-
1 lame
adj. mank, kreupel; onbevredigend, nietszeggend--------v. mank (kreupel) maken; verlammenlame1[ leem] 〈bijvoeglijk naamwoord; lamer; lameness〉♦voorbeelden:¶ lame duck • slappeling; zielige/behoeftige figuur; noodlijdend bedrijf; 〈 Amerikaans-Engels〉 demissionair functionaris————————lame2〈 werkwoord〉 -
2 founder
n. oprichter, stichter; verbinder; zet een kanaal op; geeft toestemming een kanaal te openen (in computers)--------v. grondlegger, oprichter, stichter; zinken; metaalgieterfounder1[ faundə] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 stichter ⇒ oprichter, grondlegger————————founder21 invallen ⇒ instorten, mislukken3 zinken ⇒ vergaan, schipbreuk lijden♦voorbeelden:1 the project foundered on the ill will of the government • het project mislukte door de onwil van de regeringII 〈 overgankelijk werkwoord〉 -
3 lamé
adj. mank, kreupel; onbevredigend, nietszeggend--------v. mank (kreupel) maken; verlammen[ la:mee]1 lamé -
4 maim
-
5 cripple
n. invalide; gebrekkig--------v. afwijzen; onbruikbaar maken, storen; schade aanrichtencripple1[ kripl] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 invalide ⇒ (gedeeltelijk) verlamde, kreupele————————cripple2〈 werkwoord〉♦voorbeelden:crippled with gout • krom van de jicht -
6 game
adj. moedig; klaar; mank lopen; invalide--------n. spel; pret; wild; wedstrijd--------v. spelen, dobbelengame1[ geem]♦voorbeelden:1 game of chance • kans/hazardspelplay a good/poor game • goed/slecht spelenhave the game in one's hands • de wedstrijd controlerenplay a losing game • de (wed)strijd verliezenplay the game • eerlijk (spel) spelen, zich aan de regels houdenplay a waiting game • een afwachtende houding aannemenplay a winning game • de (wed)strijd winnen, de bovenhand krijgenit's all in the game • het hoort er (allemaal) bijbe off one's game • uit vorm/niet op dreef zijngame and (set) • game en setgive the game away • het plan(netje) verklappentwo can play (at) that game • dat spelletje kan ik ook spelennone of your (little) games! • geen kunstjes!the game is up • het spel is uit, nu hangen wij/julliebe up to some game • iets in zijn schild voerenit's your game • jij wintwhat a game! • wat een komedie!1 grap(je) ⇒ geintje, pret(je)2 bedrijf ⇒ gebeuren, -wezen♦voorbeelden:make game of • spotten metthe game was to tell how many • het was de kunst/het ging erom te zeggen hoeveel♦voorbeelden:¶ 1 points is game • wie 21 punten heeft, wint→ fair fair/IV 〈 meervoud〉————————game21 dapper ⇒ kranig, f♦voorbeelden:I am game • ik doe meebe game for something • tot iets bereid zijn, ergens zin in hebben————————game3————————game4〈 werkwoord〉1 gokken ⇒ spelen, dobbelen -
7 halt
adj. mank, kreupel lopen--------n. klein spoorwegstation; halt, stilstand, rust--------v. stoppen; aarzelen, twijfelenhalt1[ ho:lt]1 halt ⇒ stilstand, rust♦voorbeelden:1 bring to a halt • tot stilstand brengen, stilleggencall a halt to • een halt toeroepencome to a halt • tot stilstand komenmake a halt • halt houden————————halt21 halt houden ⇒ stoppen, pauzerenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 halt doen houden ⇒ tot stilstand brengen, stoppen -
8 hamstring
n. kniepees--------v. verlammenhamstring1[ hæmstring] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 kniepees————————hamstring2〈werkwoord; ook hamstrung, hamstrung〉1 de achillespees doorsnijden van/bij ⇒ kreupel maken; 〈 figuurlijk〉 verlammen, frustreren -
9 lame in one leg
lame in one leg -
10 thicket
-
11 disabled person
n. lichamelijk gehandicapt persoon, iemand die lijdt aan een of meer lichamellijke afwijkingen (zoals het onvermogen te lopen of uitvoering van ongecoördineerde bewegingen); kreupel iemand -
12 gimpy
adj. kreupel, mank -
13 limping
n. kreupel zijn, lam zijn, mank zijn; onvermogen om te lopen door handicap aan de benen
См. также в других словарях:
Krüppel — 1. Auch die Krüppel und Lahmen müssen mit fort. Lat.: Herniosi in campum (sc. prodeunt). (Sutor, 611; Philippi, I, 175; Seybold, 213.) 2. Dass krüppel vnd blinde zu hinderst bleiben, darf man für kein wunder schreiben. Lat.: Caecos cum claudis in … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Cripple — A cripple is a person or animal with a physical disability, particularly one who is unable to walk because of an injury or illness. The word was recorded as early as 950 AD, and derives from the Proto Germanic krupilaz.[1] The German and Dutch… … Wikipedia
Faux-Amis En Espéranto — Faux amis Faux amis en allemand Faux amis en anglais Faux amis en espéranto Faux amis en italien Faux amis en russe Cet article très complet (mais non exhaustif) présente la liste … Wikipédia en Français
Faux-amis en esperanto — Faux amis en espéranto Faux amis Faux amis en allemand Faux amis en anglais Faux amis en espéranto Faux amis en italien Faux amis en russe Cet article très complet (mais non exhaustif) présente la liste … Wikipédia en Français
Faux-amis en espéranto — Faux amis Faux amis en allemand Faux amis en anglais Faux amis en espéranto Faux amis en italien Faux amis en russe Cet article très complet (mais non exhaustif) présente la liste … Wikipédia en Français
Faux amis en Espéranto — Faux amis Faux amis en allemand Faux amis en anglais Faux amis en espéranto Faux amis en italien Faux amis en russe Cet article très complet (mais non exhaustif) présente la liste … Wikipédia en Français
cripple — [OE] The etymological sense of cripple appears to be ‘someone who creeps along’, for it probably goes back ultimately to the same Indo European base, *greub , as creep. The word is widespread in the Germanic languages: German has kruppel, Dutch… … The Hutchinson dictionary of word origins
Krüppel — Sm std. (14. Jh.), mhd. krüp(p)el Stammwort. Stammt über das Mitteldeutsche aus dem Niederdeutschen, mndd. krop(p)el, krep(p)el, mndl. cropel, as. krupil; entsprechend ae. crypel, anord. kryppill, so daß das Wort praktisch gemeingermanisch ist.… … Etymologisches Wörterbuch der deutschen sprache
Krüppel — Krüppel: Die Bezeichnung für einen körperbehinderten Menschen geht zurück auf mhd. krüp‹p›el, das durch mitteld. Vermittlung aus dem Mnd. übernommen worden ist. Mnd. krop‹p›el, kröpel, niederl. kreupel, engl. cripple gehören im Sinne von… … Das Herkunftswörterbuch
Strafe — 1. Besser offene Strafe als falsche Feindschaft. Schwed.: Oppen bart straff är bättre än skrymtad wärskap. (Grubb, 648.) 2. De Schtrôw äs lum, awer se erlangt int doch. (Siebenbürg. sächs.) – Schuster, 636. 3. Dein straff vnd lehr ist gantz ein… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
ger-3 — ger 3 English meaning: to turn, wind Deutsche Übersetzung: “drehen, winden” Material: A. O.Ind. guṇá ḥ (*gr̥ nó s) “ the single thread of a string, line, cord; stain “ (dvi , tri guṇa actually “ consisting of two, three threads … Proto-Indo-European etymological dictionary
