-
41 zutage
zutage, bzu Tage/b♦voorbeelden:1 etwas zutage bringen • iets aan 't licht brengen, voor de dag halenetwas kommt, tritt zutage • (a) iets komt aan de oppervlakte; 〈 (b) figuurlijk〉 iets komt aan het licht -
42 Fuß
Fuß1〈m.; Fußes, Füße〉♦voorbeelden:1 mit bloßen Füßen • op blote voeten, blootsvoets〈informeel; figuurlijk〉 mit dem linken Fuß zuerst aufgestanden sein • met het verkeerde been uit bed gestapt zijnjemanden auf freien Fuß setzen • iemand op vrije voeten stellenauf großem Fuß leben • op grote voet leven〈informeel; figuurlijk〉 kalte Füße bekommen, kriegen • nattigheid voelen, terugkrabbelen〈 figuurlijk〉 auf schwachen, tönernen Füßen stehen • zwak staan, een zwakke basis hebbenstehenden Fußes • op staande voetFüße bekommen haben • spoorloos verdwenen zijn(festen) Fuß fassen • (vaste) voet krijgenden Fuß an Land setzen • voet aan wal zettensich auf den Füßen halten • zich op de been, staande houden〈 informeel〉 jemandem auf den Fuß, die Füße treten • (a) iemand op zijn tenen trappen; (b) iemand tot spoed aanzettenvon Kopf bis Fuß • van top tot teenetwas mit Füßen treten • iets met voeten tredenjemandem zu Füßen fallen • aan iemands voeten vallengut zu Fuß, Füßen sein • goed ter been zijn————————Fuß2〈m.; Fußes, Fuß〉 -
43 Gang
Gang1〈m.; Gang(e)s, Gänge〉♦voorbeelden:seinen (alten, gewohnten) Gang gehen • zijn (gewone) gang(etje) gaanim Gang(e), in Gang sein • (a) werken, in werking zijn; 〈 (b) figuurlijk〉aan de gang zijn, gaande zijnetwas in Gang halten • iets aan de gang houdenin Gang kommen • op gang komeneinen schweren, bitteren Gang tun, gehen 〈 ook figuurlijk〉 • een zware, moeilijke tocht ondernemenauf meinem Gang zur Schule • op (mijn) weg naar schoolder Gang zum Verfassungsgericht • het zich wenden tot, het in beroep gaan bij het Constitutioneel Hof〈 figuurlijk〉 einen Gang zurückschalten • het kalmer aan doen, gas terugnemen8 toter Gang • dode, verloren gang————————Gang2〈m.; Gangs〉 〈 scheepvaart〉————————Gang3〈v.; Gang, Gangs〉 -
44 Glück
〈o.; Glück(e)s, Glücke〉♦voorbeelden:damit hast du bei mir kein Glück • daarmee hoef je bij mij niet aan te komenGlück muss man, der Mensch haben! • je moet maar boffen, geluk hebben!das Glück lächelt, lacht, winkt jemandem • de fortuin lacht iemand toesein Glück machen • zijn fortuin, het makenjemandem zu der Hochzeit (viel) Glück wünschen • iemand met zijn huwelijk gelukwensen, feliciterenauf gut Glück • op goed gelukein Glück im Unglück • een geluk bij een ongelukin Glück und Unglück • in voor- en tegenspoedvon Glück reden, sagen können • van geluk mogen sprekenzu meinem Glück • gelukkig (voor mij), tot mijn geluk〈 ironisch〉 das hat mir zu meinem Glück (gerade) noch gefehlt! • dat ontbrak er nog (maar) aan!zum Glück • gelukkigmehr Glück als Verstand • meer geluk dan wijsheid -
45 Haar
〈o.; Haar(e)s, Haare〉♦voorbeelden:〈informeel; figuurlijk〉 Haare lassen müssen • een veer, veren moeten laten〈informeel; figuurlijk〉 auf ein Haar, aufs Haar • precies, exactum ein Haar • een tik(kelt)jeum ein Haar wäre, hätte … • het scheelde maar een haar of … -
46 Kind
〈o.; Kind(e)s, Kinder〉♦voorbeelden:1 wes Geistes Kind ist er? • wat is hij voor iemand?〈informeel; figuurlijk〉 das gebrannte Kind • het zwarte schaap, de gebeten hondbei jemandem lieb Kind sein • bij iemand een wit voetje hebbendas Auto ist der Deutschen liebstes Kind • de auto is de heilige koe van de Duitserswie sag ichs meinem Kinde? • (a) hoe licht ik mijn kind voor?; (b) hoe breng ik hem (haar) dat het best aan het verstand?〈informeel; figuurlijk〉 wir werden das Kind schon (richtig) schaukeln • wij zullen dat varkentje wel even wassenjemanden an Kindes statt annehmen • iemand als eigen kind aannemenmit Kind und Kegel • met hutje en mutjevon Kind an, auf • van jongs af aansie ist kein Kind von Traurigkeit • ze is levenslustigweder Kind noch Kegel haben • kind noch kraai hebben〈 spreekwoord〉 gebranntes Kind scheut das Feuer • ±ieen ezel stoot zich geen tweemaal aan dezelfde steen/i〈 spreekwoord〉 wenn das Kind in den Brunnen gefallen ist, deckt man ihn zu • als het kalf verdronken is, dempt men de putmit einem Kind gehen • zwanger zijn3 Kinder, Kinder! • lieve deugd!, mensen kinderen! -
