-
1 grief-stricken
-
2 heavy hearted
verdrietig, neerslachtig -
3 sad-looking
verdrietig gezicht -
4 sad
adj. verdrietig; met spijt; bedroefd, verdrietig, treurig[ sæd] 〈sadder; sadness〉1 droevig ⇒ verdrietig, ongelukkig2 schandelijk ⇒ bedroevend (slecht), betreurenswaardig♦voorbeelden:sad to say, we didn't enjoy ourselves • helaas/jammer genoeg hebben we ons niet vermaaktto be sadly mistaken • er totaal/jammerlijk naast zitten2 it's a sad state of affairs to leave these children by themselves • het is een droeve zaak/ongehoord om deze kinderen aan hun lot over te laten→ sadly sadly/ -
5 sadden
v. bedroeven, verdrietig maken[ sædn]II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 bedroeven ⇒ verdrietig maken, somber stemmen -
6 sadly
-
7 agonised
adj. gekweld, pijn lijdend, leed uitdrukkend; gekenmerkt door kwelling; gekenmerkt door leed of bezorgdheid; buitengewoon pijnlijk; verdrietig (ook "agonized")→ agonized agonized/ -
8 agonized
adj. gekweld, pijn lijdend, leed uitdrukkend; gekenmerkt door kwelling; gekenmerkt door leed of bezorgdheid; buitengewoon pijnlijk; verdrietig (ook "agonised")agonized, agonised[ ægənajzd]♦voorbeelden: -
9 bleed
v. bloeden, bloed verliezen; laten bloeden; geld afpersen4 uitgezogen worden ⇒ bloeden, afgezet worden♦voorbeelden:1 my heart bleeds • 〈 figuurlijk〉 ik ben erg verdrietig; 〈 ironisch〉oh jee, wat heb ik een medelijdenhe was bleeding at the nose • hij had een bloedneusbleed to death • doodbloedenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 doen bloeden ⇒ bloed afnemen van, aderlaten2 uitzuigen ⇒ laten bloeden/boeten♦voorbeelden: -
10 blue
adj. blauw; verdrietig (slang)--------n. blauw--------v. blauw kleuren; geld verspillenblue1[ bloe:] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 blauw5 lid/kleur van een conservatieve politieke partij ⇒ 〈 Brits-Engels〉 Tory, conservatief6 〈 Brits-Engels〉student(e) die universiteit vertegenwoordigt in sportwedstrijden tussen Oxford en Cambridge♦voorbeelden:3 into the blue • naar/in het onbekende, in de ruimteout of the blue • plotseling, als een donderslag bij heldere hemel¶ get/win one's blue • gekozen worden als vertegenwoordiger (van Oxford of Cambridge) in sportwedstrijden————————blue2〈bijvoeglijk naamwoord; bluer; blueness〉2 gedeprimeerd ⇒ triest, somber♦voorbeelden:blue blooded • van adellijke afkomstblue cheese • schimmelkaasblue-collar workers • handarbeidersblue helmet • blauwhelmblue with cold • blauw van de kouthings are looking blue • de zaken staan er slecht voor4 blue film/movie • pornofilm, seksfilmwait till one is blue in the face • wachten tot je een ons weegtonce in a blue moon • (hoogst) zelden, zelden of nooitcry/scream/shout blue murder • moord en brand schreeuwen————————blue3〈 werkwoord〉1 blauw kleuren/maken -
11 dejected
-
12 devastating
adj. verwoestend, vernietigend; verdrietig makend, bedroevend[ devvəsteeting] -
13 distressed
-
14 down in the mouth
adj. ontmoedigd; gedeprimeerd; verdrietig, treurigdown in the mouthterneergeslagen, bedrukt, ontmoedigd -
15 down
