-
1 filtreren
filtraDicionário Português-Holandês e Holandês-Português > filtreren
-
2 filter
n. filter (ook in computers), (in computers) filter, masker; een programma dat gegevens krijgt van een ander programma, en ze aanpast--------v. filtreren, filterenfilter1[ filtə] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————filter22 uitlekken ⇒ doorsijpelen, doorschemeren♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 the queue filtered into/out of the building • de rij schoof langzaam het gebouw binnen/uitlight filters through our roof • licht schemert door ons dakit had filtered through to everybody • iedereen was het geleidelijk aan te weten gekomenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 filtreren ⇒ zeven, zuiveren♦voorbeelden: -
3 filtrer
filtrer [fieltree]2 doorsijpelen ⇒ infiltreren, doorzijgenII 〈 overgankelijk werkwoord〉3 schiften ⇒ zeven, ziftenv1) filtreren2) doorsijpelen3) uitlekken4) zeven5) controleren -
4 процеживать
vgener. afzijgen, afklaren, filtreren, klenzen, uitzijgen, zijgen -
5 фильтровать
vgener. zeven, filtreren, uitzijgen, zijgen -
6 filter out a residue from a liquid
filter out a residue from a liquidEnglish-Dutch dictionary > filter out a residue from a liquid
-
7 hookah
n. turkse waterpijp, nargileh, pijp die gerookt wordt met water om de rook te filtreren; tabakpijp van Oosterse afkomst (hooka)[ hoekə] -
8 percolate
v. filtreren, doorsijpelen, doordringen[ pə:kəleet] 〈zelfstandig naamwoord: percolation〉♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
9 aperture grille
(in Trinitronmotoren) serie van verticale metalen draden in een cathodestralingbuis geplaatst tussen het scherm en electronenkanon (gebruikt straling door electronenkanon uitgezonden te filtreren en besturen) -
10 draining
adj. een uitputtend effect hebbend--------n. het draineren, filtreren -
11 filterability
n. filtreerbaarheid, vermogen te filtreren -
12 filtering
n. het filtreren; infiltratie -
13 filtrate
n. Hetgeen door een filter is gelopen (bij geneeskunde)--------v. filtreren -
14 filtration
n. filtreren -
15 hooka
n. oosterse waterpijp, pijp die water gebruikt om de rook te filtreren -
16 kalian
n. turkse waterpijp, nargileh, pijp die gerookt wordt met water om de rook te filtreren; tabakpijp van Oosterse afkomst (hooka) -
17 refilter
v. opnieuw filtreren -
18 clair
clair1 [kler]〈m.〉♦voorbeelden:se détacher en clair sur • duidelijk afsteken tegenêtre au clair sur qc. • een duidelijk idee van iets hebbenmettre ses notes au clair • zijn aantekeningen uitwerkentirer au clair • 〈 vloeistof〉klaren, filtreren〈 figuurlijk〉 tirer une affaire au clair • een zaak tot klaarheid brengen, ophelderenle plus clair • het grootste gedeeltemessage en clair • niet gecodeerd berichten clair, cela ne l'intéresse pas • om duidelijk te zijn, het interesseert hem niet————————clair2 [kler]3 duidelijk ⇒ gemakkelijk te begrijpen, helder4 helder ⇒ transparant, zuiver♦voorbeelden:opposer un refus clair et net • vierkant weigerenclair comme deux et deux font quatre • zo klaar als een klontje→ eau4 son affaire est claire • zijn, haar lot is bezegeldlait clair • wei————————clair3 [kler]〈 bijwoord〉2 dun♦voorbeelden:je vois clair dans son jeu • ik heb hem, zijn spel door1. m1) lichte partij [schilderij]2) dunne plek [stof]2. adj1) duidelijk, helder2) onbewolkt3) licht [kleur]4) dun5) helder [verstand]3. adv1) duidelijk2) dun -
19 passer
