-
1 niets
niets1〈 het〉♦voorbeelden:1 in het niets verdwijnen/staren • disappear/stare into thin air————————niets2〈 bijwoord〉♦voorbeelden:als het jou niets uitmaakt • if it's no trouble/botherhij kwam niets te vroeg • he came none too soon————————niets3♦voorbeelden:weet je niets beters? • don't you know (of) anything better?ik ben er niets wijzer van geworden • I am none the wiser for itzij moet niets van hem hebben • she will have nothing to do with himdat is niets • 〈 niet iets ergs〉 it/that is nothing; 〈geen bezwaar/moeite〉 not at all, don't mention ithet is niets gedaan • it's no good/useik ga een motor kopen. niets daarvan! • I'm going to buy a motorbike. You'll do no such thingverder niets? • is that all?waterskiën? er is niets aan, maar ik vind er ook niets aan • water-skiing? there's nothing to it(, really), but I don't care for it at allik heb er niets aan • it's no good/use to meeen dingetje van niets • a worthless thingdaar is niets van waar • it's all untrueik geloof er niets van • I don't believe a word of ithelaas is er niets van gekomen • unfortunately nothing came of itniet voor niets • 〈 niet zonder reden〉 not for nothing, for good reasonniet voor niets deed hij het zo • it wasn't for nothing that he did it like thatvoor niets gaat de zon op • you can't expect something for nothingdat is niets voor John • that's not like Johndat is niets voor mij • that's not my cup of teavoor niets en niemand bang zijn • not be afraid of anybodydit is niets dan opschepperij • that's just/mere boastingniets dan lof • nothing but praiseof het niets was • as if it was/were nothingniets te danken • not at all, don't mention it -
2 doen
doen1〈 het〉♦voorbeelden:dat is geen manier van doen • that's no way to behavein goeden doen zijn • be well offuit zijn gewone doen zijn • not be one's normal selfergens mee van doen hebben • have (something) to do withvoor hun doen, … • for them, …; …, consideringdat is geen doen • that can't be done————————doen22 [ergens plaatsen] put3 [laten ondergaan] make, do4 [kosten, opbrengen] do ⇒ go for5 [schoonmaken] do ⇒ clean6 [bereizen, bezichtigen] do ⇒ visit7 [+ het] [gewenste (uit)werking hebben] work8 [+ onbepaalde wijs] [laten] make♦voorbeelden:een uitspraak doen • pronounce (on)uitspraak doen • pass judgementdoe mij maar een witte wijn • for me a white wine, I'll have a white wineik geef 't je te doen • it's quite a jobwat kom jij doen? • what do you want?iemand iets doen toekomen • send someone somethingze doet het erom • she does it on purposezij deed niets dan praten • she did nothing but talkwat doet hij (voor de kost)? • what does he do (for a living)?moet je wat doen? • do you have to go (somewhere)?er is niets tegen te doen • nothing can be done (about it), there's nothing to be donehij heeft het meer gedaan • he has done it beforezoiets doe je niet • you (just) don't do that (sort of thing)veel/weinig te doen hebben • have a lot/little to dowat is hier te doen? • what's going on here?ik weet niet waar ze het van doen • I don't know how they do itvergeet niet om … Doe ik • don't forget to … Will dodat doet me plezier • I'm glad about thatiemand verdriet/pijn doen • hurt someone, cause someone grief/painhet deed me niets • I couldn't have cared lessdie muziek doet me niets • I don't care for that musiczo'n ervaring doet je wat • such an experience moves/gets you4 wat moet dat boek doen? • how much do you want for that book?de tv doet het niet meer • the TV is out of orderdat doet het hem • that makes all the differenceiemand iets doen geloven • lead someone to believe somethinghij deed van zich spreken • he had people talking about himwe weten wat ons te doen staat • we know what (we are) to dodat moet je altijd doen • that's something you should always dodaar kan hij het mee doen • he can put that in his pipe and smoke iter het zwijgen toe doen • not say a worddat doet er niets toe • that's beside the pointer niets aan kunnen doen • not be able to help itkan ik er iets aan doen! • I can't help it!er is niets aan te doen • there's nothing to do about it, it can't be helpedmet iemand te doen hebben • feel sorry for someonehet is hem te doen om • he is out to (do something)niets aan te doen • can't be helpedte niet doen • undo, nullifyzich aan iets te goed doen • do (oneself) well on something2 [bezig zijn met] do, be3 [handel drijven] do ⇒ deal♦voorbeelden:gewichtig doen • act importantdoe maar net of ik er niet ben • just pretend I am not hereniet doen! • don't (do that)!doen alsof • pretendje doet maar • 〈 vaak ironisch〉 go ahead, suit yourselfaan sport doen • do/take part in sport(s)aan de lijn doen • be dietinghij doet lang over dat boek • he is taking a long time over that book -
