-
1 bagage
♦voorbeelden: -
2 bagage
n. baggage, luggage, suitcases, cargo; family (Slang) -
3 bagage in depot
bagage in depotVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > bagage in depot
-
4 vier stuks bagage
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > vier stuks bagage
-
5 controle van de bagage
controle van de bagageVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > controle van de bagage
-
6 de bagage is meegekomen
de bagage is meegekomenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de bagage is meegekomen
-
7 ingeklaarde bagage
ingeklaarde bagageVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ingeklaarde bagage
-
8 met weinig geestelijke bagage
met weinig geestelijke bagageVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > met weinig geestelijke bagage
-
9 uw bagage komt na
uw bagage komt naVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > uw bagage komt na
-
10 controle
1 [inspectie] check (on) ⇒ checking, control, 〈 toezicht ook〉 supervision (of/over), surveillance, 〈 van gegevens ook〉 verification, inspection 〈 op kwaliteit〉, examination 〈 op kwaliteit〉, 〈 medicijnen, geneeskunde〉 checkup, 〈 medicijnen, geneeskunde〉 medical, 〈 van een continu proces〉 monitoring, 〈 boekhouden〉 audit(ing)3 [beheersing] control♦voorbeelden:de controle van de boekhouding • the audit of accounts/examination of the bookssociale controle • social controlonder strenge/voortdurende controle staan • be under strict/constant supervisionzij staat nog steeds onder (medische) controle • she is still under (medical) supervisionwe doen dat louter ter controle • this is just a routine checkhij kwam niet door de controle • he didn't get through/in/out, he didn't get past the gate3 zijn reacties/een brand onder controle hebben • have one's reactions/a fire under controlhij kon de bal niet onder controle krijgen • he was not able to get the ball under controlzij heeft de situatie volledig onder controle • she's in full command of the situationde controle over het stuur verliezen • lose control of the steering-wheel -
11 depot
2 [iets in bewaring] (goods on) deposit ⇒ deposited goods/documents 〈enz.〉, 〈 handel〉 (reserve) stock, 〈 handel〉 store3 [magazijn] 〈 ook leger〉 depot ⇒ store, 〈 handel ook〉 warehouse, 〈 handel ook〉 repository, 〈 bank〉 depository, 〈leger; tijdelijk〉 dump4 [met betrekking tot een handels-/fabrieksmerk] registration♦voorbeelden: -
12 drager
draagster 〈 de (vrouwelijk)〉2 [iemand die het genoemde bezit] bearer♦voorbeelden:2 drager dezes • bearer of this note/letter————————drager21 [voorwerp dat iets draagt, steunt] support -
13 goederendepot
-
14 inklaren
♦voorbeelden:een schip inklaren • clear (in) a ship -
15 licht
licht1〈 het〉♦voorbeelden:waar zit de knop van het licht? • where's the light-switch?licht en schaduw • light and shade〈 figuurlijk〉 het groene licht geven/krijgen • give/get the green light/the go-aheadgroot licht • full beam〈 figuurlijk〉 we moeten dat in het juiste licht proberen te zien • we must try to put that in the proper light/perspective〈 figuurlijk〉 iets in een nieuw/ander licht zien • see something in a new/another lightdoor rood licht rijden • drive/go through a red lighthet licht aan-/uitdoen • put/ 〈 schakelaar ook〉turn the light on/offer brandde nog licht op de studeerkamer • there was still (a) light (on) in the studymet gedimde lichten • with dimmed (head)lights〈 figuurlijk〉 zij gunnen elkaar het licht in de ogen niet • they wouldn't give each other the time of dayhij is geen licht • he's no geniushet licht staat op rood • the light's redje hoeft geen licht te zijn om … • you don't have to be a genius to …met de lichten knipperen • flash (one's (head)lights)ga eens uit mijn licht • move out of my light pleaseeen fietser zonder licht • a cyclist without (any) lightsin het licht van de gebeurtenissen • in the light of eventsin het licht daarvan • such being the casein dat licht gezien • viewed in that light————————licht21 [niet zwaar] light4 [soepel] light7 [makkelijk verteerbaar] light9 [met betrekking tot stemgeluiden] soft♦voorbeelden:veel te licht zijn • be considerably underweighteen kilo te licht • a kilogram underweight3 lichte ogen • light/pale eyeslicht blauw • light blue6 lichte lectuur/muziek • light reading/musiceen lichte blessure • a minor injuryeen lichte buiging • a slight boween lichte hartaanval • a mild heart attackeen lichte verkoudheid/griep(aanval) • a slight cold, a touch of (the) flulichte vorst • (s)light frostII 〈 bijwoord〉2 [enigszins] slightly3 [gemakkelijk, gauw] easily4 [zeer] highly♦voorbeelden:licht slapen • sleep lightlicht opgemaakt • lightly made-up3 licht verteerbaar • (easily) digestible, lightje moet daar niet te licht over denken • you mustn't think (too) lightly of thatzoiets wordt licht vergeten/over het hoofd gezien • that sort of thing is easily forgotten/overlooked -
16 lossen
-
17 meekomen
1 [komen] come (along/with/also)2 [tegelijk te voorschijn komen] come (also)3 [het tempo bijhouden] keep up (with)♦voorbeelden:ik heb er geen bezwaar tegen als hij meekomt • I don't object to his coming (along)ik ga niet tenzij jij meekomt • I won't go unless you come with me -
18 nakomen
1 [later komen] come/arrive later ⇒ come after(wards)♦voorbeelden:nagekomen berichten • messages received laterII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:bij het niet nakomen van de verbintenis • in case of non-observance of the agreement -
19 pak
2 [kostuum] suit3 [bij elkaar gebonden geheel] 〈 baal〉 bale; 〈 partij〉 batch; 〈 bundel, pakket〉 bundle; 〈 stapeltje〉 packet4 [laag, vracht] pack5 [bagage] bag♦voorbeelden:1 een pak koekjes/koffie • a packet of biscuits/coffeeeen pak melk • a carton of milkeen pak suiker/meel • a bag of sugar/flourdat is een pak van mijn hart • that is/takes a load off my mindeen nat pak halen • get drenchediemand in het pak steken • clothe someonehij zit goed in het pak • he dresses smartly3 een pak oud papier • a batch/bundle of wastepaperhet was weer van hetzelfde laken een pak • it was the same thing all over againer lag een dik pak sneeuw • the snow lay thick everywhere¶ iemand een pak rammel geven • give someone a beating/a good hidingeen kind een pak slaag geven • spank/wallop a child, give a child a spankingeen pak slaag krijgen • get a whackingbij de pakken neerzitten • throw in the towelje moet niet bij de pakken neerzitten • never say diemoet je een pak voor je billen/broek? • (do you) want to get your trousers dusted? -
20 plunje
1 [kleren] togs, duds♦voorbeelden:1 zijn oude plunje • his old(est) togs/dudszijn zondagse plunje • his Sunday best
- 1
- 2
См. также в других словарях:
bagage — [ bagaʒ ] n. m. • 1265; de l a. fr. bagues, de l angl. bag « paquet » 1 ♦ Vx Matériel d une armée. Mod. Loc. fig. Se rendre, capituler avec armes et bagages : accepter une entière défaite. Fam. Avec armes et bagages : avec tout son matériel, tout … Encyclopédie Universelle
bagage — BAGAGE. s. m. Équipage de ceux qui sont en voyage ou à la guerre. Cheval de bagage. Gros bagage, pour dire, Le bagage qui ne sauroit être voituré que par des charrois. Menu bagage, pour dire, Le bagage qui peut être porté sur des bêtes de somme.… … Dictionnaire de l'Académie Française 1798
bagage — BAGAGE. s. m. Equipage de ceux qui vont par pays, & principalement des gens de guerre. Cheval de bagage, les bagages de la Cour. les bagages de l armée. Gros bagage de l armée. C est la partie du bagage qui occupe le plus de place dans une armée … Dictionnaire de l'Académie française
bagage — Bagage, m. pen. C est le menu equipage que les gens de guerre font porter apres eux, ou sur charretes, ou sur sommiers, ou sur le dos des goujards, et par consequent se prend aussi pour les chartiers, muletiers, et goujards, portans et menans ce… … Thresor de la langue françoyse
Bagage — Sf Gesindel std. vulg. (16. Jh.) Entlehnung. Entlehnt aus frz. bagage m. Troß , einem Kollektivum zu frz. bagues Pl. Gepäck (Singular wohl Sack o.ä.). Die (nur deutsche) Bedeutungsverschlechterung zu Gesindel beruht darauf, daß der Troß bei den… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
Bagage — bezeichnet in Frankreich das Gepäck im 16. und 17. Jahrhundert den Heerestross und Gesindel eines Landsknechtheeres (abwertend) Gesindel, Pack Siehe auch: Wiktionary: Bagage – Bedeutungserklärungen, Wortherkunft, Synonyme,… … Deutsch Wikipedia
Bagage — Bagage,die:1.⇨Gesindel–2.⇨Gepäck Bagage 1.→Gesindel 2.→Gepäck … Das Wörterbuch der Synonyme
Bagage — Curieux nom surtout porté à la Réunion. S agirait il du surnom d un voyageur ? Difficile de savoir. Le nom était autrefois porté dans la Meuse, on le rencontre aussi en Belgique. A noter que dans certaines régions de Wallonie le mot bagage a été… … Noms de famille
Bagage — Bagage: Das seit dem 16. Jh. bezeugte Fremdwort stammt aus der Soldatensprache und bedeutete ursprünglich »Gepäck, Tross«. Heute ist es veraltet und lebt eigentlich nur noch als Scheltwort für »Gesindel«, eine Bedeutungsentwicklung, die der von ↑ … Das Herkunftswörterbuch
Bagage — (fr., spr. Bagahsch), 1) der große Wagentrain einer Armee, welcher das Gepäck, die Lebensmittel, Fourage, so wie die übrigen Bedürfnisse u. Geräthe (nicht die Munition) den einzelnen Truppentheilen im Ganzen nachführt. Die Heere der neueren Zeit… … Pierer's Universal-Lexikon
Bagage — (franz., spr. bagāsch ), Reisegepäck, besonders die für die unmittelbare Schlagfertigkeit und Bequemlichkeit der Truppen auf Fahrzeugen (früher auch Packpferden, Maultieren) mitgeführten Bedürfnisse. Zur kleinen B. gehören die Handpferde der… … Meyers Großes Konversations-Lexikon