-
21 compare
n. vergelijking--------v. vergelijken; lijken opcompare1♦voorbeelden:¶ beyond/past/without compare • onvergelijkbaar, weergaloos————————compare2♦voorbeelden:our results compare poorly with theirs • onze resultaten steken mager/pover bij de hunne afII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 vergelijken ⇒ de gelijkenis vaststellen/nagaan tussen♦voorbeelden:compare a translation with the original • een vertaling naast het origineel leggen -
22 damp
adj. vochtig--------n. vocht; nattigheid--------v. bevochtigen; invochten; onderdrukkendamp1[ dæmp] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:¶ cast/strike a damp over/into • een domper zetten op, een schaduw werpen over————————damp2〈bijvoeglijk naamwoord; dampness〉1 vochtig ⇒ nattig, klam♦voorbeelden:¶ damp squib • sof, fiasco————————damp3〈 werkwoord〉♦voorbeelden:damp down someone's enthusiasm • iemands enthousiasme temperen -
23 end
n. eind; slot; beëindiging; dood--------v. beëindigen; stoppen; eindigenend1[ end] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 einde ⇒ afsluiting, besluit2 einde ⇒ uiteinde, eind5 einde ⇒ vernietiging, dood♦voorbeelden:1 come/draw to an end • ten einde lopen, ophoudenput an end to • een eind maken aan, afschaffenthey are at the end of their resources • hun mogelijkheden zijn uitgeputin the end • ten slotte, op het laatst; uiteindelijkfor weeks on end • weken achtereenplace on end • rechtop/overeind zetten¶ at the end of the day • uiteindelijk, als puntje bij paaltje komtthe end of the line • laatste fase, kritiek stadiumbe at the end of one's tether • aan het eind van zijn krachten/geduld/mogelijkheden zijnkeep one's end up • volhoudenmake (both) ends meet • de eindjes aan elkaar knopensee an end of/to • een einde zien komen aancollide end on • frontaal botsenno end • heel erg, in grote mateno end of time • zeeën van tijdthe end • het summum→ bad bad/, big big/, bitter bitter/, dead dead/, deep deep/, dirty dirty/, east east/, loose loose/, thick thick/, thin thin/, wrong wrong/————————end21 eindigen♦voorbeelden:our efforts ended in a total failure • onze pogingen liepen op niets uitII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 beëindigen ⇒ een eind maken aan, ophouden met2 conclusie/einde vormen van♦voorbeelden:end off something (with) • iets besluiten (met)3 end it (all) • er een eind aan maken, zelfmoord plegen¶ a novel/victory to end all novels/victories • een roman/overwinning die alle andere overbodig maakt/in de schaduw stelt -
24 fiddle
n. viool, vedel, fiedel; knoeierij, zwendel, zwendeltje (slang)--------v. vioolspelen (platte taal): tijd verspillen; bezig zijn met nonsens; bedriegen, oplichtenfiddle1[ fidl] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:→ fit fit/————————fiddle22 lummelen♦voorbeelden:3 fiddle with • morrelen aan, spelen metthe lock had been fiddled with • er was aan het slot geknoeidII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden: -
25 fit
adj. geschikt; passend; waardig; bereid to; gezond; in goede vorm--------n. passen, pasvorm; stuip, toeval, beroerte, aanval, insult, vlaag, bevlieging--------v. passen, kloppen met; voorzien, uitrusten; aanbrengenfit1[ fit]1 vlaag ⇒ opwelling, inval♦voorbeelden:by/in fits (and starts) • bij vlagen2 a fit of coughing • een hoestaanval/buigive someone a fit • iemand de stuipen op het lijf jagen1 het (goed) passen/zitten ⇒ pasvorm♦voorbeelden:————————fit2〈 fitter〉1 geschikt ⇒ gepast, passend2 gezond ⇒ fit, in (goede) conditie♦voorbeelden:1 a fit person to do something • de geschikte/juiste persoon om iets te doenfit to print • geschikt om (af) te drukkena meal (that is) fit for a king • een koningsmaal2 as fit as a fiddle • kiplekker, zo gezond als een visII 〈 bijvoeglijk naamwoord, predicatief〉♦voorbeelden:1 think/see fit to do something • het juist/gepast achten (om) iets te doen, goeddunkennot fit to be seen • ontoonbaarit is not fit (that) • het hoort niet (dat)¶ work till you are fit to drop (dead) • werken tot je erbij neervalt, je doodwerken————————fit3〈fitted; Amerikaans-Engels in betekenis II 0.1 en 0.2 fit, fit〉1 geschikt/passend zijn ⇒ passen, goed/juist zitten♦voorbeelden:→ fit in fit in/II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 (goed) geschikt/passend maken ⇒ aanpassen♦voorbeelden: -