3 maar
maar1〈 het〉1 but♦voorbeelden:er is één maar aan verbonden/bij • there is one (large) but————————maar2〈 bijwoord〉4 [met betrekking tot een wens] (if) only5 [aanmaning, waarschuwing] just6 [aanhoudend] just♦voorbeelden:1 je hoeft maar te bellen • you only/just have to phoneal was het maar om haar te pesten • if only to make life difficult for herzeg het maar: koffie of thee? • which will it be: coffee or tea?we konden alleen nog maar huilen • we could do nothing but cryhij is nog maar pas hier • he has only just arrivedzonder ook maar goedendag te zeggen • without so much as a goodbyehij is maar twintig jaar (oud) geworden • he only lived to be twentyzij bloost al, als je maar naar haar kijkt • she blushes if you so much as look at herals ik ook maar een minuut te lang wegblijf • if I stay away even a minute too longlaten we hem maar gelijk geven • let's just agree with him and be done with itdat doet hij maar al te graag • he'd be only too happy to do itdat komt maar al te vaak voor • that happens only/all too oftenhet is misschien maar goed dat we de bus gemist hebben • perhaps it's (just) as well we missed the bushet is maar goed dat je gebeld hebt • it's a good thing you Brangje hebt het maar voor het zeggen • it's up to you, just say the wordik wil wel doorgaan, als het maar klaar komt • I'm prepared to go on, as long as/so long as it's finishedwas ik maar nooit getrouwd • if only I'd never marriedwas ik maar dood • I wish I were deadgeef het nou maar toe • you may as well admit ithet is maar dat je het weet • as long as you know; 〈 je kunt het maar beter weten〉 it's (just) as well you knowlet maar niet op hem • don't pay any attention to himpas maar op • watch out/itschiet nou maar op • hurry up, will you?ik zou maar uitkijken • you'd better be carefulen dan maar klagen dat iedereen zakt • and then go on about everybody failinghet is maar goed ook • a good thing, toowees daar maar niet bang voor • rest assured that that won't happenrustig maar • (just) calm downje gaat je gang maar • go ahead (and do it)en wij maar wachten/werken • and we just wait(ed) and wait(ed)/work(ed) and work(ed)het houdt maar niet op • it never seems to endik vind het maar niks • I'm none too happy about itzij koopt maar raak • she just throws her money abouthé daar, dat gaat zo maar niet • hey you, you can't just sit down/walk in/run off 〈enz.〉like that!en maar kletsen, die vrouwen • talk, talk, that's all they do, these women¶ wat wil je drinken? geef maar een pilsje • what'll you have? a beer, please/I'll have a beerwat je maar wil • whatever you wantgeef dan maar een glas wijn • a glass of wine will be finewaarom doe je dat? zo maar • why do you do that? just for the fun of itdat kun je niet zo maar even doen • you can't do it just like thatzo'n vraag kun je niet zo maar beantwoorden • one can't answer such a question offhandhij gaf het kind zo maar een klap • he hit the child for no reasonzoveel als je maar wilt • as much/many as you like————————maar3〈 voegwoord〉1 [tegenstellend] but2 [in zijdelingse tegenwerpingen] but♦voorbeelden:ik had je willen bellen, maar ik wist je nummer niet • I would have phoned, but/only I didn't know your numberja maar, als dat nu niet zo is • yes, but what if that isn't true?maar ja, wat wil je voor vijftig gulden • but then what do you expect for fifty guildersmaar begrijpt u dat dan niet • but don't you understand?¶ hij keek in de koelkast, maar zag dat die leeg was • he looked in the refrigerator only to find it was emptynee maar! • really! -
4 opleveren
