-
21 opgeven
v. give, return, resign, render, set, cough up, abandon, lie down, abnegate, relinquish, waive, renounce, lose, ask, say, tell, expectorate, drop, part with, knock off, lay down, furl, quit, condemn -
22 afpalen
♦voorbeelden: -
23 bijl
♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 er met de botte bijl (op) in hakken • lay into someone, go about something in a heavy-handed way〈 figuurlijk〉 (onherroepelijk) voor de bijl gaan • give in, capitulate -
24 dak
1 roof♦voorbeelden:een gewelfd dak • a vaulted roofeen plat dak • a flat roofeen schuin/aflopend dak • a pitched/sloping roofeen dak boven het hoofd hebben • have a roof over one's headonder dak komen • find accommodation/shelterhij is onder dak • 〈 letterlijk〉 he has found shelter; 〈 figuurlijk〉 he is settled/set up (for life)onder één dak wonen • live under one/the same roof, live in the same houseiemand tijdelijk onder dak brengen • find temporary accommodation for someonetoeristen onder dak brengen • find accommodation for/house touristsiemand/iets op zijn dak schuiven • lay/put the blame on someoneiemand op zijn dak vallen • descend on someonehet viel me koud op mijn dak • I was quite unprepared for it, it gave me quite a turn/startiemand de politie op zijn dak sturen • put the police on to someonehij kreeg (daarvoor) de politie op zijn dak • he got the police down on him〈 figuurlijk〉 iets van de daken verkondigen/schreeuwen • shout/proclaim something from the housetops/rooftopshet gaat van een leien dakje • it's plain sailing (all the way), it's as easy as falling off a log, it's a piece of cakega nu maar gauw op het dak zitten • you must be kidding!, tell it to the marines!¶ uit je dak gaan • go crazy/out of one's mind -
25 dijk
1 [dam] bank ⇒ embankment, 〈 met betrekking tot Nederland〉 dike, 〈 met betrekking tot Nederland〉 dyke2 [Algemeen Zuid-Nederlands] [promenade langs strand] front♦voorbeelden:1 een dijk (aan)leggen • throw up a bank/an embankmentde dijken doorsteken • breach the banks¶ iemand aan de dijk zetten • fire someone, lay someone off; 〈 informeel〉 give someone the push, axe someoneeen dijk van een huis/salaris • a massive house/salaryeen dijk van een film/boek • 〈 prachtig〉 a cracker of a film/book, a blockbuster (of a film/book) -
26 iemand aan de dijk zetten
iemand aan de dijk zettenfire someone, lay someone off; 〈 informeel〉 give someone the push, axe someoneVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand aan de dijk zetten
-
27 lengte
1 [langste zijde] length3 [afmeting; tijdsduur] length4 [aardrijkskunde, sterrenkunde] longitude♦voorbeelden:een plank in de lengte doorzagen • saw a board lengthways/lengthwise2 totale/volle lengte • total/full lengthhij lag in zijn volle lengte op de grond • he lay full length upon the groundhij heeft de lengte niet • he is not tall enoughhij viel op door zijn lengte • his height made him conspicuouszich in zijn volle lengte oprichten • draw oneself up to one's full heightin de lengte groeien • grow in lengthmet twee lengtes verschil winnen • win by two lengths3 een snelweg van 500 km lengte • a 500 km long Bmotorway/ Ahighwaywat is de lengte van het verhaal? • how long is the story?op de goede lengte afknippen • cut off to the exact lengthover een lengte van 60 meter • for a distance of 60 metrestot in lengte van dagen • for years to come -
28 pak
2 [kostuum] suit3 [bij elkaar gebonden geheel] 〈 baal〉 bale; 〈 partij〉 batch; 〈 bundel, pakket〉 bundle; 〈 stapeltje〉 packet4 [laag, vracht] pack5 [bagage] bag♦voorbeelden:1 een pak koekjes/koffie • a packet of biscuits/coffeeeen pak melk • a carton of milkeen pak suiker/meel • a bag of sugar/flourdat is een pak van mijn hart • that is/takes a load off my mindeen nat pak halen • get drenchediemand in het pak steken • clothe someonehij zit goed in het pak • he dresses smartly3 een pak oud papier • a batch/bundle of wastepaperhet was weer van hetzelfde laken een pak • it was the same thing all over againer lag een dik pak sneeuw • the snow lay thick everywhere¶ iemand een pak rammel geven • give someone a beating/a good hidingeen kind een pak slaag geven • spank/wallop a child, give a child a spankingeen pak slaag krijgen • get a whackingbij de pakken neerzitten • throw in the towelje moet niet bij de pakken neerzitten • never say diemoet je een pak voor je billen/broek? • (do you) want to get your trousers dusted? -