26 gloom
n. duisternis; zwaarmoedigheid, somberheid, depressie--------v. halfduister worden/zijn; mistroostig worden/zijn; verdonkeren; versomberen[ gloe:m]2 mistroostigheid ⇒ zwaarmoedigheid, somberheid♦voorbeelden: -
27 he can't compare with his brother
he can't compare with his brotherEnglish-Dutch dictionary > he can't compare with his brother
-
28 he is not fit to hold a candle to you
English-Dutch dictionary > he is not fit to hold a candle to you
-
29 leave someone/something standing
leave someone/something standingbeter zijn dan iemand/iets, iemand/iets in de schaduw stellen -
30 leave
n. vakantie; permissie, (het) toestaan; afwezig zijn met permissie; afscheid; weggaan--------v. uitkomen, bloeien--------v. verlaten; achterlaten; weggaan; het erbij laten zitten; ophouden; stopzetten; uitwissenleave1[ lie:v] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 toestemming ⇒ permissie, verlof2 verlof ⇒ vrij 〈in het bijzonder met betrekking tot overheid/leger〉; 〈 voornamelijk enkelvoud〉 vakantie♦voorbeelden:1 leave of absence • verlof, vakantieleave of absence without pay • onbetaald verloftake leave to • (het) wagen/de vrijheid nemen teby/with your leave • met uw permissie〈 informeel〉 without a ‘by your leave’ or a ‘with your leave’ • zo maar, ongevraagdtake (one's) leave (of someone) • (iemand) gedag/vaarwel zeggen; weggaan (bij/van iemand)→ French French/————————leave2♦voorbeelden:it's time for you to leave/time you left • het wordt tijd dat je weggaatleave one's wife • bij zijn vrouw weggaanleave for work • naar zijn werk vertrekken→ leave off leave off/1 laten liggen/staan ⇒ achterlaten, vergeten♦voorbeelden:leave about/around • laten (rond)slingerenleave for • vaarwel zeggen voor, in de steek laten voorleave (something) undone • (iets) ongedaan latenleave (something) unsaid • over iets zwijgenbe left with • (blijven) zitten met, opgescheept worden met3 leave much/a lot/something/nothing to be desired • veel/een hoop/iets/niets te wensen over latenfour from six leaves two • zes min vier is tweeleave (someone) a fortune • (iemand) een vermogen nalatenbe well left • goed verzorgd achterblijven¶ leave (someone/something) be • (iemand) met rust laten, (iets) laten rustenleave someone/something standing • beter zijn dan iemand/iets, iemand/iets in de schaduw stellenleave it at that • het er (maar) bij latenleave aside • buiten beschouwing latenleave in • op zijn plaats latenI'll leave it entirely up to you • ik laat het helemaal aan jou overleave (people) to themselves • zich niet bemoeien met (mensen)leave someone to it • iemand aan zijn lot overlaten→ leave behind leave behind/, leave on leave on/, leave out leave out/, leave over leave over/, luggage luggage/ -
31 light
adj. licht; vlug; luchtig; vrolijk; vluchtig--------adj. lichtend; oplichtend; helder--------n. licht; verlichting; daglicht; verlichtend; bliksem; blik; vuur; stoplicht; voorbeeld--------v. verlichten; aansteken; in brand steken; (uit auto stappen); neerkomen; laten vallenlight1[ lajt]2 ruit(je)3 licht/vuurtoren♦voorbeelden:1 can you give me a light, please? • heeft u misschien een vuurtje voor me?1 licht ⇒ verlichting; openbaarheid♦voorbeelden:in a good light • bij goed licht/zichtbring/come to light • aan het licht brengen/komenreversing light • achteruitrijlampsee the light • het licht zien, tot inzicht komenshed/throw light (up)on • licht werpen op, klaarheid brengen inlight of one's eyes/life • iemands oogappel/hartendiefwithout light and shade • eentonig, kleurloosa shining light • een lichtend voorbeeldgo out like a light • onmiddellijk ingeslapen zijnin (the) light of this statement • in het licht van/gezien deze verklaring2 (geest)vermogens ⇒ inzichten, opvattingen♦voorbeelden:————————light21 licht ⇒ verlicht, helder♦voorbeelden:light clothing • lichte kledijlight food • licht (verteerbaar) voedsellight in the head • licht in het hoofdlight of heart • licht/luchthartiglight industry • lichte industrielight opera • operettelight reading • lichte lectuurlight traffic • geringe verkeersdruktemake light work of • zijn hand niet omdraaien voormake light of • niet zwaar tillen aan————————light3♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:1 light a cigarette/fire/lamp • een sigaret/vuur/lamp aansteken→ light up light up/————————light4〈 bijwoord〉1 licht♦voorbeelden:travel light • weinig bagage bij zich hebben -