2 [opbrengen] yield3 [voortbrengen] produce♦voorbeelden:2 wat levert dat baantje op? • what does/how much does the job pay?een tekort/nadelig saldo opleveren • leave/show a deficitdie transactie levert verlies/winst op • that transaction yields a loss/profitvoordeel opleveren • yield profitiemand geen enkel voordeel opleveren • avail someone nothingwat levert het mij op? • what's in it for me?niets/weinig opleveren • be unprofitablehet schrijven van boeken levert weinig op • writing (books) doesn't bring in muchdit werk levert ƒ20,- per uur op • this job brings in 20 guilders per hour3 levert dat enig bezwaar op? • is that any objection?het heeft me niets dan ellende opgeleverd • it caused/brought me nothing but miserygevaar opleveren • cause/present dangerhet gewenste resultaat opleveren • produce the desired resulthet heeft hem veel vijanden opgeleverd • it has made him many enemieshet onderzoek leverde niets op • the study/research did not yield any resultsniets/geen resultaat opleveren • produce/bring no results, get (someone) nowheredie maatregel heeft nog weinig of niets opgeleverd • that measure has had little or no effect up to now -
5 over
over1♦voorbeelden:dat is over • that is done with/finishedover was de pret • the party was overII 〈 bijwoord〉1 [van de ene plaats naar de andere] across, over2 [resterend] left, over3 [boven de maat] spare♦voorbeelden:〈 verkeer〉 klaar, over! • cross now!met het vliegtuig ben je in een paar uur over • you get across in a few hours by (aero)planemorgen gaan we over • we are moving tomorrowdeze leerling is over • this pupil has moved upmen liep over en weer • there was a lot of toing and froingzij zijn over uit Canada • they are over from Canadaelkaar maar over en weer verwijten maken • do nothing but pass the blame (onto one another)als er genoeg tijd over is • if there is enough time lefthet is over van gisteren • that is left over from yesterday〈 communicatiemedia〉 over! • over (to you)!3 redenen te over • plenty of/abundant reasons————————over2〈 voorzetsel〉1 [boven] over, above2 [op, langs, aan de andere kant van] across, over3 [met betrekking tot het bedekken van een oppervlak] over, across4 [wat betreft] about5 [via] by way of, via6 [gedurende] over7 [wegens] about9 [na verloop van] after, in10 [meer/verder dan] over, past♦voorbeelden:2 hij werkt over de grens • he works across/over the borderover de heuvels • over/beyond the hillseen koude rilling liep over haar rug • a cold shiver ran down her spinemet de benen over elkaar (geslagen) • with legs crossedwerk verdelen over de mensen • share out work among the peopledwars over het pad • right across the patheen kleed over de tafel leggen • put a cloth over/on the tableover de hele wereld • all over the worldzij heeft iets innemends over zich • she has got something charming about herde winst over het vierde kwartaal • the profit over the fourth quarterover deze zaak heb ik niets te zeggen • on this matter I have nothing to sayzijn gedachten over iets laten gaan • turn something over in one's mindzij communiceren over de mobilofoon • they communicate by mobile telephonezij reed over Nijmegen naar Zwolle • she drove to Zwolle via Nijmegenover de post • by posteen brug over de rivier • a bridge over/across the riverover een periode van … • over a period of …verheugd over • delighted at/withvallen over iets/iemand • 〈 figuurlijk〉 take exception to something/someone9 over een dag of tien/twee minuten • in about ten days(' time)/in two minutes(' time)zaterdag over een week • a week on/from Saturdaytot over zijn oren in de problemen zitten • be up to one's neck in troublehij is over de twee meter (lang) • he is over two metres (tall)het is over vieren • it is past fourhet is kwart over vijf • it is a quarter past fiveeen man van over de zeventig (jaar oud) • a man of over seventy (years old)het is vijf over half zes • it is twenty-five to six -
6 al
