-
1 tab
ruitertreklipje -
2 equestrian
-
3 horseman
-
4 spur
n. spoor (v. ruiter, haan, bloemblad); spoorslag, prikkel; uitloper, tak (v. gebergte)--------v. de sporen geven; aansporen, aanmoedigenspur1[ spə:] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 aansporing ⇒ prikkel, stimulans♦voorbeelden:2 (act) on the spur of the moment • spontaan/impulsief/in een opwelling (iets doen)————————spur2〈 spurred〉♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:2 spur on (to) • aanzetten, aansporen (tot) -
5 buck
n. mannetjes damhert; mannelijk konijn; dollar--------v. afwerpen; opvrolijken; bokken (v. paard); moed houden, voortmakenbuck1[ buk] 〈zelfstandig naamwoord; meervoud: in betekenis 0.1 ook buck〉4 〈 Amerikaans-Engels〉zaag/houtbok♦voorbeelden:¶ 〈 informeel〉 pass the buck (to someone) • de verantwoordelijkheid afschuiven (op iemand); (iemand) de zwartepiet toespelen→ fast fast/————————buck2→ buck up buck up/II 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:→ buck up buck up/ -
6 equestrienne
-
7 hussar
-
8 knight
n. ridder; ruiter; paard (in schaken); edel--------v. tot ridder slaan, in de adelstand verheffenknight1[ najt] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 ridder♦voorbeelden:————————knight2〈 werkwoord〉 -
9 rider
-
10 spill
n. (stort)bui; val, tuimeling; fidibus: opgerold papiertje om sigaar mee aan te steken--------v. morsen; overlopen; verklikkenspill1[ spil]1 val(partij) ⇒ tuimeling, duik2 vlek3 stukje papier/hout 〈 om lamp, kachel aan te steken〉♦voorbeelden:have/take a spill • vallen, een smak maken————————spill21 overlopen ⇒ overstromen, uitstromen♦voorbeelden:the classes spilled out into the streets • de klassen stroomden naar buiten de straat opII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 doen overlopen ⇒ laten overstromen/uitstromen; morsen (met); omgooien, (ver)spillen♦voorbeelden: -
11 welter
n. zware ruiter; iem. uit het weltergewicht; harde klap; verwarring, baaierd, chaos; mengelmoes--------v. wentelen, rollen; in bloed liggend; in iets verdiept zijnwelter1[ weltə] 〈zelfstandig naamwoord; werkwoord enkelvoud of meervoud〉1 mengelmoes ⇒ enorm aantal, enorme hoeveelheid————————welter2〈 werkwoord〉
См. также в других словарях:
Ruiter — oder de Ruiter ist der Familienname folgender Personen: Bert Ruiter (* 1946), niederländischer Rockbassist Freddy de Ruiter (* 1969), norwegischer Politiker Jan Ruiter (* 1946), niederländischer Fußballtorhüter John de Ruiter (* ?),… … Deutsch Wikipedia
Ruiter — (spr. Reuter), holländische Münze, so v.w. Ryder … Pierer's Universal-Lexikon
Ruiter — (Ruyder, spr. reu ), holländ. Münze, s. Rijder … Meyers Großes Konversations-Lexikon
Ruiter — (spr. reut , Rijder), holländ. Münze, s. Ducaton … Kleines Konversations-Lexikon
Ruiter-Pompen syndrome — Ruiter Pompen syndrome. См. синдром Руитера Помпена. (Источник: «Англо русский толковый словарь генетических терминов». Арефьев В.А., Лисовенко Л.А., Москва: Изд во ВНИРО, 1995 г.) … Молекулярная биология и генетика. Толковый словарь.
ruiter — … Useful english dictionary
Jan Ruiter — (* 24. November 1946 in Enkhuizen) ist ein niederländischer ehemaliger Fußballtorhüter, der als Profi vor allem in der ersten belgischen Division aktiv war. Mit dem RSC Anderlecht gewann er 1976 den Europapokal der Pokalsieger und gehörte in… … Deutsch Wikipedia
Maximiliaan Ruiter — (* 22. Januar 1900 in Nijmegen; † 2. Juni 1974 in Norg (Provinz Drenthe)[1], in einigen Publikationen fälschlich Maximilian geschrieben, war ein niederländischer Dermatologe und Hochschullehrer. Inhaltsverzeichnis 1 Leben und Werk … Deutsch Wikipedia
Nol de Ruiter — Personal information Date of birth 6 April 1940 (1940 04 06) (age 71) Place of birth … Wikipedia
Nol de Ruiter — Nol de Ruiter Spielerinformationen Geburtstag 6. April 1940 Geburtsort Utrecht, Niederlande Vereine als Aktiver Jahre Verein … Deutsch Wikipedia
Wesley de Ruiter — Spielerinformationen Geburtstag 13. Januar 1986 Geburtsort Leiderdorp, Niederl … Deutsch Wikipedia