47 Licht
〈o.; Licht(e)s, Lichter〉4 〈 beeldende kunst〉glimlichtje, lichttoets♦voorbeelden:künstliches Licht • kunstlichtjetzt geht mir ein Licht auf • nu gaat me een licht opjemandem ein Licht aufstecken • iemand iets aan het verstand brengen〈 figuurlijk〉 wo die Lichter ausgehen • waar slechte tijden aanbreken, heersen〈 verkeer〉 Lichter führen • lichten op-, aanhebbenetwas ans Licht bringen, holen, ziehen • iets aan het licht brengenans Licht kommen, treten • aan het licht komenjemandem aus dem Licht(e) gehen • uit iemands licht gaan (staan)bei Lichte besehen, betrachtet • op de keper beschouwdalles im rosigsten, in rosigem Licht(e) sehen • alles van de zonzijde bekijkenin einem guten, schlechten Licht stehen • zich in een goed, slecht daglicht vertonenin ein schiefes Licht geraten • in een ongunstig daglicht komen te staanjemanden, etwas ins rechte Licht rücken, setzen, stellen • iemand, iets in het juiste licht plaatsen -
48 Mangel
Mangel1〈m.; Mangels, Mängel〉1 gebrek, gemis, tekort2 onvolkomenheid, fout♦voorbeelden:aus Mangel, wegen Mangels an Beweisen • bij gebrek aan bewijs2 Mängel rügen • gebreken wraken, reclamerendiese Arbeit ist mit einigen Mängeln behaftet • aan dit werk kleven enige fouten————————Mangel2〈v.; Mangel, Mangeln〉♦voorbeelden:1 〈informeel; figuurlijk〉 jemanden durch die Mangel drehen, in der Mangel haben • iemand door de mangel halen -
49 Schande
Schande〈v.; Schande〉♦voorbeelden:1 etwas bringt jemandem Schande • iets doet iemand schande aan, brengt schande over iemandmach mir keine Schande! • doe me geen schande aan!zu Schanden • kapot¶ 〈 spreekwoord〉 der Horcher an der Wand hört seine eigne Schand • wie luistert aan de wand, hoort zijn eigen schand -
50 Schuld
〈v.; Schuld, Schulden〉♦voorbeelden:Schuld an allem haben • overal de schuld van zijndie Schuld auf jemanden abwälzen, schieben • iemand de schuld geven, de schuld op iemand gooienich habe Schuld daran • het is mijn schuld, ik heb er debet aansich in Schulden stürzen • zich in (de) schulden stekenohne meine Schuld • buiten mijn schuldSchuld und Buße, Sühne • schuld en boete -
51 Stör
Stör1〈m.; Stör(e)s, Störe〉 〈 biologie〉————————Stör2〈v.; Stör, Stören〉 〈 Zuid-Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland〉♦voorbeelden:1 auf Stör sein • op karwei zijn, aan huis werkenauf (die), in die Stör gehen • bij een klant aan huis op karwei gaan, gaan werken -
52 Tagesordnung
Tagesordnung〈v.〉♦voorbeelden: -
53 Wort
Wort1〈o.; Wort(e)s, Wörter〉♦voorbeelden:ein Wort mit vier Buchstaben • een woord van vier letters————————Wort2〈o.; Wort(e)s, Worte〉♦voorbeelden:zwischen ihnen ist kein böses Wort gefallen • zij hebben geen woorden gehadjemandem böse Worte geben • op iemand scheldenmit dürren Worten • in nuchtere bewoordingenein ernstes Wort mit jemandem sprechen • een hartig woordje met iemand sprekendas große Wort führen • het hoogste woord voerengroße Worte machen • holle frasen verkopenein gutes Wort für jemanden einlegen • een goed woordje voor iemand doenleere Worte • holle frasenein offenes Wort reden, sagen • openhartig sprekendas rechte Wort zur rechten Zeit • een woord op zijn passchöne Worte machen • veel kletsen en weinig doenviele Worte machen • omstandig, breedvoerig sprekendaran ist kein wahres Wort • daar is geen woord van waarjemandem das Wort abschneiden • iemand in de rede vallenjemandem das Wort entziehen • iemand het woord ontnemendas Wort ergreifen, nehmen • het woord nemenjemandem fehlen die Worte • iemand weet niet wat te zeggenein Wort gab das andere • van het ene woord kwam het (tot) het anderehast du Worte?, hat der Mensch Worte? • niet te geloven!er will es nicht Wort haben • hij wil het niet wetenso rede doch ein Wort! • zeg dan toch wat!jemandem das Wort reden • voor iemand opkomendarüber braucht man kein Wort zu verlieren • daaraan hoef je geen woord vuil te makenkein Wort weiter! • hou er maar over op!ich weiß kein Wort davon • ik weet er niets vanauf ein Wort! • kan ik u heel even spreken?auf jemandes Wort(e) hören • naar iemand(s raad) luisterenaufs Wort gehorchen • meteen, onvoorwaardelijk gehoorzamenjemandem das Wort aus dem Mund nehmen • iemand de woorden uit de mond halenein Wort viel im Munde führen • een woord veel gebruikeneinem das Wort im Munde (her)umdrehen • iemands woorden (opzettelijk) verdraaienin Worten • voluit, zegge, in lettersin Wort und Bild, Schrift • in woord en beeld, geschriftetwas in Worte fassen, kleiden • iets onder woorden brengen, verwoordenjemandem ins Wort fallen • iemand in de rede vallenmit einem Wort • in één woordmit anderen Worten • met andere woordenzu Worte kommen • aan het woord komensich zu Wort melden • het woord vragen————————Wort3〈o.; Wort(e)s〉1 (ere)woord, belofte♦voorbeelden:sein Wort halten • zijn woord houdensein Wort zurücknehmen • zijn belofte terugnemenauf jemandes Wort • op iemands (ere)woordjemanden beim Wort nehmen • iemand aan zijn woord houdenbei jemandem im Wort sein • aan iemand zijn woord gegeven hebbenein Mann von Wort • een man van zijn woord -
54 anlassen
anlassen♦voorbeelden:♦voorbeelden:1 das neue Jahr lässt sich gut an • het nieuwe jaar begint goed, belooft veel -
55 anlehnen
anlehnen2 laten aanstaan ⇒ op een kier laten staan, zetten♦voorbeelden:♦voorbeelden:sich an die Wand anlehnen • tegen de muur (gaan) leunen -
56 ansetzen
ansetzenI 〈onovergankelijk werkwoord; haben〉♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉4 beginnen, vormen5 aanzetten, vormen7 ramen, begroten♦voorbeelden:das Glas ansetzen • het glas aan de mond zetten6 eine Besprechung auf, für den nächsten Tag ansetzen • een bespreking voor de volgende dag vaststellen9 eine Bowle, einen Likör ansetzen • een bowl, likeur bereiden¶ 〈 figuurlijk〉 den Hebel an der richtigen Stelle ansetzen • iets goed, op de juiste manier aanpakken♦voorbeelden:1 Kalk, Zahnstein setzt sich an • kalk, tandsteen zet aan -
57 anstecken
anstecken1 aan-, opspelden♦voorbeelden:sich (bei jemandem) anstecken • (door iemand) besmet, aangestoken worden¶ 〈 spreekwoord〉 ein fauler Apfel steckt alle anderen an • één rotte appel in de mand maakt al het gave fruit te schand -
58 auf
auf1〈 bijwoord〉1 op ⇒ (naar) omhoog2 vooruit, komaan!♦voorbeelden:〈 informeel〉 auf und davon • ervandoor, weg2 auf, an die Arbeit! • vooruit, aan het werk!3 Augen auf! • ogen open!