al1〈 bijwoord〉2 [versterking] all♦voorbeelden:al enige tijd, al vanaf juli • for some time past/now, (ever) since Julyik ben al een uur aan het roepen • I've been calling for the last hourdat is al oud • that's (already) olddat dacht ik al • I thought sois zij er nu al? • 〈 met klemtoon op nu〉 is she here already?is het nu al vier uur? • is it four (o'clock) already?is Jan er al? • is John here yet?ik heb het altijd al geweten • I've known it all alonghoe lang is hij al hier? • how long has he been here?dat wist zij toen al • she knew it even thenal in '82, al voor '82 • as early as '82, even before '82daar heb je het al • there you arezijn komst is al genoeg • just his coming is good enoughal te snel/spoedig/voorzichtig 〈enz.〉 • (far/all) too fast/soon/careful 〈enz.〉ze weten het maar al te goed • they know only too wellhij had het toch al moeilijk • he had enough problems as it wasik zie het hem al doen • I can (just) see him (doing it) now!je kunt ze al krijgen voor een tientje • you can buy them for as little as ten guildershij sprak al lachend • he laughed as he spokezij kwamen al nader en nader • they kept coming closer and closer (all the time)je kunt er al of niet gebruik van maken • you can take it or leave ithet al of niet slagen van … • the success or otherwise of …al naar gelang • depending onze zei heel weinig, als ze al wat zei • she said very little, if anythingdat lijkt er al meer op, dat is al beter • that's more like it————————al22 [met betrekking tot elk deel van een verzameling] all (of)♦voorbeelden:hij was één en al oor • he was all earshet was één en al ellende op tv gisteren • there was nothing but misery on TV yesterdayal met al • all in all————————al3♦voorbeelden:al de kinderen • all (of) the children————————al4〈 voegwoord〉1 though, although ⇒ even though/if♦voorbeelden:1 al ben ik arm, ik ben gelukkig • I may be poor, but I'm happyal zeg ik het zelf • even though I say so myselfhet is duidelijk, al is het moeilijk • it is clear, if difficultal was het alleen maar omdat • if only becauseook al is het erg • bad as it is/may beik deed het niet, al kreeg ik een miljoen • I wouldn't do it for a million pounds -
7 een
een1〈de〉1 one♦voorbeelden:————————een21 one♦voorbeelden:zich een (ge)voelen met de natuur • be at one with natureeen maken • uniteeen worden • become oneeen met • one with————————een31 one♦voorbeelden:er een laten vliegen • farter een pakken/nemen/drinken • have a drinkgeef me er nog een • give me another (one)/one moreje bent me er (ook) een! • you are a nice one!als er een is die het kan, dan is hij het • if anyone can do it, he can————————een4I 〈hoofdtelwoord; met klemtoon〉1 one♦voorbeelden:de/het een of ander • someone/something or otherik zal een en ander nog opzoeken • I'll check these things(noch) het een noch het ander • neither one thing nor the othervan de een naar de ander kijken • look from one to the othervan het een komt het ander • one thing leads to anotherde een zegt dit, de andere dat • some (people) say one thing, some anotherop (de) een (of andere) dag • some/one dayeen dezer dagen • one of these dayseen keer is voldoende • once is enoughelke stem is er een • every vote countselke cent is er een • a penny saved is a penny earnedelke cent is er een voor hem • he has to count his pennieseen en dezelfde • one and the sameniet een, geen een • not one, no onede weg is een en al modder • the road is nothing but mudzij is een en al oor/oog/glimlach • she is all ears/eyes/smileszij was een en al gastvrijheid • she was hospitality itselfhij was een en al zenuwen • he was a bundle of nerveshet is bij enen • it's almost one (o'clock)de op een na laatste, op een na de laatste • the last but onede op een na beste, op een na de beste • the second bestallen op een na • all except onehonderd tegen een • a hundred to oneeen van tweeën • one of two thingseen van beide(n) • one of themeen voor allen, allen voor een • all for one and one for alleen voor een • one by one, one at a time(je moet kiezen) het een of het ander • you can't have it both waysals één man • as one manop de een of andere wijze • one way or anothereen of ander meisje • some girl or otherII 〈rangtelwoord; met klemtoon〉♦voorbeelden:III 〈lidwoord; zonder klemtoon〉1 [onbepaald] a; 〈 voor klinker〉 an2 [categoriaal] a3 [ongeveer] a, some4 [in uitroepen] a, some♦voorbeelden:neem een Tedje van Es • take someone like a Tedje van Eseen duizend gulden • some thousand guilders4 een mensen dat er waren! • what a lot of people there were!wat een mooie bloemen! • what beautiful flowers!wat een mensen! • what a crowd!wat een idee! • what an idea! -
8 en
