-
1 give the lie to someone
ontkennen -
2 make a retraction
ontkennen -
3 to negate
ontkennen -
4 disavow
v. ontkennen, loochenen, verwerpen, verstoten, afwijzen2 verwerpen ⇒ verstoten, afwijzen -
5 disclaim
v. ontkennen, afwijzen, verwerpen[ diskleem]1 ontkennen ⇒ afwijzen, verwerpen♦voorbeelden:1 they disclaimed any responsibility for the incident • ze wezen elke verantwoordelijkheid voor het voorval van de hand -
6 disown
-
7 gainsay
n. iem. die tegenspreekt; iem. die ontkent--------v. tegenspreken, ontkennen -
8 negate
-
9 negative
adj. negatief--------n. negatief; verwerping--------v. ontkennen; weigeren; loochenen; afwijzen; verwerpen; negatienegative1[ negətiv] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:2 the answer is in the negative • het antwoord luidt nee/is ontkennend————————negative21 negatief♦voorbeelden:〈 schertsend〉 negative quantity • negatieve hoeveelheid, nietsthe negative sign • het mintekennegative evidence • negatief bewijsmateriaal————————negative3〈 werkwoord〉1 verbieden ⇒ afwijzen, verwerpen————————negative41 nee -
10 I feel it necessary to deny that
-
11 abjure
-
12 authority
n. autoriteit; bevoegdheid; instantie[ o:θorrətie, ə-]I 〈telbaar zelfstandig naamwoord; meervoud: authorities〉♦voorbeelden:to have something on good authority • iets uit gezaghebbende bron vernomen hebben1 autoriteit ⇒ gezag, wettige macht2 autoriteit ⇒ (moreel) gezag, invloed♦voorbeelden:who's in authority? • wie heeft de leiding?, wie is verantwoordelijk?on/under the authority of • in opdracht van -
13 best
adj. beste--------adv. op zijn best--------n. best; feestkleding, uitgaanskleding--------v. winnen, de overhand hebben, overtreffenbest1[ best] 〈zelfstandig naamwoord; meestal the〉1 (de/het) beste2 beste kleren ⇒ beste/zondagse pak, paasbest♦voorbeelden:with the best of intentions • met de beste bedoelingento the best of my knowledge (and belief) • voor zover ik weet(have) the best of both worlds • het beste/gunstigste van twee dingen (combineren)bring out the best in someone • het beste in iemand doen uitkomendo/try one's (very) best • z'n (uiterste) best doenlook one's best • er uitstekend uitzienmake the best of • het beste maken vanbest of all • het beste/leukste (van alles/allemaal)the best of it • het beste/mooiste van alI am not at my best on Monday mornings • ik ben 's maandagsmorgens niet op mijn best(even) at the best of times • (zelfs) onder de gunstigste omstandighedenhe can still play golf with the best • bij het golfen staat hij z'n mannetje nogall the best! • het beste!2 he wore his (Sunday) best • hij had zijn beste/zondagse kleren aan¶ get/have the best of someone • iemand te slim/vlug af zijn, het winnen van iemandget/have the best of it • de overhand krijgen/hebbengive of one's best • zijn uiterste best doensix of the best • stokslagen, met de latit is (all) for the best • het komt allemaal wel goed→ bad bad/————————best2〈bijvoeglijk naamwoord; overtreffende trap van good〉1 best♦voorbeelden:1 best bib and tucker • beste pak, mooiste klerenplay one's best card • zijn hoogste/beste troeven uitspelenput one's best foot forward • zijn beste beentje voorzettenput one's best leg foremost • zich haastenthe best part (of) • het merendeel/grootste deel (van)————————best3〈bijwoord; overtreffende trap van well〉2 meest♦voorbeelden:you'd best go home • je zou 't beste naar huis kunnen gaanbest before • ten minste houdbaar totas best one can/may • zo goed en zo kwaad als men kanlike/love best • het meest houden van -
14 contradict
v. tegenspreken; tegenstrijden[ kontrədikt]1 tegen/weerspreken ⇒ in tegenspraak zijn met, ontkennen♦voorbeelden: -
15 controvert
v. zich kanten tegen, bestrijden[ kontrəvə:t]1 zich kanten tegen ⇒ bestrijden, aanvechten2 loochenen ⇒ ontkennen, verwerpen3 discussiëren/redetwisten over -
16 deniable
adj. kan ontkent worden; hoeft niet geaccepteerd te worden -
17 deny
v. tegenspreken; niet erkennen; er niets mee te maken hebben♦voorbeelden:2 John denies himself/his children nothing • John ontzegt zichzelf/zijn kinderen nietshe has always denied himself • hij heeft zichzelf nooit iets gegund -
18 feel
n. voelen; gevoel; gevoelsorgaan; aanraking--------v. voelen; betasten; aanvoelenfeel1[ fie:l]I 〈telbaar zelfstandig naamwoord; geen meervoud〉2 aanleg ⇒ gevoel, feeling♦voorbeelden:II 〈niet-telbaar zelfstandig naamwoord; the〉2 routine♦voorbeelden:————————feel22 voelen ⇒ gevoel/tastzin hebben♦voorbeelden:1 feel (about) after/for something in one's pockets • in zijn zakken naar iets (rond)tasten/zoeken〈 Amerikaans-Engels〉 feel of • betasten, voelen (aan)3 what do you feel about him • wat vind je van hem?feel strongly about/on something • een uitgesproken mening over iets hebbeneverybody felt for the poor boy • iedereen had te doen met de arme jongenI really felt with John • ik voelde echt mee met JanII 〈 overgankelijk werkwoord〉4 (ge)voelen ⇒ aanvoelen, de indruk krijgen♦voorbeelden:feel the effects of • lijden onder de gevolgen vanmake one's presence felt • zijn aanwezigheid doen gevoelenpoverty made itself felt in the big cities • de armoede werd voelbaar in de grote steden4 a (long-)felt need • een sinds lang gevoelde/reële behoefteI feel it necessary to deny that • ik vind het nodig dat te ontkennen5 it was felt that … • men was de mening toegedaan dat …¶ feel someone out • iemand uithoren/aan de tand voelen2 aanvoelen ⇒ een gevoel geven, voelen♦voorbeelden:feel angry • zich boos (ge)voelen, boos zijnfeel cold/warm • het koud/warm hebbenfeel fine • zich lekker voelenfeel funny • zich raar/niet lekker voelenfeel good • zich goed/fijn voelenfeel hungry • honger/trek hebbenfeel (quite) (like) oneself • zich zelfverzekerd/in goede conditie voelenfeel well • zich goed (ge)voelenI feel like a walk • ik heb zin in een wandelingetjeI really felt out of it/things at that party • ik voelde me niet goed op mijn plaats/niet goed thuis op dat feestjefeel up to one's task • zich tegen zijn taak opgewassen voelenit feels like silk • het voelt zijdeachtig aan -
19 forswear
v. afzweren, een meineed doen[ fo:sweə]1 afzweren ⇒ verzaken (aan), verloochenen♦voorbeelden:¶ forswear oneself • een meineed doen/afleggen -
20 guilty
- 1
- 2
См. также в других словарях:
Belgian Holocaust denial law — The Belgian Holocaust denial law, passed on March 23, 1995, bans public Holocaust denial. Specifically, the law makes it illegal to publicly deny, play down, justify or approve of the genocide committed by the German National Socialist regime… … Wikipedia
Mark Rutte — Prime Minister of the Netherlands Incumbent Assumed office 14 October 2010 Monarch … Wikipedia
Gesetze gegen Holocaustleugnung — Holocaustleugnung ist in zahlreichen europäischen Ländern, darunter allen deutschsprachigen, illegal. Viele Länder haben erweiterte Gesetze gegen Verleumdung oder Rassenhass; andere Länder wie Kanada und Großbritannien haben keine spezifischen… … Deutsch Wikipedia
Französisch-Westflämisch — Gesprochen in Frankreich Sprecher 80.000 120.000 Linguistische Klassifikation Indogermanisch Germanisch Westgermanisch Niederfränkisch … Deutsch Wikipedia
Холокост в Бельгии — Часть серии статей о Холокосте Идеология и политика Расовый антисемитизм … Википедия