29 val
I 〈 de (mannelijk)〉1 [het door de lucht omlaag gaan] fall3 [hoogte waaruit iets valt] drop5 [zondeval] fall6 [wijze van neerhangen] hang, drape♦voorbeelden:de val van iemand/iets breken • break someone's fall/the fall of somethingten val komen • fall (down), have a fall4 de regering ten val brengen • overthrow/bring down the governmentII 〈de〉♦voorbeelden:1 een val zetten/opzetten • set/lay a trap/snareiemand in de val lokken • trick/frame someone1 [touw] halyard -
30 vuur
1 [lichtend verschijnsel] fire2 [(plaats van) brandende stoffen] fire3 [het schieten met vuurwapens] fire6 [bederf in hout] (dry) rot7 [brand in het koren] blight♦voorbeelden:het huis staat in vuur en vlam • the house is in flamesin vuur en vlam zetten • set ablaze/on fire 〈 ook figuurlijk〉een land te vuur en te zwaard verwoesten • destroy a country by fire and swordeen vuur aanleggen/oppoken • lay/poke a fireeen vuur aansteken • light a fire〈 figuurlijk〉 iemand het vuur na aan de schenen leggen • make it/things hot for someoneeen vuur uitdoven • put out/extinguish a fireeen pan op het vuur zetten • put a pan on the stove3 het vuur openen/staken • open/cease firede vijand onder vuur houden • keep the enemy under firetussen twee vuren zitten • 〈 ook figuurlijk〉 get caught in the middle/in the firing lineiets met vuur verdedigen • defend something hotly
- 1
- 2
См. также в других словарях:
lay off — [v1] stop doing cease, desist, end, give a rest, give up, halt, leave alone, leave off, let up, lie by, quit, rest, spell; concepts 119,234 Ant. begin, start lay off [v2] relieve of responsibility discharge, dismiss, drop, fire, let go, oust, pay … New thesaurus
lay-off — n an occasion when an employer ends a worker s employment for a temporary period of time because there is not enough work ▪ more lay offs in the car industry →lay off … Dictionary of contemporary English
lay off — lay (someone) off to force a worker to give up a job, usually because of high costs or other business reasons. She was laid off along with many others when the company moved to California. Our choices are to lay off ten workers, or raise our… … New idioms dictionary
Lay-off — auch: Lay|off 〈[lɛıɔ̣f] n. 15〉 vorübergehende Entlassung von Arbeitskräften [engl.] … Universal-Lexikon
lay-off — ˈlay off , layoff noun [countable] HUMAN RESOURCES the act of stopping a worker s employment because there is not enough work for them to do: • a layoff affecting more than 500 workers • Some employees at the company are getting layoff notices ( … Financial and business terms
Lay-off — auch: Lay|off 〈[lɛıɔ̣f] n.; Gen.: s, Pl.: s〉 vorübergehende Entlassung von Arbeitskräften [Etym.: engl.] … Lexikalische Deutsches Wörterbuch
lay|off — «LAY F, OF», noun. 1. a dismissing of workers temporarily: »The majority of those affected will be seasoned employees whose layoff dates will be advanced from one to two months as compared with last year (Wall Street Journal). 2. a time during… … Useful english dictionary
lay off — ► lay off 1) discharge (a worker) temporarily or permanently because of a shortage of work. 2) informal give up. Main Entry: ↑lay … English terms dictionary
lay off — (something) to stop doing or using something. She usually runs several miles every day but lays off in the hot weather … New idioms dictionary
lay off — index dislodge, dismiss (discharge), recess, suspend Burton s Legal Thesaurus. William C. Burton. 2006 … Law dictionary
lay-off — s. m. 1. Período de inatividade. 2. Suspensão temporária de um empregado. 3. Nos Estados Unidos, grupo formado para determinado fim. ‣ Etimologia: palavra inglesa … Dicionário da Língua Portuguesa