en3 [bij verrassing, teleurstelling; als inleiding op tegenstellend zinsverband] and, but ⇒ so♦voorbeelden:3 en waarom doe je het niet? • so why don't you do it?en toch • and stillnou en? • so what?, and …?en ik heb het nog zo verboden • and I absolutely forbade iten maar kletsen • nothing but chattervind je het fijn? (nou) en of! • do you like it? I certainly do!, I'll say!en(, hoe gaat het ermee)? • well(, how's it going)? -
9 alleen maar
adv. just, nothing but, simply -
10 afwijzing
2 [het niet toekennen van graad/bevoegdheid] failure4 [juridisch] dismissal♦voorbeelden:1 alleen maar afwijzingen ontvangen op zijn sollicitaties • encounter nothing but rejections to one's applications -
11 alleen maar afwijzingen ontvangen op zijn sollicitaties
alleen maar afwijzingen ontvangen op zijn sollicitatiesVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > alleen maar afwijzingen ontvangen op zijn sollicitaties
-
12 bericht
1 message ⇒ notice, communication, 〈 met betrekking tot nieuwsberichten〉 report, 〈 met betrekking tot nieuwsberichten〉 news♦voorbeelden:bericht van verhindering • apology for absencebinnenlandse/buitenlandse berichten • domestic/foreign newsgemengde berichten • short news itemseen kort berichtje • a short itemvolgens de laatste berichten • according to the latest reportstot nader bericht • until further noticeu krijgt telefonisch/schriftelijk bericht • you will be informed by telephone, you will receive written notice/notificationbericht achterlaten dat • leave a message thatik hoor daar alleen maar goede berichten over • I've heard nothing but good (reports) about itbericht krijgen • receive worduit Parijs kwam het bericht dat • from Paris it is reported thathet bericht luidde dat • the message said thatbericht ontvangen (over) • receive word (about)iemand bericht sturen (dat men verhinderd is) • send (someone) word (that one is unable to come)het bericht deed de ronde dat • the news got around that -
13 dat geeft alleen maar een hoop trammelant
dat geeft alleen maar een hoop trammelantVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > dat geeft alleen maar een hoop trammelant
-
14 de gehele waarheid en niets dan de waarheid zeggen
de gehele waarheid en niets dan de waarheid zeggenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de gehele waarheid en niets dan de waarheid zeggen
-
15 de weg is een en al modder
de weg is een en al modderVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de weg is een en al modder
-
16 elkaar maar over en weer verwijten maken
elkaar maar over en weer verwijten makenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > elkaar maar over en weer verwijten maken
-
17 en maar kletsen
en maar kletsenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > en maar kletsen
-
18 het heeft me niets dan ellende opgeleverd
het heeft me niets dan ellende opgeleverdit caused/brought me nothing but miseryVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het heeft me niets dan ellende opgeleverd
-
19 het was één en al ellende op tv gisteren
het was één en al ellende op tv gisterenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het was één en al ellende op tv gisteren
-
20 horen
1 [met het gehoor waarnemen] hear♦voorbeelden:het is wel te horen dat je verkouden bent • you can hear that you've got a coldnu kun je het me vertellen, hij kan ons niet meer horen • you can tell me now, he is out of earshotzo mag ik het horen • that's what I like to hearzijn naam horen noemen • hear one's name mentionedik heb het alleen van horen zeggen • I only have it on hearsayik hoor het hem nog zeggen • I can still hear him saying itwij hoorden zingen/schreeuwen 〈enz.〉 • we heard singing/shouting 〈enz.〉zichzelf graag horen praten • like to hear oneself talkhij deed alsof hij het niet hoorde • he pretended not to hear (it)ik hoor je wel! • 〈 met betrekking tot schreeuwen〉 you don't need to shout!; 〈 met betrekking tot herhaling〉 I heard you the first timeik kon aan zijn stem horen dat hij zenuwachtig was • I could tell by his voice that he was nervousze kromp ineen bij het horen van zijn stem • she winced at the sound of his voice1 [geluiden kunnen waarnemen] hear2 [zijn plaats hebben] belong3 [gepast zijn] 〈zie voorbeelden 3〉4 [toebehoren] belong (to)♦voorbeelden:hij hoort slecht • he is hard of hearing〈 spreekwoord〉 wie niet horen wil, moet voelen • he who will not listen to advice must suffer for itwij horen hier niet • we don't belong herede kopjes horen hier • the cups go herebij elkaar horen • belong togetherhij hoort niet bij/tot de vlugsten • he's not one of the fastest3 dat hoor je te weten • you should/ought to know thatvoor wat hoort wat • you scratch my back and I'll scratch yoursze weet niet hoe het hoort • she doesn't know how to behaveje hoort niet te fluisteren in gezelschap • you shouldn't whisper in companydat hoort niet • it's not donedat hoort zo • that's how it should been zo hoort het ook • and that's how it should be tooze weten niet beter of het hoort zo • they don't know any betterdat is niet zoals het hoort • that's not good manners2 [in aanmerking nemen] listen (to)♦voorbeelden:laat eens iets van je horen • keep in touchlaat zijn vrouw het maar niet horen • don't let his wife (get to) know (about it)hij heeft niets van zich laten horen • he hasn't been in touchdat moet je dan nog jaren horen • you'll never hear the last/end of itik moet altijd horen dat ik vergeetachtig ben • I'm constantly being told that I'm forgetfulzij wil geen kwaad van hem horen • she won't hear a word said against himzij wil geen nee horen • she won't take no for an answerhij vertelde het aan iedereen die het maar horen wilde • he told it to anyone who would listenik wist niet wat ik hoorde • I could hardly believe my earstoevallig horen • overhearbij het horen van het nieuws • on hearing the newshij wilde er niets meer over horen • he didn't want to hear any more about itdaar heb ik nooit van gehoord • I've never heard of itdaarna hebben we niets meer van hem gehoord • that was the last we heard from himu hoort nog van ons • 〈 neutraal〉 you'll be hearing from us; 〈 als bedreiging〉 you've not heard the last of thisdaar hoor je nog meer van • you've not heard the last of thisik hoor niets dan goeds van hem • I've heard nothing but good of himnou hoor je het ook eens van een ander • so I'm not the only one who says sodat hoor ik voor het eerst • that's the first I've heard of itzo te horen gaat het goed met hem • it sounds like he's doing wellik hoor het nog wel • let me know (about it)moet je horen wie het zegt! • 〈 ironisch〉 look who's talking!moet je hem horen!, hoor hem! • (just) listen to him!als je hem hoort zou je denken dat • (from) the way he talks you'd think thathoor eens • listen, (I) say
См. также в других словарях:
Nothing but — Nothing Noth ing, n. [From no, a. + thing.] 1. Not anything; no thing (in the widest sense of the word thing); opposed to {anything} and {something}. [1913 Webster] Yet had his aspect nothing of severe. Dryden. [1913 Webster] 2. Nonexistence;… … The Collaborative International Dictionary of English
nothing but — ► nothing but only. Main Entry: ↑nothing … English terms dictionary
nothing but — index mere Burton s Legal Thesaurus. William C. Burton. 2006 … Law dictionary
nothing but — he s nothing but a nuisance: MERELY, only, just, solely, simply, purely, no more than. → nothing * * * phrasal : nothing other than : only has nothing but … Useful english dictionary
nothing but — только; ничего кроме, всего лишь, всего только, всего навсего I have nothing but pity ... for the chief witness for the state. He deserves nothing but sympathy. We heard nothing but a slight noise. Мы слышали только легкий шум. He felt nothing… … Idioms and examples
nothing but — only They ve shown us nothing but kindness. He has nothing but praise for the managers at his company. You re nothing but a thief … English dictionary
nothing but — he s nothing but a nuisance Syn: merely, only, just, solely, simply, purely, no more than … Thesaurus of popular words
Nothing but the Beat — Studio album by David Guetta Released August 26, 2011 … Wikipedia
Nothing but the Beat — Nothing but the Beat … Википедия
Nothing but the Beat — Studioalbum von David Guetta Veröffentlichung 26. August 2011 Aufnahme 2009 2011 Labels … Deutsch Wikipedia
Nothing But You — Single by Paul van Dyk featuring Hemstock Jennings from the album Reflections … Wikipedia