-
1 parsemer
-
2 sabler
-
3 saupoudrer
saupoudrer [soopoedree]〈 werkwoord〉v2) doorspekken (met) [tekst]3) versnipperen [budget, krachten] -
4 poudrer
poudrer [poedree]〈 werkwoord〉1 (be)poederen ⇒ bestrooien, poeder strooien over, bedekken 〈met poeder enz.〉 ⇒ 〈 landbouw〉 bestuivenv1) (be)poederen2) bestuiven [landbouw] -
5 caraméliser
caraméliser [kaaraameeliezee]II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 met karamel aanmaken ⇒ karamel doen bij, met karamel vermengen♦voorbeelden: -
6 fariner
fariner [faarienee]II 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
7 joncher
joncher (de) [zĵõsĵee]〈 werkwoord〉 -
8 sablage
См. также в других словарях:
Straße — Auf der breiten (großen) Straße bleiben: die Bequemlichkeit vorziehen und keine neuen Wege suchen; von der altgewohnten Weise nicht abgehen; dem Schlendrian folgen; es mit der Mehrzahl halten. Vergleiche französisch ›suivre le chemin… … Das Wörterbuch der Idiome