-
1 weergeven
1 [gestalte geven] rendre2 [reproduceren] reproduire♦voorbeelden:1 hij gaf de gevoelens van de vergadering weer toen hij zei … • il traduisait les sentiments de l'assemblée, en disant …zijn woorden letterlijk weergeven • reproduire ses paroles littéralementde koersen geven de stemming nauwkeurig weer • les cours reflètent exactement la tendance2 hifi-installaties geven orkestmuziek goed weer • les installations hi-fi reproduisent fidèlement la musique orchestrale -
2 de werkelijkheid treffend weergeven
de werkelijkheid treffend weergevenDeens-Russisch woordenboek > de werkelijkheid treffend weergeven
-
3 iemands gedachten onjuist weergeven
iemands gedachten onjuist weergeventrahir la pensée de qn.Deens-Russisch woordenboek > iemands gedachten onjuist weergeven
-
4 zijn woorden letterlijk weergeven
zijn woorden letterlijk weergevenDeens-Russisch woordenboek > zijn woorden letterlijk weergeven
-
5 onjuist
♦voorbeelden:onjuist redeneren • raisonner de traversiemands gedachten onjuist weergeven • trahir la pensée de qn. -
6 treffend
♦voorbeelden:een treffende vergelijking • une comparaison parlanteeen treffend verschil tussen hen • une différence saisissante entre euxiets treffend karakteriseren • donner une définition juste de qc.de werkelijkheid treffend weergeven • coller à la réalité -
7 verdraaien
1 [draaiend verplaatsen] tourner2 [stuk maken] tordre3 [verkeerd voorstellen, weergeven] déformer♦voorbeelden:een slot verdraaien • fausser une serrurede wet verdraaien • donner une entorse à la loi1 [zich draaiend verplaatsen] tourner -
8 vergroten
1 [vermeerderen] augmenter2 [groter maken; overdrijven; groter weergeven] grossir♦voorbeelden:foto's vergroten • agrandir des photosde kamer vergroten • agrandir le séjourdeze microscoop vergroot 300 maal • ce microscope grossit 300 fois
См. также в других словарях:
Teufel — (s. ⇨ Teixel). 1. A mol muess ma m Teuffel uff de Wedel treta. – Birlinger, 1036. 2. All, wat de Düwel nich lesen kann (will), dat sleit he vörbi (oder: sleit he äwer). – Frommann, II, 389, 123; Eichwald, 346; Goldschmidt, 57; Kern, 1430. 3. Als… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon