-
1 vide
vide1 [vied]〈m.〉♦voorbeelden:faire le vide autour de qn. • iemand isolerenfaire le vide dans qc. • iets luchtledig makenfaire le vide dans son esprit • nergens meer aan denkensa mort fait un grand vide • zijn dood laat een grote leegte achterregarder dans le vide • voor zich uit starenà vide • leegle moteur tourne à vide • de motor pakt nietvides dans un tableau • lege plekken op een schilderijemballage sous vide • vacuümverpakking————————vide2 [vied]♦voorbeelden:avoir l'esprit vide • aan niets denkenmur vide • kale muuravoir la tête vide • een black-out hebbenmot vide de sens • woord zonder betekenis1. mleegte, vacuüm2. adj -
2 creux
creux1 [kreu]〈m.〉2 holte ⇒ kuiltje, verdieping♦voorbeelden:1 avoir un creux dans l'estomac • honger, een lege maag hebbencreux de la voile • buik van het zeil————————creux2 [kreu]〈bijvoeglijk naamwoord; ook bijwoord〉♦voorbeelden:joues creuses • ingevallen wangen3 tête creuse • leeghoofd, oppervlakkig iemandvoix creuse • holle, diepe stem1. m1) holte, uitholling, inzinking2) kuiltje, verdieping3) dal, dieptepunt [economie, politiek]2. creux/-euseadj -
3 saigner
saigner [senjee]1 bloeden♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉2 laten (leeg)bloeden ⇒ kelen, slachten♦voorbeelden:→ veinev1) bloeden2) laten (leeg)bloeden, slachten3) aderlaten -
4 vidé
vide1 [vied]〈m.〉♦voorbeelden:faire le vide autour de qn. • iemand isolerenfaire le vide dans qc. • iets luchtledig makenfaire le vide dans son esprit • nergens meer aan denkensa mort fait un grand vide • zijn dood laat een grote leegte achterregarder dans le vide • voor zich uit starenà vide • leegle moteur tourne à vide • de motor pakt nietvides dans un tableau • lege plekken op een schilderijemballage sous vide • vacuümverpakking————————vide2 [vied]♦voorbeelden:avoir l'esprit vide • aan niets denkenmur vide • kale muuravoir la tête vide • een black-out hebbenmot vide de sens • woord zonder betekenisadj1) leeggemaakt2) uitgeput -
5 copie
copie [koppie]〈v.〉♦voorbeelden:pour copie conforme • voor eensluidend afschriftremettre une copie blanche • een leeg blaadje teruggeven→ pisseurf1) kopie, afdruk2) reproductie3) imitatie, nabootsing4) evenbeeld5) kopij, handschrift [boek]6) werk in 't net [huiswerk]7) blaadje, vel (papier) -
6 plat
plat1 [plaa]〈m.〉2 schotel ⇒ gerecht, gang3 plat ⇒ vlakke, platte kant♦voorbeelden:plat cuisiné • kant-en-klaargerechtplat régional • plaatselijke specialiteit3 le plat de l'épée • de vlakke kant van het lemmet, het blad van het zwaardplat de la main • vlakke handmettre les petits plats dans les grands • vorstelijk onthalen————————plat2 [plaa]1 vlak ⇒ plat, effen2 vlak ⇒ alledaags, onbeduidend3 laag ⇒ nederig, kruiperig♦voorbeelden:à plat • plat, leegbatterie à plat • lege accu〈 figuurlijk〉 être à plat • op zijn; gedeprimeerd zijnmettre qc. à plat • iets (plat) neerleggenvin plat • verschaalde wijn1. m1) schaal2) schotel, gerecht, gang3) vlakke, platte kant2. adj1) vlak, plat, effen2) alledaags, banaal3) nederig, kruiperig4) smakeloos, slap -
7 pomper
-
8 rafler
-
9 trait
trait1 [tre]〈m.〉3 steek ⇒ sneer, rake opmerking4 staaltje ⇒ daad, inval♦voorbeelden:trait pour trait • zeer nauwkeurig, preciestrait d'esprit • geestige, gevatte opmerkingtrait de génie • geniale inval, geniaal ideetrait carré • loodlijnboire à longs, à grands traits • met grote slokken, gulzig drinkenavoir trait à • betrekking hebben opboire d' un (seul) trait • in een teug (leeg)drinken〈 figuurlijk〉 faire qc. d' un trait • iets achter elkaar, in één ruk door doenpartir comme un trait • er als een pijl uit de boog vandoor gaan————————trait2 [tre]〈 werkwoord〉 → traire1. m1) teug, slok2) pijl3) lijn, streep4) kenmerk, eigenschap6) daad, staaltje2. traitsm pl -
10 vain
vain [vẽ]1 ijdel ⇒ vruchteloos, nutteloos, vergeefs♦voorbeelden:en vain • tevergeefs, voor niets, zonder resultaatadj1) nutteloos, vergeefs2) ijdel, verwaand3) ongegrond, hol -
11 billevesée
billevesée [biejvəzee, bielvəzee]〈v., meestal meervoud〉1 beuzelarij ⇒ leeg en dom geleuter, hol gepraat -
12 boire d' un trait
boire d' un (seul) trait -
13 dégonflé
dégonflé [deegõflee]〈bijvoeglijk naamwoord; ook m., v.〉♦voorbeelden:¶ un(e) dégonflé(e) • schijter, pantoffelheld -
14 dépeuplé
-
15 désargenté
-
16 pillage
-
17 remettre une copie blanche
remettre une copie blancheDictionnaire français-néerlandais > remettre une copie blanche
-
18 à plat
à platplat, leeg -
19 à vide
à vide -
20 lège
adj. (empr. holl. leeg "vide") леко натоварен ( за кораб).
См. также в других словарях:
leeg — leeg·te; … English syllables
Leeg — u. Zusammensetzungen, s. Leg … Pierer's Universal-Lexikon
Leeg — Leeg, niedrig, S. Lege … Grammatisch-kritisches Wörterbuch der Hochdeutschen Mundart
leeg — 〈Adj.; nddt.〉 1. schlecht 2. falsch 3. niedrig (Wasserstand) 4. elend 5. ledig 6. leer, ohne Ladung [→ liegen] … Universal-Lexikon
leeg — Rheiderland / Ostfriesland • leer, niedrig … Plattdeutsch-Hochdeutsch
leeg — leygi / soso … Woordenlijst Sranan
leeg maken — leygi … Woordenlijst Sranan
' t Leeg Huys — (Lo Reninge,Бельгия) Категория отеля: Адрес: Vaartdijk 2, 8647 Lo Reninge, Бельгия … Каталог отелей
leegte — leeg·te … English syllables
Liegnitz — /leeg nits/, n. German name of Legnica. * * * … Universalium
Liegnitz — /leeg nits/, n. German name of Legnica … Useful english dictionary