22 [zaak] another matter/thing ⇒ 〈 meervoud〉 other matters/things♦voorbeelden:1 zeg het niet aan een ander • don't tell a soul/anyone elsede een of ander • somebody, someonesommigen wel, anderen niet • some do/are, some don't/aren'tde één na de ander • one after another, one by onewie? jij onder anderen! • who? you, for oneals geen ander • more than anybody elsede ene of de andere • (choose) one or the other2 (het) een en ander duidt erop dat … • all these things indicate that …je hebt het een en ander nodig om te … • you need a few things in order to …hij moet het een of ander vergeten zijn • he must have forgotten something or otheronder andere (o.a.) • among other things, including; 〈 soms ook〉 e.g.————————ander3〈 rangtelwoord〉♦voorbeelden:1 om de andere dag • every other day, on alternative daysde andere week • (the) next week
См. также в других словарях:
Term — Term, n. [F. terme, L. termen, inis, terminus, a boundary limit, end; akin to Gr. ?, ?. See {Thrum} a tuft, and cf. {Terminus}, {Determine}, {Exterminate}.] 1. That which limits the extent of anything; limit; extremity; bound; boundary. [1913… … The Collaborative International Dictionary of English
term — n often attrib 1: a specified period of time the policy term 2: the whole period for which an estate is granted; also: the estate itself 3 a: the period in which the powers of a court may be validly exercised b … Law dictionary
Term — may refer to: *Term (computers) or terminal emulator, a program that emulates a video terminal *Term (language) or terminology, a word or compound word used in a specific context *Term (mathematics), a component of a mathematical expression… … Wikipedia
Term — Term, v. t. [imp. & p. p. {Termed}; p. pr. & vb. n. {Terming}.] [See {Term}, n., and cf. {Terminate}.] To apply a term to; to name; to call; to denominate. [1913 Webster] Men term what is beyond the limits of the universe imaginary space. Locke.… … The Collaborative International Dictionary of English
term — ► NOUN 1) a word or phrase used to describe a thing or to express a concept. 2) (terms) language used on a particular occasion: a protest in the strongest possible terms. 3) (terms) stipulated or agreed requirements or conditions. 4) (terms)… … English terms dictionary
term — term1 [tʉrm] n. [ME terme < OFr < L terminus, a limit, boundary, end < IE * termṇ, a boundary stake < base * ter , to cross over, go beyond > TRANS , Gr terma, goal] 1. Archaic a point of time designating the beginning or end of a… … English World dictionary
term — [n1] description of a concept appellation, article, caption, denomination, designation, expression, head, indication, language, locution, moniker*, name, nomenclature, phrase, style, terminology, title, vocable, word; concepts 275,683 term [n2]… … New thesaurus
term — (n.) early 13c., terme limit in time, set or appointed period, from O.Fr. terme limit of time or place (11c.), from L. terminus end, boundary line, related to termen boundary, end (see TERMINUS (Cf. terminus)). Sense of period of time during… … Etymology dictionary
term|er — «TUR muhr», noun. a person who is serving a term as a public official: »a fourth termer … Useful english dictionary
Term — der; s, e <aus gleichbed. fr. terme, eigtl. »Grenze, Begrenzung«, dies aus (m)lat. terminus, vgl. ↑Termin>: 1. [Reihe von] Zeichen in einer formalisierten Theorie, mit der od. dem eines der in der Theorie betrachteten Objekte dargestellt… … Das große Fremdwörterbuch
term — англ. [тэ/эм] terme фр. [тэрм] termine ит. [тэ/рминэ] Terminus нем. [тэрминус] термин … Словарь иностранных музыкальных терминов