-
1 sloop
-
2 an auxiliary sloop
-
3 breaking up
sloop -
4 demolition
sloop -
5 auxiliary
adj. hulpmiddel, door middel van, hulp---------n. hulp aan-, behulpzaamauxiliary1[ o:gzil(j)ərie, o:ksi-] 〈zelfstandig naamwoord; meervoud: auxiliaries〉1 helper ⇒ hulpkracht, assistent————————auxiliary21 hulp- ⇒ behulpzaam, helpend2 aanvullend ⇒ supplementair, reserve-♦voorbeelden:1 psychology is an auxiliary science to literature • psychologie is een hulpwetenschap voor literatuurstudieauxiliary troops • hulptroepen -
6 case
n. geval; zaak; rechtszaak; toestand; reden; naamval (grammatica); krat, kist, doos; (in computers) metalen omhulsel waarin zich alle interne onderdelen van de computer bevinden--------v. inpakken (ook in een kist)case1[ kees]1 geval ⇒ kwestie, zaak; stand van zaken; voorbeeld, specimen; patiënt, ziektegeval; 〈 informeel〉 (excentriek) type4 〈 benaming voor〉 omhulsel 〈 voornamelijk met inhoud〉 ⇒ doos, kist, koffer; zak, tas(je); schede, koker; huls, mantel; sloop, overtrek; cassette, etui; omslag; band; uitstalkast, vitrine; kast 〈 van horloge, piano; voor boeken enz.〉; 〈 techniek, technologie〉 huis; trommel, bus; 〈 plantkunde〉 zaadhuisje/hulsel5 kozijn ⇒ raamwerk, deurlijst♦voorbeelden:case in point • goed voorbeeldhe's a real case • hij is echt geschift(just) in case • voor het geval datin case of • in geval van, voor het geval datin the case of • met betrekking totin any/no case • in elk/geen gevalit's (not) the case • het is (niet) waar/het gevalsuch being the case • in het licht daarvanin this/that case • in dit/dat gevalthree cases of measles • drie gevallen van mazelenas the case may be • afhankelijk van de situatie/omstandigheden2 have a strong case • er goed/sterk voor staanmake (out) one's case • aantonen dat men gelijk heeftput the case (that) • opperen/voorstellen (om te)the case for the defendant • het pleidooi ten gunste van de beklaagdehave no case • geen been hebben om op te staanleading case • precedentmy case is to be heard today • mijn zaak komt vandaag voor————————case2〈 werkwoord〉1 voorzien van een omhulsel/doos ⇒ insluiten, vatten -
7 demolition
-
8 slip
n. SLIP protokol, een protokol voor seriële verbinding met het Internet, een protokol waarmee een volledige verbinding met het Internet via een gewone telefoonlijn mogelijk isslip13 onderrok/jurk♦voorbeelden:slip of the tongue • versprekingmake a slip • een vergissing maken, een misstap begaan〈 spreekwoord〉 there's many a slip 'twixt cup and lip • tussen lepel en mond valt veel pap op de grond; tussen neus en lippen kan een goede kans ontglippen¶ give someone the slip • aan iemand ontsnappen/ontglippen————————slip2〈 slipped〉♦voorbeelden:time slips away/by • de tijd gaat ongemerkt voorbijslip down • naar beneden glijdenslip through • doorschietenslip on something • ergens over uitglijdenslip in/out • naar binnen/buiten glippenslip off • wegglippenslip from • ontglippen aanslip past someone • langs iemand glippenslip through one's fingers • door zijn vingers glippenslip up • zich vergissenslip into/out of a dress • een jurk aanschieten/uittrekkenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 schuiven ⇒ slippen, laten glijden3 (onopvallend) toestoppen/geven♦voorbeelden:slip one's foot • uitglijdenslip one's memory/mind • vergetenslip on something comfortable • iets gemakkelijks aanschieten -
9 slope
n. helling, afdaling; paraatheid van geweer (tegen de schouder)--------v. hellen, schuin af/oplopen, glooien; laten hellen/af/oplopenslope1[ sloop] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 helling♦voorbeelden:————————slope21 hellen ⇒ schuin af/oplopen, glooien♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 laten hellen ⇒ laten af/oplopen -
10 pillow case
kussensloopsloop -
11 scrap
afvalafvalmateriaalschrootsloopsnipperuitval
См. также в других словарях:
sloop — sloop … Dictionnaire des rimes
Sloop — war in der britischen Marine im 18. bis Mitte des 19. Jahrhunderts die Bezeichnung für ein nicht klassifiziertes, also von der Rangeinteilung der Kriegsschiffe nicht erfasstes Marinefahrzeug, das von einem Seeoffizier im Range eines… … Deutsch Wikipedia
sloop — [ slup ] n. m. • 1752; du néerl. sloep, même o. que chaloupe ♦ Mar. Petit navire à mât vertical gréé en cotre. ● sloop nom masculin (anglais sloop, du néerlandais sloep) Voilier comportant un foc et une grand voile triangulaire (gréement Marconi) … Encyclopédie Universelle
Sloop — Sloop, n.[D. sloep, of uncertain origin. Cf. {Shallop}.] 1. (Naut.) A vessel having one mast and fore and aft rig, consisting of a boom and gaff mainsail, jibs, staysail, and gaff topsail. The typical sloop has a fixed bowsprit, topmast, and… … The Collaborative International Dictionary of English
Sloop — 〈[ slu:p] f. 10〉 = Schlup * * * Sloop [slu:p ], die; , s [engl. sloop < niederl. sloep = Schaluppe]: Slup. * * * Sloop [slu:p], die; , s [engl. sloop < niederl. sloep = Schaluppe]: Slup … Universal-Lexikon
sloop — 1620s, from Du. sloep a sloop, probably from Fr. chaloupe, from O.Fr. chalupe small, sloop rigged vessel, perhaps related to English shallop. In military use, a small ship of war carrying guns on the upper deck only … Etymology dictionary
sloop — SLUP/ s. n. velier mic cu un singur arbore şi două vele, fără bompres. (< engl. sloop) Trimis de raduborza, 15.09.2007. Sursa: MDN … Dicționar Român
sloop — sloop·man; sloop; … English syllables
Sloop — (engl., spr. Sluhp), so v.w. Schaluppe. Daher Sloopmeester, bei den Holländern ein Schiffsbedienter, welcher die Schaluppe führt, alles Schiffzeug in seiner Verwahrung u. Aufsicht über die Matrosen hat … Pierer's Universal-Lexikon
Sloop — (engl., spr. ßlūp), soviel wie Schlup oder Schaluppe (s. Boot, S. 211); früher wurden auch groste englische Kanonenboote als S. bezeichnet … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Sloop — Sloop, Fahrzeug, s. Slup … Kleines Konversations-Lexikon