-
1 overstag gaan
overstag gaan -
2 overstag gaan
overstag gaan -
3 overstag gaan
сущ.мор. изменять мнение, поворачивать оверштаг, уступать -
4 overstag
〈 scheepvaart〉♦voorbeelden: -
5 overstag
-
6 weigeren overstag te gaan
weigeren overstag te gaanVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > weigeren overstag te gaan
-
7 tack
n. kopspijkertje, nageltje; koers, boeg--------v. loeven, overstag gaan, laveren; v. koers veranderentack1[ tæk] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 〈 scheepvaart〉 koers 〈 ten opzichte van de stand der zeilen en de windrichting〉 ⇒ boeg 〈 bij het laveren〉4 koers(verandering) ⇒ strategie, aanpak♦voorbeelden:→ brass brass/————————tack2II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
8 virer de bord
virer de bord————————virer de bord -
9 umfallen
-
10 umkippen
-
11 изменять мнение
vnavy. overstag gaan -
12 поворачивать оверштаг
vnavy. overstag gaanRussisch-Nederlands Universal Dictionary > поворачивать оверштаг
-
13 уступать
v1) gener. afstaan, laten, medegeven, meegeven, resigneren, toegeven, wijken, (iem.) zijn zin geven (кому-л.), achterstaan, bakzeil halen, concessies doen, inruimen, overdoen, overdragen, overlaten, uitwijken, voor (iem.) onderdoen (кому-либо), zoete broodjes bakken, zwichten2) navy. bijbrassen, bijdraaien, overstag gaan -
14 bord
bord [bor]〈m.〉1 rand ⇒ kant, oever, zoom♦voorbeelden:1 le bord de la mer • het (zee)strand, de kustle bord de la rivière • de rivieroeverle bord de la route • de kant van de weg, wegbermle bord d'un vêtement • de zoom van een kledingstukà pleins bords • overvloedig, volopà ras bord • tot aan de rand gevuldêtre au bord de • heel dicht bij zijn, op het punt staan van, om teêtre au bord de l'aveu • bijna bekennenau bord de la mer • aan zeeêtre au bord de la tombe • met één been in het graf staansur les bords • een beetje, lichtelijkbord au vent • loefzijdebord sous le vent • lijzijdem1) rand, kant2) oever, berm3) zoom [kleding]4) boord [schip] -
15 revirement
revirement [rəviermã]〈m.〉m -
16 virer
virer [vieree]♦voorbeelden:virer au rouge • rood worden→ ventII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 overmaken ⇒ gireren, overschrijven, stortenv1) veranderen2) worden4) ronddraaien5) overmaken, storten6) ontslaan -
17 virement
-
18 virement de bord
virement de bord -
19 изменять мнение
vnavy. overstag gaan -
20 поворачивать оверштаг
vnavy. overstag gaan
- 1
- 2