-
41 denken
1 penser♦voorbeelden:daar kun je verschillend over denken • sur ce point, les divergences d'opinion sont permisesdat kun je (net) denken! • je t'en fiche!zou je (dat) denken? • tu crois?dat zou ik denken! • tu parles!wat zullen de mensen niet denken? • que vont (en) dire les gens?ik denk het niet • je ne (le) pense pasdacht ik het niet! • je m'en doutais!dat dacht ik al • je m'en doutaisik denk er niet aan! • (il n'en est) pas question!denk er nog eens over • prenez le temps d'y réfléchirik moet er niet aan denken • j'en suis malade rien que d'y penserdenk er (maar eens) om! • réfléchissez!ik denk er ook zo over • c'est aussi mon avisik denk erover met roken te stoppen • j'envisage d'arrêter de fumerwat denk je ervan? hoe denk je erover? • qu'en penses-tu?wat denk je ervan? • qu'en dis-tu?het zijne ervan denken • avoir sa petite idée là-dessushardop denken • penser tout hautlogisch denken • avoir l'esprit logiqueaan iets, iemand denken • penser à qc., à qn.hij deed mij aan een aap denken • il me faisait penser à un singeom iets denken • faire attention à qc.hoe denkt u over dit voorstel? • que pensez-vous de cette proposition?het denken • la penséeiemand aan het denken zetten • faire réfléchir qn.dat dacht je maar, dat had je maar gedacht! • penses-tu!ik dacht van wel • je croyais que ouihij zegt niets, maar hij denkt er het zijne van • il ne dit rien, mais il n'en pense pas moinsdenk vooral niet dat • n'allez surtout pas croire quewat denk je wel! • non, mais des fois!wie denk je wel dat je bent? • pour qui te prends-tu?te denken geven • donner à penserik dacht bij mezelf dat • je me disais quedenkt u zich eens in mijn positie • mettez-vous à ma place -
42 draaierig
1 [duizelig] qui a la tête qui tourne♦voorbeelden: -
43 duf
♦voorbeelden:duffe smaak • goût de moisiduf ruiken • sentir le moisidoe toch niet zo duf! • ne fais pas l'imbécile! -
44 een losse tand
-
45 een mislukte onderneming
een mislukte onderneming -
46 eerste
♦voorbeelden:op de eerste etage wonen • habiter au premierbij de eerste de beste gelegenheid • à la première occasionin de eerste klas zitten • 〈 lager onderwijs〉 être au cours préparatoire; 〈 voortgezet onderwijs〉 ±être en sixièmede eerste mei • le premier maiten eerste • premièrementzij is niet de eerste de beste • ce n'est pas n'importe quide eerste die aankomt • celui qui arrive le premierWillem de Eerste • Guillaume premierhet eerste wat we zagen was … • la première chose que nous avons vu, était … -
47 er
er11 en♦voorbeelden:1 er zijn er die … • il y en a qui …————————er2〈 bijwoord〉1 [daar] y⇒ là2 [+ bijwoord] 〈ter vervanging van een bepaling met ‘de’〉 en; 〈 ter vervanging van een bepaling met andere voorzetsels〉 y♦voorbeelden:wie waren er? • qui était là?hij woont er al drie jaar • il y habite trois ans déjàer niets van begrijpen • n'y rien comprendreer voor bedanken • décliner (qc.)er is, er zijn … • il y a …er uitscheiden • finirer wordt hier een museum gebouwd • on va bâtir un musée icier wordt gepraat • on parleer was eens een koning • il était une fois un roi -
48 erover
1 [over het genoemde heen] par-dessus2 [m.b.t. onderwerp, mening] en 〈vervangt bepaling die met ‘de’ begint〉; y 〈vervangt bepaling die met ‘sur’ of ‘dans’ begint〉♦voorbeelden:2 wie beschikt erover? • qui en décide?hij gaat erover • c'est lui qui s'en occupe¶ pas op, de melk gaat erover • fais attention, le lait déborde -
49 flikken
♦voorbeelden:1 hoe flik je 'm dat? • comment tu t'y prends?dat moet je me niet meer flikken • ne me refais pas ce coup-làwie heeft me dat geflikt? • ±qui est-ce qui m'a fait ça?dat zullen ze mij niet meer flikken! • on ne m'y prendra plus!dat heeft hij netjes geflikt • il s'en est bien tiré -
50 gelijkwaardig
♦voorbeelden:twee gelijkwaardige kandidaten • deux candidats qui se valentgelijkwaardig zijn • s'équivaloirmen kan daar niets gelijkwaardigs naast zetten • il n'y a rien qui vaille cela -