passer [paasee]2 voorbijgaan ⇒ voorbijkomen, gaan (langs), passeren4 gaan (van … naar) ⇒ overgaan (naar, tot)5 doorgaan (voor) ⇒ gelden (als), passeren (voor)♦voorbeelden:défense de passer • geen toegangmon dîner ne passe pas • mijn avondeten ligt me zwaar op de maagcette histoire-là ne passe pas • dat verhaal is niet geloofwaardigla loi a passé • de wet is aangenomencette scène ne passe pas • die scène komt niet goed over (bij het publiek)laissez passer! • maak ruimte!, opzij!passer outre à qc. • geen rekening houden met ietsje suis passé par là • dat heb ik ook meegemaaktil faut en passer par ses volontés • men moet voor zijn wil buigenil faudra en passer par là • er zit niets anders openfin, passe pour lui • nu goed, voor hem maken we een uitzondering(cela) passe (encore), mais … • dat is nog tot daar aan toe, maar …passer prendre qn. • iemand komen ophalenen passant • in het voorbijgaan, terloopssoit dit en passant • trouwens, tussen twee haakjespasser sur les fautes de qn. • iemands fouten door de vingers zienpasser sur les détails • niet stil blijven staan bij details3 comme le temps passe! • wat gaat de tijd snel!faire passer le temps • de tijd verdrijvenfaire passer à qn. le goût, l'envie de qc. • iemand de lust tot iets doen vergaan〈 spreekwoord〉 tout passe, tout lasse, tout casse 〈 alles gaat voorbij〉cela lui passera • dat gaat wel overenfin, passons! • nu goed, laten we daar niet meer over praten!4 où est-il passé? • waar is hij gebleven?passer à l'ennemi • naar de vijand overlopenpasser en deuxième, seconde • overschakelen naar de tweede versnellingpasser en seconde • naar de vijfde klas gaanse faire passer pour • zich uitgeven voor1 oversteken ⇒ over-, doortrekken, overgaan, doorkomen, gaan door3 voorbijgaan ⇒ passeren, overschrijden4 aanreiken ⇒ overhandigen, aan-, doorgeven5 aanschieten ⇒ aandoen, aantrekken6 halen door, langs, over ⇒ strijken langs, over, steken door, in, vertonen 〈 film〉 ⇒ draaien 〈 plaat〉7 overslaan ⇒ voorbij laten gaan, weglaten♦voorbeelden:1 passer un mur • over een muur klimmen, springenpasser sa vie à manger et à dormir • niets anders doen dan eten en slapenpasser la seconde • naar de tweede versnelling gaanpasser un coup de fil à qn. • iemand opbellen〈 communicatie(media)〉 je vous passe … • ik verbind u door met …6 qu'est-ce qu'il lui a passé! • hij heeft hem er flink van langs gegeven!j'en passe et des meilleures! • en ik vertel nog niet ééns alles!1 gebeuren ⇒ zich afspelen, voorvallen4 het stellen zonder ⇒ missen, ontberen, afzien van♦voorbeelden:1 que se passe-t-il?, qu'est-ce qui se passe? • wat gebeurt er?ça ne se passera pas comme ça! • dat gaat zomaar niet!tout se passe comme si • het lijkt wel of, alles wijst erop datne pas pouvoir dire ce qui se passe en soi • niet kunnen zeggen wat er in zijn binnenste omgaat→ jeunesse4 je me passerais bien volontiers de cette corvée • ik zou maar al te graag onder dat karwei uit willen komenvoilà qui se passe de commentaires • dat maakt commentaar overbodig, dat spreekt voor zichzelf1. v2) gaan (van...naar)4) uitgezonden worden [film, radio]6) verbleken7) oversteken8) doorbrengen9) passeren, overschrijden10) over-handigen11) aantrekken12) halen door, langs, over13) vertonen [film]14) overslaan15) vergeven16) doen verdwijnen17) zeven18) boeken2. se passerv1) gebeuren2) voor-bijgaan3) missen, afzien (van) -
20 épurer
épurer [eepuuree]1 zuiveren ⇒ reinigen, filtreren, raffineren2 vervolmaken ⇒ verbeteren, verfijnen♦voorbeelden:2 verfijnd(er) worden ⇒ beschaafd(er) worden, verbeteren
Страницы
- 1
- 2