————————auf2〈voorzetsel + 3,4〉4 op ⇒ na, naar5 op 〈 bepaling van wijze, graad, middel〉 ⇒ in, ten6 op 〈 doel, reden, vaste verbindingen〉8 van/op (een afstand van)♦voorbeelden:auf der Post arbeiten • bij de post werkenauf Urlaub gehen • met vakantie gaandieses Fenster geht auf die Straße hinaus • dit raam kijkt op de straat uitauf dem Land wohnen • op het platteland wonenaufs Dorf, aufs Land ziehen • naar het dorp, naar het platteland trekkennass bis auf die Haut • nat tot op het lijf2 auf einen Augenblick, einige Jahre • voor een ogenblik, enkele jarenauf immer • voor altijd3 auf morgen! • tot morgen!4 Stunde auf Stunde • uur na uur, urenlangin der Nacht vom 30. auf den 31. März • in de nacht van 30 op 31 maartauf Deutsch • in het Duitsauf jeden Fall • in ieder gevalauf Kosten seiner Nachtruhe • ten koste van zijn nachtrustauf eigene Rechnung • voor eigen rekening, op eigen risicoauf diese Weise • op deze, die manierauf einen Zug • in één teugaufs herzlichste, Herzlichste grüßen • zeer hartelijk groetenaufs höchste, Höchste erstaunt • ten zeerste verbaasdaufs neue, Neue • opnieuwaufs strengste, Strengste verboten • ten strengste verbodenauf diese Nachricht hin • naar aanleiding van dit berichtauf jedes Kind entfällt ein Apfel • er is één appel per kind9 es geht auf den Abend, zwei Uhr • het loopt tegen de avond, twee uurein Viertel auf zwei • kwart over ééndrei Viertel auf zwei • kwart voor twee¶ sich auf jung, neu kleiden • zich jong, nieuw kledenes hat nichts auf sich • het heeft niets te betekenenalle bis auf meinen Freund • allen op mijn vriend na -
59 aussetzen
aussetzenI 〈onovergankelijk werkwoord; haben〉1 (tijdelijk) ophouden ⇒ stokken, pauzeren♦voorbeelden:der Motor setzt aus • de motor slaat afmit der Arbeit aussetzen • het werk onderbrekenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 uit-, buitenzetten♦voorbeelden:ein Kind aussetzen • een kind te vondeling leggenPassagiere aussetzen • passagiers aan land zetteneine Strafe auf, zur Bewährung aussetzen • iemand voorwaardelijk veroordelen -
60 beiheften
См. также в других словарях:
Aan — Cette page d’homonymie répertorie les différents sujets et articles partageant un même nom. {{{image}}} Sigles d une seule lettre Sigles de deux lettres > Sigles de trois lettres … Wikipédia en Français
AAN — is a three letter acronym that may refer to:* American Academy of Neurology, a medical specialty society * American Academy of Nursing, a professional society * Association of Alternative Newsweeklies, a North American trade association * IATA… … Wikipedia
AAN — Abreviatura de la American Academy of Nursing. Diccionario Mosby Medicina, Enfermería y Ciencias de la Salud, Ediciones Hancourt, S.A. 1999 … Diccionario médico
aan — aan, e obs. forms of on, and one … Useful english dictionary
Aan — Infobox Film name = Aan image size = caption = Film poster director = Mehboob Khan producer = Mehboob Khan writer = R. S. Choudhury (story) S. Ali Raza (dialogue) narrator = starring = Dilip Kumar Nimmi Premnath Nadira music = Naushad… … Wikipedia
AAN — Cette page d’homonymie répertorie les différents sujets et articles partageant un même nom. Sigles d’une seule lettre Sigles de deux lettres > Sigles de trois lettres Sigles de quatre lettres … Wikipédia en Français
Aan — Die Abkürzung AAN steht für: American Academy of Neurology American Academy of Nursing Amsterdam Airlines, niederländische Fluggesellschaft (ICAO Code) Anti Aging News, Magazin Antifaschistisches Aktionsbündnis Nürnberg Antifaschistische Aktion… … Deutsch Wikipedia
AAN — Die Abkürzung AAN steht für: American Academy of Neurology American Academy of Nursing, Teil der American Nurses Association Aminoacetonitril, eine chemische Verbindung Amsterdam Airlines, niederländische Fluggesellschaft (ICAO Code) Anti Aging… … Deutsch Wikipedia
Aan de Bergen Leudal — (Хейтуйсен,Нидерланды) Категория отеля: Адрес: Aan de Bergen 1, 6093 NW Хейтуй … Каталог отелей
Aan de Aelder Esch — (Aalden,Нидерланды) Категория отеля: Адрес: Aelderstraat 68, 7854 RS Aalden, Нид … Каталог отелей
Aan De Vliet Guest House — (Стелленбос,Южно Африканская Республика) Категория отеля: 3 звездочный отель Адрес … Каталог отелей