51 gelukkig
1 〈 bijvoeglijk naamwoord〉 heureux 〈v.: heureuse〉⇒ bon/bonne, joyeux 〈v.: joyeuse〉 〈 bijwoord〉 heureusement♦voorbeelden:1 gelukkig de mens die … • (bien)heureux celui qui …als je dat doet, ben je nog niet gelukkig • si tu fais cela, cela risque de te coûter cherhij lachte gelukkig • il riait de bonheurzich gelukkig prijzen • se féliciterdat treft gelukkig • cela tombe bienvolmaakt gelukkig zijn • être au comble du bonheurwie is de gelukkige? • qui est l'élu?gelukkig was het nog niet te laat • heureusement, ce n'était pas encore trop tard→ link=geld geld -
52 grensverleggend
♦voorbeelden:een grensverleggende ontdekking • une découverte qui recule les bornes de la connaissance -
53 hard
♦voorbeelden:harde cijfers • chiffres indéniablesop de harde grond slapen • coucher sur la dureeen harde klap • une bonne gifleeen harde les • une dure leçoneen hard oordeel • un jugement dureen harde strijd • un rude combat't zijn harde tijden • les temps sont dursharde trekken • traits dursharde valuta • monnaie forteeen hard vuur • un feu violenteen harde werker • un grand travailleurharde wind • vent forteen harde winter • un hiver rigoureuxeen hard groene deur • une porte vert cruzijn rust hard nodig hebben • avoir grand besoin de reposhard bellen • sonner forthet hard hebben • en voir de dureszo iets is wel hard, valt hard • ça, c'est dur (à avaler)hard praten • parler hautiemand hard straffen • punir sévèrement qn.hard werken • travailler durhard worden • (se) durcirzeg dat maar niet te hard • ne dis pas ça trop hauthet gaat er hard tegen hard • on discute, se bat avec acharnementhij is hard voor zijn vrouw • il est dur envers sa femmeom het hardst • à qui mieux mieuxzo hard als steen • dur comme (le) fer→ link=leerschool leerschoolik verlang hard naar de vakantie • j'ai très envie de vacanceshard vriezen • geler à pierre fendreom het hardst • à qui mieux mieux -
54 hart
♦voorbeelden:in hart en nieren • dans l'âmevan ganser harte • de tout coeuraan een gebroken hart lijden • avoir le coeur briséhij heeft een goed hart • il a bon coeuriemand een goed hart toedragen • vouloir du bien à qn.het Heilig Hart • le Sacré-Coeureen klein hartje hebben • avoir le coeur tendreiemand een kwaad hart toedragen • être mal disposé envers qn.hij draagt die zaak een warm hart toe • cette affaire lui tient à coeureen zwak hart hebben • avoir le coeur faibleiemands hart breken • briser le coeur de qn.mijn hart draaide om in mijn lijf • 〈 schrikken〉 mon sang n'a fait qu'un tour; 〈 walgen〉 cela me soulevait le coeurhet hart op de juiste plaats dragen, hebben • avoir le coeur bien placé〈 figuurlijk〉 zijn hart aan iets geven • s'engager avec coeur dans qc.heb het hart eens! • ose un peu!het hart op de tong hebben • avoir le coeur sur les lèvreshart voor een zaak hebben • prendre une affaire à coeurik hield mijn hart vast • je frémissais à cette penséemet kloppend hart • le coeur battanthet hart klopte hem in de keel • le coeur lui battait dans la gorgezijn hart luchten (bij iemand) • ouvrir son coeur (à qn.)je kunt je hart ophalen • vous pouvez vous en donner à coeur joiez'n hart uit z'n lijf spugen • rendre tripes et boyauxiemand een hart onder de riem steken • remonter le moral à qn.bij iemand zijn hart uitstorten • ouvrir son âme à qn.zijn hart aan iemand verloren hebben • s'être épris de qn.zijn hart aan iets verpanden • se livrer corps et âme à qc.het hart zonk hem in de schoenen • le coeur lui manquahet aan het hart hebben • souffrir du coeur〈 Algemeen Zuid-Nederlands〉 laat het niet aan je hart komen! • ne t'en fais pas!iemand aan het hart drukken • presser qn. contre son coeurdat gaat hem aan het hart • cela le toucheiemand na aan het hart liggen • être cher à qn.dat ligt mij het naast aan het hart • c'est ce qui me tient le plus à coeurin mijn hart • dans mon