n. Down (johan lengdon hayden, engelse dokter,down syndroom een ziekte genoemd naar zijn naam)down1[ daun]♦voorbeelden:¶ have a down on someone • de pest/een hekel hebben aan iemand1 dons ⇒ haartjes, veertjesIII 〈meervoud; Down〉♦voorbeelden:1 the North/South Downs • de noordelijke/zuidelijke heuvelrug in Zuid-Engeland————————down21 neergaand ⇒ naar onder/beneden leidend2 beneden♦voorbeelden:2 it's 7.030, but no one is down yet • het is 7.30, maar er is nog niemand beneden¶ cash down • contante betaling, handje contantjedown payment • contante betaling————————down3〈 werkwoord〉♦voorbeelden:1 down an aeroplane • een vliegtuig neerschieten/halen————————down4〈 bijwoord〉♦voorbeelden:bend down • bukken, vooroverbuigencome down (in life) • aan lager wal (ge)rakenthe sun goes down • de zon gaat ondergo down (south) • naar het zuiden trekkengo down in price • goedkoper wordengo down three to one • met drie-een verliezenkeep down • onder de duim houden, onderdrukkenkeep down one's food • zijn eten binnenhoudenput down in writing • opschrijventhe wind went/died down • de wind ging liggenup and down • op en neerdown on your knees! • op de knieën!down with the president! • weg met de president!down! • liggen!, koest!, af! 〈 tegen hond〉go down to the country • het platteland bezoekentrack someone down • iemand opsporen〈 Amerikaans-Engels〉 down south • in/naar de zuidelijke staten¶ eight down and two to go • acht gespeeld, nog twee te spelendeep down inside, down under • in zijn binnenstedown under • bij de tegenvoeters, in Australië en Nieuw-Zeeland————————down5〈 voorzetsel〉♦voorbeelden:roll down (the) hill • (van) de berg (af)rollendown (the) river • de rivier af, verder stroomafwaartsdown South • zuidwaarts, in het zuidenhe went down the street • hij liep de straat doordown town • de stad in, in het centrum -
16 grievous
adj. erg, zwaar, verdrietig[ grie:vəs] 〈 grievousness〉1 erg ⇒ zwaar, ernstig♦voorbeelden:a grievous wound • een ernstige wond -
17 lachrymose
adj. vol tranen; huilerig; huilend; verdrietig; rouw[ lækrimmoos] -
18 lower
adj. lager; onderst--------n. duisternis--------v. lager maken, zachter maken; verminderen, minder maken; kleiner maken; devalueren; kleiner worden; kleineren; beledigen; verdrietig maken; kwaad zijnlower1[ looə] 〈bijvoeglijk naamwoord; vergrotende trap van low〉1 → low low/2 lager (gelegen) ⇒ onder-; van lage(r) orde♦voorbeelden:lower deck • benedendeklower jaw • onderkaak〈 drukwezen〉 lower case • onderkast, kleine letter(s)————————lower21 afnemen ⇒ minder worden, dalen, zakken2 → lour lour/II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
19 mope
n. kniezen, slecht humeur, verdriet--------v. kniezen, slecht humeur hebben, verdrietig zijnmope1[ moop]1 kniesoor ⇒ tobber, brompot♦voorbeelden:2 have a mope • klagerig zeuren, kankerenII 〈meervoud; the〉————————mope2〈 werkwoord〉♦voorbeelden:1 mope about/(a)round • lusteloos rondhangen, neerslachtig rondsloffen -
20 my heart bleeds
————————ik ben diepbedroefd; 〈 ironisch〉oh jee, wat heb ik een medelijden
См. также в других словарях:
Tanz — 1. A Tanz geht nit var (vor) an Essen. (Jüd. deutsch. Warschau.) (S. ⇨ Essen, Subst., 35.) 2. Beim besten Tanz bleibt oft nicht eine Saite ganz. – Parömiakon, 2334. Beim Spiel ist kein Gewinn. 3. Beim Tanz soll man erst sehen, wen man bei der… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon