-
1 unfit for use
onbruikbaar -
2 unusable
onbruikbaar -
3 useless
onbruikbaar -
4 have no use for
-
5 denatured alcohol
onbruikbaar alcohol (alcohol dat niet voor drank geschikt is) -
6 good for the birds
onbruikbaar, nergens goed voor -
7 inapplicable
adj. onbruikbaar; ontoepasbaar[ inæplikkəbl,innəplikkəbl] 〈inapplicably; zelfstandig naamwoord: inapplicability〉1 ontoepasselijk ⇒ ontoepasbaar, onbruikbaar -
8 unserviceable
adj. ondienstig, onbruikbaar[ unsə:vissəbl] 〈 unserviceably〉 -
9 cripple
n. invalide; gebrekkig--------v. afwijzen; onbruikbaar maken, storen; schade aanrichtencripple1[ kripl] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 invalide ⇒ (gedeeltelijk) verlamde, kreupele————————cripple2〈 werkwoord〉♦voorbeelden:crippled with gout • krom van de jicht -
10 dead wood
n. dode takken aan een boom, dood hout of dode takken; onbruikbaar materiaaldead wood -
11 disable
v. buiten gebruik stellen; buiten werking stellen; (in computers) blokkeren, een aktiviteit onmogelijk maken; blokkering van hardware of software[ disseebl] 〈zelfstandig naamwoord: disablement〉1 onmogelijk maken ⇒ onbekwaam/onbruikbaar/ongeschikt maken♦voorbeelden:the disabled • de invaliden -
12 go wrong
in het ongerede raken, onbruikbaar wordeneen fout maken, zich vergissen; fout/mis gaan, de mist in gaan; 〈 informeel〉stuk gaan, het begeven 〈 van apparaat〉; het verkeerde pad opgaan -
13 inoperable
adj. niet te opereren (in medicijnen)[ innoprəbl] 〈 inoperably〉 -
14 spike
n. aar; punt, spijl; pen; lange nagel; tand (v.e. kam)--------v. (vast)spijkeren; (door)prikken; van punten voorzien; (een scheutje alcohol) toevoegen aan; buiten gevecht stellen, een eind maken aanspike1[ spajk]II 〈 meervoud〉————————spike2〈 werkwoord〉1 (be/vast)spijkeren ⇒ (vast)nagelen2 van spijkers/punten/spikes voorzien4 kwetsen ⇒ doorboren, beschadigen♦voorbeelden: -
15 superannuate
-
16 superannuated
adj. oud, onbruikbaar; te oud om te werken[ soe:pərænjoe▪eetid] -
17 useless
-
18 afunctional
adj. ondoelmatig, niet functioneel (onbruikbaar) -
19 discarding
n. het weggooien, het van een voorwerp afkomen dat als onbruikbaar beschouwd wordt of niet de moeite waard is -
20 methylate
n. Methylaat (chemisch mengsel)--------v. methyleren, met methyl(alcohol) vermengen, denatureren (onbruikbaar maken voor consumptie)
- 1
- 2