for intérieuriemand in zijn hart gesloten hebben • porter qn. dans son coeuriets met hart en ziel doen • faire qc. de tout son coeurzich met hart en ziel aan iets wijden • se donner corps et âme à qc.dat is een man naar mijn hart • c'est un homme selon mon coeur〈 figuurlijk〉 iemand op het hart trappen • blesser qn.iets op zijn hart hebben • avoir qc. sur le coeuriemand iets op het hart drukken, binden • recommander (vivement) qc. à qn.iets niet over zijn hart kunnen verkrijgen • ne pouvoir se résoudre à qc.iets ter harte nemen • prendre qc. à coeurdat gaat mij zeer ter harte • cela me tient fort à coeurdat is mij uit het hart gegrepen • voilà qui est parlervan zijn hart geen moordkuil maken • dire ce qu'on a sur le coeurdat moet mij toch van het hart • je ne peux m'empêcher de le direvan harte gefeliciteerd! • félicitations!hart voor het werk hebben • avoir du coeur à l'ouvrage〈 spreekwoord〉 waar het hart vol van is, loopt de mond van over • la bouche parle de l'abondance du coeur→ link=oog oog -
55 hoek
♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 iemand alle hoeken van de kamer laten zien • rouer qn. de coupsmet afgeronde hoeken • aux coins arrondisiets in een hoek slingerendaar komt hij net de hoek (van de straat) om • le voilà qui vient de tourner le coin (de la rue)in de hoek (moeten) staan • être (mis(e)) au coinzich niet in een hoek laten drukken • ne pas se laisser marcher sur les pieds〈 figuurlijk〉 iemand in een hoek duwen • reléguer qn. au second plan〈 figuurlijk〉 iemand in een hoek praten • pousser qn. dans ses derniers retranchementshij woont al tien jaar in die hoek • il habite ce coin depuis dix ansdat kom je niet op elke hoek van een straat tegen • ça ne court pas les ruesop de hoek (van de straat) • au coin (de la rue)de bakker op de hoek • le boulanger du coinflink uit de hoek komen • 〈 harde dingen zeggen〉 dire les choses carrément; 〈 gul zijn〉 faire des fraisuit welke hoek van het land komt hij? • de quel coin du pays vient-il?nu weet ik uit welke hoek de wind waait • 〈m.b.t. tegenwerking〉 je sais à présent d'où vient le vent; 〈 waar men heen wil〉 je sais à quoi m'en tenireen rechte hoek • un angle droiteen scherpe hoek • un angle aigueen stompe hoek • un angle obtusdie lijnen snijden elkaar onder een hoek van 45° • ces lignes se coupent en formant un angle de 45 degrés -
56 hoofd
3 [(van personen) leider, meerdere] 〈m.b.t. gezin〉 chef 〈m.〉 ⇒ 〈m.b.t. school〉 directeur 〈m.〉⇒ directrice 〈v.〉♦voorbeelden:het hoofd van een stoet • la tête d'un cortègemet gebogen hoofd lopen • marcher la tête bassemet gedekt hoofd • la tête couvertehij heeft een goed hoofd • il a de la têtehij is een hoofd groter dan ik • il me dépasse d'une têteeen hard hoofd in iets hebben • être pessimiste (concernant qc.)zijn hoofd wordt rood van schaamte • le rouge de la honte lui monte au fronteen verstopt hoofd hebben • être enchifenéeen hoofd vol zorgen hebben • n'avoir que des soucis en têtehet hoofd vol hebben van … • ne rêver que de …iets het hoofd bieden • faire front à qc.iemand het hoofd bieden • tenir tête à qn.zich het hoofd over iets breken • se casser la tête sur qc.iemand het hoofd op hol brengen • tourner la tête à qn.het hoofd buigen • baisser la têtehet hoofd er niet bij hebben • avoir la tête ailleurshet is hem gelukt het hoofd boven water te houden • il a réussi à se maintenir 〈 niet failliet gaan〉het hoofd koel houden • garder la tête froidehet hoofd op de ellebogen laten rusten • se prendre la tête dans les mainshet hoofd loopt mij om • je ne sais (plus) où donner de la têtehet hoofd ontbloten • se découvrirhet hoofd schudden • secouer la têtemijn hoofd staat er niet naar • je n'ai pas la tête à çade hoofden tellen • compter les personnes présenteshet hoofd verliezen • perdre la têteik durf mijn hoofd eronder te verwedden • j'en mettrais ma main au feuzeur me niet aan het