32 play second fiddle (to)
-
33 put a damper on something
ergens een domper op zetten/schaduw op werpen -
34 put to shame
-
35 shadowy
adj. schaduwrijk; schimachtig; vaag, onduidelijk; geheimzinnig[ sjædoo▪ie]1 onduidelijk ⇒ vaag, schimmig -
36 the tree affords a welcome shade
-
37 the trees shaded the little square
English-Dutch dictionary > the trees shaded the little square
-
38 totality
-
39 under the shadow of
-
40 unshaded
См. также в других словарях:
Schatten — Etwas (jemanden) in den Schatten stellen: eine Sache verdunkeln, gering erscheinen lassen, einen Menschen in seinen Leistungen übertreffen, ihn in den Augen anderer herabsetzen, ihn nicht ›im besten Licht erscheinen‹ lassen. Das entgegengesetzte… … Das Wörterbuch der Idiome
Schatten — 1. Der Schatten der Alten macht mehr als der jungen Leute Gewehr. 2. Der Schatten des Lahmen ist krumm. – Gryphius, 39. 3. Der Schatten des Sommers ist angenehmer als des Winters Sonne. Lat.: Solibus hybernis aestiva est gratior umbra. (Chaos,… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Gorki (band) — Gorki Luc De Vos at the 0110 concert in Ghent on October 1, 2006. Background information Origin Ghent, Belgium … Wikipedia
Baum — 1. Alte Bäum lassen sich nicht (oder: eher brechen als) biegen. – Lehmann, 8, 27. 2. Alte Bäum leiden s nicht, dass sie die jungen wollen überschatten. – Lehmann, 57, 13. 3. Alte Bäume ersticken mit jhrem überschatten die jungen auffschösslinge.… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Sonne — 1. An der San verdänt em de Schäden. (Siebenbürg. sächs.) – Schuster, 474. 2. An der Sonne öffnet sich die Rose. 3. Auch die Sonne hat ihre Flecken. »Genug, wenn Fehler sich mit grösserer Tugend decken; die Sonne zeugt das Licht und hat doch… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
J. Slauerhoff — NOTOC Infobox Writer name = J. Slauerhoff imagesize = caption = pseudonym = John Ravenswood (only occasionally) birthname = Jan Jacob Slauerhoff birthdate = birth date|1898|9|15 birthplace = Leeuwarden, The Netherlands deathdate = death date and… … Wikipedia
Stef Bos — (Veenendaal, July 12 1961) is a Dutch singer who has been living in Antwerp, Belgium, since 1984. He sings in Dutch (and occasionally in Afrikaans), and has been successful in Belgium, the Netherlands and South Africa ever since his breakthrough… … Wikipedia
Alice Nahon — (Grote Markt 58, Antwerp, 16 August 1896 Carnotstraat 17, Antwerp, 21 May, 1933) was a Flemish poet. She was the third child in a family of eleven children. Her father was born in the Netherlands but of French descent, and her mother, Julia… … Wikipedia
Paul De Wispelaere — (b. Bruges, 4 July 1928) is a Flemish writer.He attended high school at the Sint Lodewijkscollege in Brussels, where he graduated in Greek Latin. He studied Germanic philology at the University of Ghent and obtained a PhD in 1974. Paul De… … Wikipedia
List of Jacques Brel cover versions — The following artists all have covered songs of Jacques Brel. Songs written by Brel but not recorded by Brel himself are shown in bold. NOTOC 0 93 J s:* Liefde van later (Single, 2007)4 Walls:* Ces gens là (Van de CD Which side are you on , 2004) … Wikipedia
Henk van Randwijk — Hendrik „Henk“ Mattheus van Randwijk (* 9. November 1909 in Gorinchem; † 13. Mai 1966 in Purmerend) war ein niederländischer Journalist und Autor. Er war von 1945 bis 1950 der erste Chefredakteur von Vrij Nederland nach der vorangegangenen Zeit… … Deutsch Wikipedia