-
1 foil
n. aluminium folie; tegenovergestelde, contrast; folio (in architectuur)--------v. contrast; beter doen uitkomen; floret; verijdelen, verhinderen, dwarsbomenfoil1[ fojl]2 floret♦voorbeelden:be a foil to • beter doen uitkomen1 foelie ⇒ bladmetaal, folie; zilverpapier————————foil2〈 werkwoord〉1 verijdelen ⇒ verhinderen, voorkomen2 afweren ⇒ afslaan, verslaan♦voorbeelden: -
2 cross
adj. boos; kruisend; tegengesteld--------n. kruis; lijden; mengsel; kruising (bij dieren)--------v. kruisen; oversteken; kruisigen; tegenwerkencross1[ kros]I 〈eigennaam; Cross; the〉2 kruis ⇒ beproeving, lijden♦voorbeelden:1 make the sign of the cross • een kruis(je) slaan/makentake up one's cross • gelaten zijn kruis dragen————————cross2〈bijvoeglijk naamwoord; crossness〉♦voorbeelden:————————cross31 (elkaar) kruisen/snijden♦voorbeelden:1 I'll meet you where the roads cross • ik tref je bij/op het kruispunt/de viersprong1 oversteken ⇒ over/doortrekken♦voorbeelden:2 een kruisteken maken op/boven3 (door)strepen ⇒ een streep trekken over/door, wegstrepen♦voorbeelden:1 cross one's arms/legs • zijn armen/benen over elkaar slaan2 cross oneself • een kruis(je) slaan/makencross out/off • doorstrepen/halen, schrappen 〈 ook figuurlijk〉 -
3 defeat
n. nederlaag, verlies--------v. overwinnen, winnen; verijdelendefeat1[ diffie:t] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:defeat of an opponent • overwinning op een tegenstander————————defeat2〈 werkwoord〉1 verslaan ⇒ overwinnen, winnen van♦voorbeelden:2 be defeated in an attempt • een poging zien mislukken/stranden -
4 foil someone's plans
-
5 forestall
v. vóór zijn; vooruitlopen op; (ver)hinderen, voorkomen[ fo:sto:l]3 (ver)hinderen ⇒ dwarsbomen, voorkomen -
6 frustrate
-
7 pocket
adj. klein; tot de zak behorend--------n. zak; zak (in zak steken); oliezak (in grond)--------v. zakkenrollen; in zak steken; verdienen; een bal erin rollen (bij biljard)pocket1[ pokkit] 〈 zelfstandig naamwoord〉4 erts/olieader♦voorbeelden:have something in one's pocket • ergens (bijna) in geslaagd zijnline one's pockets • zijn zakken vullen, (op een oneerlijke manier) rijk wordenI was twenty dollars out of pocket • ik ben twintig dollar kwijtgeraakt————————pocket2〈 werkwoord〉♦voorbeelden: -
8 snooker
n. snooker (spel, soort biljartspel)snooker1————————snooker2〈 werkwoord〉 -
9 stymie
-
10 thwart
adj. gedwarsboomd--------n. preventie; bank voor roeiers (in boot), doft--------v. voorkomen; voortdrijventhwart1[ θwo:t] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————thwart2〈 werkwoord〉 -
11 break the egg in somebody's pocket
Iemand een stok in het wiel steken, iemand dwarsbomenEnglish-Dutch dictionary > break the egg in somebody's pocket
-
12 thwart a plan
een plan dwarsbomen, tegenwerken -
13 thwarted his scheme
werkte zijn schema tegen (blokkeerde zijn programma, liet zijn plan vallen om iemand te dwarsbomen) -
14 to spite
ergeren; dwarsbomen, pesten
См. также в других словарях:
Topklasse — (Top Class) is the proposed new third tier of football in the Netherlands. The league, which is intended to start in 2009, would be placed between the Eerste Divisie and the Hoofdklasse. [cite news|url=http://www.voetbalprimeur.nl/index.php?t=news… … Wikipedia
Топклассе — Topklasse Страна Нидерланды Основан … Википедия