hoofd! • ne me casse pas les pieds!wel wat anders aan z'n hoofd hebben • avoir bien autre chose en têtehij stelde zich aan het hoofd van de beweging • il prit la tête du mouvementaan het hoofd staan van iets • diriger qc.ben je wel goed bij je hoofd? • ça va pas, la tête?niet goed bij, in het, zijn hoofd zijn • ne pas avoir toute sa têteiemand boven het hoofd groeien • 〈 ook figuurlijk〉 dépasser qn.dat hangt hem boven het hoofd • cela lui pend au nezdie onderneming is mij boven het hoofd gegroeid • la direction de cette entreprise dépasse maintenant mes capacitéshet werk groeit haar boven het hoofd • elle est submergée de travaildie gedachte speelt mij door het hoofd • cette pensée me trotte par la têtedat is mij door het hoofd geschoten • ça m'est complètement sorti de la têtehet is hem in het hoofd geslagen • il a perdu la tête〈 figuurlijk〉 iemand iets in het hoofd stampen • fourrer qc. dans la tête de qn.zich een gat in het (z'n) hoofd vallen • s'ouvrir le crâne en tombantzich licht in het hoofd voelen • avoir le vertigeiemand in het hoofd treffen • toucher qn. à la têtezich iets in het hoofd zetten • se mettre qc. en têtehoe haalt hij het in zijn hoofd? • 〈 denken〉 qu'est-ce qu'il va chercher là?; 〈 doen〉 qu'est-ce qui lui prend de faire une chose pareille!het in zijn hoofd halen om te • s'aviser dealles zeggen wat in je hoofd opkomt • dire tout ce qui vous passe par la têtemet het hoofd omlaag vallen • tomber la tête la premièremet zijn hoofd tegen de muur lopen • donner de la tête contre un murmet het hoofd tegen de muur slaan • se cogner la tête contre le muriemand een verwijt naar het hoofd slingeren • lancer un reproche à la tête de qn.〈 figuurlijk〉 iemand iets naar het hoofd smijten • jeter qc. à la tête de qn.de drank stijgt hem naar het hoofd • l'alcool lui monte à la tête〈 figuurlijk〉 hij kan wel op zijn hoofd gaan staan, ik doe het niet • il a beau faire des pieds et des mains, je ne marche paseen prijs op iemands hoofd zetten • mettre à prix la tête de qn.dat zal op uw hoofd neerkomen • cela vous retombera sur la têteiets over het hoofd zien • ne pas remarquer qc.ik zal die gekheid wel uit mijn hoofd laten • je me garderai bien de faire cette bêtisedat laat ik mij niet uit mijn hoofd praten • on ne me fera pas changer d'idéedat zou ik maar uit mijn hoofd zetten • tu ferais mieux d'abandonner cette idéeuit het hoofd leren • apprendre par coeuruit het hoofd rekenen • calculer de têteuit het hoofd spelen • jouer sans partitioniemand van het hoofd tot de voeten opnemen • examiner qn. des pieds à la têtevan het hoofd tot de voeten gewapend • armé de pied en cap't is om je voor het hoofd te slaan • c'est à se taper la tête contre les murs〈 figuurlijk〉 iemand voor het hoofd stoten • offenser qn.een hoofd hebben als een boei • être rouge comme une pivoine〈 spreekwoord〉 zoveel hoofden, zoveel zinnen • autant de têtes, autant d'avishet hoofd van de rooms-katholieke Kerk • le chef de l'Eglise catholique -
57 horen
1 [algemeen] entendre2 [luisteren naar; in aanmerking nemen] écouter♦voorbeelden:muziek horen • entendre de la musiquede Raad van State horen • consulter le Conseil d'Etathet is wel te horen dat je verkouden bent • on entend bien que tu es enrhumélaat eens iets van je horen • donne-nous de temps en temps de tes nouvelleszo mag ik het horen! • voilà qui est parler!ik heb het alleen van horen zeggen • je ne le sais que par ouï-direik hoor nog wel eens wat • parfois j'apprends encore qc.u hoort nog van ons • nous vous écrirons, nous reprendrons contact avec vousdaar heb ik nooit van gehoord • je n'ai jamais entendu parler de cela〈 spreekwoord〉 wie niet horen wil, moet voelen • vous l'avez voulu, George Dandin2 moet je horen! • écoute!zichzelf graag horen praten • s'écouter parlerhoor hem! • écoute-moi ça!1 [geluiden kunnen waarnemen] entendre2 [zijn plaats hebben; toebehoren] appartenir (à)3 [gepast zijn] convenir♦voorbeelden:dit huis hoort aan mijn vader • cette maison appartient à mon pèredit deksel hoort bij die pot • ce couvercle va avec ce potergens bij horen • appartenir à qc.hij hoort tot de genodigden • il fait partie des invitésvoor wat hoort wat • donnant donnantje hoort niet te fluisteren in gezelschap • ce n'est pas bien de chuchoter en publicdat hoort zo • c'est ce qui se fait -
58 iemand
1 [deze of gene] quelqu'un2 [in ontkennende zin] personne3 [een ieder; ook persoon(lijkheid)] quelqu'un♦voorbeelden:1 is daar iemand? • il y a quelqu'un?(een) zeker iemand vertrouwde mij dat toe • quelqu'un que je ne citerai pas me l'a soufflé à l'oreillehij is niet zomaar iemand • ce n'est pas n'importe quiiemand die zulke dingen doet, ken ik niet • celui qui fait des choses pareilles, je l'ignoreiemand anders • quelqu'un d'autrebeter dan iemand anders • mieux que personnezo iemand doet dat niet • une telle personne ne s'abaisse pas à celaik ken nog zo iemand! • j'en connais un(e) autre! -
59 ik
ik♦voorbeelden:1 arme ik! • pauvre de moi!ik ben er ook nog! • et moi, alors! on m'oublie!ik ben het • c'est moihier ben ik • me voilàik ga al • c'est bon, j'y vaisík heb het gedaan • c'est moi qui l'ai faitm'n tweede ik • mon autre moi-mêmewie is daar? ik • qui est là? moi -
60 kerkganger
kerkganger, kerkgangster1 〈 rooms-katholiek〉 celui 〈m.〉, celle 〈v.〉 qui va à l'eglise 〈 protestant〉 celui, celle qui va au temple♦voorbeelden:
См. также в других словарях:
Qui-Gon Jinn — Star Wars character Liam Neeson as Qui Gon Jinn Portrayed by Liam Neeson (Episode I … Wikipedia
Qui Est Juif — ? Cet article traite des critères utilisés pour définir la judaïté des juifs. L article Identité juive traite de la façon dont les Juifs définissent eux mêmes leur judéité. Les Juifs et le judaïsme Généralités Qui est Juif ? … Wikipédia en Français
Qui Est Juif ? — Cet article traite des critères utilisés pour définir la judaïté des juifs. L article Identité juive traite de la façon dont les Juifs définissent eux mêmes leur judéité. Les Juifs et le judaïsme Généralités Qui est Juif ? … Wikipédia en Français
Qui Veut Gagner Des Millions — ? Qui veut gagner des millions ? Genre Jeu télévisé Réalisé par Didier Froehly Présenté par Jean Pierre Foucault Pays … Wikipédia en Français
Qui Veut Gagner Des Millions? — Qui veut gagner des millions ? Qui veut gagner des millions ? Genre Jeu télévisé Réalisé par Didier Froehly Présenté par Jean Pierre Foucault Pays … Wikipédia en Français
Qui Veut Gagner Des Millions ? — Qui veut gagner des millions ? Genre Jeu télévisé Réalisé par Didier Froehly Présenté par Jean Pierre Foucault Pays … Wikipédia en Français
Qui est Juif — ? Cet article traite des critères utilisés pour définir la judaïté des juifs. L article Identité juive traite de la façon dont les Juifs définissent eux mêmes leur judéité. Les Juifs et le judaïsme Généralités Qui est Juif ? … Wikipédia en Français
Qui est Juif ? — Cet article traite des critères utilisés pour définir la judaïté des juifs. L article Identité juive traite de la façon dont les Juifs définissent eux mêmes leur judéité. Les Juifs et le judaïsme Généralités Qui est Juif ? … Wikipédia en Français
Qui est juif — ? Cet article traite des critères utilisés pour définir la judaïté des juifs. L article Identité juive traite de la façon dont les Juifs définissent eux mêmes leur judéité. Les Juifs et le judaïsme Généralités Qui est Juif ? … Wikipédia en Français
Qui veut gagner des millions — ? Qui veut gagner des millions ? Genre Jeu télévisé Réalisé par Didier Froehly Présenté par Jean Pierre Foucault Pays … Wikipédia en Français
Qui veut gagner des millions? — Qui veut gagner des millions ? Qui veut gagner des millions ? Genre Jeu télévisé Réalisé par Didier Froehly Présenté par Jean Pierre Foucault Pays … Wikipédia en Français